Plan: | Schoolstraat 6 en Walsland 51, Vianen |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1961.BPVISchoolstraat6-ON01 |
het bestemmingsplan 'Schoolstraat 6 en Walsland 51, Vianen' met identificatienummer NL.IMRO.1961.BPVISchoolstraat6-ON01 van de gemeente Vijfheerenlanden.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
een gebouw dat aangebouwd is aan een woning of woongebouw en rechtstreeks van daaruit toegankelijk is.
de gemeentelijke (beleids)archeoloog of een andere door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige op het gebied van de archeologie.
onderzoek naar de (aanwezigheid en/of waarde van) archeologische resten door een gecertificeerde instantie werkend conform de richtlijnen van de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie. Dit onderzoek kan bestaan uit bureauonderzoek, booronderzoek, begeleiden, proefsleuvenonderzoek, opgravingen of een combinatie daarvan.
rapport waarin de resultaten van archeologisch onderzoek zijn vastgelegd en dat is opgesteld conform de richtlijnen van de vigerende versie van de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie.
terrein dat van algemeen belang is wegens de daar aanwezige zaken die ten minste 50 jaar geleden zijn vervaardigd en die van algemeen belang zijn wegens hun schoonheid, hun betekenis voor de wetenschap of hun cultuurhistorische waarde.
de aan een gebied toegekende verwachting in verband met de kans op het voorkomen van archeologische resten in dat gebied.
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied voorkomende archeologische resten.
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
het percentage dat aangeeft tot welke oppervlakte het bouwperceel of een ander in deze regels bepaald vlak, mag worden bebouwd.
een bedrijf dat vanwege zijn kleinschalige omvang en geringe invloed op de omgeving kan worden uitgeoefend in of bij een woning, door de gebruik(st)er van die woning, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is, waaronder mede een bed&breakfast is begrepen.
het begeleiden van bodemverstorende ingrepen door een archeoloog die de aanwezige archeologische resten documenteert en verzamelt conform de richtlijnen van de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie en op basis van een door de bevoegde overheid goedgekeurd Programma van Eisen.
een dienstverlenend of kunstzinnig beroep, dat in of bij een woning wordt uitgeoefend, door de gebruik(st)er van die woning, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is.
het gebied dat bij ministeriële beschikking nr. 179.814 I, d.d. 23 juni 1975 is aangewezen als beschermd stadsgezicht in de zin van de Monumentenwet 1988.
een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan legaal is, wordt of mag worden gebouwd.
een gebruik dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan legaal wordt of mag worden uitgeoefend.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
bevoegd gezag als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, dan wel de Omgevingswet zodra deze in werking getreden is.
een gebouw dat architectonisch ondergeschikt is aan het op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw en ten dienste staat van dat hoofdgebouw.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
de grens van een bouwvlak.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen, verhuren en leveren van goederen voor gebruik, verbruik of aanwending overwegend anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit en Erfgoed van de gemeente Vijfheerenlanden, zoals bepaald in de bouwverordening van de gemeente Vijfheerenlanden en bedoeld in artikel 15 van de Monumentenwet 1988.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
instantie die beschikt over een certificaat als bedoeld in art. 5.1 van de Erfgoedwet.
de door burgemeester en wethouder vastgestelde beleidsregels met betrekking tot het parkeren, zoals die gelden op het tijdstip van indiening van de aanvraag voor een omgevingsvergunning. Indien er geen geldende beleidsregels aanwezig zijn, gelden de actuele CROW kencijfers. Zijn er wel beleidsregels en wijzigen deze gedurende de planperiode dan gelden de gewijzigde regels.
aangeduide lijn die aangeeft welk deel van het erf met gebouwen mag worden bebouwd, waarbij de plaatsaanduiding 'achter de gevellijn' ziet op die zijde van de gevellijn waar ook het bouwvlak is geprojecteerd.
