Plan: | Triangel plan 1 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | uitwerkingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0627.upTriangelplan1-0401 |
In het kader van het bestemmingsplan Triangel is uitvoerig op het thema water ingegaan en zijn ook afspraken gemaakt met de waterbeheerders over de omgang met dit thema, zoals waterberging, veiligheid en waterkwaliteit. Tevens heeft uitvoerig onderzoek plaatsgevonden.
In onderstaande is de omgang met dit thema uit het bestemmingsplan Triangel overgenomen. Dit uitwerkingsplan zal voor toetsing aan de relevante waterpartners worden voorgelegd.
De waterparagraaf van dit uitwerkingsplan is voor advies voorgelegd aan het HHSK. Het HHSK heeft aangegeven geen bezwaar te hebben tegen de uitvoering van het plan. Wel is een aantal aandachtspunten genoemd. Deze zijn verwerkt in onderstaande tekst en in de planregels.
Veiligheid en voorkomen van wateroverlast
Door de aanleg van De Triangel treedt functieverandering op in de Zuidplaspolder. Daardoor neemt mogelijke schade bij een dijkdoorbraak toe. De vraag is dan of de schadeklasse van de boezemkades moet worden verhoogd. Maatgevend hierbij is een doorbraak van de waterkering langs de Gouwe. De boezemkade langs de Gouwe heeft als normering schadeklasse V. Dit is de zwaarste klasse.
In december 2005 is in opdracht van de provincie een onderzoek uitgevoerd naar de gevolgen van een overstroming voor de Zuidplaspolder. Onder andere voor plangebied De Triangel zijn de maximaal optredende waterstanden berekend. Deze waterstand ligt 15 cm lager dan het beoogde vloerpeil van toekomstige woningen (NAP -5,05 m). Deze waterstand treedt op bij een dijkdoorbraak langs de Gouwe tussen Waddinxveen en de A12. Door provincie en het HHSK is geconcludeerd dat gezien de geringe waterdiepte, de verwaarloosbare stroomsnelheden van het water en de beschikbare evacuatietijd geen aanvullende maatregelen noodzakelijk zijn.
Als gevolg van de toename aan verharding in het plangebied dient ter compensatie in totaal 11% van het bruto-plangebied (geheel De Triangel) nieuw oppervlaktewater gerealiseerd te worden. Dit komt neer op ongeveer 48.000 m2. De toename van de verharding als gevolg van het voorliggende uitwerkingsplan is hierbij meegenomen.
In eerste instantie wordt de benodigde waterberging in De Triangel gerealiseerd binnen het plangebied door de aanleg van waterpartijen (zoals in het centrale park) als door peilverhoging in de bestaande (en te handhaven) waterlopen. Hiermee wordt voldaan aan de waterbergingsbehoefte in relatie tot de NBW-norm.
De gemeente Waddinxveen en het HHSK hebben eveneens overeenstemming bereikt (brief 2008.08780 d.d. 2 september 2008) om maximaal 5 ha van de benodigde waterberging te kunnen realiseren in de Vredenburghzone. Deze zone ligt ten zuiden van het plangebied en hiervoor is een ecologische functie beoogd. Om de toekomstige waterberging in de Vredenburghzone goed te kunnen benutten, dient een verbinding van voldoende capaciteit tussen het plangebied en de Vredenburghzone aangelegd te worden. Hiertoe zal een hoofdwatergang vanuit De Triangel gerealiseerd moeten worden. De bestaande peilvakgrens tussen het plangebied De Triangel en de Vredenburghzone zal in zuidelijke richting worden verlegd, zodat De Triangel en de Vredenburghzone onderdeel gaan uitmaken van hetzelfde peilgebied.
Vooralsnog wordt er van uitgegaan dat extra waterberging in de Vredenburghzone niet noodzakelijk is.
Voorkomen van grondwateroverlast
In het plangebied zullen de bestaande zomer- en winterpeilen gehandhaafd worden. Het toekomstige wegpeil in het plangebied wordt dusdanig gekozen dat de drooglegging is gewaarborgd. De drooglegging, het verschil tussen het wegpeil en het waterpeil, voor het waterrijke plangebied met zettingsgevoelige bodem die is overeengekomen met HHSK en gemeente bedraagt 0,9 m. Hiermee wordt de nodige veiligheid geboden tegen grondwateroverlast.
Doordat de landbouw binnen de Zuidplaspolder in de toekomst minder belangrijk wordt, streeft het HHSK op termijn naar het realiseren van een flexibel peilbeheer waarbij de waterstand zich bevindt binnen een marge van NAP -6,15 m tot NAP -6,3 m.
Het watersysteem van De Triangel zal zo worden ingericht dat het geen belemmering vormt voor het in de toekomst instellen van het genoemde peil in het gehele peilgebied waarbinnen De Triangel valt. Dit betekent dat er bij het bepalen van de drooglegging en aanleghoogtes al rekening wordt gehouden met een peil van NAP -6,15 m. Vooralsnog zal echter worden aangesloten bij het huidige zomer- en winterpeil in het betreffende peilgebied, zijnde NAP -6,2/-6,4 m.
Op basis van de huidige inzichten wordt voor nieuw te bouwen woningen een bouwpeil/aanleghoogte voor de begane grondvloer gehanteerd van NAP -5,05 m. Voor de bestaande woningen die een lager vloerpeil hebben is bij verbouwing een bouwpeil/aanleghoogte NAP -5,05 m mogelijk. Dit wordt opgenomen in de planregels.
Mogelijk zal in de toekomst een een ander peil gehanteerd worden, namelijk een zomerpeil van -6.32 m en een winterpeil van -6,42 m. Voor nu hoeft hier nog geen rekening mee gehouden worden.
