Reactieve aanwijzing tav Ruimte voor Ruimte Hoogstraat Welberg

Aanwijzing 2, t.a.v. woningbouwontwikkeling in bebouwingsconcentraties

De aanduiding “bouwvlak” ten noordoosten van het bouwvlak voor de bestaande woning Hoogstraat 40 op de verbeelding van het bestemmingsplan treedt niet in werking. Dit gebied is elektronisch vastgelegd in deze reactieve aanwijzing.

Motivering:

In hoofdstuk 11 van de Verordening ruimte zijn in de artikelen 11.2 tot en met 11.5 een aantal uitzonderingen opgenomen, waarbij af kan worden geweken van de hoofdregel dat woningbouw buiten bestaand stedelijk gebied niet is toegestaan.

In artikel 11.4 Verordening ruimte is bepaald dat indien een bestemmingsplan is gelegen in een bebouwingsconcentratie binnen een zoekgebied voor verstedelijking of binnen een gebied integratie stad-land kan voorzien in de bouw van een of meer woningen, mits de toelichting aan bepaalde randvoorwaarden voldoet. Overigens is in artikel 14.4 lid 3 Verordening ruimte een overgangsregeling opgenomen voor bebouwingsconcentraties welke niet zijn gelegen in een zoekgebied voor verstedelijking of in gebieden met de aanduiding integratie stad-land. Indien daarvan sprake is dient het bestemmingsplan voor 1 juli 2011 te zijn vastgesteld. Daar is in dit geval aan voldaan.

Eén van de voorwaarden welke voortvloeit uit bovenstaande regeling is dat uit de verantwoording moet blijken op welke wijze financieel, juridisch en feitelijk is verzekerd dat de beoogde ruimtelijke ontwikkeling gepaard gaat met een ruimtelijke kwaliteitsverbetering van het gebied waarop de ontwikkeling betrekking heeft. Een andere voorwaarde is, dat geen inbreuk wordt gedaan aan de toepassing van de regeling voor ruimte-voor-ruimtekavels als bedoeld in artikel 11.2 van de Verordening ruimte.

In de beantwoording van de ingediende zienswijze wordt ten onrechte gesteld dat de gemeente niet kon en mocht anticiperen op de Verordening ruimte, die ten tijde van de tervisielegging van het ontwerp-bestemmingsplan nog niet in werking was getreden. Hierdoor wordt geen strijd met de Verordening ruimte geconstateerd en is het plan ongewijzigd vastgesteld ten aanzien van het opgenomen bouwvlak naast de woning Hoogstraat 40. Deze stelling mist elke juridische grondslag, temeer omdat de Verordening ruimte op 1 maart 2011 – dus royaal vóór de vaststelling van het bestemmingsplan- in werking is getreden. De gemeenteraad had bij de vaststelling van het plan wel degelijk rekening moeten houden met de op dat moment geldende regels. Dit is wel gedaan met betrekking tot de overige vier geprojecteerde nieuwe woningen in het plangebied, waarvoor in het kader van artikel 11.2 en 11.3 van de Verordening bouwtitels zijn aangekocht bij de Ontwikkelingsmaatschappij Ruimte voor Ruimte C.V.

De omstandigheid dat een kleine loods wordt gesloopt in ruil voor de geprojecteerde bouwtitel, kan niet worden aangemerkt als zijnde een voldoende mate van kwaliteitsverbetering. Een dergelijke marginale investering staat in schril contrast tot het verwerven van een bouwtitel in het kader van ruimte-voor-ruimte alsmede de gevraagde investering in het landschap in het kader van de voormalige Bio-regeling, waarop de overgangsbepaling als bedoeld in artikel 14.4, lid 3, van de Verordening ruimte is gestoeld.

Het bovenstaande betekent dat er geen sprake is van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering en dat het plan ten aanzien van deze woning inbreuk maakt op de toepassing van de regels voor ruimte-voor-ruimtekavels als bedoeld in artikel 11.4 lid 2 sub c.