een gebouw, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
het bedrijfsmatig verstrekken van dranken en etenswaren voor gebruik ter plaatse, en van logies en het bedrijfsmatig exploiteren van zalen.
persoon of groep personen die gemeenschappelijk samenleven in een onderlinge persoonlijke verbondenheid gericht op een duurzaam samenzijn waarbij sprake is van de continuïteit in de samenstelling ervan en die binnen een woning gebruik maakt van dezelfde voorzieningen.
woonvorm waarbij een pand door meerdere personen die geen gezamenlijke huishouden vormen wordt bewoond, en waarbij sprake is van woonruimtes waarbij afzonderlijke huishoudens afhankelijk zijn van één of meer gedeelde wezenlijke voorzieningen (keuken, douche en/of toilet) buiten de woonruimte.
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie.
vergunning voor activiteiten als genoemd in artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, dan wel de Omgevingswet zodra deze in werking getreden is.
de ontsluiting van een archeologische vindplaats door een gecertificeerde instantie met als doel de informatie te verzamelen en vast te leggen die nodig is voor het beantwoorden van de in het Programma van Eisen verwoorde onderzoeksvra(a)g(en) en het behalen van de onderzoeksdoelstellingen.
een overdekt bouwwerk zonder eigen wanden.
document waarin onderzoeksvragen en uitvoeringseisen voor het uit te voeren archeologisch onderzoek in de vorm van proefsleuven of een opgraving staan geformuleerd. Voor aanvang van het onderzoek dient het PvE door het bevoegd gezag te zijn goedgekeurd.
een voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht met een ander tegen vergoeding.
het historische beeld van zone C van het beschermde stadsgezicht Vianen dat bepaald wordt door de hoofdstructuur van straten en wegen, benevens de hoogte van de bebouwing.
een gebiedstypering, op basis van de meest actuele CROW publicatie, danwel zoals vastgelegd in het gemeentelijk parkeerbeleid.
het veranderen van de hoogte, de (gevel)breedte, de vorm en de helling van het dak, alsmede van de plaats van gevels en dakvlakken of delen daarvan, van een bouwwerk.
de totale vloeroppervlakte van ruimten -met een binnenwerkse hoogte van meer dan 1,5 m- binnen gebouwen.
fietsen, bromfietsen, gehandicaptenvoertuigen, motorvoertuigen en wagens.
van voldoende parkeergelegenheid is sprake, indien wordt voldaan aan het gemiddelde van de CROW kencijfers zoals opgenomen in de rij ‘weinig stedelijk’, aanwezigheidspercentages en berekeningsaantallen zoals opgenomen in de meest actuele CROW publicatie of het gemeentelijk parkeerbeleid.
de naar de weg en/of fiets- en voetpad gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, de gevel die kennelijk als zodanig dient te worden aangemerkt.
voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede wateraanvoer, waterafvoer, waterberging, hemelwaterinfiltratie, en/of waterkwaliteit zoals duikers, stuwen, infiltratievoorzieningen (zoals infiltratiekratten, wadi's, infiltratiegreppels, doorlatende bestrating en infiltratie- en transportriolen), berm- en kavelsloten, etc.
ruimte waar detailhandel via internet plaatsvindt, waarbij:
het gehuisvest zijn in een woning of wooneenheid conform het begrip 'woning' of 'wooneenheid'.
een complex van ruimten, dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
In geval van dakkapellen of dakopbouwen, waarvan de gezamenlijke breedte meer bedraagt dan 1/3 van de voorgevelbreedte respectievelijk 1/2 van de achtergevelbreedte van het betreffende gebouw, is de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel van de dakkapellen of dakopbouwen maatgevend voor het meten van de goothoogte.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk, inclusief de maat van de verticale projectie van de dakoverstekken in het geval die meer dan 1 meter bedraagt.
Bij onduidelijkheid betreffende de wijze van meten in een bepaald geval beslissen burgemeester en wethouders.
