Type plan: wijzigingsplan
Naam van het plan: Beijerscheweg 31 Stolwijk
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.1931.BPW2010BG027-VG01

Regels

1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

 Gemeente Krimpenerwaard Gemeente Krimpenerwaard In deze regels wordt verstaan onder:
 
Bestemmingsplan:
De geometrische bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1931.BPW2010BG027-VG01 met de bijbehorende regels. 
 
Moederplan:
"Bestemmingsplan landelijk gebied (voormalige gemeente Vlist)" (vastgesteld door de Raad van de voormalige gemeente Vlist op 15 december 2015).
 
Parkeerplan:
"Parapluplan Parkeren Krimpenerwaard" (vastgesteld door de Raad van de gemeente Krimpenerwaard op 29 januari 2019).
 
Plan:
Beijerscheweg 31 Stolwijk van de Gemeente Krimpenerwaard 
 
Voor het overige blijft artikel 1 van de regels behorende bij het moederplan op dit plan voor zover relevant van toepassing.

Artikel 2 Wijze van meten

2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Agrarisch met waarden

De regels behorende bij artikel 3 van het Moederplan, zijn op dit plan voor zover relevant van toepassing, met in achtneming van het volgende:
  1. Ter plaatse van de aanduiding 'opvolgfuncties' zijn uitsluitend de regels behorende bij artikel 4 van het Moederplan van toepassing, met dien verstande dat:
    1. de volgende bedrijvigheid aanwezig mag zijn uit maximaal milieucategorie 2 van de Staat van bedrijfsactiviteiten - opvolgfuncties, behorende bij het Moederplan:
      1. stratenmakersbedrijf;
      2. timmerwerkplaats;
      3. garagebedrijf en
      4. statische opslag;
    2. parkeren en laden en lossen uitsluitend op eigen terrein mag plaatsvinden;
    3. opslag van goederen in de open lucht is verboden, met dien verstande dat dit niet geldt voor agrarisch aanverwante bedrijven;
    4. enkel detailhandel in zelfgemaakte, -bewerkte, -gekweekte of -geteelde producten is toegestaan;
    5. enkel ondergeschikte horeca ten dienste van een opvolgfunctie is toegestaan tot een oppervlakte van niet meer dan 30% van de totale vloeroppervlakte van de opvolgfunctie met een maximum van 100 m²;
    6. in afwijking van artikel 1.14 van het Moederplan alleen ten minste één bewoner van de bedrijfswoning werkzaam moet zijn in de ter plaatse gevestigde bedrijven;
    7. onbebouwde gronden in het plangebied mede mogen worden gebruikt voor agrarische doeleinden ten dienste van aan het plangebied grenzende gronden met een agrarische bestemming.
  2. In afwijking van het bepaalde onder a mag de nieuw aangebrachte verharding op perceel kadastraal bekend als: gemeente Stolwijk, sectie A, nummer 2640 slechts aanwezig blijven als de verharding, voor zover gelegen buiten het plangebied van dit plan en voor zover gelegen op het perceel kadastraal bekend als: gemeente Stolwijk, sectie A nummer 3215, binnen 1 jaar na onherroepelijk worden van onderhavig wijzigingsplan wordt verwijderd;
  3. Ter plaatse van de aanduiding 'ontsluiting' mag verharding aanwezig zijn ten behoeve van de ontsluiting van aansluitend aan het plangebied gelegen agrarische gronden en ten behoeve van de ter plaatse van de aanduiding 'opvolgfuncties' toegelaten activiteiten;
  4. De regels van het Parkeerplan zijn op dit plan voor zover relevant van toepassing.

Artikel 4 Water

De regels behorende bij artikel 19 van het moederplan, zijn op dit plan voor zover relevant van toepassing.

3 Algemene regels

Artikel 5 Algemene regels

De regels behorende tot hoofdstuk 3 van het moederplan, zijn op dit plan voor zover relevant van toepassing.

4 Overgangs- en slotregels

Artikel 6 Overgangsrecht

   

6.1 Overgangsrecht bouwwerken

  1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  2. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van sub a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in sub a met maximaal 10%.
  3. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

6.2 Overgangsrecht gebruik

  1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  3. Indien het gebruik, bedoeld onder a, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  4. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 7 Slotregel

Deze regels worden aangehaald onder de naam Regels van het wijzigingsplan ‘Beijerscheweg 31 Stolwijk'.