direct naar inhoud van Artikel 12 Maatschappelijk
Plan: Centrum Ommen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0175.centrum201200001-va01

Artikel 12 Maatschappelijk

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. maatschappelijke voorzieningen, met bijbehorende bouwwerken, wegen en paden, parkeervoorzieningen, speelvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding, tuinen en erven;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats': uitsluitend voor een begraafplaats;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - molen': tevens voor een molen met de bijbehorende bedrijfsmatige activiteiten en detailhandel;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - wijksteunpunt': tevens voor een wijksteunpunt;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'brug': tevens voor een loopbrug;
  • f. openbare nutsvoorzieningen;
  • g. bestaande bedrijfswoningen.

12.2 Bouwregels

Bouwen is toegestaan uitsluitend ten dienste van de in artikel 12.1 omschreven bestemming met inachtneming van de volgende regels:

  • a. voor zover in de verbeelding een bouwvlak is aangegeven dienen de gebouwen binnen dit bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. voor zover in de verbeelding geen bouwvlak is aangegeven mogen de gebouwen de rooilijn niet overschrijden;
  • c. de goot- en bouwhoogte bedragen niet meer dan 115% van de goot- en bouwhoogte van het bestaande hoofdgebouw op het bouwperceel;
  • d. het bebouwingspercentage bedraagt niet meer dan 70% van het bouwperceel, dan wel ten hoogste het bestaande percentage indien dat meer bedraagt;
  • e. de afstand van hoofdgebouwen tot de zijdelingse bouwperceelgrens dient minimaal 3 m te bedragen, dan wel tenminste de afstand van het bestaande gebouw tot de zijdelingse bouwperceelgrens indien deze minder bedraagt.
  • f. bij de bedrijfswoning zijn bijgebouwen toegestaan, met dien verstande dat:
    • 1. deze zowel aangebouwd als vrijstaand mogen worden gebouwd;
    • 2. de gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen per bedrijfswoning maximaal 75 m2 mag bedragen;
    • 3. in afwijking van het bepaalde onder c. de goothoogte maximaal 3,5 m mag bedragen en de bouwhoogte maximaal 6 m mag bedragen.
  • g. voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
    • 1. er zijn uitsluitend vergunningsvrije erf- en perceelafscheidingen toegestaan overeenkomstig artikel 2 van bijlage 2 van het Besluit omgevingsrecht (zoals dat geldt op het moment van vaststelling van dit bestemmingsplan), met dien verstande dat bestaande erf- en perceelafscheidingen eveneens zijn toegestaan;
    • 2. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, bedraagt niet meer dan 5 m;
    • 3. de bouwhoogte van de loopbrug ter plaatse van de aanduiding 'brug' bedraagt maximaal 7 m.
12.2.1 Nutsvoorzieningen

Voor het bouwen van gebouwen voor openbare nutsvoorzieningen en verkeer en verblijf gelden de volgende regels:

  • a. de inhoud bedraagt per gebouw niet meer dan 30 m3;
  • b. de bouwhoogte bedraagt niet meer dan 3 m.

12.3 Afwijken van de bouwregels
12.3.1 bebouwingspercentage

Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • a. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • b. het bebouwingsbeeld;
  • c. de verkeersveiligheid;
  • d. parkeervoorzieningen;

bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 12.2 sub d voor het verhogen van het percentage met dien verstande dat op ieder bouwperceel voldoende ruimte voor het parkeren of stallen van auto's is aangebracht ten behoeve van de bedrijfsvoering en eventuele woonfunctie ter plekke dan wel in alternatieve ruimte in de nabijheid is of wordt voorzien. Het bevoegd gezag kan bij verlening van de omgevingsvergunning voorwaarden stellen ten aanzien van het realiseren en onderhoud van de alternatieve parkeer- en stallingsruimte.

12.3.2 Muziekkoepel

Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 12.2 ten behoeve van de plaatsing van een muziekkoepel, onder de voorwaarden dat:

  • a. de muziekkoepel niet als zodanig wordt gebruikt;
  • b. de bouwhoogte van de muziekkoepel bedraagt maximaal 5 m;
  • c. de oppervlakte van de muziekkoepel bedraagt maximaal 100 m2.
12.3.3 goot- en bouwhoogte

Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 12.2 onder c. voor het verhogen van de toegestane goot- en/of bouwhoogte met maximaal 15%.

12.3.4 afstand

Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • a. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • b. het bebouwingsbeeld;
  • c. de verkeersveiligheid;
  • d. parkeervoorzieningen;

bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 12.2 sub e met dien verstande dat de afstand tot naast liggende bebouwing ten minste 1 m bedraagt.

12.4 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen opslag voor de voorgevel van het hoofdgebouw.