direct naar inhoud van Regels
Plan: Bedrijvenpark Zuid Groningen, Geluidszonering
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1950.BP1502-vs01

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan:

het facetbestemmingsplan Bedrijvenpark Zuid Groningen, Geluidszonering met identificatienummer NL.IMRO.1950.BP1502-vs01;

1.2 bestemmingsplan:

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;

1.3 aanduiding:

een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik of het bebouwen van deze gronden;

1.4 aanduidingsgrens:

de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;

1.5 bebouwing:

één of meer gebouwen of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;

1.6 bestemmingsgrens:

de grens van een bestemmingsvlak;

1.7 bestemmingsvlak:

een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;

1.8 bouwen:

het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of ver-anderen en het vergroten van een bouwwerk;

1.9 bouwwerk:

een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;

1.10 dag-, avond- en nachtperiode:

periodes die lopen voor de dag van 07.00 uur tot 19.00 uur, voor de avond van 19.00 uur tot 23.00 uur en voor de nacht van 23.00 uur tot 07.00 uur;

1.11 etmaalwaarde Letmaal

De etmaalwaarde Letmaal van het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau LAr,LT in dB(A) met betrekking tot een inrichting of een industrieterrein is het hoogste van de volgende drie niveaus:

" Ldag (= Lar,LT); dag: 07.00-19.00 uur;

" Lavond (= Lar,LT) + 5 dB; avond: 19.00-23.00 uur;

" Lnacht (= Lar,LT) + 10 dB; nacht: 23.00-07.00 uur.

1.12 equivalent geluidsniveau:

het energetisch gemiddelde van de fluctuerende niveaus van het ter plaatse in de loop van een bepaalde periode optredende geluid. Het energetisch gemiddelde wordt berekend volgens de methode zoals omschreven in de Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai (1999);

1.13 gebouw:

elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

1.14 geluidsruimte:

de verdeling van de geluidproductie per bouwperceel passend binnen de zonegrens geluid;

1.15 geluidgevoelige functies:

bewoning of andere geluidgevoelige functies zoals bedoeld in de Wet geluidhinder;

1.16 geluidgevoelige gebouwen:

gebouwen welke dienen ter bewoning of ten behoeve van een andere geluidgevoelige functie als bedoeld in de Wet geluidhinder c.q. het Besluit geluidhinder;

1.17 geluidsbelasting in dB(A):

de etmaalwaarde van het equivalente geluidsniveau in dB(A) op een bepaalde plaats;

1.18 geluidzone:

een op grond van de artikelen 40 en 52 van de Wet geluidhinder in het bestemmingsplan vastgelegd gebied rond een industrieterrein waarbuiten de geluidsbelasting ten gevolge van dat industrieterrein niet meer mag bedragen dan 50 dB(A);

1.19 geluidzoneringsplichtige inrichting:

een inrichting, bij welke ingevolge de Wet geluidhinder rondom het terrein van vestiging in een bestemmingsplan een geluidzone moet worden vastgesteld;

1.20 hogere grenswaarde:

een bij een bestemmingsplan in acht te nemen maximale waarde voor de geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten, die hoger is dan de voorkeursgrenswaarde en die in een concreet geval kan worden vastgesteld op grond van de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder;

1.21 immissiepunt:

een in Bijlage 1 Toetsingstabellen opgenomen beoordelingspunt;

1.22 overig bouwwerk:

een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;

1.23 voorkeursgrenswaarde:

de maximale waarde voor de geluidbelasting, zoals deze rechtstreeks kan worden afgeleid uit de Wet geluidhinder c.q. het Besluit geluidhinder'.

Hoofdstuk 2 Algemene regels

Artikel 2 Anti-dubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Artikel 3 Van toepassing verklaring

3.1 Voorschriften en regels

De regels in onderhavig bestemmingsplan zijn van toepassing op alle bestemmingsplannen zoals zijn opgenomen in artikel 3.3. Het bepaalde in de daar genoemde bestemmingsplannen blijft van toepassing, met dien verstande dat aan de voorschriften of regels van deze bestemmingsplannen Artikel 4 van dit bestemmingsplan wordt toegevoegd en in deze plannen de regels die betrekking hebben op de 'Geluidzone industrie' vervallen.

Bij strijdigheid van bepalingen gaan de bepalingen van dit bestemmingsplan voor op de regels die ingevolge andere artikelen op de desbetreffende gronden van toepassing zijn.

3.2 Plankaart en verbeelding

Aan de plankaart of verbeelding van elk van de in artikel 3.3 genoemde bestemmingsplannen wordt de aanduiding 'geluidzone - industrie' toegevoegd. In deze plannen vervallen de daarin opgenomen aanduidingen of (dubbel)bestemmingen die betrekking hebben op de 'geluidzone-industrie'.

