direct naar inhoud van 3.3 Gemeentelijk beleid
Plan: Huis- en tuinboulevard Gardenz
Status: voorontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1883.huistuinboulevard-VO01

3.3 Gemeentelijk beleid

Structuurvisie gemeente Sittard-Geleen

De structuurvisie is op 10 juni 2010 vastgesteld. In deze structuurvisie wordt het plangebied aangeduid als gebied voor perifere detailhandel (zie onderstaande afbeelding).

afbeelding "i_NL.IMRO.1883.huistuinboulevard-VO01_0004.jpg"

Figuur 2.3: Globale ligging plangebied in de Structuurvisie Sittard-Geleen.

De huis- en tuinboulevard is aangemerkt als perifere detailhandelslocatie. Op deze locatie zijn winkels geconcentreerd met een woninginrichting, doe-het-zelf en tuinthema. De retailstructuurvisie gaat dieper in op het detailhandelbeleid.

Retailstructuurvisie gemeente Sittard-Geleen

In 2000 is een voorontwerp bestemmingsplan opgesteld voor het plangebied. Toen werd opgemerkt dat de branchering in de detailhandel te veel beperkingen in zich had. Op 19 juli 2000 heeft PCGP positief geadviseerd op het voorontwerp bestemmingsplan. Toen werd opgemerkt dat de branchering te veel beperkingen in zich had. Het bestemmingsplan is toen niet verder in procedure gegaan.

De retailstructuurvisie van de gemeente Sittard-Geleen is vastgesteld door de raad op 28 februari 2008. De structuurvisie bevat een brede visie op de toekomst van de gemeente en vormt het kader van alle ruimtelijke ontwikkelingen. Bij de vaststelling van de retailstructuurvisie heeft de gemeenteraad besloten de locatie Gardenz als perifere winkellocaties aan te wijzen voor winkels in de woon- en tuininrichting en Doe-het-zelf branche. Tevens heeft de gemeenteraad, in dezelfde raadsvergadering, besloten om inzake Hornbach alleen aanvragen voor vestigingen en/of uitbreiding van Doe-Het-Zelf zaken op Gardenz in behandeling te nemen van winkels met een maximum winkelvloeroppervlak voor Doe-het-zelf zaken van 5.000 m2. Dit onder de voorwaarde dat aanvullend te verrichten distributieplanologisch onderzoek uitwijst, dat er geen sprake is van ontwrichting van de aanbodstructuur.

Detailhandel op Handelsterrein Bergerweg & Industriepark Noord

Op 16 juli 2009 heeft de gemeenteraad besloten in te stemmen met het advies van Droogh Trommelen en Partners (DTNP) in het rapport van 27 mei 2009 "Detailhandel op Handelsterrein Bergerweg & Industriepark Noord" met dien verstande dat:

  • 1. Gardenz de aangewezen perifere detailhandelslocatie is en blijft voor vestiging van perifere winkels in de branches tuin, Doe-het-zelf en wonen. Er is sprake van een samenhangende en themagerichte ontwikkeling.
  • 2. Binnen het thema tuin, Doe-het-zelf en wonen zich op Gardenz zowel verplaatsers als nieuwe bedrijven mogen vestigen. De vestiging van nieuwe bedrijven in de woninginrichting wordt vooralsnog toegelaten tot maximaal 40% van het nog in te vullen bestaand en nieuw winkelvloeroppervlak. Voor verplaatsers uit de stad en regio wordt vooralsnog 60% van het nog in te vullen bestaand en nieuw winkelvloeroppervlak gereserveerd. In de te actualiseren realisatieovereenkomst Gardenz wordt een bepaling opgenomen, waarin wordt geregeld, dat de ontwikkelaar een actieve en aantoonbare inspanning doet om potentiële verplaatsers te interesseren voor Gardenz. Uit die door de ontwikkelaar van Gardenz op te stellen inventarisatie moet blijken welke bedrijven onder welke voorwaarden willen verplaatsen naar Gardenz. Indien aantoonbaar is dat zittende bedrijven in de woninginrichtingsbranche niet zijn geïnteresseerd in verplaatsing naar Gardenz, worden nieuwe vestigers in deze branche toegelaten.
  • 3. Industriepark Noord en Gardenz de twee aangewezen locaties voor Doe-het-zelf winkels. Op beide locaties is voor wat betreft de branche Doe-het-zelf, uitbreiding van het DHZ winkelvloeroppervlak mogelijk tot maximaal 5.000 m2 winkelvloeroppervlak per vestiging onder de voorwaarde dat daarmee de spreiding van de Doe-het-zelf locaties niet in gevaar komt en er geen sprake is van duurzame ontwrichting

De ontwikkeling van onderhavig plan sluit aan bij het gemeentelijk beleid van de gemeente Sittard-Geleen. Zo biedt het plan de mogelijkheid voor verdere uitbreiding van het winkelvloeroppervlak waardoor het betreffende gebied verder kan ontwikkelen tot het beoogde concept en branchering van de huis- en tuinboulevard Sittard-Geleen.

Archeologie en monumenten

Op grond van de Monumentenwet worden gemeenten verantwoordelijk geacht voor de omgang met archeologische waarden in het gemeentelijk grondgebied. Gemeenten moeten bijvoorbeeld bij de vaststelling van een bestemmingsplan rekening houden met in de grond aanwezige dan wel te verwachten archeologische resten.

Op 13 september 2012 is de beleidsnota 'Archeologie en monumenten' vastgesteld. In deze nota wordt het beleid beschreven voor de archeologie en monumenten. De nota actualiseert het eerdere beleid en houdt rekening met de recente wetswijzigingen.

Verspreid over de gehele gemeente zijn archeologische en cultuurhistorische resten aanwezig. Er zijn drie speerpunten benoemd:

  • 1. erkenning en bescherming van de archeologie en monumenten;
  • 2. behoud door ontwikkeling;
  • 3. beleving van archeologie en monumenten.

Bij de nota hoort een beleidskaart. Hierop staan de verwachtingswaarden en de bekende vindplaatsen aangegeven. In tabel 4a van de beleidsnota is aangegeven hoe deze waarden hun vertaling kunnen krijgen in het bestemmingsplan. De beleidskaart is in het bestemmingsplan vertaald in twee dubbelbestemmingen, die ieder een bouwverbod (met afwijkingsmogelijkheid) en een omgevingsvergunningenstelsel voor werken en werkzaamheden bevatten ter bescherming van de archeologische waarden. Een omgevingsvergunningen kan pas worden verleend na het verrichten van archeologische onderzoek. De dubbelbestemmingen kennen verschillende ondergrenzen:

  • Waarde - Archeologie 2 (beleidscategorie 2): bouwverbod en omgevingsvergunningenstelsel voor (bouw)werken groter dan 50 m2 en dieper dan 30 cm;
  • Waarde - Archeologie 4 (beleidscategorie 4): bouwverbod en omgevingsvergunningenstelsel voor (bouw)werken groter dan 500 m2 en dieper dan 30 cm;
  • Waarde - Archeologie 6 (beleidscategorie 6): bouwverbod en omgevingsvergunningenstelsel voor (bouw)werken groter dan 50.000 m2 en dieper dan 30 cm;

Er is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen waarmee de ligging van de dubbelbestemming kan worden gewijzigd, indien dat op basis van archeologisch onderzoek gerechtvaardigd is.

In dit bestemmingsplan komen geen monumentale waarden voor, zoals bedoeld in de gemeentelijke archeologie nota.