De voor 'Water - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a. water ten behoeve van de waterhuishouding;
b. ter plaatse van de aanduiding 'brug': tevens een brug ten behoeve van het gemotoriseerde verkeer;
c. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, nutsvoorzieningen, voetgangers- en fietsersbruggen, steigers, bruggen voor bestemmingsverkeer en waterstaatkundige voorzieningen.
11.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
a. op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;
b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 5 m;
c. in afwijking van lid 11.2 onder a, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - 1' bedraagt de bouwhoogte van een drijvende kas ten hoogste 7 m.