Plan: | Botjeszandgat |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1987.01BuBOTBP0012011-0401 |
In hoofdstuk 1 worden enkele in de planregels gehanteerde begrippen nader verklaard, zodat interpretatieproblemen zoveel mogelijk worden voorkomen. Daarnaast wordt aangegeven op welke wijze bepaalde grootheden dienen te worden gemeten.
Artikel 1: Begripsbepaling
In dit artikel worden de begrippen gedefinieerd, die in de regels worden gehanteerd. De begripsbepalingen in artikel 1 zijn noodzakelijk bij de interpretatie van de regels. Bij de toetsing aan het bestemmingsplan wordt uitgegaan van de in dit artikel aan de betreffende begrippen toegekende betekenis. Voor zover geen begrippen zijn gedefinieerd wordt aangesloten bij het normaal spraakgebruik.
Behalve de eerste twee begrippen zijn deze omschrijvingen alfabetisch gerangschikt. Zij zijn zoveel mogelijk gebaseerd op vaste jurisprudentie. In de loop der tijd hebben de meeste begrippen zich ontwikkeld tot een standaard, waarvan ook in dit bestemmingsplan gebruik is gemaakt.
Artikel 2: Wijze van meten
De bepalingen over de wijze van meten zijn in artikel 2 opgenomen. Dit artikel geeft aan hoe de hoogte- en andere maten die bij het bouwen in acht genomen dienen te worden, gemeten moeten worden.
In hoofdstuk 2 worden de op de kaart aangegeven bestemmingen omschreven. De bestemmingsregels zijn opgenomen in de artikelen 3 tot en met 7. De bestemmingsomschrijving betreft de centrale bepaling van elke bestemming. Het betreft een omschrijving waarin limitatief de functies worden genoemd, die binnen de bestemming zijn toegestaan.
De bouwregels zijn direct gerelateerd aan de bestemmingsomschrijving. Ook het gebruik van gronden en bebouwing is gekoppeld aan de bestemmingsomschrijving. In de bouwregels staan uitsluitend bepalingen die betrekking hebben op het bouwen. Bouwregels zijn dan ook alleen van toepassing bij de toetsing van aanvragen om een omgevingsvergunning. De afwijkingsmogelijkheden van de bouwregels geven burgemeester en wethouders de bevoegdheid om onder voorwaarden met een omgevingsvergunning af te wijken van een specifieke regel. De specifieke gebruiksregels vormen een nadere concretisering van het toegestane gebruik.
Artikel 3: Bedrijf - Zandwinning
Deze bestemming is toegekend aan het grootste deel van het plangebied, namelijk daar waar in de looptijd van het bestemmingsplan nog actief zand gewonnen zal worden. Het werkeiland is daarbinnen apart aangeduid. Binnen deze aanduiding zijn bedrijfsgebouwen en -installaties (klasseerinstallatie, weegbrug, kantoor, werkplaats, etc.) toegestaan. De bouwmogelijkheden zijn beperkt tot de bestaande hoeveelheden (hoogte en oppervlakte). Eventuele uitbreiding is alleen toegestaan door middel van een omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan.
Het uitoefenen van activiteiten die ondersteunend zijn aan de zandwinning is ook toegestaan en valt binnen de bestemmingsomschrijving. Het betreft hier niet zozeer de primaire zandwinning als zodanig, maar hiermee samenhangende (tijdelijke) werkzaamheden, zoals bijvoorbeeld transport (aan- en afvoer van industriezand), verwerking en opslag. Naast de hoofdfunctie zandwinning zijn tevens water, waterhuishoudkundige doeleinden, groenvoorzieningen en agrarische doeleinden toegestaan binnen de bestemming.
Om te voorkomen dat sprake is van een (gezoneerd) industrieterrein als bedoeld in artikel 1 van de Wet geluidhinder, is, conform de jurisprudentie op dit gebied, nadrukkelijk de vestiging van zgn. "grote lawaaimakers" als bedoeld in artikel 41 van de Wet geluidhinder (juncto onderdeel D van Bijlage I van het Besluit omgevingsrecht) uitgesloten. Ook is de vestiging van risicovolle inrichtingen als bedoeld in het Bevi uitgesloten.
