direct naar inhoud van 2.1 Beschrijving huidige situatie
Plan: Rijksinpassingsplan Waterberging Volkerak-Zoommeer
Status: vastgesteld
Plantype: inpassingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0000.IMip12BERGINGVZM-3000

2.1 Beschrijving huidige situatie

Water

Het Volkerak-Zoommeer is in 1987 ontstaan na de aanleg van de Oesterdam en de Philipsdam. De afscheiding van de Grevelingen met de Grevelingendam en de afscheiding van het Hollandsch Diep en Haringvliet met de Volkerakdam en de Hellegatsdam waren al in respectievelijk 1965 en 1969 gereedgekomen. De dammen zijn onderdeel van het Deltaplan, dat als hoofddoelstellingen had: het verbeteren van de bescherming tegen overstromingen van de Zuidwestelijke Delta en het verbeteren van de zoetwatervoorziening van de regio. Het Volkerak-Zoommeer is met deze dammen afgesloten van de omliggende wateren, waardoor een zoet meer en een getijdenvrije scheepvaartroute tussen de havens van Antwerpen en Rotterdam is gecreëerd.

afbeelding "i_NL.IMRO.0000.IMip12BERGINGVZM-3000_0003.jpg"

Figuur 2.1. Zoet en zout in de huidige situatie

Het Volkerak en Zoommeer vormen op dit moment een zoetwatergebied van 8.300 hectare groot, voor een groot deel omringd door zeedijken uit de periode vóór de Deltawerken. De twee meren zijn met elkaar verbonden via de Schelde-Rijnverbinding en de Eendracht. Het Volkerak-Zoommeer is alleen via sluizen verbonden met de omliggende wateren Hollandsch Diep en Haringvliet, Oosterschelde, Westerschelde en het Antwerps Kanaalpand. Tussen het Volkerak-Zoommeer en de Grevelingen ligt een gesloten dam zonder sluizen. Op deze manier is de invloed van de getijdenwerking uitgesloten en de indringing van zout water zoveel mogelijk beperkt. In figuur 2.1 is aangegeven welke wateren in de huidige situatie zoet of zout zijn.

Om het Volkerak-Zoommeer zoet te houden, bevatten de Krammersluizen en de Bergsediepsluis een systeem om zoet en zout water te scheiden. Dit systeem voorkomt dat zout water uit de Oosterschelde het zoete meer instroomt en omgekeerd. Bij de Kreekraksluizen wordt met behulp van een gemaal zoet water gespuid op het zoute Antwerps Kanaalpand; zo wordt een zoet-zoutgradiënt in stand gehouden. Door een kort traject van het kanaal zoet te houden, worden zoute schut- en lekverliezen naar het Volkerak-Zoommeer voorkomen.

Het Volkerak-Zoommeer kent een peilbeheer, gericht op een min of meer constant peil. Dit peil is vastgelegd in het Peilbesluit Volkerak/Zoommeer (Minister van Verkeer en Waterstaat, 19 februari 1996) en het Waterakkoord Volkerak-Zoommeer (Rijkswaterstaat, 2001). Ook voor het 'Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk België betreffende de verbinding tussen de Schelde en de Rijn' (1963) is een constant peil het uitgangspunt. Als minimum en maximum waterstand worden respectievelijk genoemd NAP -1,00 m en NAP +0,50 m. Het huidige waterpeil varieert tussen NAP -0,1 m en NAP +0,15 m. Dit peil wordt gehandhaafd door overtollig water af te voeren via de Bathse Spuisluis naar de Westerschelde (zie figuur 2.2), of water aan te voeren via de Volkerak spuisluizen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0000.IMip12BERGINGVZM-3000_0004.jpg"

Figuur 2.2. Huidig waterbeheer Volkerak-Zoommeer

De Brabantse rivieren de Mark, de Dintel, de Steenbergse en de Roosendaalse Vliet en de Zoom monden uit in het Volkerak-Zoommeer. Daarnaast lozen verschillende poldergemalen water op het Volkerak-Zoommeer. De wintergemiddelde afvoer van de Westbrabantse rivieren is ongeveer 20 m³/s. De maximale afvoer is ongeveer 150 m³/s bij een overschrijdingskans van 1/50 per jaar.

Wanneer onder bijzondere omstandigheden het peil op het Volkerak-Zoommeer NAP +0,5 m dreigt te overschrijden, is Rijkswaterstaat Zeeland verplicht het peil te verlagen door extra water af te voeren naar de Oosterschelde via de Krammersluizen, volgens de calamiteitenregeling 'Hoge waterstand op het Volkerak-Zoommeer' (Rijkswaterstaat, 2001). Deze maximale waterstand is ook in het verdrag met België over de Schelde-Rijnverbinding vastgelegd.

Wanneer het peil op het Volkerak-Zoommeer beneden NAP -0,1 m dreigt te komen of wanneer het chloridegehalte van het water van het Volkerak-Zoommeer te hoog wordt (> 450 Cl-mg/l), wordt vanuit het Hollandsch Diep water via de Volkerak-spuisluizen ingelaten. Daarbij is een grens gesteld aan het doorspoeldebiet van maximaal 22 m³/s. Om het inlaten van verontreinigingen zoveel mogelijk te beperken, is ook een maximum gesteld aan de Rijn- en Maasafvoer waarbij het inlaten mag plaatsvinden, respectievelijk 3.500 m³/s bij Lobith en 500 m3/s bij Eijsden (Rijkswaterstaat, 2001).

Bestaande situatie en functies

Het Volkerak-Zoommeer is na de afsluiting veranderd van een getijdengebied met schorren en slikken in een binnenmeer. Veel van de voormalige schorren zijn dicht begroeid met bomen en struiken en hebben een zeer groen karakter. Dit karakter is met name vanaf het water te beleven. Er zijn niet veel plaatsen waar het meer vanaf het land openbaar toegankelijk is.

Langs de randen van het meer zijn verschillende functies aanwezig. (zie afbeelding 2.3)

  • 1. Bedrijventerrein Dintelmond.
  • 2. Jachthaven, woonwijk Waterfront en vluchthaven bij Tholen.
  • 3. Bedrijventerrein Theodorushaven bij Bergen op Zoom.
  • 4. Agrarisch gebied ten zuiden van de N257 bij Nieuw-Vossemeer.
  • 5. Recreatiepark op de Speelmansplaten.
  • 6. Agrarisch gebied Paviljoenpolder nabij Bath en Bathse Spuisluis.
  • 7. Bestaande en uit te breiden windturbinepark Kreekraksluizen-Spuikanaal.

In of nabij het plangebied zijn voorts onder meer gelegen jachthavens in Ooltgensplaat, Oude Tonge, Benedensas en bij Dintelmond. Het Volkerak-Zoommeer vervult zelf een belangrijke functie als scheepvaartverbinding tussen Nederland en België, met bijbehorende mogelijkheden voor recreatie en visserij. Ook gelden voor het Volkerak-Zoommeer op grond van het Beheer- en ontwikkelplan voor de Rijkswateren (BPRW) 2010-2015 de functies drinkwater, schelpdierwater, koelwater, oppervlaktedelfstoffen, archeologie, cultuurhistorie en landschap.

In welke vorm met deze bestaande situaties en functies rekening wordt gehouden, wordt in paragraaf 2.4 specifiek beschreven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0000.IMip12BERGINGVZM-3000_0005.png"

Figuur 2.3. Functies in en rond het plangebied