Plan: | Kasteel Limbricht e.o. |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1883.BPKasteelLimbricht-ON01 |
Initiatiefnemer is sinds 1 juli 2017 exploitant van Landgoed Kasteel Limbricht B.V. Initiatiefnemer heeft in diverse Limburgse gemeenten succesvolle Horeca en Leisure ondernemingen. Denk aan de Entertain Group te Echt, Valdeludo te Echt, de Hompesche Molen in Stevensweert en zoals al benoemd Kasteel Limbricht. Ondanks de beperking van Covid die de groei hebben gestagneerd, heeft Landgoed Kasteel Limbricht B.V. het kasteel onder de aandacht weten te houden en tot een attractieve unieke horeca locatie met oneindige mogelijkheden weten te maken. Het klantenbestand is enorm gegroeid en er wordt steeds meer georganiseerd buiten de bestemming 'horeca' om. Denk aan rommelmarkten, wandeltochten, theatervoorstellingen en muziekfeesten. Goed voor de naamsbekendheid van het kasteel en de gemeente Sittard-Geleen. Initiatiefnemer heeft vele ideeën voor de toekomst die het Kasteel en de gemeente ten goede komen. Hij is niet voor niks Ambassadeur van de toekomstvisie Sittard-Geleen. Om aan de toenemende vraag en behoefte van de klanten te kunnen voldoen zullen de ideeën omgezet moeten worden naar concrete plannen. Een welkome aanvulling op de bestaande horeca activiteiten is onder andere het kunnen organiseren van meer evenementen zoals markten, voorstellingen en muziekfeesten, waarbij ook tijdelijke losstaande bouwwerken zoals bijvoorbeeld tenten, kraampjes, overkappingen, kiosken, (blokken)hut, en daarmee vergelijkbare bouwwerken gebruikt worden. Deze staan ten dienste van het gebruik van het terrein. Dit type bouwwerk valt onder een tijdelijk bouwwerk dat telkens gebouwd mag worden met toepassing van de eisen voor tijdelijke bouw, omdat dit bedoeld is om gedurende een bepaalde tijd per jaar op een bepaalde plaats aanwezig te zijn.
Initiatiefnemer heeft hiertoe ook het terrein aan de overzijde van de Allee aangekocht, verder te noemen 'Landgoed Lemborgh', met de bedoeling om dit als kasteeltuin met een multifunctioneel gebouw te ontwikkelen. De wens is om daar, inspelend op de behoefte van deze tijd, zowel binnen-, maar vooral ook buitenactiviteiten aan te bieden zoals: rouwen, trouwen, vergaderen, bedrijfsfeesten, workshops, sport en spel. Hiervoor is het ook de bedoeling om jaarlijks op buitenterrein enkele tijdelijke bouwwerken te plaatsen zoals tenten, overkappingen, kiosken, (blokken)hutten, kraampjes en daarmee vergelijkbare bouwwerken. Deze worden dus jaarlijks en dienste van het gebruik van het terrein voor een bepaald tijdvak gebouwd, gebruikt en verwijderd. Ook plaatselijke verenigingen en clubs kunnen gebruik maken van deze locatie voor bijvoorbeeld repetities, vergaderen, kienmiddagen of -avonden of het organiseren van evenementen. Voor initiatiefnemer is het sowieso de bedoeling om ook op deze locatie evenementen te organiseren, al of niet in combinatie met het kasteel, zie hiervoor paragraaf 2.4.5. De bestaande woning wordt omgevormd tot een ontmoetingsplek met oefenruimtes, vergaderruimtes en op zolder een afgesloten archiefruimte. De aanwezige loods zal dienst gaan als opslagruimte voor de activiteiten op het binnen- en buitenterrein.
Daarnaast behoort ook het monumentale pand Platz 1 tot het kasteel Limbricht. Dit pand wordt momenteel voorbereid voor gebruik als minihotel.
