direct naar inhoud van 6.5 Effecten VKA/masterplan
Plan: Golfbaan Cromvoirt
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0865.bgBPgolfbaan-VG01

6.5 Effecten VKA/masterplan

In deze paragraaf worden kort de effecten van het VKA/masterplan beschreven. Deze effectbeschrijving komt overeen met het betreffende hoofdstuk in het MER.

6.5.1 Bodem

In het VKA/masterplan wordt een grondverzet gepleegd van ongeveer 250.000 m³. De reliëfvorming varieert van 1,5 m + maaiveld tot 1,5 - maaiveld.

6.5.2 Water

De effecten op het water zijn toegelicht in het hydrologisch onderzoek van Arcadis.

Grondwaterstanden en peilen open water
In het VKA stijgt in compartiment 3 de GVG door maaiveldverlaging en de afname van het grondwatergebruik. Dat betekent dat het mogelijk is de beoogde dras graslandtypen ter realiseren (bij een fors hogere verlaging zouden vooral moerastypen of open water ontstaan). In het VKA zal de kwel vanuit het Drongelens Kanaal iets toenemen.

De peilen van de natuurlijke waterpartijen (poelen, sloten) kennen een natuurlijk peilverloop met een hoog winterpeil (3,0 m + NAP) en een lager zomerpeil (2,0 m + NAP) (0,5 m respectievelijk 1,5 m beneden het huidige maaiveld).

Behoud inundatiecapaciteit
Ter compensatie van de aanleg van de verhoogde fairways in compartiment 3 is in het VKA een extra inundatiecapaciteit nodig van 31.165 m³ voor 6,6 ha golfterrein. Dat resulteert in een gemiddelde ontgravingsdiepte over de niet-golfgedeelten van gemiddeld 40 cm. Deze ontgravingsdiepte kan gerealiseerd worden met behoud van de natuurdoelen. Het VKA kan daarmee voldoen aan de eisen tot inundatiecapaciteit.

Effecten op kwaliteit oppervlaktewater
De effecten op de kwaliteit van het oppervlakte water zijn gebaseerd op een kwalitatieve inschatting ten gevolge van het gebruik van messtoffen en bestrijdingsmiddelen. Het gebruik van meststoffen en bestrijdingsmiddelen is een kwestie van beheer. Teneinde een optimale speelsituatie te garanderen vindt dit in het VKA plaats conform de richtlijnen van ‘committed to green’. Aangezien dit in vergelijking tot de huidige agrarisch situatie leidt tot een forse vermindering van de belasting van het watersysteem, zijn de effecten daarvan als positief beoordeeld.

6.5.3 Natuur

De gedetailleerde effectvoorspellingen natuur zijn beschreven in de MER-bijlage natuur (Goderie, 2007). In deze paragraaf zijn alleen de hoofdconclusies vermeld.

Gebiedsbescherming: effecten GHS (incl. Natura 2000)

Duurzame effecten
De nieuwe natuur binnen het VKA/masterplan betekent een versterking van de GHS. De GHS wordt op een cruciaal kruispunt van twee ecologische verbindingen substantieel versterkt.
Het aantal amfibieënpoelen in het VKA zal er toe bijdragen dat de golfbaan ook als leefgebied voor de gidssoorten in de ecologische verbindingszones kan dienen (kamsalamander en wellicht in de verdere toekomst ook boomkikker).

