direct naar inhoud van Artikel 19 Algemene aanduidingsregels
Plan: Voormalig Slachthuis en omgeving
Status: vastgesteld
Plantype: beheersverordening
IMRO-idn: NL.IMRO.1883.BVVmSlachthuiseo-VA01

Artikel 19 Algemene aanduidingsregels

19.1 Milieuzone - bodembeschermingsgebied (erosiegebied )
19.1.1 Aanduidingsomschrijving
  • a. De gronden ter plaatse van het besluitsubvlak 'milieuzone - bodembeschermingsgebied' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen mede bestemd voor: de bescherming van het gebied tegen erosie en het beheer van de in het gebied aanwezig waterlopen, met bijbehorende bouwwerken geen gebouwen zijnde en met inachtneming van de keur van het waterschap.
  • b. De in artikel a bedoelde gronden zijn tevens bestemd voor de doeleinden en bouwmogelijkheden die in hoofdstuk 3 voor de betrokken bestemming zijn aangegeven, inclusief de daarin opgenomen afwijkings- en / of wijzigingsbevoegdheden en / of omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden.
19.1.2 bouwregels
  • a. In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (artikelen 3 tot en met 12) mag alleen ten behoeve van deze bestemming worden gebouwd.
  • b. Gebouwen mogen niet worden gebouwd.
  • c. Bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde maximaal 3 m.
19.1.3 afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 19.1.2 voor het bouwen overeenkomstig de andere bestemmingen, mits advies is verkregen van de beheerder van de watergang.

19.1.4 omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden op de in artikel 19.1.1 bedoelde gronden de volgende andere-werken uit te voeren:

  • a. het ontgronden, vergraven, afgraven, egaliseren, diepploegen, woelen en mengen en ophogen van gronden;
  • b. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden, parkeervoorzieningen en andere oppervlakteverhardingen;
  • c. het aanleggen, verdiepen, verbreden en dempen van sloten, watergangen en overige waterpartijen en het aanbrengen van drainage;
  • d. het aanleggen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur.
19.1.5

Een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt niet eerder verleend dan nadat advies is verkregen van de beheerder van de watergang.

19.1.6

Geen omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden is nodig voor:

  • a. andere-werken die het normale onderhoud en beheer betreffen;
  • b. andere-werken die in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan of uitgevoerd kunnen worden op grond van een voor dat tijdstip aangevraagde of verleende omgevingsvergunning.