direct naar inhoud van Artikel 1 Begripsbepalingen
Bedrijventerreinen Kruiswijk I en II
vastgesteld
beheersverordening
NL.IMRO.1911.BHVKruiswIenII2013-va01

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regels wordt verstaan onder:

1.1 verordening:

de beheersverordening Bedrijventerreinen Kruiswijk I en II van de gemeente Hollands Kroon;

1.2 verordeningsgebied:

het gebied waarop deze verordening van toepassing is, vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1911.BHVKruiswIenII2013.va01 met bijbehorende bestanden;

1.3 bestaand:

  • a. bestaand gebruik: het gebruik van de gronden en bouwwerken zoals aanwezig op moment van de vaststelling van de verordening of zoals dat kan worden uitgeoefend krachtens een omgevingsvergunning voor het gebruik; daaronder valt niet het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan;
  • b. bestaande bouwwerken: bouwwerken die op het tijdstip van de vaststelling van de verordening
    • 1. aanwezig zijn én bij of krachtens de Woningwet c.q. de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht zijn gebouwd;
    • 2. nog kunnen worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen;
1.4 bedrijfsvloeroppervlakte:

de totale vloeroppervlakte van de ruimte die wordt gebruikt voor een bedrijf of een dienstverlenende instelling, inclusief opslag- en administratieruimten en dergelijke;

1.5 bouwen:

het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;

1.6 bouwgrens:

de grens van een bouwvlak;

1.7 bouwperceel:

een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;

1.8 bouwperceelsgrens:

een grens van een bouwperceel;

1.9 bouwvlak:

een geometrisch bepaald vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten;

1.10 bouwwerk:

elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;

1.11 detailhandel:

het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;

1.12 detailhandel in volumineuze goederen:

detailhandel die vanwege de omvang van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig heeft voor de uitstalling, in de vorm van detailhandel in auto's, boten, caravans, tuininrichtingsartikelen, grove bouwmaterialen, keukens en sanitair en naar de aard daarmee gelijk te stellen artikelen;

1.13 druiplijn:

de horizontale snijlijn van het oplopende dakvlak met het daaronder gelegen buitenwerkse gevelvlak; dit betekent dat in voorkomende gevallen de druiplijn wordt bepaald overeenkomstig het hieronder staande:

afbeelding "i_NL.IMRO.1911.BHVKruiswIenII2013-va01_0001.jpg"

1.14 e-commerce zonder afhaalpunt:

een lokatie uitsluitend bedoeld voor opslag en distributie van artikelen, tot stand gekomen na aan- en/ of verkoop via internet en zonder rechtstreekse verkoop of productadvisering via winkel, showroom of etalage;

1.15 gebouw:

elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

1.16 hoofdgebouw:

een gebouw, dat gelet op de bestemming, als het belangrijkste bouwwerk op een bouwperceel valt aan te merken;

1.17 peil:
  • a. voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst:
    • 1. de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang;
  • b. voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst:
    • 1. de hoogte van het terrein ter hoogte van die hoofdtoegang bij aanvang van de bouw;
  • c. indien op het water wordt gebouwd:
    • 1. het Normaal Amsterdams Peil (of een ander plaatselijk aan te houden waterpeil);
1.18 risicovolle inrichting:

een inrichting, bij welke ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde, een richtwaarde voor het risico c.q. een risico-afstand moet worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten;

1.19 showroom:

een gebouw of een onderdeel van een gebouw, waar de ten verkoop aangeboden goederen worden tentoongesteld, terwijl de levering van de goederen aan de koper doorgaans niet onmiddellijk plaatsvindt.