I. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd:

- de bestemmingen agrarische bedrijfsdoeleinden en bedrijfsdoeleinden op de plankaart A aangegeven met de nummers 1 t/m 13 en 16 t/m 25 te wijzigen ten behoeve van woondoeleinden of vakantieappartementen;

- de bestemmingen agrarische bedrijfsdoeleinden en bedrijfsdoeleinden op de plankaart A aangegeven met de nummers 1 t/m 13 en 16 t/m 25 te wijzigen in de aangrenzende bestemming voorzover het betreft de bestemmingen natuurgebied en agrarisch gebied met landschappelijke en/of natuurlijke waarden;

- de bestemming agrarische bedrijfsdoeleinden aangegeven op de plankaart A (gemeente Maastricht) met de letters KB te wijzigen ten behoeve van kinderboerderij, overdekte binnenspeelplaats en daghoreca.

indien er:

A. voorzover het betreft de bestemming agrarische bedrijfsdoeleinden sprake is van een bedrijfscomplex dat redelijkerwijs niet (meer) bruikbaar is of kan worden gemaakt voor hedendaagse agrarische bedrijfsvoering danwel voortzetting van het agrarisch bedrijf niet in overeenstemming is met de ter plaatse geldende gebiedsdoelstelling.

B. sprake is van bebouwing, welke op zichzelf beschouwd architectonische en/of cultuurhistorische waarde bezit, dan wel door zijn karakter en ligging een wezenlijk element in het landschapsbeeld vormt. In ieder geval is hiervan steeds sprake indien het een beschermd monument betreft in de zin van de Monumentenwet 1988 of ingevolge dit plan als karakteristieke bebouwing is aangewezen.

Hiernaast gelden de volgende voorwaarden:

a. de vrijkomende (agrarische) bebouwing wordt benut voor woondoeleinden of vakantieappartement en na verbouwing ten hoogste 2 woningen dan wel 6 vakantieappartementen aanwezig zijn; de totale oppervlakte per vakantieappartement mag maximaal 100 m² bedragen; vrijstaande bedrijfs- of bijgebouwen komen niet voor bewoning in aanmerking;

b. de functiewijziging van vrijkomende (agrarische) bebouwing niet gepaard gaat met de oprichting van een nieuw (agrarisch) bedrijf behalve wanneer dit plaatsvindt in het kader van een goedgekeurd ruilverkavelingsplan;

c. de bouwmassa van het complex niet wordt vergroot en geen onevenredige aantasting plaatsvindt van aanwezige cultuurhistorische en landschappelijke waarden;

d. geen onevenredige aantasting optreedt van aangrenzende waarden en geen beperkingen ontstaan voor de (potentiële) gebruiksmogelijkheden van nabij gelegen functies en het recreatief medegebruik;

e. de aanwezige infrastructuur niet wordt gewijzigd, geen onevenredige verkeersaantrekkende werking mag ontstaan en op eigen terrein voorzien kan worden in de parkeerbehoefte;

f. er sprake dient te zijn van een goed woonmilieu;

g. indien het betreft de wijziging in de bestemming natuurgebied dienen de gronden te zijn verworven door een natuurbeschermingsorganisatie;

h. de belangen van derden en de waarden van de aangrenzende bestemmingen mogen niet onevenredig worden geschaad.

II. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd de bestemming bedrijfsdoeleinden op plankaart A aangegeven met nummer 26 te wijzigen in de aangrenzende bestemming Agrarisch gebied met landschappelijke en/of natuurlijke waarden, indien er geen onevenredige aantasting optreedt van de belangen van derden en van aangrenzende waarden, én indien geen beperkingen ontstaan voor de (potentiële) gebruiksmogelijkheden van nabij gelegen functies en de belangen van derden en de waarden van de aangrenzende bestemmingen niet onevenredig worden geschaad.

III. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten aanzien van de plaats van de bestemmingsgrenzen, voorzover de afwijking van geringe aard is en ten aanzien van andere ondergeschikte punten, wanneer dit met het oog op de praktische uitvoering gerechtvaardigd is, respectievelijk indien de aanpassing aan de terreingesteldheid dit noodzakelijk maakt en daardoor belangen van derden niet onevenredig worden geschaad;

IV. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van de verplaatsing van de bestemming verkeersdoeleinden aangegeven op de plankaart A met een afstand van maximaal 15,00 m. gemeten uit het hart van de bestemming en met handhaving van het ter plaatse aanwezige profiel, indien dit ter plaatse noodzakelijk is voor o.m. realisering van verkeerskundige maatregelen die de verkeersveiligheid en/of de doorstroming bevorderen en de belangen van derden en de waarden van de aangrenzende bestemmingen niet onevenredig worden geschaad. De oppervlakte van de aanliggende bestemmingen, die in deze vrijstelling betrokken is, blijft gelijk resp. wordt op redelijke wijze gecompenseerd.

V. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten aanzien van de bestemmingsgrens agrarische bedrijfsdoeleinden zoals aangegeven op plankaart A, voor zover de afwijking niet meer bedraagt dan maximaal 25,00 m. gemeten vanuit de op plankaart A aangegeven bestemmingsgrens, mits daardoor geen vergroting van het bestemmingsoppervlak agrarische bedrijfsdoeleinden optreedt, de belangen van derden en de waarden van de aangrenzende bestemmingen niet onevenredig worden geschaad en mits de vrijstelling leidt tot een verbetering in bedrijfstechnisch en/of milieutechnisch opzicht van het betrokken agrarisch bedrijf;

VI. Bij het toepassen van de wijzigingsbevoegdheid van Burgemeester en Wethouders worden de in artikel 40 gegeven procedureregels in acht genomen. Indien de wijzigingsbevoegdheid betrekking heeft op gronden op de plankaart B aangegeven als archeologisch monument dient de directeur van de Rijksdienst voor Oudheidkundig Bodemonderzoek te worden geraadpleegd.