Effecten gebruik/beheer

Verstoring: gebruik golfbaan door golfers
In het VKA vormt de Cromvoirtsedijk een potentieel verstoringsgevoelig element. Dat geldt in mindere mate voor de Zandleij, gezien de afschermende werking van de aangrenzende houtsingels en waterpartijen in compartiment 3. Het gaat daarbij alleen om verstoringsgevoelige diergroepen. Concreet gaat het om broedvogels (gevoelig voor aanwezigheid mensen, geluid) en vleermuizen (met name de aanwezigheid van licht).
Door de ligging van de holes ten opzichte van de Cromvoirtsedijk (waarbij er in het ontwerp zo veel mogelijk een zekere buffer in de vorm van nieuwe natuur is aangehouden) is de verstorende werking beperkt. In een ‘worstcase’ schatting is hiermee rekening gehouden door in de effectvoorspelling het voorspelde positieve effect op de golfbaan met 10% te verminderen. Derhalve bedraagt de natuurwinst 90%.
Vleermuizen zijn gevoelig voor verstoring door licht, in mindere mate door de aanwezigheid van mensen. Aangezien er slechts zeer beperkt met kunstlicht gewerkt gaat worden op de golfbaan is er geen substantieel negatief effect optreden op vleermuizen. Eerder wordt een positief effect verwacht omdat de foerageermogelijkheden (water, houtsingels) toenemen.

Effecten op Natura 2000-gebieden

Er treden geen negatieve effecten van het VKA op via eventuele beïnvloeding van grondwaterstanden op het Vlijmens Ven. Dit blijkt uit de berekeningen van het hydrologisch rapport (Arcadis, 2007).
De effecten van de aanwezigheid van de nieuwe natuur binnen het VKA leiden op middellange tot langere termijn tot een positief effect op het aangrenzende Natura-2000 gebied Vlijmens Ven. Bij een juist beheer zal de populatie van voedselplanten (zoals grote pimpernel) voor twee doelsoorten van het Natura-2000-gebied (beide pimpernelblauwtjes) toenemen. In hoeverre ook de voortplantingsbiotoop van beide soorten versterkt wordt, valt niet te voorspellen; dit is van teveel factoren afhankelijk.

Voorspelling nieuwe natuur

In onderstaande tabel is de toekomstige situatie voor de nieuwe natuur in het VKA voorspeld, 10 jaar na aanleg.

Natuurdoeltype   Opp. (ha)  
water met natuurfunctie (poelen)
hei(schraal grasland)
bloemrijk droog grasland
bloemrijk grasland (dassencompensatie)
pimpernelhooiland
bloemrijk dras grasland
bos/laan  
1,0
3,0
5,8
5,9
6,3
4,5
3,2  
totaal natuurdoeltypen   29,7  

Verstoring: gebruik golfbaan door golfers
Verstoring als gevolg van het gebruik door golfers kan van invloed zijn op de te ontwikkelen natuurwaarden op de golfbaan. Echter niet op het niveau van habitats/natuurtypen.

Internationale diversiteit soorten

Als uitgangspunten voor het bepalen van de aantallen aandachtssoorten hogere planten en broedvogels is ervan uitgegaan dat op de nieuwe natuur 90 % van de potentiële waarde gehaald wordt ten gevolge van incidentele verstoring betreding door golfers. Daarnaast is er voor het bepalen van de soortendiversiteit van uitgegaan dat ook de roughs en carries bijdragen aan de aantallen soorten (voor maximaal 25 %, gezien de vaker optredende verstoring en betreding).

6.5.4 Landschap, bebouwing en grondgebruik

Landschap

De landschappelijke veranderingen bij realisatie van de voorgenomen golfbaan zijn de meest bepalende veranderingen. In het VKA is een keuze gemaakt voor ‘the best of both worlds’. De keuze voor een oost-west georiënteerde speelrichting bepaalt de verschijningsvorm van het landschap. Die richting contrasteert met de door cultuurhistorische overwegingen ingegeven richting van de zuidelijke zone, die primair noord-zuid georiënteerd is. Dit contrast tussen twee richtingen levert een gevarieerd landschap op.
De bestaande hoofdstructuur van het landschap blijft bepaald worden door de zware (groen)elementen van de Cromvoirtsedijk, Deutersestraat, dorpsrand Cromvoirt, het Drongelens Kanaal en de Zandleij. Daaraan wordt een extra element toegevoegd: de structuur van kleine weilandjes en houtsingels aan de zuidzijde van de golfbaan.
De schaal wordt verkleind van het huidige vrij grootschalige landschap tot een kleinschaliger landschapstype. Centraal op de golfbaan blijft echter de relatieve grootschaligheid van het huidige landschap herkenbaar in de lange assen van de verschillende golfholes.

