direct naar inhoud van 2.3 Provinciaal beleid
Plan: Landelijk Gebied - Ruimte voor Ruimte 2010
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1916.lgrvr2010-0010

2.3 Provinciaal beleid

Streekplan Zuid-Holland West

Op 19 februari 2003 hebben de Provinciale Staten van Zuid-Holland het Streekplan Zuid-Holland West vastgesteld (hierna: het Streekplan). Met dit streekplan - dat een planhorizon tot 2015 heeft en sterk leunt op het gedachtegoed van de eerste drie Planologische kernbeslissings onderdelen van de Vijfde Nota over de Ruimtelijke Ordening Extra - wil de provincie de ontwikkeling van de Randstad tot groene Deltametropool ondersteunen. In het streekplan is ervoor gekozen het stedelijk ruimtebeslag met behulp van rode bebouwingscontouren te sturen. Deze zogeheten rode contouren zijn getrokken rond bestaand stedelijk gebied. Binnen de rode contouren wordt vooralsnog tot 2015 ruimte geboden voor wonen, werken en andere stedelijke voorzieningen. Nieuwe woningbouw en bedrijfsvestiging dienen plaats te vinden binnen het stedelijke gebied en in de nabijheid van haltes van het openbaarvervoerssysteem. Het verder concentreren van wonen en werken heeft namelijk een gunstig effect op het draagvlak voor stedelijke voorzieningen en op het terugdringen van automobiliteit ten gunste van langzaam verkeer en openbaar vervoer. Binnen de rode contouren wordt per saldo uitgegaan van behoud van functies.

In het streekplan valt het plangebied onder de Groenblauwe Slinger, de S-vormige open ruimte tussen de Haagse en de Rotterdamse agglomeratie die het Groene hart met Midden-Delfland verbindt. Het plangebied is aangegeven als een landschappelijke eenheid met als belangrijkste aanduidingen Agrarisch Gebied plus en Natuurgebied. Dit betekent dat behoud en versterking van de aanwezige landschappelijke dan wel natuurwaarden centraal staat. Het toevoegen van nieuwe stedelijke functies in de vorm van woningbouw is uitgesloten, behoudens woningbouw op grond van bijvoorbeeld de regeling Ruimte-voor-Ruimte.

Cultuurhistorische hoofdstructuur (2002)

De nota Cultuurhistorische hoofdstructuur geeft de inventarisatie weer van de cultuurhistorische waarden in het gebied. Binnen de cultuurhistorische hoofdstructuur (hierna: CHS) zijn de landschappen, de archeologische waarden en de nederzettingen geinventariseerd en gewaardeerd:

  • Het landschap van Zoetermeersede Meerpolder, De Drooggemaakte Geer en de Kleine Blankaartpolder hebben een redelijk hoge tot hoge cultuurhistorische waarde.
  • De bebouwingslinten in het gebied zijn hoog gewaardeerd, met uitzondering van het Oosteinde. Het lint van de Molendriegang is als zeer hoog gewaardeerd.
  • Ter bescherming van de windvang is om de molens een windvangzone aangegeven.

afbeelding "i_NL.IMRO.1916.lgrvr2010-0010_0002.png"

Afbeelding 2. Uitsnede streekplan Zuid-Holland West

Cultuurhistorische Impuls Duin, Horst en Weide

De Nota Cultuurhistorische impuls Duin, Horst en Weide is in 2004 opgesteld door de provincie in samenwerking met de gemeenten Wassenaar, Voorschoten en Leidschendam-Voorburg. De nota heeft onder meer betrekking op de buitengebieden van de gemeenten. Het doel van de nota is de cultuurhistorie blijvend beter te positioneren binnen ruimtelijke afwegingsprocessen voor het werkingsgebied, zoals is overeengekomen in het pact van Duivenvoorde. De nadruk ligt op behoud door ontwikkeling. Een van de ontwikkelingsrichtingen die de nota aangeeft is, het verplaatsen van de glastuinbouw overeenkomstig de provinciale regeling ruimte voor ruimte.

Nota Regels voor Ruimte

In de nota over een Ruimte voor Ruimte Regeling in de Provincie Zuid-Holland, vastgesteld door de gedeputeerde staten van Zuid-Holland bij besluit van 17 september 2003 (hierna: de Nota Ruimte voor Ruimte) staat het terugdringen van storende en overtollige bebouwing centraal. Het gaat daarbij om vrijgekomen agrarische bedrijfsgebouwen, niet agrarische bedrijfsbebouwing in het buitengebied en kassen buiten de duurzame concentratiegebieden voor glastuinbouw. De provincie is van oordeel dat de Ruimte voor Ruimte- benadering met name van toepassing is op bedrijfsbebouwing die niet past in het landschap en waar sloop en vervangende nieuwbouw daadwerkelijk tot kwaliteitswinst leiden.

Na een evaluatie in 2005 is de Nota Ruimte voor Ruimte herzien en opnieuw vastgesteld. De nieuwe regeling, vastgesteld door gedeputeerde staten van Zuid-Holland bij besluit van 8 maart 2005 (hierna: de Nota Regels voor Ruimte), is een verruiming van de eerdere Nota. De Nota Regels voor Ruimte is gericht op het beschermen van de ruimtelijke belangen van de provincie, waarbij ruimte wordt geboden aan de lokale overheden om op eigen wijze de gemeentelijke belangen te beschermen en te ontwikkelen. Voor de nadere uitwerking van deze regeling wordt verwezen naar hoofdstuk 9.