direct naar inhoud van Artikel 29 Algemene wijzigingsregels
Plan: Moerkapelle Dorp
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1892.BpMoerkapelleDorp-Va01

Artikel 29 Algemene wijzigingsregels

29.1 Overschrijding bestemmingsgrenzen

Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen mogen echter ten hoogste 3 m bedragen.

29.2 Wro-zone - wijzigingsgebied - 1

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming van de gronden die zijn voorzien van de aanduiding 'Wro-zone – wijzigingsgebied - 1' te wijzigen in de bestemmingen Tuinen en Wonen zoals genoemd in de artikelen 12 en 16, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. het aantal woningen bedraagt ten hoogste 5;
  • b. de goothoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste 6 m;
  • c. de bouwhoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste 9 m;
  • d. uit bodemonderzoek moet blijken dat de bodem geschikt is voor de ter plaatse beoogde functie(s);
  • e. uit overleg met de waterbeheerder blijkt dat er wordt voorzien in voldoende watercompensatie;
  • f. er mag geen onevenredige afbreuk worden gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.

29.3 Wro-zone - wijzigingsgebied - 2

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming van de gronden die zijn voorzien van de aanduiding 'Wro-zone – wijzigingsgebied - 2' na bedrijfsbeëindiging van de ter plaatse aanwezige bedrijven te wijzigen in de bestemmingen Tuin en Wonen, zoals genoemd in artikelen 12 en 16, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. hoofdgebouwen dienen ten minste 10 m uit de verkeersbestemming Bredeweg en ten minste 5 m uit de verkeersbestemming Julianastraat gerealiseerd te worden;
  • b. het oppervlak per perceel bedraagt maximaal 200 m2;
  • c. het aantal woningen bedraagt ten hoogste 30;
  • d. elke woning mag worden voorzien van een werkunit, waarbij bedrijven uit ten hoogste categorie 2 van de Staat van bedrijfsactiviteiten 'bedrijventerrein' en kantoren zijn toegestaan;
  • e. bedrijven worden enkel ontsloten vanaf de Bredeweg;
  • f. de goothoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste 6 m;
  • g. de bouwhoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste 9 m;
  • h. uit bodemonderzoek moet blijken dat de bodem geschikt is voor de ter plaatse beoogde functie(s);
  • i. uit overleg met de waterbeheerder blijkt dat er wordt voorzien in voldoende watercompensatie;
  • j. er mag geen onevenredige afbreuk worden gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.

29.4 Wro-zone - wijzigingsgebied - 3

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming van de gronden die zijn voorzien van de aanduiding 'Wro-zone – wijzigingsgebied - 3' te wijzigen in de bestemming Wonen zoals genoemd in artikel 16, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. het aantal woningen bedraagt ten hoogste 1;
  • b. de goothoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste 4 m;
  • c. de bouwhoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste 7 m;
  • d. uit bodemonderzoek moet blijken dat de bodem geschikt is voor de ter plaatse beoogde functie(s);
  • e. uit overleg met de waterbeheerder blijkt dat er wordt voorzien in voldoende watercompensatie;
  • f. er mag geen onevenredige afbreuk worden gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.

29.5 Wro-zone - wijzigingsgebied - 4

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming van de gronden die zijn voorzien van de aanduiding 'Wro-zone – wijzigingsgebied - 4' te wijzigen in de bestemmingen Tuin en Wonen - 2 zoals genoemd in artikelen 12 en 18, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. het aantal gestapelde woningen bedraagt ten hoogste 8;
  • b. de bouwhoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste 6 m;
  • c. sprake is van een algehele bedrijfsbeëindiging ter plaatse;
  • d. uit bodemonderzoek moet blijken dat de bodem geschikt is voor de ter plaatse beoogde functie(s);
  • e. uit overleg met de waterbeheerder blijkt dat er wordt voorzien in voldoende watercompensatie;
  • f. er mag geen onevenredige afbreuk worden gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.