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op of in de in lid 3.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd met de bestemming verband houdende gebouwen, waaronder begrepen woningen, aan- of uitbouwen, bijgebouwen en gebouwen ten dienste van de in lid 3.1, bedoelde functies, en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
Voor het bouwen binnen het bouwvlak gelden de volgende regels:
Voor het bouwen buiten het bouwvlak gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in sublid 3.2.2, onder c:
mits het advies van de Erfgoedcommissie is ingewonnen.
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in sublid 3.2.3, onder e, en voor een kap op aan- of uitbouwen of aangebouwde bijgebouwen een hogere bouwhoogte toestaan, mits:
Het is verboden de in lid 3.1 bedoelde gronden te gebruiken voor:
Een woning en daarbij behorende aan- of uitbouwen mogen worden gebruikt voor de uitoefening van een bedrijf aan huis, mits:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het toegestane gebruik van een woning en/of wooneenheid door kamergewijze verhuur en / of woon (zorg) initiatieven met meerdere huishoudens toe te staan mits het:
De voor 'Waarde - Archeologie - 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), bestemd voor de bescherming en het behoud van de op en/of in deze gronden voorkomende en te verwachten archeologische waarden.
Op de gronden met de bestemming 'Waarde - Archeologie - 1' mogen geen gebouwen of bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd.
In afwijking van het bepaalde in 4.2.1 mogen op of in deze gronden gebouwen of bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd, mits het gaat om:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Waarde - Archeologie - 1' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren zulks ongeacht het bepaalde bij de andere op deze gronden rustende bestemmingen:
Het in 4.3.1 gestelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden:
Indien sprake is van een activiteit waarvoor een omgevingsvergunning is vereist, wint de aanvrager vooraf archeologisch advies in bij de door burgemeester en wethouders aangewezen archeologisch deskundige.
Alvorens de omgevingsvergunning als bedoeld in 4.2.3 sub a en 4.3.1 te verlenen, vragen burgemeester en wethouders advies aan een archeologisch deskundige.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd betreffende de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie - 1' de regels van het plan te wijzigen zodanig dat de dubbelbestemming naar ligging wordt verschoven of naar omvang wordt vergroot of verkleind en in voorkomend geval wordt verwijderd, voor zover de geconstateerde aanwezigheid of afwezigheid van archeologische waarden, in voorkomend geval na archeologisch onderzoek, daartoe aanleiding geeft.
De voor 'Waarde - Beschermd stadsgezicht' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor:
Voor het bouwen op of in de in lid 5.1 bedoelde gronden gelden de volgende regels:
Algemeen
Daken en dakhelling
Situering gevels
Voorgevelbreedte
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in lid 5.2:
mits:
Het is verboden zonder een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders op of in de in lid 5.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in sublid 5.4.1 bedoelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden:
Een omgevingsvergunning als bedoeld in sublid 5.4.1 wordt slechts verleend, indien:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Dakkapellen en gevelopbouwen mogen voor zover gebouwd aan de naar de weg gekeerde zijde van een gebouw een breedte hebben van ten hoogste een derde van de breedte van deze zijde van dat gebouw en voor zover gebouwd aan de achtergevel van een gebouw een breedte hebben van ten hoogste de helft van de breedte van de achtergevel van dat gebouw en mits de hoogte van de dakkapel of gevelopbouw, gemeten ten opzichte van de goothoogte van de onderliggende gevel niet meer bedraagt dan 3 m.
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in sublid 7.1.1 voor dakkapellen tot over de volle breedte van een gebouw, mits advies wordt ingewonnen bij de Erfgoedcommissie.