Op dit moment is nog niet exact duidelijk wanneer de exploitatieperiode zal worden afgerond. Met het oog hierop is in dit artikel een wijzigingsbevoegheid opgenomen. Hierdoor is het mogelijk om de bestemming Bedrijf - Zandwinning te wijzigen in de bestemming Water, Groen en Recreatie - Dagrecreatie. De regels die gelden voor deze bestemmingen blijven daarbij van toepassing.
Artikel 4: Groen
De oeverstroken aan de oost- en zuidzijde van het plangebied zijn c.q. worden ingericht als groenstroken met opgaand groen en zijn als zodanig bestemd. De wijze van inrichting wordt nader beschreven in het inrichtingsplan en het bijbehorende beplantingsplan (bijlage 1). Doel van de voorgestelde inrichting is om te komen tot een landschappelijk verantwoord eindbeeld. Tevens zijn opgenomen de bestaande groenstroken aan de westzijde van het plangebied die in het POP en de Omgevingsverordening zijn aangeduid als 'Bos- en natuurgebied buiten de EHS'.
Vanwege de aard van de bestemming zijn de bouwmogelijkheden beperkt tot bouwwerken, geen gebouw zijnde.
Artikel 5: Recreatie - Dagrecreatie
Deze bestemming is toegekend aan de zuidwesthoek van het plangebied. Het betreft hier onder meer de zwembaai, het zandstrand en andere vormen van extensieve dagrecreatie. In verband met het hoofdzakelijk dagrecreatieve karakter van de bestemming zijn de bouwmogelijkheden ten behoeve van deze functies, bijvoorbeeld een kiosk, sanitaire voorzieningen of een beheerdersgebouw, beperkt gehouden. De gezamenlijke oppervlakte van deze gebouwen bedraagt maximaal 50 m2. Deze oppervlakte is met een wijzigingsbevoegdheid uit te breiden tot 250 m2. Tevens is het mogelijk om kleinschalige en aan de dagrecreatieve bestemming ondergeschikte vormen van detailhandel en horeca te realiseren. Hiervoor is tevens een ontheffing van de provinciale verordening noodzakelijk (artikel 4.8).
Artikel 6: Water
De bestemming Water betreft feitelijk het gedeelte van het Botjeszandgat waar geen actieve zandwinning plaatsvindt. Het water kan deels voor recreatie worden gebruikt. Nabij de zwembaai aan de zuidwestzijde van het Botjeszandgat kan immers worden gezwommen in het water in een afgebakend gedeelte van de plas.
Zuigwerkzaamheden door de zandwinner in het aangrenzende noordelijke deel gedurende de exploitatieperiode kunnen leiden tot (tijdelijke) vertroebeling van het (zwem)water. Hierdoor kan de waterkwaliteit verminderen. In het uiterste geval kan dit tot gevolg hebben dat de zwemfunctie tijdelijk moet worden onderbroken.
Middels bebording en een fysieke afscheiding in het water worden bezoekers er op gewezen dat het vanwege verdrinkingsgevaar verboden is buiten de boeien te zwemmen. Verder wordt er door de zandwinner van oost naar west op de scheiding tussen het bedrijfs- en het recreatieve gedeelte een fysieke afscheiding (bijv. drijvers) in het water aangebracht.
Artikel 7: Leiding - Gas
Deze dubbelbestemming dient ter bescherming van de bestaande ondergrondse aardgas(condensaat)- en formatiewatertransportleidingen van de Gasunie en NAM die in de west- en noordzijde van het plangebied liggen. Deze bescherming wordt onder andere gerealiseerd door het opnemen van een omgevingsvergunningstelsel voor het uitvoeren van bepaalde werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden. Zonder omgevingsvergunning is het verboden deze werken, geen gebouwen zijnde, of werkzaamheden uit te voeren die de leiding kunnen beschadigen. Voordat een omgevingsvergunning wordt verleend, wordt advies ingewonnen bij de leidingbeheerder en de hulpdiensten omtrent de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen in verband met de leidingen niet onevenredig worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld ter voorkoming van eventuele schade.
