direct naar inhoud van Artikel 4 Agrarisch - Glastuinbouw
Plan: Bedrijventerreinen Peel en Maas
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1894.BPL0066-VG01

Artikel 4 Agrarisch - Glastuinbouw

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Agrarisch - Glastuinbouw' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. agrarisch bedrijfsmatig gebruik in de vorm van een glastuinbouwbedrijf, al dan niet met als nevenactiveit een grondgebonden bedrijfstak;

met daaraan ondergeschikt:

  • b. wonen in een bedrijfswoning, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' al dan niet in combinatie met de uitoefening van een beroep of bedrijf aan huis overeenkomstig het bepaalde in artikel 4.3.3;
  • c. verkoop van zelfvoortgebrachte of streekeigen producten, overeenkomstig het bepaalde in artikel 4.3.4;
  • d. evenementen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 4.3.2;
  • e. tuinen, erven en terreinen;
  • f. groenvoorzieningen;
  • g. paden, wegen, ontsluitings- en parkeervoorzieningen;
  • h. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • i. teeltondersteunende voorzieningen.
4.2 Bouwregels
4.2.1 Algemeen

Op de voor 'Agrarisch - Glastuinbouw' aangewezen gronden mogen uitsluitend ten behoeve van de in artikel 4.1 genoemde bestemming worden gebouwd:

  • a. gebouwen;
  • b. een bedrijfswoning, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
  • c. bijbehorende bouwwerken;
  • d. bouwwerken, geen gebouw zijnde.
4.2.2 Regels ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'

Voor het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende regels:

  • a. per bouwvlak is maximaal één glastuinbouwbedrijf toegestaan;
  • b. gebouwen, de bedrijfswoning, bijbehorende bouwwerken en bouwwerken, geen gebouw zijnde in de vorm van waterbassins, teeltondersteunende voorzieningen en sleuf- en mestsilo's mogen uitsluitend, binnen het bouwvlak worden gebouwd;
  • c. het bouwvlak mag geheel worden bebouwd;
  • d. voor het overige moet worden voldaan aan het bepaalde in artikel 4.2.3, 4.2.4 en 4.2.5.
4.2.3 Bedrijfsgebouwen

Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. de voorgevel van de bedrijfsgebouwen dient te worden gebouwd in of achter de bestaande voorgevelrooilijn, dan wel op minimaal 5 meter afstand tot de bestemming 'Verkeer' of 'Groen';
  • b. de bouwhoogte van bedrijfsgebouwen bedraagt maximaal 8 meter.
4.2.4 Bedrijfswoning en bijbehorende bouwwerken

Voor het bouwen van bedrijfswoningen en bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. een bedrijfswoning is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
  • b. bedrijfswoningen worden uitsluitend binnen het bouwvlak gebouwd;
  • c. de voorgevel van de bedrijfswoning dient te worden gebouwd in de bestaande voorgevelrooilijn of maximaal 3 meter daaruit;
  • d. de goot- en bouwhoogte van de bedrijfswoning bedraagt respectievelijk maximaal 7 en 11 meter;
  • a. bijbehorende bouwwerken mogen uitsluitend worden gebouwd in het achtererfgebied, met uitzondering van overkappingen voor de voorgevelrooilijn als bepaald onder e;
  • b. de totale oppervlakte van bijbehorende bouwwerken in het achtererfgebied bedraagt maximaal 200 m², met dien verstande dat maximaal 75% van het achtererfgebied bebouwd mag worden, met inbegrip van bestaande bebouwing;
  • c. de goot- en bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken bedraagt respectievelijk maximaal 3,3 en 6 meter;
  • d. overkappingen voor de voorgevel gebouwd aan andere bijbehorende bouwwerken zijn toegestaan mits de afstand aan de voorzijde van de overkapping tot aan de bestemmingen 'Verkeer' minimaal 3,5 meter bedraagt en mits de oppervlakte maximaal 30 m² bedraagt;
  • e. de grenzen van het bouwvlak mogen worden overschreden door erkers, luifels, balkons en dergelijke, mits:
    • 1. de diepte maximaal 1,5 meter bedraagt;
    • 2. de breedte maximaal 50% van de breedte van de voorgevel van de woning bedraagt;
    • 3. de goothoogte maximaal gelijk is aan de hoogte van de eerste verdiepingsvloer + 0,30 meter;
    • 4. de afstand tot de bestemmingen 'Verkeer' minimaal 3,5 meter bedraagt.
4.2.5 Bouwwerken, geen gebouw zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde bedraagt maximaal 10 meter, met uitzondering van:
    • 1. erf- en terreinafscheidingen voor de voorgevelrooilijn, waarvan de bouwhoogte maximaal 1 meter bedraagt en achter de voorgevelrooilijn, waarvan de bouwhoogte maximaal 2 meter bedraagt;
    • 2. vlaggen- en lichtmasten, waarvan de bouwhoogte maximaal 12 meter bedraagt;
  • b. het bouwen van één overkapping aan de achter- of zijgevel bij de bedrijfswoning is toegestaan, mits de oppervlakte maximaal 30 m² bedraagt.
4.3 Specifieke gebruiksregels
4.3.1 Strijdig gebruik

Onder gebruiken of het laten gebruiken in strijd met de bestemming wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:

  • a. detailhandel, behoudens detailhandel in de vorm van zelfvoortgebrachte of streekeigen producten toegestaan krachtens artikel 4.3.4;
  • b. evenementen, behoudens toegestaan krachtens artikel 4.3.2;
  • c. horeca;
  • d. geluidszoneringsplichtige en risicovolle inrichtingen;
  • e. woningsplitsing;
  • f. verblijfsrecreatie;
  • g. kamperen;
  • h. huisvesting van tijdelijke arbeidskrachten;
  • i. permanente of tijdelijke bewoning van gebouwen en bijbehorende bouwwerken, uitgezonderd de bedrijfswoning;
  • j. opslag van goederen en materialen buiten het bouwvlak;
  • k. buitenopslag voor de voorgevelrooilijn.
4.3.2 Evenementen

Evenementen zijn maximaal drie keer per jaar toegestaan voor de duur van maximaal drie aaneengesloten dagen per evenement, inclusief op- en afbouw.

