direct naar inhoud van Artikel 11 Natuur
Plan: Kom Beek en Donk
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1659.BPBDkombeekendonk-OH01

Artikel 11 Natuur

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. behoud, herstel en/of ontwikkeling van de natuurwaarden;
  • b. behoud, herstel en/of ontwikkeling van de landschappelijke waarden;
  • c. (onverharde) paden, wegen en parkeervoorzieningen;
  • d. waterbergings- en infiltratievoorzieningen, waterpartijen en watergangen;
  • e. extensief recreatief medegebruik;
  • f. kleine gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van het natuurbeheer en extensief recreatief medegebruik .
11.2 Bouwregels

Voor het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte mag maximaal 4 m bedragen;
  • b. de oppervlakte mag maximaal 10 m² bedragen.
11.3 Afwijken van de bouwregels
11.3.1 Afwijken voor een grotere bouwhoogte

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in artikel 11.2 onder b voor het realiseren van bouwwerken, geen gebouwen zijnde voor extensief recreatief medegebruik met een grotere bouwhoogte, mits voldaan is aan de volgende voorwaarden:

  • a. de aanwezige natuurlijke en landschappelijke waarden mogen niet onevenredig worden aangetast;
  • b. de bouwhoogte mag maximaal 8 m bedragen.
11.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
11.4.1 Vergunningplichtige werken en werkzaamheden

Het is verboden op of in voor tot 'Natuur' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:

  • a. het verzetten of vergraven van grond waarbij het maaiveld over meer dan 100 m² per perceel wordt gewijzigd of het maaiveld zelf met meer dan 0,20 m wordt gewijzigd;
  • b. het omzetten van grond of uitvoeren van bodemingrepen dieper dan 0,40 m onder maaiveld;
  • c. het aanleggen, dempen of wijzigen (van oevers, profiel, doorstroom- of bergingscapaciteit) van waterlopen, sloten en greppels;
  • d. het verlagen van de grondwaterstand door aanleg van drainage of door bemaling en/of bronnering;
  • e. het vellen of rooien van bos en/of het verwijderen van houtopstanden;
  • f. het verwijderen of rooien van bos-, natuur- en landschapselementen en ander opgaand houtgewas zonder agrarische productiefunctie;
  • g. het aanleggen of aanplanten van bos-, natuur- en landschapselementen of ander opgaand houtgewas zonder agrarische productiefunctie;
  • h. het aanleggen of aanplanten van hoger dan 1,5 m opgaand of dieper dan 0,40 m onder maaiveld wortelend houtgewas met agrarische productiefunctie;
  • i. het permanent (voor meer dan 2 jaar aaneengesloten) omzetten van grasland naar een ander bodemcultuur;
  • j. het verwijderen van perceelsindelingen, zoals tot uiting komend in greppels, sloten, steilranden;
  • k. het verwijderen van onverharde wegen of paden;
  • l. het verwijderen, aanleggen en/of verharden van wegen, paden, parkeerterreinen, of het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen, voor zover groter dan 100 m² per perceel.
11.4.2 Uitzonderingen

Het in artikel 11.4.1 bepaalde is niet van toepassing voor:

  • a. normale onderhoudswerkzaamheden;
  • b. werken of werkzaamheden van ondergeschikte betekenis;
  • c. werken of werkzaamheden binnen het kader van het normale bodemgebruik;
  • d. werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan in uitvoering zijn dan wel krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde vergunning, ontheffing of anderszins mogen worden uitgevoerd.
11.4.3 Toelaatbaarheid

De werken of werkzaamheden als bedoeld onder 11.4.1 zijn slechts toelaatbaar indien door die werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen de in de aanhef van dit artikel genoemde waarden en doeleinden niet onevenredig worden aangetast dan wel de mogelijkheden voor het herstel van de eerstbedoelde waarden niet wezenlijk worden verkleind.