direct naar inhoud van 7.2 Archeologie en cultuurhistorie
Plan: Kandt en Schotte
Status: vastgesteld
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1892.WpKandtenSchotte-VA01

7.2 Archeologie en cultuurhistorie

In hoofdstuk 10 van het bestemingsplan Zuidplas West (Nieuwerkerk a/d IJssel) wordt beschreven waar er in de zuidplaspolder archeologische (verwachtings-) waarden aanwezig zijn. Uit de Cultuurhistorische Waardenkaart van de provincie Zuid-Holland blijkt dat ter plaatse van het wijzigingsplan de archeologische verwachtingswaarde 'niet tot laag' is. In het bestemmingsplan is voor het plangebied van het wijzigingsplan daarom geen dubbelbestemming 'waarde - archeologie' opgenomen.

7.2.1 Gemeentelijke beleidsnota archeologie

Op 23 november 2010 heeft de gemeenteraad van de gemeente Zuidplas de gemeentelijke beleidsnota archeologie vastgesteld. Aanleiding is de Wet op de Archeologische Monumentenzorg. Deze wet, die op 1 september 2007 van kracht is geworden, geeft aan dat de gemeente inzicht dient te hebben in de (te verwachten) archeologische waarden binnen haar grondgebied. Tevens is het voor de gemeente gewenst om bij geplande bodemingrepen en wijzigingen in bestemmingsplannen de archeologie al in een vroeg stadium bij de planvorming te kunnen betrekken. Hiertoe is het formuleren van een gemeentelijk archeologiebeleid essentieel.

Voor het gehele grondgebied van de gemeente is een archeologische inventarisatie uitgevoerd en vervolgens een archeologische verwachtings- en beleidsadvieskaart opgesteld. Op de verwachtingskaart staan naast de reeds bekende archeologische waarden ook de te verwachte archeologische waarden in de vorm van zones met een bepaalde trefkans. Hiermee wordt een beeld verkregen waar archeologische sporen en vondsten in de bodem aanwezig kunnen zijn. Voor de verschillende archeologische verwachtingswaarden is een archeologiebeleid opgesteld. De archeologische beleidsadvieskaart is afgeleid uit de archeologische verwachtingskaart, waarbij de beleidsadviezen in de legenda zijn opgenomen.

De archeologische verwachtingswaarden in de gemeente zijn bepaald door een koppeling te maken tussen de landschapskenmerken en de bekende archeologische waarden om vervolgens elke archeolandschappelijke eenheid om te zetten in een archeologische verwachting. De aanwezigheid van een bepaald landschapstype zegt immers veel over de oorspronkelijke hoogteligging, ontwatering en bodemvruchtbaarheid; drie factoren die bij de locatiekeuze van nederzettingen en akkers in het verleden een belangrijke rol speelden. Er is rekening gehouden met meerdere archeologische niveaus vanwege het aanwezige gelaagde landschap. De bekende archeologische en historische waarden zijn op de verwachtingskaart opgenomen, omdat in de directe omgeving archeologische resten in de bodem aanwezig kunnen zijn. De informatie over de op de verwachtingskaart opgenomen bodemverstoringen is afkomstig van het Actueel Hoogtebestand van Nederland (AHN) en van de gedetailleerde bodemkaarten. De verwachtingswaarden zijn opgesplitst naar archeologische perioden en diepteligging.