Zoals uit bovenstaande blijkt worden binnen het kasteel meer activiteiten georganiseerd dan volgens het vigerende bestemmingplan zijn toegestaan. Om meer activiteiten mogelijk te maken, en dan met name meer dan de 3-jaarlijkse evenementen die nu zijn toegestaan, maar ook om tijdelijke losstaande bouwwerken op de binnenplaats van het kasteel toe te staan, dient het bestemmingsplan aangepast te worden. Ook zullen ten behoeve van het planvoornemen op het 'Landgoed Lemborgh' en het gebruiken van Platz 1 als minihotel, de daar vigerende bestemmingplannen gewijzigd moeten worden om de aldaar gewenste activiteiten mogelijk te maken. De gewenste planvoornemens vragen echter ook om meer parkeerruimte. Omdat het aspect parkeren in het totale plan een belangrijk onderdeel is, wordt ook de uitbreiding van het bestaande openbaar parkeerterrein bij de sportvelden en gelegen aan de Allee, betrokken bij het nieuwe bestemmingplan.
Het totale plan omvat dus 4 locaties en de tussenliggende strook tussen het kasteel met de openbare parkeerplaats en Landgoed Lemborgh. Om alle gewenste activiteiten op de 4 locaties juridisch en planologisch mogelijk te maken wordt één nieuwe bestemmingplanprocedure doorlopen.
Voorliggend document voorziet in de toelichting op de bijbehorende regels en verbeelding voor onderhavige herziening van de betreffende bestemmingplannen tot één nieuw bestemmingsplan: 'Kasteel Limbricht en omgeving'.
Het plangebied betreft de volgende percelen:
Het plangebied heeft een oppervlakte van in totaal ca. 7,73 ha.
Met betrekking tot de laan, de Allee, wordt hierbij opgemerkt dat voor het gedeelte dat gelegen is binnen het plangebied niets wijzigt t.b.v. het planvoornemen. De daar geldende bestemmingen en gebiedsaanduidingen blijven voor dat gedeelte onveranderd van toepassing.
Navolgende figuur geeft een overzicht van het plangebied weer.
Figuur 1: Weergave plangebied Kasteel Limbricht en omgeving.
Binnen het plangebied, ter plaatse van Platz 1, waar het gebruik van het rijksmonument als minihotel toegestaan dient te worden, geldt het 'Bestemmingsplan Limbricht', vastgesteld op 11 oktober 2012. Van toepassing zijn de volgende bestemmingen en aanduidingen:
Binnen het overige gedeelte van het plangebied geldt het bestemmingsplan 'Buitengebied Sittard', vastgesteld op 13 september 2013. Van toepassing zijn de volgende bestemmingen en aanduidingen:
Daarnaast zijn van toepassing:
De voorliggende toelichting is als volgt opgebouwd: in hoofdstuk 2 wordt het planvoornemen beschreven. Vervolgens komen in hoofdstuk 3 de planologische hoofdlijnen van het rijks-, provinciaal, regionaal en gemeentelijk beleid aan de orde. In hoofdstuk 4 komt de toetsing aan de milieu- en omgevingsaspecten aan bod. In hoofdstuk 5 wordt de juridische planbeschrijving verder toegelicht. Hoofdstuk 6 beschrijft de uitvoerbaarheid en in hoofdstuk 7 wordt de procedure beschreven.
Het plangebied omvat de locaties Platz 1, Allee 1, 1A en 1B, Landgoed Lemborgh (Allee 2), het ten noordoosten van het Kasteel gelegen openbaar parkeerterrein met het gedeelte t.b.v. uitbreiding van het pareerterrein en een gedeelte van de tussen deze locaties gelegen laan (de Allee) met bomenrij en beek. Het totale plangebied wordt omringd door locaties voor wonen, maatschappelijk, sport, agrarisch, natuur, verkeer en verblijf. Het plangebied ligt aan de noordzijde in de rand van het dorp Limbricht, behorende tot de gemeente Sittard-Geleen. Limbricht ligt ten westen-noordwesten van Sittard. Ten noordoosten van Limbricht ligt op grotere afstand Nieuwstadt. Verder naar het oosten, net achter Sittard komt men al in Duitsland (De Selfkant). Verder naar het westen en zuidwesten van het plangebied zijn de dorpen Guttecoven en Einighausen gelegen. In noordoostelijke richting komt men via de Bornerweg-Sittarderweg in Born. Noordelijk van het plangebied bevindt zich op ruim 500 meter afstand het Limbrichterbos.
