direct naar inhoud van 5.4 Externe veiligheid
Plan: Moerkapelle Dorp
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1892.BpMoerkapelleDorp-Va01

5.4 Externe veiligheid

Activiteiten met gevaarlijke stoffen leveren risico.s op voor de omgeving. Door het stellen van eisen aan afstanden tussen de activiteiten met gevaarlijke stoffen en (beperkt) kwetsbare objecten (woningen, kantoren, scholen, enz.) worden de eventuele gevolgen van deze risico.s zoveel mogelijk beperkt.

Het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) vormt het wettelijk kader voor het omgaan met risico.s ten gevolge van bedrijven (inrichtingen) met gevaarlijke stoffen.

Het wettelijk kader voor de risico.s ten gevolge van transport van gevaarlijke stoffen wordt gevormd door de circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen (RNVGS), het Besluit transportroutes externe veiligheid (Btev) en het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb).

Daarnaast is, voor zover van toepassing, gebruik gemaakt van gegevens uit het Basisnet Weg (definitief ontwerp 2009) en het Basisnet Water (definitief ontwerp 2008).

Plaatsgebonden risico (PR)

Als 'harde' afstandseis voor externe veiligheid geldt een contour voor het plaatsgebonden risico (PR 10-6), die wordt aangegeven als een afstand ten opzichte van de activiteit met gevaarlijke stoffen (risicobron). Binnen deze PR 10-6-contour mogen geen (beperkt) kwetsbare objecten aanwezig zijn of worden geprojecteerd.

Groepsrisico (GR)

Afhankelijk van de aard van de risicobron is er sprake van een bepaald invloedsgebied. Binnen dit invloedsgebied moet worden onderzocht hoe groot de kans per jaar is dat een groep van ten minste 10 (zich binnen dit invloedsgebied bevindende) personen overlijdt ten gevolge van een ramp of zwaar ongeval met de betreffende risicobron. De uitkomst van dit onderzoek geeft de hoogte van het GR weer en wordt uitgedrukt in een curve, waarbij als norm voor het GR een oriënterende waarde is vastgesteld.

Onderzoek

Ter voorbereiding van bestemmingsplan Moerkapelle Dorp (conserverende deel) is onderzocht of er risicobronnen binnen of nabij het plangebied zijn gelegen die hierop van invloed zijn.

Mogelijke risicobronnen zijn inrichtingen, waar activiteiten met gevaarlijke stoffen plaatsvinden of trans-portmodaliteiten bestemd voor het vervoer van gevaarlijke stoffen, zoals (spoor-, vaar-)wegen en buisleidingen.

De genoemde afstanden zijn grafisch weergegeven in figuur 5.7. Het betreft een indicatieve weergave. De op de verbeelding aangegeven contouren zijn leidend.

Inrichtingen

Binnen of in de directe nabijheid van het plangebied zijn EV-relevante bedrijven gelegen. Geen van deze bedrijven valt onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi). Vanuit oogpunt van externe veiligheid zijn deze bedrijven dus niet relevant. De PR 10-6contour voor deze bedrijven ligt derhalve binnen de inrichtingsgrenzen. Aan de Akkerweg ligt een gasontvangstation (W-341). Rondom dit gasontvangstation geldt een bebouwingsvrije zone van 15 m.

Transport over de weg

In en nabij het plangebied zijn geen routes voor het transport van gevaarlijke stoffen gelegen. Wel zijn er ontheffingen verleend voor het transport van gevaarlijke stoffen over de Bredeweg. Het betreft de aan en afvoer naar het bedrijventerrein Moerkapelle. Het betreft (beperkt) transport van gevaarlijke stoffen in emballage en geen transporten lpg of propaan (brandbare gassen). Brandbare gassen zijn namelijk bepalend voor het risico. De risico's in verband met het transport van gevaarlijke stoffen is daarom niet relevant.

Transport over het spoor

In of nabij het plangebied zijn geen spoorwegen gelegen.

Transport over het water

In of nabij het plangebied zijn geen vaarwegen gelegen waarover gevaarlijke stoffen worden vervoerd.

