direct naar inhoud van Artikel 5 Detailhandel
Plan: BP Industrieterrein Haven Cuijk 2011
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1684.13BPindhaven-VA01

Artikel 5 Detailhandel

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Detailhandel' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bijzondere vormen van detailhandel die plaatsvinden in verkoophallen in de vorm van een vrije markt;

met de daarbij behorende:

    • 1. tuinen, erven en terreinen;
  • b. parkeervoorzieningen, met ten minste 6,5 parkeerplaats per 100 m² bruto vloeroppervlak;
  • c. groenvoorzieningen, watergangen en waterpartijen;
  • d. wegen, straten en paden;
  • e. nutsvoorzieningen;
  • f. overige bijbehorende voorzieningen.

5.2 Bouwregels
5.2.1 Algemeen

Op de voor 'Detailhandel' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. gebouwen;
  • b. bouwwerken geen gebouwen zijnde.
5.2.2 Regels ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'

Voor het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak';
  • b. het bouwvlak mag geheel worden bebouwd;
  • c. de bouwhoogte mag maximaal 5,2 meter bedragen;
  • d. behoudens de ondergeschikte bouwdelen mag de aangegeven bebouwingsgrens niet door bouwwerken worden overschreden.
5.2.3 Bouwwerken geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:

  • a. buiten het bouwvlak mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden opgericht;
  • b. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag maximaal 5,2 meter bedragen;

met uitzondering van:

  • c. bouwwerken ter ondersteuning van de entree- en parkeervoorzieningen,waarvan de hoogte maximaal 3 meter en de oppervlakte maximaal 6 m² mag bedragen;
  • d. erfafscheidingen, waarvan de hoogte maximaal 2 meter mag bedragen;
5.3 Nadere eisen
5.3.1 Het stellen van nadere eisen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van:

  • a. de situering en afmeting van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • b. de aanleg en omvang van parkeergelegenheid;

indien zulks noodzakelijk is:

  • 1. ter voorkoming van onevenredige nadelige gevolgen voor de milieusituatie, brandveiligheid, verkeersveiligheid en sociale veiligheid;
  • 2. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.
5.3.2 Procedure

Bij het toepassen van de bevoegdheid tot het stellen van nadere eisen dient te worden voldaan aan de in artikel 21 genoemde procedure.

5.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, zoals bedoeld in de Wet ruimtelijke ordening wordt in elk geval gerekend het gebruik:

  • a. als opslag-, stort-, lozings- of bergplaats van bruikbare en/of onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerken, stoffen of producten, waaronder in elk geval moet worden verstaan onderdelen van motorvoertuigen of aanhangwagens, oude metalen, vuilnis en afvalstoffen, behoudens voorzover dat noodzakelijk is in verband met het oog op de bestemming gericht gebruik van de grond;
  • b. gebruik van gebouwen voor bewoning;
  • c. enige vorm van (detail)handel anders dan 'vrije markt';
  • d. bedrijf.
5.5 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Detailhandel' wijzigen in de bestemming 'Bedrijf - 2', mits:

  • a. de toegestane activiteiten ter plaatse zijn beëindigd;
  • b. aangrenzende landschappelijke, natuurlijke en cultuurhistorische waarden en belangen, dan wel functies niet onevenredig worden aangetast of in hun mogelijkheden beperkt;
  • c. uit de noodzakelijke (milieu)onderzoeken blijkt dat de gronden geschikt zijn voor het beoogde gebruik;
  • d. de effecten op de waterhuishouding in beeld zijn gebracht (watertoets);
  • e. voldaan wordt aan het bepaalde in artikel 4.2.