In onderstaande topografische kaartuitsnede is de ligging van het plangebied, zoals weergegeven in figuur 1, weergegeven met een rode omkadering.
Figuur 2. Ligging plangebied t.o.v. omgeving in breder verband.
Onderstaande afbeeldingen geven een beeld van de plangebied en de omgeving.
Figuur 3. Luchtfoto van het plangebied (rood omkaderd)
Figuur 4. Luchtfoto met ligging van de 4 locaties binnen het plangebied (oost richting west).
Figuur 5. Luchtfoto met ligging plangebied (west richting oost).
Figuur 6. Zicht op de voorgevel locatie Platz 1.
Figuur 7. Luchtfoto met locatie Platz 1 (oost - richting west) met op de voorgrond het rijksmonumentale pand en naar achter toe de taps toelopende historisch ingerichte tuin.
Figuur 8. Zicht (richting noordoost) op de Allee met links de gebouwen van het kasteel en rechts op de voorgrond de woning (Allee 2) behorende bij het Landgoed Lemborgh.
Figuur 9. Zicht (richting zuidwest) op de Allee en gracht met gebouwen van het kasteel (rechts).
Figuur 10. Luchtfoto van het kasteel met bijbehorende gebouwen en gracht.
Figuur 11. Zicht (richting zuidwest) op Allee en links het Landgoed Lemborgh en bijbehorende gebouwen op de achtergrond. Rechts, gracht en gebouw behorende bij het kasteel.
Figuur 12. Op de voorgrond de aanvang van het inrichten van het Landgoed Lemborgh (zicht: oost richting west) met op de achtergrond (links van het midden) het dorp Limbricht en (rechts van het midden) het kasteel met het openbaar parkeerterrein en de sportvelden.
Figuur 13. Toegang tot de openbare parkeerplaats ten noordoosten van het kasteel met links een gebouw van het kasteel.
Figuur 14. Zicht op Allee (richting zuidwest) met rechts het openbaar parkeerterrein en geheel op de achtergrond een fractie van het kasteel.
Figuur 15. Luchtfoto met het openbaar parkeerterrein (rechtsonder), een gedeelte van het sportveld en linksonder een gedeelte van de gebouwen bij het kasteel.
Limbricht is ontstaan langs een Romeinse weg die vanuit het oosten richting de Maas liep. Omstreeks het jaar 1000 is de Sint-Salvius kerk opgericht, naast het mottekasteel. Dit kasteel bestond aanvankelijk uit een houten toren op een heuvel, met aan de voet, naast de Sint- Salviuskerk, een neerhof. Het geheel was omgracht. Rond 1200 werd de houten toren vervangen door een stenen toren (donjon), waarvan fragmenten nog zijn terug te vinden in de kelder van het huidige kasteel. Van het midden van de 13e eeuw dateert de oudste vermelding van 'de heren van Lemborch. Kort daarna werd de toren uitgebreid. Het huidige kasteel dateert uit de 17e eeuw.
Opgravingen hebben aangetoond dat het gebied rond Limbricht in de Romeinse tijd bewoond is geweest. In Limbricht zelf zijn Romeinse vondsten aangetroffen, waaronder twee askisten waarvan er thans één in het oude Sint-Salviuskerkje te zien is. Onlangs zijn bij het inrichten van het Landgoed Lemborgh ook Romeinse graven aangetroffen.