Transport per buisleiding

In en nabij het plangebied zijn verschillende buisleidingen gelegen waardoor gevaarlijke stoffen worden vervoerd (zie figuur 5.7). Het betreffen hogedruk aardgasleidingen en een leiding bestemd voor brandbare vloeistoffen (zie tabel 5.8).

Tabel 5.8 Hogedruk aardgasleidingen

leiding   diameter
(inch)  
druk (bar)   belemmeringenstrook (m)   PR 10-6   invloedsgebied GR  
A 518   30   66   5   0   380  
A 518-01   4   66   5   0   60  
A 553   36   66   5   0   430  

Sinds 1 januari 2011 is het Belsuit Externe Veiligheid Buisleidingen (Bevb) van kracht. In het kader van dit besluit moet getoetst worden aan het plaatsgebonden risico en groepsrisico.

Plaatsgebonden risico

Uit eerdere door Gasunie uitgevoerde berekeningen in het kader van het plan 'NAM Eersteling' (Risicoberekening gastransportleidingen A 518-KR-014/015, A 553-KR-099/100 en A 518-01-KR-001/002, kenmerk DET 2007.M.0878, 3 december 2007, zie Bijlage 1) is gebleken dat ter hoogte van het plangebied geen PR 10-6 contour ontstaat voor de gasleidingen A 553 en A 518-01 ter hoogte van het plangebied. Voor de gasleiding A 518 is in deze berekening een PR 10-6 contour van 120 meter gegeven. Navraag bij Gasunie leverde destijds op dat er geen sprake is van een PR 10-6 contour voor deze leiding ter hoogte van het plangebied. Dit blijkt ook uit de PR 10-6 contouren die door de Gasunie in 2011 zijn verstrekt in het kader van de 'sanering plaatsgebonden risico Bevb'. Het plaatsgebonden risico vormt dus geen belemmering voor het plangebied.

Wel dient altijd de belemmeringenstrook te worden vrijgehouden in verband met onderhoudswerkzaamheden aan de leiding. Deze strook is voor de betreffende leidingen 5 meter.

Groepsrisico

In het kader van het plan 'NAM Eersteling' is ook het groepsrisico berekend (zie bovenstaande referentie). Uit deze berekeningen blijkt dat het groepsrisico ter hoogte van de kern Moerkapelle kleiner is dan 0,1 maal de oriëntatiewaarde. Sinds het uitvoeren van deze risicoberekening (december 2007) is de planologische situatie binnen de invloedsgebieden van de gasleidingen ter hoogte van de kern Moerkapelle Dorp niet gewijzigd.

In verband met de verantwoording van het groepsrisico is de regionale brandweer om advies gevraagd. Ten aanzien van de bestaande bebouwing binnen het invloedsgebied heeft de plaatselijke brandweer aangegeven dat de bereikbaarheid en beschikbaarheid van bluswater voldoende is.

In verband met de verantwoording van het GR is de Veiligheidsregio om advies gevraagd. Ten aanzien van de bestaande bebouwing binnen het invloedsgebied heeft de lokale brandweer aangegeven dat de bereikbaarheid en beschikbaarheid van bluswater voldoende is.

Tabel 5.9 Leiding brandbare vloeistoffen

diameter (inch)   druk (bar)   PR 10-6   Iivloedsgebied GR  
12   80   15   ±30 m  

Door het plangebied ('westelijke punt') ligt een brandstofleiding (zie figuur 5.9). Op transportleidingen met brandbare vloeistoffen is eveneens het Bevb van toepassing. De PR 10-6-contour voor deze leiding is berekend door het RIVM en ligt op 15 m. Er zijn geen kwetsbare objecten binnen deze contour gelegen. Door het RIVM is verder aangegeven dat er geen sprake is van GR bij een dichtheid van minder dan 255 personen per hectare binnen het invloedsgebied, buiten de PR 10-6-contour. Deze personendichtheid wordt hier bij lange na niet gehaald. Er is dus geen sprake van een GR ten gevolge van de brandstofleiding.

afbeelding "i_NL.IMRO.1892.BpMoerkapelleDorp-Va01_0008.jpg"

Figuur 5.7 Contouren externe veiligheid

Conclusie ten aanzien van plan

Er zijn geen beperkingen voor het bestemmingsplan Moerkapelle Dorp vanwege Externe Veiligheid.