direct naar inhoud van 2.11 Verkeer
Plan: Bestemmingsplan buitengebied Zwartewaterland
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1896.BP0035-VS01

2.11 Verkeer

2.11.1 Huidige situatie

De ontsluiting van de IJsseldelta liep van oudsher over het water. De IJssel, het Zwartewater, de kleinere rivierarmen, prielen en het Zwartemeer vormden de verkeersaders. Nu zijn de (auto)wegen vooral van belang. De wegenstructuur geeft nog altijd een goed beeld van de verkavelingsstructuur die door de eeuwen heen ontstaan is in de verschillende landschappen. Binnen het hoofdwegennet wordt onderscheid gemaakt tussen interne ontsluitingen (binnen het plangebied) en externe ontsluitingen (vanuit het plangebied).

De interne ontsluiting van het gebied bestaat uit de verbindingen tussen de verschillende steden:

  • de N331 van Zwolle naar Hasselt en Zwartsluis
  • de oude Kamperzeedijk (N760) van Kampen/ IJsselmuiden naar Genemuiden
  • de N759 of de 'Nieuwe Weg': van Genemuiden naar Hasselt
  • de N377 van Hasselt naar de A-28

Het veerpontje van Genemuiden naar Zwartsluis vormt een belangrijke aanvulling op dit wegennet. Het is ook een veelgebruikte directe verbinding voor scholieren op de fiets.

De verbindingswegen tussen de steden lopen vooral langs de randen van het gebied. In de Mastenbroekerpolder lopen de drie grote Weteringen en met haaks daarop, via een bajonetkruising, ook interne ontsluitingswegen.

De externe ontsluiting van het gebied bestaat uit de volgende wegen:

  • de N377 vanuit Hasselt richting Lichtmis (A28)
  • de N50 vanuit Zwolle via Kampen naar Emmeloord
  • de N375 vanuit Zwartsluis richting Meppel, en via de N334 richting Steenwijk

Aansluitend op het hoofdwegennet zijn in het buitengebied voornamelijk de erfontsluitingswegen van belang voor het bereikbaar houden van boerderijen, bedrijven en woningen.

Het plangebied typeert zich in algemene zin als gebied dat in de luwte van het landelijke snelwegennet ligt. Vanuit deze relatieve rust is het maar een uurtje rijden naar de Randstad.

De ontsluiting voor langzaam verkeer staat verbeeld op de kaarten met de recreatieve routes uit het Uitvoeringsprogramma bij het Ontwikkelingsperspectief NLIJ (zie hoofdstuk 7 Recreatie). Het gaat om recreatieve wandelroutes, fietspaden en pontjes en een kanoroutenetwer en het routenetwerk van de kop van Overijssel.

Zowel de huidige infrastructuur als de toekomstige, gewenste verbindingen zijn aangeven.

De fietspaden worden gebruikt door recreanten en door 'utilitair verkeer' (bijvoorbeeld scholieren en woon/werkverkeer). Voor het fietsverkeer zijn veilige en snelle fietspaden vanuit het buitengebied naar de voorzieningen in de steden van belang. De fietspaden voor utilitair verkeer zijn vaak langer dan de kritische afstand van 7,5 km.

Er zijn diverse streeklijnverbindingen met de kernen en stations.

2.11.2 Beleid en toekomstige ontwikkelingen

Provincie

Het Provinciaal verkeers- en vervoersplan (PVVP) uit 2005 is nu vervangen door de Omgevingsvisie2. De provincie Overijssel werkt aan een optimaal verkeer- en vervoerssysteem, dat onder veilige omstandigheden personen en goederen een betrouwbaar bereikbaarheidsniveau biedt voor de verschillende functies in het gebied, waarbij prioriteit wordt gegeven aan de bereikbaarheid van economische centra in stedelijke netwerken.

De Provincie heeft de wegen gecategoriseerd in een Categoriseringsplan. Een bepaalde categorie geeft de functie en het beoogde gebruik aan. De inrichting moet in overeenstemming zijn met het gebruik. De Provincie is voornemens om de N760 (Genemuiden – Kampen) af te waarderen.

Binnenkort wordt de N331 tussen Zwartsluis en Vollenhove verbreed. Hiervoor wordt een apart bestemmingsplan opgesteld.

Gemeente

Het verkeersbeleid is verwoord in het Gemeentelijk Verkeers- en Vervoersplan (GVVP). Dit plan is vastgesteld op 28 augustus 2008. Het GVVP is gebaseerd op de Duurzaam Veilig principes. Voor de wegen in de polder Mastenbroek betekent dit dat het accent ligt op aangenaam verblijven en niet op vlotte doorstroming.

2.11.3 Uitgangspunten bestemmingsplan buitengebied

  • Huidige verkeersbestemmingen en reserveringen worden overgenomen
  • Bij de verbetering van de huidige infrastructuur en nieuwe ontwikkelingen moet rekening worden gehouden met aanwezige ruimtelijke waarden en wordt gestreefd naar zoveel mogelijk integratie van verkeersfuncties met andere functies.
  • Verkeersroutes zo duurzaam en veilig mogelijk inrichten (principes van Duurzaam Veilig Verkeer).
  • Behoud en uitbreiding van langzaam verkeersroutes (wandel- en fietsroutes).
  • Aandacht voor landbouwverkeer.