Op historisch kaartmateriaal uit het begin van de 19e eeuw, is het kasteel met motteburcht en het Sint-Salviuskerkje duidelijk zichtbaar. Het noordelijk deel van het plangebied (nu sportvelden) behoorde tot de kasteeltuinen en viel binnen de omgrachting (en deels in de gracht). Het zuidelijke deel, waaronder de gronden van het Landgoed Lemborgh, staat beschreven als 'Huys Weijde' en 'Moole Weijde'. Zie figuur 16 hieronder. Langs de Allee stond ook een klein gebouw dat omschreven is als molen bij de Limbrichterbeek. Het betrof de 'Onderste Molen'.
Figuur 16. Uitsnede Kadastraal minuutplan 1811-1832, gemeente Limbricht, sectie A, blad 01, met in de rode cirkel de locatie van de Onderste Molen.
Deze situatie bleef bestaan tot omstreeks 1960 toen de grachten rondom het noordelijke deel van het plangebied gedempt werden. De molen verdween ook in die periode. Rond 1980 werd het ingericht als sportcomplex, terwijl het zuidelijke deel van het plangebied (Landgoed Lemborgh) werd gebruikt als akker. In de zuidwesthoek verschenen gebouwen (intensieve veehouderij (IV) locatie) Deze situatie bleef onveranderd tot medio 2023. De stal behorende bij de IV-locatie is inmiddels gesloopt en een groot gedeelte van de gronden is inmiddels naar eigen inzicht ingericht als kasteeltuin, zie figuur 12 en figuur 18, waarbij ook rekening is gehouden met ruimte voor het houden van evenementen, buitenactiviteiten zoals: rouwen, trouwen, vergaderen, bedrijfsfeesten, workshops, sport en spel en voor tijdelijke bouwwerken t.b.v. van voornoemde evenementen en buitenactiviteiten.
Kasteel Limbricht heeft altijd een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van het dorp. De dorpen Limbricht en Einighausen vormden samen de vrije rijksheerlijkheid Limbricht. In oude bronnen wordt ook wel gesproken van 'Limburg', maar om verwarring te voorkomen is de naam gewijzigd in 'Limbricht'. De oudste heren van Limbricht, bekend sinds de 13e eeuw, waren waarschijnlijk afkomstig uit het geslacht Born of Van Elsloo.
In de middeleeuwen kwam Limbricht te liggen aan een belangrijke oost-westverbinding tussen Gulik, Sittard en de Maas bij Stokkem. Limbricht was een 'vrijheerlijkheid' in het Guliks gebied. Dat betekent dat de heren van Limbricht geen verplichtingen hadden ten opzichte van de Gulikse hertog. Zowel op bestuurlijk als op kerkelijk gebied viel ook Einighausen oorspronkelijk onder Limbricht (kerkelijk tot 1836). In 1800 werd Limbricht een gemeente, waar naast Einighausen ook Guttecoven tot ging behoren. De gemeente Limbricht werd als gevolg van een gemeentelijke herindeling in 1982 onderdeel van de gemeente Sittard, die in 2001 weer opging in de gemeente Sittard-Geleen.
Geraadpleegde bronnen 'Historische ontwikkeling': Wikipedia, Heemkundevereniging De Lemborgh, Stichting Kasteel Limbricht, Beeldbank.cultureelerfgoed.nl, Programma van Eisen RAAP-PVE 2859 - Plangebied Kasteel Limbricht tuinaanplant.
Het plangebied omvat Platz 1, gelegen aan Platz en is verder ook gelegen aan de Allee. De Allee is de voornaamste ontsluitingsroute van het plangebied en sluit in noordoostelijke richting aan op de N276, die een doorgaande verkeersroute vormt langs Sittard in zowel zuidelijke als noordelijke richting.