Archeologische beleidsadvieskaart

De archeologische beleidsadvieskaart betreft een versimpeling van de archeologische verwachtingskaart waarin het beleidsadvies per kaarteenheid wordt vermeld. Dit heeft geleid tot een archeologische beleidsadvieskaart met schaal 1:10.000 waarbij in ieder geval tot op perceelniveau zichtbaar is welke archeologische verwachting er geldt voor een bepaald terrein. De beleidsadvieskaart bestaat uit de volgende kaartlagen:

  • 1. Terreinen waar archeologische resten al zijn vastgesteld, inclusief beleidsadvies:
  • archeologische rijksmonumenten (0 m2 en 0 cm vrijstelling)
  • overige AMK-terreinen (30 m2 en 30 cm vrijstelling)
  • gemeentelijke monumenten (30 m2 en 30 cm vrijstelling)
  • 2. Archeologische verwachtings- en beleidsadvieslaag:
  • zones met een zeer hoge archeologische verwachting (50 m2 en 30 cm vrijstelling)
  • zones met een hoge archeologische verwachting (100 m2 en 30 cm vrijstelling)
  • zones met een middelhoge archeologische verwachting (250 m2 en 30 cm vrijstelling)
  • zones met een lage archeologische verwachting (0,5 ha en 30 cm vrijstelling)

Het beleidsadvies is opgesplitst in twee diepteniveaus, namelijk voor ingrepen tot 3 meter beneden maaiveld en ingrepen dieper dan 3 meter. Het dieptebereik van de archeologische verwachtings- en beleidsadvieskaart bedraagt circa 15 meter beneden maaiveld.

  • Terreinen waar de eventueel aanwezige archeologische resten mogelijk zijn verstoord of opgeruimd door bodemingrepen in het verleden. Aangezien veelal onduidelijk is tot hoe diep de bodemverstoringen hebben plaatsgevonden, is niet bekend of hierdoor de eventueel aanwezige archeologische laag verstoord is. Derhalve zijn de zones met bodemverstoringen met een arcering over de verwachtingszones aangegeven. Indien in deze gebieden archeologisch onderzoek wordt uitgevoerd dient getoetst te worden of de mogelijk aanwezige archeologische niveaus al dan niet reeds verstoord zijn. Aan de hand daarvan kan bepaald worden of archeologisch onderzoek al dan niet noodzakelijk is.
  • Terreinen waar in het verleden reeds archeologisch onderzoek heeft plaatsgevonden. Voor zones die reeds archeologisch zijn onderzocht, wordt geadviseerd om te beoordelen wat de diepte, omvang en steekproefgrootte (boordichtheid) van het archeologisch onderzoek is geweest. Op basis daarvan kan bepaald worden of archeologisch onderzoek al dan niet noodzakelijk is.

De archeologische beleidsadvieskaart heeft geresulteerd in een archeologische verwachtingskaart.

Consequentie plangebied

afbeelding "i_NL.IMRO.1892.WpKandtenSchotte-VA01_0001.png" 

afbeelding "i_NL.IMRO.1892.WpKandtenSchotte-VA01_0002.png" Bron: Archeologische beleidsadvieskaart, gemeente Zuidplas, 2010

In tegenstelling tot de provinciale kaart, blijkt uit de gemeentelijke kaart dat voor een deel van het plangebied van het wijzigingsplan een hoge archeologische verwachting geldt. Bij een bodemverstoring van 100 m2 of meer, of dieper dan 30 centimeter, dient archeologisch onderzoek verricht te worden.

Vooralsnog zijn er nog geen concrete plannen om te bouwen, ter plaatse van de hoge archeologische verwachtingswaarde. De hoge archeologische verwachtingswaarde wordt daarom in dit wijzigingsplan met een dubbelbestemming 'waarde-archeologie' opgenomen. Als de bouwplannen concreet worden, en er wordt gebouwd op de grond met een hoge verwachtingswaarde, zal voorafgaand aan de bouw een archeologisch onderzoek verricht moeten worden.

De geluidswerende voorziening wordt (zeer waarschijnlijk) uitgevoerd als groene geluidswal. Hiervoor vinden geen grondwerkzaamheden plaats. Indien de geluidswerende voorziening toch anders wordt uitgevoerd (in de vorm van een bouwwerken, geen gebouwen zijnde), en er vinden grondwerkzaamheden plaats, dan dient er archeologisch onderzoek verricht te worden.