In de toekomstige situatie worden de bestaande woningen en de horecagelegenheid gesloopt. Er worden in totaal 60 sociale huurwoningen, waarvan 32 appartementen en 28 grondgebonden woningen gesloopt. Daarvoor komen 72 nieuwe sociale huurwoningen terug, waarvan 55 appartementen en 17 grondgebonden woningen. Ook het openbaar gebied wordt ter plaatse heringericht. De nieuwe bebouwing aan de Koningin Julianastraat voegt zich in de bestaande structuur van Krimpen aan de Lek. Daarbij is de schaal, passend bij de buurt en de overgang met het centrum van Krimpen aan de Lek, afgestemd op de ligging aan de Koningin Julianastraat, Touwslagersstraat en Weltevreden. Een traditionele, maar eigentijdse architectuur is daarbij het uitgangspunt.
De onderstaande afbeelding tonen het stedenbouwkundig plan en een 3D-beeld van de beoogde ontwikkeling.
Stedenbouwkundig plan (bron: Buro SRO, 10 november 2022)
3D-beeld beoogde ontwikkeling (bron: Buro SRO, 10 november 2022)
Voor de planontwikkeling is een stedenbouwkundig plan opgesteld. Het stedenbouwkundig plan gaat uit van inpassing van de nieuwbouw binnen enerzijds de dorpse structuur en anderzijds de aansluiting en overgang met het centrum van Krimpen aan de Lek. Het programma bestaat 17 grondgebonden woningen en 55 appartementen.
Oriëntatie, accenten en bouwhoogte (bron: Buro SRO, 10 november 2022)
Aan de noordzijde zijn, aan de westkant, 9 rijwoningen voorgesteld van maximaal twee lagen met een kap of drie lagen met een plat dak. Deze komen in dezelfde rooilijn te staan als die van de naastgelegen bestaande woningen. Stedenbouwkundig sluit dit aan bij de bestaande ruimtelijke structuur. Deze structuur is naar het oosten, richting Weltevreden, doorgezet, maar onderbroken met een parkeerkoffer.
Aan de noordoostzijde is een appartementengebouw voorgesteld van maximaal 3 bouwlagen en 4 bouwlagen. Het gebouw is opgedeeld door de entree in het midden van het gebouw te projecteren. De hoge zijde is gelegen aan het Weltevreden en vormt als het ware de ‘kop’ van de straat. Aan de noordzijde van het noordoostelijke appartementengebouw is een (openbare of afsluitbare) groenvoorziening met een voetpad voorzien, die in het voorliggende bestemmingsplan als 'Groen' is bestemd.
Aan de zuidkant van de Koningin Julianastraat is een blok van 8 grondgebonden woningen voorgesteld. Dit blok volgt de rooilijn van de naastgelegen planontwikkeling aan de Koningin Julianastraat 2a. De woningen grenzen met de achtertuinen aan de bestaande tuinen van de Scheepmakersstraat. Door het volgen van de rooilijn ontstaat er ruimte voor een brede groenstrook met bomen aan de straatzijde.
Aan de zuidoostzijde komt ook een appartementengebouw te staan, verdeeld over maximaal 3 bouwlagen. Het gebouw staat op de hoek van de Touwslagersstraat en vormt mede de entree van de straat. Een deel van de woningen is georiënteerd op de Touwslagersstraat en volgt hier de bestaande rooilijnen. Langs de Koningin Julianastraat ligt de rooilijn verder naar voren dan de naastgelegen grondgebonden woningen. Daarmee ontstaat er meer ‘groene ruimte’ aan de zuidzijde, die een meer besloten karakter krijgt en als gemeenschappelijke tuin bij de appartementen zal dienen. Direct tegenover het Weltevreden is de centrale entree gesitueerd.
Overzicht doorsnedes (bron: Buro SRO, 10 november 2022)
Doorsnede A (bron: Buro SRO, 10 november 2022)
Doorsnede B (bron: Buro SRO, 10 november 2022)
Doorsnede C (bron: Buro SRO, 10 november 2022)
Doorsnede D (bron: Buro SRO, 10 november 2022)
Erfafscheiding
Erfafscheidingen vormen de overgang tussen de woonkavels en de private of openbare buitenruimte en zijn beeldbepalend in het straatbeeld. In het plan wordt gebruik gemaakt van lage hagen van maximaal 1 meter hoog aan de voorzijde van de woningen. De lage erfafscheidingen (hagen) vormen de overgang tussen openbaar en privé en zorgen voor een eenduidige groene uitstraling. Extra aandacht dient uit te gaan naar de kopgevels die aan de openbare ruimten grenzen. Bij deze kopgevels loopt de lage erfafscheiding de hoek om waarna hij over gaat in een hoge erfafscheiding.