Tegengaan bodemdaling veengebied
Voorafgaand aan de bouw en bewoning (gebruiksfase) zal het plangebied bouwrijp gemaakt worden. Hierbij zal gedurende 8 maanden tot 3 jaar de bodemdaling (zetting) kunstmatig worden versneld (door bijvoorbeeld de toepassing van verticale drainage, eventueel in combinatie met een extra bovenbelasting bestaande uit een grondlichaam en/of het afgraven van zettingsgevoelige bodemlagen zoals klei en veen en het terugbrengen van zand) teneinde gedurende de gebruiksfase de bodemdaling te beperken tot acceptabele waarden (norm). De norm die hiervoor gehanteerd wordt is dat een restzetting van 10 cm in 30 jaar wordt geaccepteerd ter plaatse van wegen en riolering. Ter plaatse van tuinen en groen wordt voorzien in een restzetting van 20 cm in 30 jaar. De nadere uitwerking hiervan, zoals de systeemkeuze van de versnelde consolidatie, dient in overleg met het HHSK tot stand te komen. Het HHSK spreekt haar bezorgdheid uit over een toename van kwel.
Riolering en waterkwaliteit
In het gebied wordt een gescheiden stelsel aangelegd waarbij, waar mogelijk, afstromend hemelwater van schone oppervlakken direct wordt afgevoerd naar het oppervlaktewater. Het afkoppelen geschiedt met inachtneming van de daarvoor bij het HHSK geldende richtlijnen. Voorbeelden van oppervlakken die relatief schoon zijn, zijn onder andere daken en verkeersluwe wegen. Hiermee wordt voorkomen dat schoon hemelwater afgevoerd wordt naar de afvalwaterrioolzuiveringsinstallatie. Verder zal het Nationaal Pakket Duurzaam Bouwen toegepast worden, alsmede niet-uitlogende en milieuvriendelijke beschoeiing en betuining. Hiermee wordt verontreiniging van het afstromende hemelwater beperkt.
Inrichting en ecologie
In het plangebied zullen de oevers ter plaatse van de openbare ruimte natuurvriendelijk worden ingericht. Het HHSK stelt dat minimaal 50% van de totale oeverlengte op deze wijze wordt ingericht. Een natuurvriendelijke oeverinrichting bestaat uit oevers met een flauw talud, zodat de waterdiepte geleidelijk afneemt. Hiermee wordt een variatie aan vegetatietypen gestimuleerd. Door een inrichting van het watersysteem met een waterdiepte van minimaal 1 m wordt een robuust watersysteem gerealiseerd. De natuurvriendelijke oevers dragen bij aan de doelstellingen van de Kaderrichtlijn Water (KRW).
Het plangebied is gesitueerd in een gebied met wateraanvoer waardoor de doorspoeling goed is. In combinatie met de aanstaande opheffingen van lozingen van de glastuinbouw in Waddinxveen en omgeving zal de waterkwaliteit naar verwachting verbeteren.
Beheer en onderhoud
Alle hoofdwatergangen zijn in beheer en in onderhoud bij het HHSK. De gemeente is in principe verantwoordelijk voor het onderhoud van de overige watergangen en het beheer en onderhoud van de riolering en hemelwaterafvoer, alsmede de daarmee samenhangende kosten.
De gemeente en het HHSK hebben echter de intentie uitgesproken dat het dagelijks en buitengewoon onderhoud van alle watergangen bij wijze van pilot zal worden uitgevoerd door het HHSK. Voorwaarde hierbij is dat alle watergangen vanaf de kant bereikbaar dienen te zijn voor onderhoud en dat een obstakelvrije onderhoudsstrook (breedte 5 m) aanwezig is over de volle lengte van de watergangen. Hiertoe is in de regels van dit uitwerkingsplan een dubbelbestemming 'Waterstaat - Waterstaatkundige functie' opgenomen en is aan weerszijden van de Zesde Tocht hiervoor een zone opgenomen op de verbeelding. Daarnaast dienen de kruisingen met wegen doorvaarbaar te zijn voor varend onderhoudsmaterieel. Bij de overige watergangen moet eveneens rekening gehouden worden met onderhoudsstroken.
Tevens dienen de bewoners te worden ingelicht over de plichten, geboden en verboden met betrekking tot het onderhoud en activiteiten ter plaatse van het aangrenzende open water (de toepassing van geschikte bouwmaterialen, de eisen ten aanzien van bebouwing en steigers etc.). In dit opzicht is de aanwezigheid van bomen en grote struiken langs de oevers in algemene zin niet gewenst omdat dit leidt tot te veel beschaduwing en overmatige bladval in het water. Bouwen of opgaande beplanting langs of in de hoofdwatergang is niet toegestaan omdat dan de bereikbaarheid voor het onderhoud wordt belemmerd. Daarnaast zal de benodigde transportcapaciteit van de hoofdwatergang ontoelaatbaar worden beperkt indien bebouwing plaatsvindt.
Opgemerkt wordt dat voor aanpassingen aan het bestaande waterhuishoudingsysteem vergunning dient te worden aangevraagd bij het HHSK op grond van de Keur (ex artikel 77 en 80 van de Waterschapswet). In de Keur is ook geregeld dat "beschermingszone" voor watergangen in acht dienen te worden genomen. Het komt erop neer dat binnen de beschermingszone vanaf de insteek van de watergang (bovenkant talud) enkele meters niets gebouwd en opgeslagen mag worden. De laatst genoemde bepaling beoogt te voorkomen dat de stabiliteit van het profiel wordt aangetast, de aan- en/of afvoer en/of berging van water wordt gehinderd dan wel het onderhoud wordt gehinderd.
Voor het afkoppelen en direct lozen op het oppervlaktewater dient bij het HHSK vergunning te worden aangevraagd in het kader van de Waterwet.