direct naar inhoud van 4.1 Westrandweg en 2e Coentunnel
Plan: Bestemmingsplan Westrandweg-2e Coentunnel
Plannummer: B0902BPGST
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.B0902BPGST-OH01

4.1 Westrandweg en 2e Coentunnel

De Tracébesluiten Capaciteitsuitbreiding Coentunnel (2008) en Westrandweg voorzien in de aanleg van een extra tunnelbuis naast de huidige Coentunnel en de verbreding/aanpassing van de aanvoerende wegen en in de aanleg van een nieuwe autosnelweg tussen de A10 ten zuiden van de Coentunnel en knooppunt Raasdorp (rijksweg A9/A5 in de gemeente Haarlemmermeer). Bij Raasdorp sluit de verbinding aan op de reeds bestaande Verlengde Westrandweg richting knooppunt De Hoek (rijksweg A5/A4 in de gemeente Haarlemmermeer).

Rijkswaterstaat heeft een verkeersonderzoek uitgevoerd voor het tracé van de Westrandweg en de 2e Coentunnel gezamenlijk. Dit onderzoek betreft de verkeerskundige effecten van de capaciteitsuitbreiding van de Coentunnel in combinatie met de aanleg van de Westrandweg. Het rapport is een verdere uitwerking van de verkeersanalyse zoals die in de voorafgaande trajectnota's was opgenomen. Het verkeersonderzoek is als bijlage 6 aan deze toelichting toegevoegd. Hieronder zijn de belangrijkste conclusies van het rapport opgesomd.

De Coentunnel is al lange tijd één van de belangrijkste knelpunten in het wegennet in de Noordelijke Randstad. De beperkte capaciteit van deze tunnel is hiervan de oorzaak. De tunnel heeft twee rijstroken per rijrichting; dit is in tegenstelling tot het grotere aantal rijstroken op de toeleidende wegvakken. De Coentunnel functioneert hierdoor als een flessenhals voor het verkeer met veel filevorming in de ochtend- en avondspits tot gevolg.

De Westrandweg en de 2e Coentunnel worden aangelegd in verband met de doorstroming van het auto- en vrachtverkeer. Momenteel maken dagelijks circa 109.000 motorvoertuigen gebruik van de Coentunnel, waarvan circa 11.000 vrachtauto's. Bij ongewijzigd beleid zou de doorstroming bij de tunnel verder verslechteren. Het resultaat zouden nog meer en nog langere files voor de Coentunnel zijn. Ook in de andere tunnels onder het Noordzeekanaal zouden de intensiteiten zodanig toenemen dat daar in 2020 files zouden staan.

Als gevolg van de capaciteitsuitbreiding van de Coentunnel en de aanleg van de Westrandweg wordt meer verkeer door de Coentunnel mogelijk gemaakt (circa 60 procent meer). In 2020 zullen dagelijks 191.000 motorvoertuigen gebruik maken van de tunnel (een toename van 62 procent). De extra capaciteit leidt tot een lagere intensiteit/capaciteitverhouding en daarmee tot een betere doorstroming van het verkeer. De files bij de Coentunnel worden daarmee tot een aanvaardbaar niveau teruggebracht, maar zullen niet volledig oplossen (conform de afweging in het Standpunt Capaciteitsuitbreiding Coentunnel).

De aanleg van de Westrandweg voorkomt dat bij uitbreiding van de Coentunnel de druk op de A10-west zal toenemen. Tijdens de spitsuren zullen de intensiteiten op de A10-west op een gelijk niveau blijven; buiten de spits zal sprake zijn van een afname. Er zullen in 2020 dagelijks 70.000 voertuigen over de Westrandweg rijden.

Het project zal leiden tot een betere doorstroming van het verkeer in de regio Amsterdam. De congestie, uitgedrukt in voertuigverliesuren, zal met 4 procent afnemen. Bovendien leidt het project tot een verschuiving van verkeer van het onderliggend wegennet naar het hoofdwegennet. Het onderliggend wegennet wordt daardoor ontlast.

De capaciteitsuitbreiding van de Coentunnel en de aanleg van de Westrandweg zullen tevens leiden tot minder verkeer door de Velsertunnel, de Wijkertunnel, de IJtunnel en de Zeeburgertunnel. Daar zal dan ook de doorstroming van het verkeer verbeteren. Tevens zal een en ander leiden tot een vermindering van het doorgaande verkeer op de N 200 (Amsterdam - Haarlem) bij Halfweg.

De Westrandweg en de 2e Coentunnel c.a. zullen in 2012 worden opengesteld. De renovatie van de bestaande Coentunnel zal plaatsvinden in de loop van 2013.