Ondergeschikte delen van een bouwwerk mogen de bouwgrens als volgt overschrijden:
Een gebruik in strijd met het bestemmingsplan is in ieder geval het gebruik:
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het plan:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, voor zover daaraan behoefte bestaat en zulks het belang van een goede ruimtelijke ontwikkeling van het in het plan begrepen gebied niet schaadt, de ligging van grenzen van bestemmings- en bouwvlakken en aanduidingen te wijzigen zodanig, dat:
mits, naar gelang de ligging van de bedoelde grenzen ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - zone c', het Stadsbeeld C, door de wijziging niet onevenredig wordt aangetast
Het is verboden te bouwen dan wel het gebruik van gronden en/of bouwwerken te wijzigen indien er niet wordt voldaan aan de op grond van dit artikel gestelde parkeernormen. Voorafgaand aan de verlening van een omgevingsvergunning wordt aan de hand van de parkeernormering en de van toepassing zijnde stedelijke zone bepaald of voorzien is in voldoende parkeergelegenheid.
Een bouwplan dient te voorzien in voldoende parkeermogelijkheden op de bij het bouwplan behorende en daartoe bestemde gronden. De toename van de parkeerbehoefte wordt bepaald met inachtneming van door burgemeester en wethouders vastgestelde beleidsregels met betrekking tot het parkeren, zoals die gelden op het tijdstip van indiening van de aanvraag voor een omgevingsvergunning. Indien er geen beleidsregels aanwezig zijn, gelden de actuele CROW kencijfers. Zijn er wel beleidsregels en wijzigen deze gedurende de planperiode dan gelden de gewijzigde regels. Indien deze beleidsregels gedurende de planperiode wijzigen, gelden de gewijzigde regels.
Indien het wijzigen van het gebruik van gronden en/of bouwwerken daartoe aanleiding geeft, moet, voor wat betreft de toename in de parkeerbehoefte, in voldoende mate ruimte zijn aangebracht op die gronden of op de bij die bouwwerken behorende en daartoe bestemde gronden. De parkeerbehoefte wordt bepaald aan de hand van de parkeernormering op basis van de meest actuele CROW publicatie dan wel het gemeentelijk parkeerbeleid. Indien deze beleidsregels gedurende de planperiode wijzigen, gelden de gewijzigde regels.
Op grond van het bepaalde in de regels mogen voor de verschillende bestemmingen aangewezen gronden daarvoor slechts worden bebouwd en gebruikt onder de voorwaarde dat voldoende parkeergelegenheid voor voertuigen wordt gerealiseerd en in stand wordt gehouden. Er is sprake van voldoende parkeergelegenheid indien voldaan wordt aan de parkeernormering op basis van de meest actuele CROW publicatie dan wel het gemeentelijk parkeerbeleid, de in dat bestemmingsplan genoemde parkeernormen. Indien dit gemeentelijke parkeerbeleid gedurende de planperiode wijzigt, dient rekening te worden gehouden met de wijziging.
Tot een strijdig gebruik met de bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik van gronden of bouwwerken als bedoeld in artikel 11.1, indien niet wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid volgens de normering o.b.v. de meest actuele CROW publicatie dan wel het gemeentelijk parkeerbeleid de in dat bestemmingsplan genoemde parkeernormen. Indien deze beleidsregels gedurende de planperiode wijzigen, gelden de gewijzigde regels.
Het college van burgemeester en wethouders kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 11.1, artikel 11.2 en artikel 11.4, met in achtneming van de parkeernormering o.b.v. de meest actuele CROW publicatie dan wel het gemeentelijk parkeerbeleid, mits dit geen onevenredige afbreuk doet aan de parkeersituatie. Het college neemt hierbij in overweging of:
Indien gedurende de planperiode het gemeentelijk parkeerbeleid wijzigt, geldt het gewijzigde parkeerbeleid.
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 11.1 indien in het plangebied, dan wel in de directe omgeving, op een andere wijze in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, met dien verstande dat aan de omgevingsvergunning financiële voorwaarden verbonden kunnen worden.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning nadere eisen stellen ten aanzien van maatvoering van de parkeervoorzieningen indien dit, gelet op de feitelijke omstandigheden, noodzakelijk is.
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Schoolstraat 6 en Walsland 51, Vianen'.