Voor de achter- en zijtuinen, waarbij de privéruimtes aansluiten op het openbaar gebied of de achterpaden, is het belangrijk om één soort erfafscheiding toe te passen, zodat deze ruimtes een rustige uitstraling krijgen. Deze achter- en zijtuinen worden afgeschermd met een staafmat- of gaashekwerk in de kleur antraciet grijs van 1,80 meter hoog, begroeid met hedera. Waar nodig wordt een toegangspoort ingepast. De bergingen worden op voldoende afstand van de erfafscheidingen geplaatst, zodat er ruimte ontstaat voor het opstellen van rolcontainers.
Groen
Het noordelijke appartementengebouw staat in een overwegend groene ruimte in aansluiting op de bestaande watergang. Deze ruimte wordt als gezamenlijke (besloten) groenvoorziening ingericht. De woningen op de begane grond worden direct vanaf het achterpad ontsloten. Woningen erboven worden door middel van een galerij ontsloten en bergingen worden inpandig opgelost. Zowel de achtertuinen van de grondgebonden woningen als de gemeenschappelijk tuin van de appartementen liggen aan de bestaande watergang. De bestaande bomen langs de oever blijven gehandhaafd.
Beplanting dient een robuuste (groene) sfeer uit te stralen en aan te sluiten bij het bestaande groen van de omgeving. In de openbare ruimte is een aantal bomen mede gekoppeld aan het parkeren om deels het beeld hiervan te verzachten. Bomen staan in groenstroken of plantvakken die van onderbeplanting (vaste planten of heesters) worden voorzien.
Groenstructuur (bron: Buro SRO, 10 november 2022)
Parkeren
De langs- en haaksparkeerplaatsen worden in grasbetonstraatstenen of vergelijkbaar uitgevoerd. Rijlopers van parkeerkoffers worden bij voorkeur ook zo groen mogelijk uitgevoerd. Wanneer de parkeervakken niet kunnen afwateren in het groen worden molgoten en straatkolken toegepast. Aan zowel de west- als oostzijde van de grondgebonden woningen is een parkeerkoffer gesitueerd, waarvan bij de zuidelijke parkeerkoffer een transformatorruimte is voorzien. Door deze parkeerkoffers blijft de parkeerbehoefte in de Koningin Julianastraat zelf beperkt en is er meer ruimte voor groen. Groenstroken met bomen afgewisseld met langsparkeervakken bepalen daarmee het straatbeeld ter plaatse. Daarmee neemt de woonkwaliteit toe.
Infrastructuur en parkeren (bron: Buro SRO, 10 november 2022)
Openbare ruimte
Voor de inrichting van de openbare ruimte worden de aanwezige kwaliteiten van onder andere de woonstraat en bestaande watergang verbeterd en versterkt. Het streven is een aantrekkelijke woon- en leefomgeving die tevens een bijdrage levert aan onder andere klimaatadaptatie, biodiversiteit en ruimte voor ontmoeting. Het streven is een rustig en neutraal beeld passend bij de directe omgeving. Inrichtingselementen schikken zich onopvallend in hun groene en bebouwde context. Verlichtingsmasten, afvalbakken, nutsvoorzieningen en hekwerken krijgen over het gehele gebied een uniforme vormgeving in aansluiting bij de directe omgeving en conform de lijst van de gemeente. De inrichting van de (openbare) buitenruimte dient zo min mogelijk verharding te krijgen. Daarbij wordt er aan de zuidzijde van het plangebied een trafo toegevoegd.
Afval
Afval wordt ingezameld middels gebruik van minicontainers. In de openbare ruimte zullen in een verdere uitwerking plekken worden aangewezen, middels een symbooltegel, waar de containers op de ophaaldag geplaatst kunnen worden. In de directe omgeving staan ondergrondse containers ten behoeve van de appartementen. Afhankelijk of de capaciteit hiervan voldoende is dient er zo nodig een aantal bijgeplaatst te worden. Hiervoor is binnen de planontwikkeling ruimte beschikbaar.
Duurzaamheid
Vanuit het stedenbouwkundig plan wordt ingezet op een duurzame ontwikkeling dat bijdraagt aan een gezonde leefomgeving. Daarbij kan ingezet worden op diverse maatregelen, zoals minder en andere vormen van energiegebruik, het tegengaan van hittestress, het voorkomen van wateroverlast, het bevorderen van de biodiversiteit en het stimuleren van bewegen en ontmoeten. Bij de verdere uitwerking van de bouwplannen voor de gebouwen en de inrichting van de (openbare) buitenruimte dient dit nader vorm te krijgen.