Specifieke elementen in het landschap
Voor het VKA geldt dat aan de zijde Deutersestraat 15 m brede houtsingels worden aangebracht zodat de uitstraling van de golfbaan op de bestaande woningen afgeschermd wordt.
De plaats van de genoemde beplanting is zodanig dat de bestaande zichtlijn op de kerk van Cromvoirt behouden blijft. Het bieden van zichtlijnen op de kerk vanuit de golfbaan biedt ook extra kwaliteit.

Grondgebruik

Het grondgebruik ondergaat een wezenlijke verandering van intensief agrarisch naar minder intensief grondgebruik voor recreatie en natuur.

Voorliggend VKA leidt tot een verandering van ongeveer 66 ha intensief gebruik naar ongeveer één derde intensief (golf); één derde extensief (natuur) en één derde matig intensief gebruik.

Bebouwing

De bebouwing in het VKA/Masterplan wordt geconcentreerd in een relatief smalle zone langs de Deutersestraat. Op het huidige agrarische bouwblok wordt het bestaande boerderijgebouw bedrijfswoning en komen de gebouwen voor het beheer en onderhoud (voorzieningen greenkeepers). Het clubhuis ligt ca 125 m ten westen daarvan, en vormt het “midden” van het golfen. De gebouwde voorzieningen voor de driving range liggen ca 100 m ten westen van de boerderij. Er is nog steeds sprake ven een randligging van het clubhuis ten opzichte van de golfbaan als geheel. Mede door de landschappelijke aankleding heeft de nieuwbouw geen substantiële invloed op het bestaande dorpsbeeld.

6.5.5 Archeologie en cultuurhistorie

Archeologie

Na het verkennend archeologisch onderzoek blijkt dat een beperkt deel, ca 1 ha, van het plangebied een hoge verwachtingswaarde heeft. Het is met name het gedeelte met het oude esdek/akkerzone in de zuidoosthoek van compartiment 3. Zonder aanlegvergunning mogen in dit gedeelte geen graafwerkzaamheden van meer dan 40 cm worden uitgevoerd. Voorafgaand aan een aanlegvergunning is een proefsleuvenonderzoek vereist.

Cultuurhistorie

De Cromvoirtsedijk en de Zandleij hebben een hoge cultuurhistorische waarde. Deze elementen blijven behouden en worden landschappelijk versterkt.
Binnen de noordoosthoek van het feitelijke plangebied zijn de twee bomensingels loodrecht op de Deutersestraat een historische groenstructuur. Deze bomensingels blijven behouden en worden (deels) versterkt.
Zoals op de topografische kaart van ca 1900 te zien, bezat het feitelijke plangebied de kleinschalige strokenverkaveling. De landschappelijke inrichting in de zuidelijke zone van de golfbaan is binnen het VKA op het oorspronkelijke cultuurhistorische patroon gebaseerd. Houtsingels met slootjes en verhoogde houtwalletjes refereren aan het oude cultuurhistorische patroon.

In het VKA blijven de bestaande cultuurhistorische waardevolle elementen behouden en wordt in een brede zone aan de zuidzijde het cultuurhistorisch patroon (lamellenstructuur) substantieel versterkt.
In totaal worden in het VKA ca 5.180 m1 nieuwe houtwallen en -singels voorzien. (dassenstructuur).

6.5.6 Recreatie

In het VKA bedraagt de par 71 en de lengte van de holes ca 6.300 m. Door de extra natuur op de golfbaan ontstaan extra mogelijkheden voor natuurgerichte recreatie.
In het VKA wordt het plan rondje Cromvoirtsedijk gerealiseerd. De totale padlengte (binnen het plangebied) bedraagt globaal 1,0 km. Het exacte tracé van de wandelpaden wordt in het definitieve masterplan vastgelegd.