Platz 1
Platz 1 betref een rijksmonument en is gelegen naast de spoorlijn Sittard-Born. De locatie ligt nog net binnen het bestemmingsplan 'Limbricht' en wordt omgeven door woonbestemmingen. Op de hoek Platz- Beekstraat ligt een horeca onderneming, ook wel bekend als café Salden. Platz 1 ligt op een afstand van ca. 50 meter van de rest van het plangebied en vormt een onderdeel van Kasteel Limbricht. Momenteel doet het dienst als kantoor en wordt het omgebouwd. Voor het behoud van het rijksmonument heeft het vanwege de ligging, maar ook economisch gezien, de voorkeur om in het pand overnachtingsactiviteiten toe te staan. Het wijzigen van het bestemmingsplan om het gebruik als minihotel juridisch planologisch mogelijk te maken heeft geen invloed op het gebouw en bijbehorende tuin zelf. Vanuit de functiewijziging bestaat, (getoetst aan het parkeerbeleid van de gemeente Sittard-Geleen, geen noodzaak tot het realiseren van extra parkeergelegenheid. Het plangebied wordt integraal beschouwd ten aanzien het aspect verkeer en parkeren, zie verder paragraaf 4.6 en 4.9.
Allee 1, 1A en 1B en openbaar parkeerterrein
Het kasteel met omliggende gebouwen is eveneens een rijksmonument. Binnen de gebouwen van het kasteel is horeca t/m cat. 5 toegestaan. Binnen een gedeelte van de gebouwen, de voormalige bowlingbanen, vindt inpandige verbouwing plaats t.b.v. een kleinschalige brouwerij met proeflokaal en feestzaal. De verbouwing is vergund (omgevingsvergunning d.d. 25 juni 2022, kenmerk Om20.0141) en omvat geen ingrijpende wijziging van het monument. Voor de functietoevoeging 'kleinschalige brouwerij' is een vergunningsprocedure lopende. Verwacht wordt dat deze binnenkort verleend zal worden. Het organiseren en houden van evenementen omvat geen ingrijpende wijziging van het monument. Bij het inzetten van tijdelijke bouwwerken t.b.v. evenementen of buitenactiviteiten worden deze los van de monumentale gebouwen geplaatst. De tijdelijke bouwwerken worden dus jaarlijks voor een bepaalde buitenactiviteit/evenement voor een bepaalde tijd gebouwd, gebruikt en vervolgens weer verwijderd. Ruimtelijk heeft dit dan ook geen impact op de omgeving en heeft het ook geen verdere negatieve gevolgen voor de monumentale - en de aanwezige cultuurhistorische waarden. De mix van tijdelijke bouwwerken en horeca op de binnenplaats geeft de onderneming maximale flexibele ruimte om, met in achtneming van de monumentale waarde, conform pagina 7 van de beleidsnota monumenten en archeologie 2012, zijn activiteiten te ontplooien. Een van de evenementen zal ook ten dienste staan van het cultuurhistorische karakter. Denk aan een toneelvoorstelling over de historie (heksenvervolging) en boekpresentaties. Wel zullen er t.b.v. van de gewenste evenementen extra parkeerplaatsen gerealiseerd worden en zal ontsluiting geregeld worden via de Allee naar de N276. Ook op het terrein van Landgoed Lemborgh worden parkeerplaatsen gerealiseerd. Ten behoeve van de gewenste evenementen binnen het kasteel zal gebruik gemaakt moeten worden van de openbare parkeerplaats. De gemeente zal zorgdragen voor uitbreiding van deze parkeerplaats. Deze uitbreiding zal plaatsvinden tussen de huidige parkeerplaats en de buitenpistes voor de ruiterclub. Tot die tijd is het voor parkeren bedoelde gedeelte tussen de huidige parkeerplaats en de buitenpistes als overloopparkeerplaats in gebruik met welbevinden van de gemeente Sittard-Geleen.