Aan de plankaart van het 'bestemmingslan Bedrijvenpark Zuid Groningen en AVEBE Ter Apelkanaal' wordt de aanduiding 'milieuzone - geluidzonebeheer' toegevoegd. De (dubbel)bestemmingen en aanduidingen blijven van toepassing.

3.3 Overzicht bestemmingsplannen

Gemeente Westerwolde:

  • bestemmingsplan Buitengebied 2009, vastgesteld op 22 september 2009;
  • bestemmingsplan Bedrijvenpark Zuid Groningen en AVEBE Ter Apelkanaal, vastgesteld op 24 november 2009;
  • bestemmingsplan Zone industrielawaai Bedrijvenpark Zuid Groningen en AVEBE Ter Apelkanaal, vastgesteld op 30 juni 2009;
  • bestemmingsplan Weg Veendam-Ter Apel, vastgesteld op 25 september 2012;
  • bestemmingsplan De Linten, vastgesteld op 18 december 2012.

Artikel 4 Algemene aanduidingsregels

4.1 Milieuzone - geluidzonebeheer
4.1.1 Algemeen

De met 'Milieuzone - geluidzonebeheer' aangeduide gronden, naast de aldaar voorkomende bestemming, zijn mede bestemd voor:

  • a. het veiligstellen van de totale beschikbare geluidsruimte binnen de geluidzone op het gezoneerde industrieterrein;
  • b. het bevorderen van een efficiënt gebruik van de totale beschikbare geluidsruimte van het gezoneerde industrieterrein.
4.1.2 Specifieke gebruiksregels

Ter plaatse van de aanduiding 'Milieuzone - geluidzonebeheer' gelden de volgende regels:

  • 1. de gebruikte geluidsruimte als geluidemissiekental mag niet meer bedragen dan de ter plaatse van de aanduidingen 'standaard geluidsruimte - dag in dB(A)/m²', 'standaard geluidsruimte avond in dB(A)/m²' en 'standaard geluidsruimte – nacht in dB(A)/m²' aangegeven standaard geluidsruimte, gemeten in dB(A)/m², voor respectievelijk de dag-, avond- en nachtperiode;
  • 2. de gebruikte geluidruimte als geluidimmissiewaarde mag op de beoordelingspunten genoemd in onderstaande tabel vanuit respectievelijk het ter plaatse opgenomen gebied met de aanduiding:
    • a. 'overige zone - Avebe' niet meer bedragen dan de in Bijlage 1 Toetsingstabellen aangegeven toetswaarden in dB(A) onder A: totaal AVEBE;
    • b. 'overige zone - fase 1' niet meer bedragen dan de in Bijlage 1 Toetsingstabellen aangegeven toetswaarden in dB(A) onder ZG fase 1;
    • c. 'overige zone - fase 2' niet meer bedragen dan de in Bijlage 1 Toetsingstabellen aangegeven toetswaarden in dB(A) onder ZG fase 2;

nr.
 
omschrijving
 
x-coördinaat (m)
 
y-coördinaat
(m)
 
hoogte (m)
 
zonegrenswaarde/ hogere waarde
(dB(A))  
Z1   zonepunt noord   266532,41   551353,54   5   50  
Z2   zonepunt noordoost   267957,57   551227,15   5   50  
Z3   zonepunt oost   268662,73   549890,11   5   50  
Z4   zonepunt zuidoost   268320,08   548943,10   5   50  
Z5   zonepunt zuid   266752,36   548270,28   5   50  
Z6   zonepunt zuidwest   265507,83   549186,08   5   50  
Z7   zonepunt west   265311,83   549952,36   5   50  
Z8   zonepunt noordwest   265439,86   550477,02   5   50  
165   Braamberg 1   266435,62   550751,88   5   55  
167   Braamberg 3   267429,92   550699,83   5   60  
346   Tussenbeetseweg 17   268316,16   550402,47   5   52  
036   Jipsingboermussel 1   266717,62   549122,64   5   62  
087   Zandberg 1   266553,18   549081,97   5   61  
101   Zandberg 17   266397,77   549121,14   5   61  
045   Jipsingboermussel nr 30   266152,71   549294,10   5   58  
051   Jipsingboermussel 48   265697,26   549431,24   5   52  

coördinaten zijn weergegeven volgens de Rijksdriehoeksmeting

4.1.3 Niet toegestaan gebruik

Binnen deze bestemming is het navolgende gebruik niet toegestaan:

  • a. het gebruik van de gronden door bedrijven voor zover dit gebruik een grotere geluidsruimte tot gevolg heeft dan is aangegeven in artikel 4.1.2;
  • b. het in gebruik hebben van het navolgende, zonder te beschikken over een akoestische rapportage waaruit de door de inrichting gebruikte geluidsruimte, ingedeeld overeenkomstig het bepaalde in artikel 4.1.2 sub 1 en/of 2, blijkt:
    • 1. bedrijven waarvoor volgens de in Bijlage 2 opgenomen Staat van bedrijven Geluid, een afstand voor het aspect geluid geldt van 100 meter of meer; dan wel
    • 2. bedrijven die niet zijn genoemd in Bijlage 2 opgenomen Staat van bedrijven Geluid, maar naar aard en invloed op de omgeving gelijk zijn te stellen aan de onder 1 genoemde bedrijven;
  • c. het bepaalde onder a en b is niet van toepassing op het bestaande gebruik van gronden en bebouwing op het tijdstip van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan, tenzij het gebruik reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan, of met het voorheen geldende voorbereidingsbesluit.
4.1.4 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • de gebruiksmogelijkheden van omliggende gronden;
  • de totale beschikbare geluidsruimte binnen de zone;

bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.1.3 sub a teneinde een grotere geluidsruimte op een bouwperceel toe te staan. Deze omgevingsvergunning kan alleen worden verleend als aan de volgende voorwaarden is voldaan:

  • 1. de bedrijfseconomische noodzaak voor vergroting van de geluidsruimte is aangetoond;
  • 2. uit akoestisch onderzoek is gebleken dat:
    • a. ondanks toepassing van de beste beschikbare technieken (en eventuele extra maatregelen) en een qua milieuhinder zo goed mogelijke terreinindeling, een grotere geluidsruimte noodzakelijk is ter optimalisering en/of uitbreiding van de bedrijfsvoering. In het akoestisch onderzoek dient de gewenste geluidsruimte te worden aangegeven alsmede een overzicht van de geluidsbronnen, de toegepaste technieken en de bedrijfstijden;
    • b. door het toestaan van een grotere geluidsruimte de geluidzone, dan wel de maximaal toelaatbare geluidsbelasting van bestaande en geprojecteerde woningen niet wordt overschreden.
  • 3. in de omgevingsvergunning worden nieuwe toetsingswaarden voor immissietoetspunten vastgesteld voor het bedrijf of de nieuwe bedrijfsactiviteiten, die niet mogen worden overschreden. Bij het vaststellen van deze toetsingswaarden kan de 'standaard geluidsruimte-dag in dB(A)/m2', 'standaard geluidsruimte avond in dB(A)/m2' en/of 'standaard geluidsruimte nacht in dB(A)/m2' hoger worden vastgesteld;
  • 4. de omgevingsvergunning wordt uitsluitend verleend ten behoeve van de betreffende bedrijfsactiviteit en productiecapaciteit;
  • 5. voor zover ten aanzien van de inrichting waarvoor de afwijking wordt gevraagd een omgevingsvergunning op grond van artikel 2.1 sub e Wabo is vereist, wordt de afwijking als onderdeel van deze omgevingsvergunning opgenomen;
  • 6. deze afwijkingsbevoegdheid mag niet worden toegepast ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - AVEBE'.
4.2 Geluidzone - industrie
4.2.1 Aanduidingsregels

Ter plaatse van de aanduiding 'Geluidzone - industrie' zijn de gronden, naast de aldaar voorkomende bestemming, mede bestemd voor de bescherming en instandhouding van de geluidsruimte in verband met de nabijheid van gronden en gebouwen, welke deel uitmaken van een industrieterrein, waar geluidzoneringsplichtige inrichtingen zijn toegelaten.

4.2.2 Bouwregels

In aanvulling op het bepaalde in de voorschriften of regels van de in artikel 3.3 genoemde bestemmingsplannen geldt ter plaatse van de aanduiding 'Geluidzone - industrie' dat er geen nieuwe woningen of andere geluidsgevoelige functies mogen worden gebouwd of in gebruik worden genomen, tenzij wordt voldaan aan de voorkeursgrenswaarde of een verkregen hogere grenswaarde op grond van de Wet geluidhinder of de voorwaarden opgenomen in het Besluit hogere grenswaarden.

Hoofdstuk 3 Overgangs- en slotregels

Artikel 5 Overgangsrecht

  • A. Overgangsrecht bouwwerken

  • 1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel kan worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
    • a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    • b. na het tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is tenietgegaan.
  • 2. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in lid 1 met maximaal 10%.
  • 3. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

  • B. Overgangsrecht gebruik

  • 1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  • 2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  • 3. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  • 4. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingenvan dat plan.

Artikel 6 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als: 'Regels van het facetbestemmingsplan Bedrijvenpark Zuid Groningen, Geluidszonering'.