6.5.7 Verkeer

Zoals in paragraaf 5.3.5 toegelicht zal het gebruik van de golfbaan leiden tot een verkeersproductie van:

  • jaargemiddelde: 300 mvt/etmaal,
  • drukke zomerdag: 350 mvt/etmaal.

Overigens zal door de aanleg van de weg ten zuidwesten van ’s-Hertogenbosch (Gementweg) het verkeer verminderen, en wel in 2015:

  • op de Deutersestraat met 900 mvt/etmaal.
  • op de St. Lambertusstraat met 700 mvt/etmaal.

De toename ten gevolge van de golfbaan is zelfs in het zomerseizoen beduidend minder dan de afname door de ‘gementweg’.

6.5.8 Milieu

Geurcontouren
In het VKA vervalt de geurcontour van Deutersestraat 37 ten gevolge van beëindiging van de agrarische bestemming.

Licht
Het licht op de driving range wordt zo beperkt mogelijk gehouden. Onder meer wordt souffleursverlichting aangebracht. De lamellenstructuur in de zuidrand zorgt voor de landschappelijke inpassing.

Geluid
Er is geen sprake van milieutechnisch relevant geluid.

6.5.9 Effecten omwonenden

Met de eigenaren van de woonpercelen is / wordt overleg gevoerd. De relevante uitstraling van de golfbaan voor de omwonenden betreft:

  • verkeer
  • geluid
  • verlichting
  • netten

Verkeer
Zoals in het voorgaande reeds vermeld, blijft de verkeersproductie vanwege de golfbaan beperkt tot maximaal ca 350 mvt/etmaal op de drukste dagen. Dit verkeer rijdt via de huidige entree van de boerderij Deutersestraat 37. Hierdoor is geen sprake van onevenredige hinder voor de omliggende woningen.

Geluid
De uitstraling van het geluid vanuit het clubhuis is, gezien de aard van de horecavoorzieningen, op 250 m van de Deutersestraat gelegen, te verwaarlozen. Het geluid van het onderhoudsmaterieel komt overeen met het geluid van het landbouwmaterieel.

Verlichting
Binnen het plangebied wordt kunstlicht aangebracht en wel op de volgende wijze:

  • De ontsluitingsweg en het parkeerterrein worden verlicht op de reguliere wijze van het verlichten van wegen en parkeerterreinen. De hoogte van de verlichting bedraagt maximaal 6 m. Er is derhalve geen sprake van onevenredige hinder.
  • Rondom het clubhuis en het afslaggebouw bij de driving range wordt verlichting aangebracht met een kleinere lichtsterkte dan bij het parkeerterrein. De hoogte van de verlichting bedraagt maximaal 6 m.
  • De verlichting van de driving range vindt plaats door middel van ‘verstralers’, geplaatst op de kap van het afslaggebouw. Deze verstralers verlichten het eerste deel van de driving range. De verstralers zijn zodanig gericht dat overlast ter plaatse van de omliggende woningen zoveel mogelijk wordt voorkomen. Het overige deel wordt verlicht door middel van ‘souffleursverlichting’ die in het maaiveld is opgenomen. Op kaart 2 zijn de verstralers weergegeven.

De overige delen van het terrein (de feitelijke golfbaan en de natuurzones) worden niet kunstmatig verlicht.

Netten
Voor de veiligheid zijn op (een deel van) de rand langs de driving range netten nodig. Deze netten vereisen masten tot een maximale hoogte van 20 m. De plaatsing van de netten in combinatie met landschapsbouw zal zodanig zijn dat geen visuele hinder voor de omgeving ontstaat.

6.5.10 Werkgelegenheid

De werkgelegenheid zal ca 40 personen bedragen zoals in hoofdstuk 5 reeds genoemd.