Figuur 17. Locatie met gewenste uitbreiding openbaar parkeerterrein
Verder zal er in de noordoosthoek van het Landgoed Lemborgh ook nog worden voorzien in een overloopparkeerplaats, zodat er ook bij druk bezochte evenementen voldoende parkeerruimte is en er geen verkeershinder en verkeersgevaarlijke situaties zullen ontstaan op de Allee. Voorwaarde is wel dat bij de evenementen het verkeer en parkeren geregeld zal worden met behulp van parkeerregelaars en route-, parkeer- en rijrichting aanduidingen.
Landgoed Lemborgh
Landgoed Lemborgh omvat de voormalige bedrijfswoning, loods en voormalige landbouwgronden. Met uitzondering van de bebouwing in de zuidwesthoek is het een overwegend open terrein. Totaal betreft het een oppervlakte van ca. 4,4 ha. Ontsluiting vindt eveneens plaats op de Allee. De voormalige varkensstal is inmiddels gesloopt en nagenoeg op dezelfde plaats zal worden voorzien in een bij de omgeving passend multifunctioneel gebouw van ca. 1.000 m2 t.b.v. de gewenste activiteiten ter plaatse. Om rekening te houden met de zichtlijnen vanuit het kasteel, wordt het multifunctionele gebouw parallel hieraan gebouwd. Verder blijft het volume beperkt en wordt het gebouw gerealiseerd met circulaire, natuurlijke materialen en met veel gebruik van hout. De zichtlijnen vanuit het kasteel blijven aldus gerespecteerd. Zoals eerder al is vermeld, is het ook de bedoeling om ten behoeve van de diverse activiteiten jaarlijks op het buitenterrein enkele tijdelijke bouwwerken te plaatsen. De bestaande woning zal dienst gaan doen als bijeenkomstruimte voor kleinere groepen en als oefen-, vergader- en archiefruimte. De bestaande loods zal dienst gaan doen als opslagruimte voor het kasteel, het landgoed en de benodigdheden voor de diverse gewenste activiteiten op deze locaties. De ruimtelijke impact zal qua vaste gebouwen dan ook minimaal zijn en zich beperken tot het zuidelijke gedeelte van de locatie.
Het vigerende bestemmingsplan biedt middels een wijzigingsbevoegdheid al de mogelijkheid tot de aanleg van een kasteeltuin en diverse mogelijkheden voor wat betreft de gewenste activiteiten. Ook voor de alhier gewenste activiteiten is het van belang dat er voldoende parkeergelegenheid is en dat ook het verkeer via de Allee wordt ontsloten richting de N276. Hiertoe is de te realiseren parkeerplaats nabij de loods en het te realiseren multifunctioneel gebouw voorzien. Deze parkeerplaats is in beginsel bedoeld voor eigen personeel, bezoekers van het kasteel, de gasten van minihotel Platz 1 en voor lokaal gebruik, maar in basis ook bedoeld voor bezoekers van Landgoed Lemborgh, het multifunctioneel gebouw en de gezamenlijke ruimtes in de voormalige bedrijfswoning. Er zijn minimaal 75 parkeerplaatsen voorzien (zie paragraaf 2.4.6). Verder geldt dat bij druk bezochte bijeenkomsten en/of evenementen gebruik kan worden gemaakt van de noordoostelijk gelegen overloopparkeerplaats en dat het verkeer wordt geregeld met behulp van verkeersregelaars en verkeersborden.
Een groot gedeelte van het terrein is al ingericht als tuin (zie ook figuur 12). Er zijn diverse paden aangelegd en ca. 15.000 planten geplant. Het is eveneens de bedoeling dat er veel bomen worden aangeplant, maar vanwege de recente archeologische vondsten zal het planten van deze bomen het archeologisch vervolgonderzoek moeten afwachten en mogelijk zelfs geheel of gedeeltelijk onder archeologische begeleiding plaats moeten vinden. Voorlopig staan deze bomen in grote kisten op het terrein. Het overige gedeelte is overwegend ingezaaid met grasland en in de randen met bloemrijke mengsels. Een gedeelte ten noordoosten van Landgoed Lemborgh zal tevens dienst doen als overloopparkeerplaats bij evenementen. Een impressie van een groot gedeelte van Landgoed Lemborgh wordt in onderstaande figuur 18 weergegeven. Het noordoostelijk gedeelte waar ook de overloopparkeerplaats is voorzien, net voorbij de knik, blijft voorlopig grasland.