Daarnaast mogen binnen deze dubbelbestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bedoelde leiding worden gebouwd.
In hoofdstuk 3 van de regels is een aantal standaardbepalingen opgenomen te weten, de anti-dubbeltelbepaling, algemene bouw- en gebruiksregels, algemene afwijkingsregels en algemene wijzigingsregels.
Artikel 8: Anti-dubbeltelregel
De anti-dubbeltelbepaling is opgenomen om te voorkomen dat, wanneer volgens een bestemmingsplan bepaalde gebouwen en bouwwerken niet meer dan een bepaald deel van een bouwperceel mogen beslaan, het opengebleven terrein niet nog eens meetelt bij het toestaan van een ander gebouw of bouwwerk, waaraan een soortgelijke eis wordt gesteld.
Artikel 9: Algemene bouwregels
In dit artikel is bepaald dat, in het geval van strijdigheid van de bepalingen van het plan, de regels van artikel 7 (dubbelbestemming Leiding - Gas) vóór de bepalingen die ingevolge andere artikelen op de gronden als bedoeld in artikel 7 van toepassing zijn, gaan.
Artikel 10: Algemene gebruiksregels
In de algemene gebruiksregels is bepaald dat het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een seksinrichting te allen tijde niet is toegestaaan (strijdig gebruik). Tevens is een afstemmingsregeling met de evenementenvergunning op grond van de APV van de gemeente Menterwolde opgenomen.
Artikel 11: Algemene aanduidingsregels
Over delen van het plangebied loopt de geluidzone van industrieterrein (NAM locaties). Daarvoor zijn eerder, conform de Wet geluidhinder, geluidzones vastgesteld. Deze geluidzone (50 dB(A)-contour) valt voor een deel binnen het plangebied en is op de plankaart aangegeven middels de gebiedsaanduiding 'geluidzone - industrie'. Dit betekent dat vanuit de gebiedsaanduiding rekening is gehouden en afstemming is bereikt met de bepalingen uit de Wet geluidhinder.
Over delen van het plangebied loopt tevens de veiligheidzone van risicovolle inrichtingen (eveneens NAM locaties). Deze zone valt voor een deel binnen het plangebied en is op de plankaart aangegeven middels de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone -bevi'. Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - bevi' zijn geen kwetsbare objecten en beperkt kwetsbare objecten toegestaan in verband met het plaatsgebonden en groepsrisico.
Artikel 12: Algemene afwijkingsregels
In dit artikel is een bevoegdheid opgenomen om onder voorwaarden kleine afwijkingen van het bestemmingsplan toe te staan. Hierbij gaat het om afwijkingsregels die gelden voor alle bestemmingen in het plan. Met deze bepalingen wordt meer flexibiliteit aan het plan gegeven. Dit voorkomt dat bij kleine ondergeschikte afwijkingen van het bestemmingsplan een nieuw bestemmingsplan noodzakelijk is.
Artikel 13: Algemene wijzigingsregels
In deze bepaling is een wijzigingsbevoegdheid voor burgemeester en wethouders opgenomen ten behoeve van de bouw van een transformatorstation, gasdrukmeet- en regelstation, rioolgemaal en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwwerken van openbaar nut.
In hoofdstuk 4 zijn twee artikelen opgenomen, het overgangsrecht ten aanzien van gebruik en bebouwing en de slotregel waarin de citeertitel van het bestemmingsplan wordt aangehaald.
Artikel 14: Overgangsrecht
In deze bepaling is vorm en inhoud gegeven aan het overgangsrecht.
Artikel 15: Slotregel
Als laatste is de slotregel opgenomen. Deze bepaling omschrijft de titel van het plan.