De regels van het artikel 4 ‘Agrarisch met waarden – Landschap 2’ van het bestemmingsplan "Buitengebied 2013" zijn overeenkomstig van toepassing op dit wijzigingsplan. Een en ander met inachtneming van het volgende:
De regels van artikel 4 'Agrarisch met waarden – Landschap 2’ van het bestemmingsplan "Buitengebied 2013" zijn onverkort van toepassing op het agrarisch (moeder)bedrijf Leuthsestraat 23 te Persingen.
De regels van artikel 4 'Agrarisch met waarden – Landschap 2’ van het bestemmingsplan "Buitengebied 2013" zijn van toepassing voor het koppelbouwvlak met het adres Leuthsestraat 17 te Persingen, met in acht name van het volgende:
De bedrijfswoning op het adres Leuthsestraat 17 te Persingen krijgt de aanduiding ‘specifieke vorm van wonen – plattelandswoning’.
- Daar waar in artikel 4 bedrijfswoning is vermeld wordt dit vervangen door ‘plattelandswoning’.
- Het gebruik van de grond en de gebouwen met bijbehorende bouwwerken dienen ten dienste te staan van een ‘plattelandswoning’.
Artikel 4.1.1 onder c van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2013 wordt als volgt aangepast:
Bedrijfswoning en zorg wordt vervangen door ‘plattelandswoning’.
Artikel 4.1.2 onder c van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2013 wordt als volgt aangepast:
c. Aantal plattelandswoningen
Per bouwvlak is maximaal één plattelandswoning toegestaan.
Artikel 4.2.4 van de regels wordt als volgt aangepast:
Ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke bouwaandui
ding – voorwaardelijke verplichting 1’ geldt dat uitsluitend ter plaatse van deze aanduiding mag worden gebouwd, indien de gebouwen ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke bouwaanduiding – voorwaardelijke verplichting 2’ zijn gesloopt én voordat de sloop plaatsvindt een vleermuizenonderzoek is uitgevoerd en eventuele daaruit voortvloeiende mitigerende maatregelen zijn getroffen.
Artikel 4.2.4 van de regels wordt als volgt aangepast
Ter plaatse van de functieaanduiding ‘specifieke vorm van groen – landschappelijke inpassing geldt de voorwaardelijke verplichting dat de beplanting in deze zone wordt gerealiseerd overeenkomstig het erfinrichtings-en beplantingsplan (bijlage 6 van de toelichting). Voor deze zone gelden de regels van artikel 4.6 Buitengebied 2013 (Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden) voor wat betreft: dat voor het vellen of rooien van houtgewas aanvullend de bepaling geldt dat: ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van groen-landschappelijke inpassing’ de werkzaamheden geen onevenredige aantasting tot gevolg mogen hebben van in deze zone aangebrachte en aanwezige beplanting.
Artikel 4.2.6 van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2013 wordt als volgt aangepast:
Bedrijfswoning wordt vervangen door ‘plattelandswoning’.
Artikel 4.2.7 van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2013 wordt als volgt aangepast:
Bedrijfswoning wordt vervangen door ‘plattelandswoning’.
Artikel 4.2.8 van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2013 wordt als volgt aangepast:
Bedrijfswoning wordt vervangen door ‘plattelandswoning’.
Artikel 4.3.6. van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2013 wordt als volgt aangepast:
Bedrijfswoning wordt vervangen door ‘plattelandswoning’.
Artikel 4.4.1 onder b van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2013 wordt als volgt aangepast:
Bedrijfswoning wordt vervangen door ‘plattelandswoning’.