Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Paviljoenstraat
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.1903.BPKOM07003-VG01

Artikel 12 Algemene afwijkingsregels

   
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van:
  1. de in deze regels gegeven maten, afmetingen en percentages tot niet meer dan 10% van die maten, afmetingen en percentages. Afwijking is niet mogelijk ten aanzien van de goot- en bouwhoogte van bijgebouwen bij woningen;
  2. in afwijking van sub a is mag in die gevallen waarin reeds uit hoofde van de regels in de respectievelijke artikelen een afwijking is verleend niet nogmaals op grond van onderhavige afwijkingsregel een afwijking worden verleend;
  3. van deze regels en toestaan dat het beloop of het profiel van wegen of de aansluiting van wegen onderling in geringe mate wordt aangepast, indien de verkeersveiligheid en/of –intensiteit daartoe aanleiding geeft;
  4. van deze regels en toestaan dat het bouwvlak in geringe mate wordt overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft;
  5. van deze regels ten behoeve van de overschrijding van de voorgevelrooilijn voor de bouw van een luifel aan de voorgevel van een hoofdgebouw, geen woning zijnde, met dien verstande dat:
    1. de overschrijding van de voorgevelrooilijn niet meer mag bedragen dan 2 m.;
    2. de bouwhoogte van de luifel niet meer mag bedragen dan de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw;
    3. er geen bezwaren bestaan vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid;
  6. van deze regels ten aanzien van de maximaal toegestane bouwhoogte van gebouwen ten behoeve van een overschrijding van deze maximaal toegestane bouwhoogte voor plaatselijke verhogingen, zoals schoorstenen, luchtkokers, liftkokers, lichtkappen en technische ruimten, met dien verstande dat:
    1. de maximale oppervlakte van de vergroting niet meer mag bedragen dan 10% van het betreffende platte dakvlak of de horizontale projectie van het schuine dakvlak;
    2. de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 1,25 maal de maximaal toegestane bouwhoogte van het betreffende gebouw;
  7. van deze regels ten behoeve van de bouw van een Home Energy Ball, met dien verstande dat:
    1. de maximale diameter niet meer dan 1 mag bedragen;
    2. bij plaatsing op een mast de afstand achter de voorgevelrooilijn niet minder dan 5 en niet meer dan 40 m. mag bedragen, waarbij de bouwhoogte niet meer dan 12 m. mag bedragen;
    3. op een hellend dak mag de afstand tot de voet van de nok niet meer dan 2 m. bedragen en dient plaatsing zo mogelijk op het achterdakvlak plaats te vinden;
    4. op een plat dak mag de bouwhoogte ten opzichte van het plat dak niet meer dan 4,5 m. bedragen;
    5. plaatsing op monumenten en/of in beschermde dorpsgezichten niet is toegestaan, tenzij is aangetoond dat de bijzondere monumentale dan wel cultuurhistorische waarden ter plaatse niet worden aangetast;
    6. de Home Energy Ball uitsluitend mag worden gebruikt voor de opwekking van energie voor eigen gebruik;
  8. van deze regels ten behoeve van het oprichten van paardenbakken binnen de bestemmingen ‘Agrarisch met waarden’ en ‘Wonen’, met dien verstande dat:
    1. het gebruik van de paardenbak uitsluitend voortkomt uit het hobbymatig houden van paarden en derhalve voor privé gebruik bedoeld is;
    2. er geen onevenredige nadelige gevolgen voor het woon- en leefklimaat van omwonenden ontstaan en de afstand van de paardenbak tot een woning van derden niet minder bedraagt dan 50,00 meter;
    3. aangrenzende landschappelijke, natuurlijke en cultuurhistorische waarden en belangen niet onevenredig worden aangetast;
    4. de afmetingen van een paardenbak niet meer mogen bedragen dan 40,00 meter bij 20,00 meter;
    5. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder omheiningen en springtoestellen mag niet meer dan 1,50 meter bedragen;
    6. lichtmasten niet mogen worden opgericht;
  9. Het verlenen van de in sub a tot en met h genoemde afwijkingen is mogelijk, met dien verstande dat de archeologische waarden niet worden aangetast.