Rijksinpassingsplan Waterberging Volkerak-Zoommeer

4.2 Water

Watertoets

De 'watertoets' is een instrument dat waterhuishoudkundige belangen expliciet en op evenwichtige wijze laat meewegen bij het opstellen van ruimtelijke plannen en besluiten. In artikel 3.1.6 eerste lid onder b van het Besluit ruimtelijke ordening is opgenomen dat ruimtelijke plannen als bestemmingsplannen, watertoetsplichtig zijn. De bevindingen en resultaten van de watertoets en de wijze waarop rekening is gehouden met de gevolgen van het plan voor de waterhuishouding dienen in de toelichting bij een bestemmingsplan/Rijksinpassingsplan – bijvoorbeeld in een waterparagraaf – te worden neergelegd. Naast veiligheid en wateroverlast, worden daarbij ook de gevolgen voor de waterkwaliteit alsmede mogelijke verdroging bezien. Bovendien dient te worden aangegeven hoe rekening is gehouden met het wateradvies dat door de waterbeheerder is verstrekt.

De watertoets is geen formele toets maar een proces dat moet worden doorlopen en moet garanderen dat in ruimtelijke plannen rekening gehouden wordt met water. De waterhuishoudkundige belangen omvatten zowel oppervlakte- als grondwater, gevaar van overstroming vanuit meren, rivieren en zee, wateroverlast veroorzaakt door neerslag of grondwater, waterkwaliteit, verzilting en verdroging. De watertoets ten behoeve van de maatregel Waterberging Volkerak-Zoommeer bevat de volgende elementen:

• 1. overleg met vertegenwoordigers van de betrokken waterbeheerders; de resultaten van dit overleg zijn vastgelegd in een samenvattend overzicht dat als bijlage 3 is opgenomen bij deze toelichting;
• 2. waterparagraaf: in deze paragraaf geeft de initiatiefnemer aan welke waterbelangen/-aspecten spelen in het gebied en hoe hiermee is omgegaan;
• 3. wateradvies: de waterbeheerders in het plangebied geven hierin het slotadvies over gemaakte afspraken en het doorlopen advies.

Het project Waterberging Volkerak-Zoommeer is waterstaatkundig van aard, waardoor water inhoudelijk centraal staat, anders dan bij 'reguliere' projecten waar water als afzonderlijk thema ingebracht moet worden. In de watertoets ligt het accent dan ook op het proces met de waterbeheerders. Alle waterbeheerders zijn bij de voorbereiding van het Rijksinpassingsplan betrokken. Het gaat om de waterschappen Brabantse Delta, Scheldestromen en Hollandse Delta en om de regionale Rijkswaterstaat Diensten Zeeland en Zuid-Holland. In verschillende overleggen zijn de effecten van de Waterberging Volkerak-Zoommeer op het werkgebied en op de taken van de waterbeheerders besproken. Op deze manier is invulling gegeven aan de wettelijke verplichting tot het uitvoeren van een watertoets. De twee belangrijkste thema's in het overleg waren de binnendijkse wateroverlast en het Peilbesluit.

Binnendijkse wateroverlast

Zoals gebleken uit het MER kan de inzet van de Berging op het Volkerak-Zoommeer op termijn leiden tot binnendijkse wateroverlast, met name in West-Brabant. Over dit onderwerp is intensief overleg gevoerd met Waterschap Brabantse Delta en de West-Brabantse gemeenten. In dit overleg is gezamenlijk een oplossingsrichting bepaald voor dit vraagstuk, waarbij de optredende effecten bijna volledig worden voorkomen (zie ook paragraaf 2.4.9 en het Waterbergingsplan). De uitwerking daarvan vindt plaats onder regie van het Waterschap Brabantse Delta, als onderdeel van de inspanningen met betrekking tot het Nationaal Bestuursakkoord Water. Ook in de beheersgebieden van de waterschappen Scheldestromen en Hollandse Delta worden maatregelen getroffen.

Peilbesluit

Tegelijk met het Rijksinpassingsplan wordt ook een wijziging van het Peilbesluit voor het Volkerak-Zoommeer vastgesteld. De inhoud van deze wijziging van het Peilbesluit is tot stand gekomen in nauwe samenspraak met Rijkswaterstaat Zeeland, voor wie als beheerder een belangrijke rol is weggelegd. In het besluit tot wijziging van het Peilbesluit is de maatregel Waterberging Volkerak-Zoommeer getoetst aan het toetsingskader voor besluiten op grond van de Waterwet.

Overige thema's

Tevens is in het overleg met de waterbeheerders stilgestaan bij de thema's veiligheid, waterkwantiteit, waterkwaliteit en scheepvaart. Deze thema's zijn uitputtend beschreven in het MER en het Waterbergingsplan.

Conclusie

Er is voldoende rekening gehouden met de waterhuishoudkundige belangen. De waterhuishoudkundige belangen vormen geen belemmeringen voor het vaststellen van het Rijksinpassingsplan.