Plan: | Inpassingsplan Windpark Eemshaven West |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | inpassingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.9920.IPWindparkEHW-VA01 |
het Inpassingsplan Windpark Eemshaven West met identificatienummer NL.IMRO.9920.IPWindparkEHW-VA01 van de provincie Groningen;
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en bijbehorende bijlagen
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
in relatie tot windturbines:
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
bevoegd gezag zoals bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, tenzij de Elektriciteitswet 1998 anders bepaalt;
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd op de grond staand gebouw, of ander
bouwwerk, met een dak;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
een grens van een bouwperceel;
een bouwkundige constructie van enige omvang die duurzaam en direct met de aarde is verbonden;
grasland, akkerbouw- en tuinbouwgronden, die hobbymatig in gebruik zijn en niet worden gebruikt ten behoeve van een volwaardige agrarische bedrijfsvoering;
voorziening ten behoeve van het opwekken van energie uit duurzame energiebronnen zoals windkracht, waterkracht en zonlicht, mest en biomassa. Onder duurzame energievoorziening wordt onder meer verstaan windmolens, -turbines en -wokkels, zonnecollectoren en -panelen;
een extensief dagrecreatief medegebruik van gronden dat ondergeschikt is aan de functie van de bestemming waarbinnen dit recreatieve gebruik is toegestaan, zoals wandelen, fietsen, paardrijden, kanoën, vissen, picknicken, of een naar de aard daarmee gelijk te stellen medegebruik;
de ondersteuningsconstructie, die geheel of gedeeltelijk ondergronds ligt, waarop het gebouw of bouwwerk geplaatst wordt;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke overdekte, geheel of gedeeltelijke met wanden omsloten ruimte vormt;
in een gebouw of op een terrein aanwezige functies die maken dat een gebouw of een terrein als geluidsgevoelig object wordt aangemerkt;
gebouwen welke dienen ter bewoning of andere geluidsgevoelige gebouwen of terreinen, zoals bedoeld in de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder;
bouwwerk bedoelt voor het onderbrengen van schakel en meetapparatuur om de windturbines te verbinden met het landelijke elektriciteitsnet;
bouwwerken ten behoeve van verkeersdoeleinden, zoals viaducten, alsmede bouwwerken ten behoeve van de waterhuishouding, zoals dammen, duikers, sluizen, beschoeiingen, remmingswerken, niet zijnde steigers;
de berekende gecumuleerde geluidbelasting op grond van het Reken- en meetvoorschrift windturbines (Activiteitenregeling milieubeheer, Bijlage 4), zoals dat gold voor 31 juni 2021, waarbij (voor zover relevant) het geluid van spoorwegverkeer, luchtvaart, scheepvaart, industrie, (weg)verkeer en windturbines zijn meegenomen en bij molenaarswoningen het geluid van windturbines niet wordt betrokken;
de hoogte waarop het omliggende terrein aansluit op het gebouw, bouwwerk of windturbine;
voorziening op een windpark, zoals een transpordersysteem of radardetectie, die de obstakelverlichting automatisch inschakelt indien een vliegtuig of ander luchtvaartuig het windpark nadert;
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut (met bijbehorende voorzieningen), zoals transformatorhuisjes, transformatorkasten, inkoopstations, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, energieopslagsystemen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie;
een verharde plek ten behoeve van het bouwen van en het onderhoud aan een windturbine, waaronder tevens begrepen onderhoudswegen;
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
overige objecten voor zover personen in een ruimte binnen dit object gedurende langere aaneengesloten tijd verblijven tijdens de daglichtperiode (zoals scholen, kantoren en dienstverlening, zorggerelateerde activiteiten, dagrecreatieve doeleinden, horecagelegenheden, kampeerterreinen), niet zijnde (agrarische) bedrijfsgebouwen zoals stallen, opslagloodsen, schuren, alsmede buitenterreinen), en voor zo ver:
Voor zo ver slechts een deel van een object als slagschaduwgevoelig kan worden aangemerkt hoeft alleen dat deel als slagschaduwgevoelig te worden beschouwd;
gelegenheid tot parkeren ten behoeve van motorvoertuigen, met uitzondering van garages;
het samenstelsel van drie rotorbladen (ook wel wieken genoemd) en hub (ook wel de neus genoemd) van een windturbine;
de wiek van een windturbine;
de diameter van de cirkel die door de tip (het uiteinde) van een rotorblad (wiek) wordt beschreven;
