Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Paviljoenstraat
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.1903.BPKOM07003-VG01

Artikel 3 Wonen

 
3.1 Bestemmingsomschrijving
 
De voor ‘Wonen’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. wonen;
  2. tuinen, erven en verhardingen;
  3. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.
3.2 Bouwregels
 
3.2.1 Hoofdgebouwen
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:
  1. Hoofdgebouwen mogen uitsluitend in het aangeduide bouwvlak worden gebouwd.
  2. het aantal woningen bedraagt niet meer dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding ‘maximum aantal wooneenheden’.
  3. Ter plaatse van de aanduiding ’vrijstaand’ mag uitsluitend het aangeduide type worden gebouwd.
  4. Het verharde oppervlak mag, met uitzondering van het bouwvlak waarbinnen het totaal aan verharding 100% mag bedragen, niet meer dan 60% bedragen.
  5. De voorgevel moet worden gesitueerd in de voorgevelrooilijn dan wel op een afstand van niet meer dan 3 m. daarachter.
  6. De goot- en bouwhoogte van een hoofdgebouw mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding ‘maximale goot- en bouwhoogte’ is aangegeven.
  7. De afstand van een hoofdgebouw tot de zijdelingse perceelsgrenzen ter plaatse van de aanduiding ‘vrijstaand’ mag aan beide zijden niet minder dan 3 m. bedragen;
  8. De bouwgrens grenzend aan het openbaar gebied mag uitsluitend worden overschreden met een erker, balkon of luifel, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
1. De oppervlakte mag niet meer bedragen dan maximaal 4 m².
2. De diepte mag niet meer bedragen dan 1,5 m.
3. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan eerste bouwlaag.
3.2.2 Bijbehorende bouwwerken
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
  1. Ter plaatse van de aanduiding ‘bijgebouwen’ mag ten hoogste 50% worden bebouwd, met dien verstande dat het oppervlak aan bijbehorende bouwwerken niet meer mag bedragen dan het oppervlak van het bouwvlak behorende bij het betreffende bouwperceel.
  2. De goothoogte van een bijbehorend bouwwerk mag niet meer bedragen dan 3,50 meter.
  3. De bouwhoogte van een bijbehorend bouwwerk mag niet meer bedragen dan 3,50 meter bij een platte afdekking en niet meer dan 7,00 meter in geval van een schuin dak.
  4. De afstand van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk tot andere gebouwen mag niet minder bedragen dan 1,00 meter.
  5. Bijbehorende bouwwerken dienen in de zijdelingse perceelsgrens of op een afstand van niet minder dan 1,00 meter tot de zijdelingse perceelsgrens te worden gebouwd.
  6. Ter plaatse van de aanduiding ‘vrijstaand’ dient één zijde vrijgehouden te worden van bijbehorende bouwwerken.
3.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
  1. De bouwhoogte van erfafscheidingen mag niet meer dan 2 m. bedragen, met uitzondering van de erfafscheidingen die zich voor de naar de weg gekeerde bouwgrens bevinden, waarvan de bouwhoogte niet meer dan 1 m. mag bedragen.
  2. De bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer dan 3 m. bedragen.
3.3 Afwijking van de bouwregels
 
3.3.1 Afwijking overschrijden zijdelingse bouwgrens
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van 3.2.1 onder a voor het overschrijden van de zijdelingse bouwgrens, met dien verstande dat:
a. De afstand tot de zijdelingse erfscheiding niet minder dan 3 m. mag bedragen.
b. De overschrijding van de zijdelingse bouwgrens niet meer dan 4 m. mag bedragen, mits:
1. ten behoeve van de verkeersveiligheid voldoende afstand tot de bestemming ‘Verkeer’ wordt aangehouden;
2. geen onevenredige aantasting van het stedenbouwkundig beeld plaatsvindt.
c. Ten aanzien van het gestelde onder a en b kan geen gebruik worden gemaakt van een algemene afwijking van 10%.
3.4 Specifieke gebruiksregels
 