4.3.3 Beroep of bedrijf aan huis

Een beroep of bedrijf aan huis bij de bedrijfswoning , als opgenomen in het 'Overzicht beroep of bedrijf aan huis' (bijlage 3 bij deze regels) of hiermee naar aard en omvang gelijk te stellen beroepen en bedrijven, wordt geacht in overeenstemming te zijn met de bedrijfsbestemming en is toegestaan, mits:

  • a. de woonfunctie in overwegende mate gehandhaafd blijft;
  • b. de woning blijft voldoen aan het Bouwbesluit en de Bouwverordening;
  • c. de woonfunctie van het perceel primair blijft c.q. in overwegende mate aanwezig blijft;
  • d. degene die gebruiker van de woning is tevens degene is die het beroep of bedrijf aan huis uitoefent;
  • e. maximaal 40 % van de begane grondvloeroppervlakte en de voor de woonfunctie bestemde bijbehorende bouwwerken mogen worden gebruikt voor aan huis verbonden beroepen en bedrijven met een maximum van:
    • 1. 25 m² bij bouwpercelen tot 750 m²;
    • 2. 35 m² bij bouwpercelen van 750 m² tot 1500 m²;
    • 3. 45 m² bij bouwpercelen vanaf 1500 m²;
  • f. het gebruik geen ernstige hinder voor het woonmilieu oplevert c.q. geen afbreuk doet aan het woonkarakter van de wijk of de buurt;
  • g. het gebruik geen dusdanige verkeersaantrekkende activiteiten betreft welke kunnen leiden tot een nadelige beïnvloeding van de normale afwikkeling van het verkeer dan wel tot een onevenredige parkeerdruk op de openbare ruimte;
  • h. in voldoende mate wordt voorzien in de parkeerbehoefte;
  • i. de bedrijvigheid niet vergunnings- of meldingsplichtig is op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, Wet milieubeheer of andere milieuwetgeving, tenzij het gebruik de woonfunctie op zichzelf en in relatie tot zijn omgeving niet aantast;
  • j. internetverkoop slechts is toegestaan indien er geen uitstalling ten verkoop plaatsvindt en de te verkopen producten niet ter plaatse bezichtigd en afgehaald kunnen worden;
  • k. in de woning of de voor de woonfunctie bestemde bijgebouwen mag maximaal 50m² gebruikt worden ten bate van internetverkoop waarbij ter plaatse opslag en verzending plaatsvindt. Internetverkoop waarbij ter plaatse alleen de elektronische transactie plaatsvindt en geen opslag en verzending plaatsvindt is zonder meer toegestaan;
  • l. er geen detailhandel plaatsvindt, behoudens beperkte verkoop in het klein in direct verband met het aan huis gebonden beroep/bedrijf;
  • m. er geen buitenopslag plaatsvindt;
  • n. reclame-uitingen ten dienste van het beroep of bedrijf aan huis beperkt blijven tot het plaatsen van een bord met als maximale afmetingen 1 meter x 0,5 meter aan de voor- of zijgevel of in de voor- of zijtuin op een hoogte van maximaal 2 meter. Neon- of andere lichtreclame is in dit kader niet toegestaan.
4.3.4 Verkoop van zelfvoortgebrachte of streekeigen producten

Verkoop van zelfvoortgebrachte of streekeigen producten als ondergeschikte nevenactiviteit is toegestaan tot een maximale oppervlakte van 25% van het vloeroppervlak van de totale bestaande bebouwing, tot maximaal 100 m².

4.4 Afwijken van de gebruiksregels
4.4.1 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van mantelzorg en inwoning

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken voor het bepaalde in artikel 4.3.1 voor het gebruik ten behoeve van mantelzorg en inwoning van maximaal twee personen in de bedrijfswoning en/of de bijbehorende bouwwerken, mits:

  • a. er geen tweede woning ontstaat;
  • b. de tijdelijkheid in voldoende mate vaststaat;
  • c. er geen aparte aansluiting op de nutsvoorzieningen mogen worden getroffen;
  • d. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
    • 1. de verkeersveiligheid;
    • 2. het woon- en leefklimaat;
    • 3. de milieusituatie;
    • 4. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
  • e. de omgevingsvergunning na beëindiging van de situatie zal worden ingetrokken en het bijbehorend bouwwerk niet meer mag worden gebruikt voor bewoning/mantelzorg.
4.4.2 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van kamerverhuur

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken voor het bepaalde in artikel 4.3.1 ten behoeve van het gebruik als kamerverhuur in de bedrijfswoning, mits:

  • a. het gebruik naar de aard met het woonkarakter van de omgeving in overeenstemming is;
  • b. het gebruik geen overlast voor het woonmilieu oplevert en geen onevenredige afbreuk doet aan het woonkarakter van de wijk of buurt;
  • c. wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein. Indien niet op eigen terrein in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien, dient te worden aangetoond dat elders in voldoende parkeergelegenheid kan worden voorzien.