ieder object bedoeld voor bewoning of anderszins voor permanent verblijf van personen (woningen, woonboten of woonwagens en zorginstellingen, niet zijnde een molenaarswoning), voor zover het gebruik in overeenstemming met de geldende bestemming is, en voor zover de gevel of het dakvlak voorzien is van één of meerdere lichtdoorlatende vlakken in de richting van de windturbine(s);
de uiterste punt van een rotorblad of wiek van een windturbine;
windturbines hebben een vergelijkbare verschijningsvorm als:
de vegetatietoestand waarbij het terrein ongeschikt is voor het overtijen van wad- en watervogels;
het uiterlijk van de windturbine zoals dat wordt bepaald door het samenstel van de vorm van de gondel, de ashoogte, de rotordiameter en het toerental van een windturbine ;
voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede wateraanvoer, waterafvoer, waterberging, hemelwaterinfiltratie, en waterkwaliteit. Hierbij kan worden gedacht aan duikers, stuwen, infiltratievoorzieningen, gemalen, inlaten, etcetera;
energie uit een windturbine;
een door de wind aangedreven turbine of molen, die wordt gebruikt voor de productie van elektriciteit;
het recht opstaande deel ofwel de verticale toren van een windturbine, waar boven op het geheel van de gondel met wieken wordt geplaatst;
een installatie voor de productie van elektriciteit met behulp van windenergie in hoofdzaak bestaande uit één of meer windturbines. Eén windturbinepark kan bestaan uit meerdere inrichtingen als bedoeld in artikel 1.1 Wet milieubeheer;
een (gedeelte van een) gebouw dat dient voor de huisvesting van één huishouden.
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, bliksemafleiders en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
vanaf het peil tot aan het hart van de (wieken)as van de windturbine;
de afstand tussen de uiterste punt van een wiek en het hart van de (wieken)as/naaf;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de fundering;
vanaf het peil tot aan het hoogste punt (het uiteinde) van het bovenste verticaal staande rotorblad;
De voor 'Bedrijf - Nutsvoorziening' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van bebouwing en de inrichting van gronden ten behoeve van de ruimtelijke kwaliteit, een goede landschappelijke inpassing en de architectonische uitstraling.
De voor 'Bedrijf - Windturbinepark' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van overige bouwwerken gelden de volgende regels:
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in:
De slagschaduwduur op ramen binnen de gevel van slagschaduw gevoelige objecten, gelegen binnen 12 maal de rotordiameter van een windturbine, veroorzaakt door alle windturbines die vallen binnen de bestemming 'Bedrijf - Windturbinepark' mag tezamen niet meer bedragen dan 1 uur per jaar.
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.4.4, sub a, onder 1 en worden toegestaan dat obstakelverlichting met een andere zichtbaarheidsreductie wordt toegepast, met dien verstande dat:
Het is verboden op of in de in 4.1 genoemde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde en/of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het in lid 4.6.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde en/of werkzaamheden die:
De in lid 4.6.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, indien:
De voor 'Leiding - Hoogspanning' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.2 en toestaan dat wordt gebouwd overeenkomstig de bouwregels van de andere bestemming, mits:
Het is verboden op of in de in 5.1 genoemde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde en/of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het in lid 5.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde en/of werkzaamheden die:
De in lid 5.4.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, indien:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - parkinfrastructuur' zijn behalve de daar voorkomende bestemming(en), mede bedoeld voor:
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - oude dijken' zijn behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bedoeld voor het behoud en/of herstel van de dijk en de daarmee samenhangende cultuurhistorische waarden en kenmerken.
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - windturbine' zijn behalve de daar voorkomende bestemming(en), mede bedoeld voor:
Voor zover de enkelbestemming 'Bedrijf - Nutsvoorziening', bedoeld in Artikel 3 van dit plan en de enkelbestemming 'Bedrijf - Windturbinepark', bedoeld in Artikel 4 van dit plan samenvallen met de bestemmingen uit de onderliggende bestemmingsplannen komen de enkelbestemmingen uit die bestemmingsplannen te vervallen indien deze het gebruik en de bouw van het windturbinepark belemmeren.
Deze regels worden aangehaald als:
“Regels van het Inpassingsplan Windpark Eemshaven West".