3.4.1 Strijdig gebruik
Onder strijdig gebruik, wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en opstallen voor:
a. ambachtelijke en/of industriële doeleinden;
b. detail- en/of groothandel;
c. horecadoeleinden;
d. verblijfsrecreatieve doeleinden;
e. opslag, anders dan inherent aan het toegelaten gebruik.
3.4.2 Aan huis gebonden beroep
Binnen de bestemming ‘Wonen’ is de uitoefening van aan huis gebonden beroepen toegestaan als ondergeschikte activiteit bij de woonfunctie, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:
  1. De omvang van de activiteit mag niet meer bedragen dan 30% van het gezamenlijke vloeroppervlak van de woning inclusief daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 80 m².
  2. Het gebruik mag geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer en mag geen onevenredige toename van de parkeerbehoefte veroorzaken.
  3. Detailhandel is niet toegestaan.
  4. De activiteit wordt uitgeoefend door de bewoner.
3.4.3 Realiseren van voorzieningen voor huisvesting van ouders
Binnen de bestemming ‘Wonen’ is het realiseren van voorzieningen voor de huisvesting van ouders, kinderen of andere familieleden in (bij)gebouwen, onderdeel uitmakende van de woning, mits:
a. het geen vrijstaande bijgebouwen betreft;
b. dit niet leidt tot het creëren van een zelfstandige woning;
c. de totstandkoming van een goed woonklimaat in de betreffende (bij)gebouwen gegarandeerd kan worden;
d. de betreffende (bij)gebouwen na het beëindigen van het huisvesten van de betreffende persoon, opnieuw onderdeel gaan uitmaken van de reeds bestaande woning;
e. het maximaal toegestane oppervlak aan bijgebouwen niet wordt overschreden.
3.5 Afwijkingen van de gebruiksregels
 
3.5.1 Afwijken faciliteren bed & breakfast
Het bevoegde gezag is bevoegd een omgevingsvergunning te verlenen voor het afwijken van de bestemmingsregels voor het faciliteren van een bed & breakfast, met dien verstande dat:
a. een bed & breakfast is toegestaan binnen een (bedrijfs)woning, mits de hoofdfunctie, te weten wonen, gehandhaafd blijft en met dien verstande dat een bed & breakfast niet is toegestaan op een bedrijventerrein;
b. de bed & breakfast uitsluitend in de bestaande (bedrijf)woning met aangebouwde bijbehorende bouwwerken mag worden gerealiseerd;
c. de bed & breakfast maximaal 8 slaapplaatsen mag aanbieden;
d. de bed & breakfastvoorziening mag door de bouwkundige opzet, indeling en maatvoering niet (kunnen) functioneren als een zelfstandige woning. Een aparte kookgelegenheid bij de voorziening is niet toegestaan;
e. de maximale aaneengesloten verblijfsduur in een bed & breakfast niet meer mag bedragen dan 6 weken; f. de parkeerbalans in de directe omgeving niet nadelig wordt beïnvloed.
3.5.2 Toestaan van recreatiewoningen en/ of - appartementen
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 3.1 voor het toestaan van recreatiewoningen en/of –appartementen, met dien verstande dat:
  1. het pand waarin de recreatiewoning en/of het –appartement wordt gerealiseerd een minimale inhoud heeft van 650 m³;
  2. het vloeroppervlak van een recreatiewoning en/of -appartement, inclusief daartoe behorende bijgebouwen, niet meer dan 100 m² mag bedragen;
  3. het gebruik ten behoeve van een recreatiewoning en/of -appartement gekoppeld en ondergeschikt moet zijn aan de woonfunctie ter plaatse;
  4. de woning als zodanig herkenbaar blijft;
  5. de recreatiewoning en/of het -appartement:
    1. binnen de bestaande bebouwing wordt gerealiseerd;
    2. door de bouwkundige opzet, indeling en maatvoering niet mag functioneren als zelfstandige woning.
    3. de landschappelijke, cultuurhistorische en/of architectonische waarden van het gebouw niet aantast;
    4. de parkeerbalans in de directe omgeving niet nadelig beïnvloedt;
    5. geen onevenredige nadelige gevolgen oplevert voor het woon- en leefklimaat van omwonenden en de bedrijfsvoering van omliggende bedrijven.
3.5.3 Lichte bedrijvigheid
Het bevoegd gezag kan omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in 3.1 voor het uitoefenen van consumentverzorgende en kleinschalige ambachtelijke bedrijfsactiviteiten, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:
a. De omvang van de activiteit mag niet meer bedragen dan 30% van het gezamenlijke vloeroppervlak van de woning inclusief daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 80 m².
b. Het gebruik mag geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer en mag geen onevenredige toename van de parkeerbehoefte veroorzaken.
c. Detailhandel is niet toegestaan, met uitzondering van ondergeschikte detailhandel.
d. Bedrijvigheid tot en met milieucategorie 2 is toegestaan indien wordt voldaan aan richtafstanden tot woningen van derden, of, indien niet aan de afstand wordt voldaan wordt gemotiveerd waarom van die afstand kan worden afgeweken.
e. De activiteit wordt uitgeoefend door de (hoofd)bewoner.