Figuur 18. Impressie Landgoed Lemborgh (rood omkaderd) binnen het plangebied.
Al met al moet het planvoornemen bijdragen aan het behoud van de waardevolle monumentale gebouwen en de cultuurhistorische waarde voor de omgeving van het kasteel, nu en in de toekomst, waarbij door realisatie van voldoende parkeervoorzieningen op afstand van het dorp en ontsluiting van het verkeer over de Allee naar de N276, de druk op het dorp fors wordt verminderd. Met de toevoeging van het Landgoed Lemborgh ontstaat een mooi en duurzaam cultuurhistorisch waardevol ensemble met vele mogelijkheden van rust en ontspanning voor jong en oud.
Het planvoornemen betreft het planologisch en juridisch mogelijk maken van de gewenste activiteiten bij Platz 1, Landgoed Kasteel Limbricht, Landgoed Lemborgh en de uitbreiding van het openbare parkeerterrein bij de sportvelden.
Het pand en de tuin van Platz 1 wordt momenteel voorbereid voor gebruik als minihotel. Ter plaatse is de locatie bestemd voor dienstverlenende bedrijven, kantoren en instellingen op financieel, juridisch of (ontwerp)-technisch gebied dan wel op het gebied van communicatie, informatie en adviezen. Een minihotel valt hier niet onder. Vooruitlopend op dit bestemmingsplan is een procedure gestart - afwijken bestemmingsplan en verbouw.
Het pand betreft een rijksmonument en initiatiefnemer wenst het gebruik van dit pand voort te zetten als minihotel en als onderdeel van het totale ensemble. Het pand leent zicht hier ook het beste voor. Op deze wijze blijft het rijksmonument behouden en krijgt het pand en tuin een duurzame functie. Aan de locatie zal daarom ook de dubbelbestemming 'Waarde - Cultuurhistorie' worden toegevoegd. Om het gebruik als minihotel mogelijk te maken heeft het de voorkeur om de locatie binnen het nieuwe bestemmingsplan 'Kasteel Limbricht en omgeving' te bestemmen als 'Horeca' met functieaanduiding: 'horeca categorie 5'. Dit betreft een inrichting die geheel of in overwegende mate is gericht op het verstrekken van nachtverblijf. Daaronder worden begrepen: hotel, motel, pension en overige logiesverstrekkers. Vanuit de functiewijziging bestaat, getoetst aan het parkeerbeleid van de gemeente Sittard-Geleen, geen noodzaak tot het realiseren van extra parkeergelegenheid. De bezoekers van het minihotel kunnen echter gebruik maken van het parkeerterrein op landgoed De Lemborgh. Deze parkeerplaats zal op de verbeelding van bestemmingsplan 'Kasteel Limbricht en omgeving' worden aangeduid met de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - p2'. Ontsluiting vindt plaats via de Allee richting de N276. Zie verder ook paragraaf 2.4.6 en 4.9 'Verkeer en parkeren'.
De regels en mogelijkheden binnen Kasteel Limbricht blijven in de basis hetzelfde en zijn, met uitzondering van het toegestane aantal evenementen, als zodanig overgenomen en vastgelegd in het nieuwe bestemmingsplan. Daarnaast wordt de bouwaanduiding 'Specifieke bouwaanduiding - tijdelijke bouwwerken' toegevoegd voor de binnenplaats, om te kunnen voorzien in tijdelijke losstaande bouwwerken zoals bijvoorbeeld tenten, kraampjes, overkappingen, kiosken, (blokken)hutten, en daarmee vergelijkbare bouwwerken tijdens evenementen en buitenactiviteiten en tijdelijk ter ondersteuning van de reguliere activiteiten
Op dit moment loopt Landgoed Kasteel Limbricht B.V. tegen wettelijke beperkingen aan om het kasteel optimaal te benutten. Hoewel de vraag steeds groter wordt, is expansie niet mogelijk, omdat er volgens het vigerende bestemmingsplan maar 3 evenementen per jaar zijn toegestaan. De wens van de initiatiefnemer is om er meer evenementen per jaar te organiseren dan de vastgelegde 3 en bij meldingen en kleine evenementen geen vergunningentraject te hoeven doorlopen. Voor een evenement zoals een filmvoorstelling is het namelijk niet werkbaar en reëel om een vergunningentraject van minimaal 8 weken te doorlopen.
Met betrekking tot de plannen voor de evenementen bij het kasteel is door de initiatiefnemer in 2022 een principeverzoek ingediend bij de gemeente Sittard - Geleen. De gemeente Sittard - Geleen heeft hierop vervolgens kenbaar gemaakt om daar onder voorwaarden aan mee te willen werken. Nu Landgoed Lemborgh aan het geheel is toegevoegd en initiatiefnemer daar ook evenementen wenst te organiseren, worden de aantallen een soorten evenementen zoals ze in het principeverzoek zijn vermeld, op beide locaties gehouden. Hierbij worden de evenementen: a - of afzonderlijk op een van beide locaties gehouden of b - in combinatie over beide locaties of in alle varianten daar tussen in, waarbij het totaal van alle evenementen niet overschreden wordt. Met betrekking tot de te houden evenementen, al of niet in combinatie met het Landgoed Lemborgh, zie verder onder paragraaf 2.4.5.
In het plangebied zullen extra parkeerplaatsen gerealiseerd worden en zal ontsluiting geregeld worden via de Allee naar de N276. Zoals hierboven al is aangegeven zullen in de zuidwesthoek van Landgoed Lemborgh parkeerplaatsen worden gerealiseerd voor de bezoekers van Landgoed Lemborgh, het multifunctioneel gebouw en de gezamenlijke ruimtes in de voormalige bedrijfswoning en voor het personeel en de bezoekers aan het kasteel. Er zijn minimaal 75 parkeerplaatsen voorzien (zie papragraaf 2.4.6 en 4.9.2).
Ter plaatse van de huidige openbare parkeerplaats zijn 114 parkeerplaatsen aanwezig. De gemeente zal starten met de uitbreiding van deze parkeerplaats met minimaal 108 plaatsen, zodat er 222 plaatsen zijn. Deze uitbreiding zal plaatsvinden tussen de huidige parkeerplaats en de buitenpistes voor de ruiterclub, zie ook figuur 17 in paragraaf 2.3. Hiermee zouden voldoende parkeerplaatsen aanwezig moeten zijn voor de reguliere activiteiten binnen het kasteel, in combinatie met het gebruik van de sportvelden. Zie verder ook paragraaf 4.9 'Verkeer en parkeren'. De openbare parkeerplaats krijgt in het nieuwe bestemmingsplan 'Kasteel Limbricht en omgeving' de bestemming 'Verkeer - Verblijfsgebied' met de aanduiding: 'specifieke vorm van verkeer- p1'.
Om bij druk bezochte evenementen ook zeker te zijn van voldoende parkeerruimte, wordt er ter plaatse van het Landgoed Lemborgh in het noordoostelijk deel ook nog voorzien in een overloopparkeerplaats, waar overigens ook bussen kunnen parkeren. Dit gedeelte krijgt binnen de nieuwe bestemming van het landgoed de aanduiding: 'specifieke vorm van verkeer- p3'. Bij de evenementen zal het verkeer en parkeren geregeld worden met behulp van verkeersregelaars en verkeersborden.
Initiatiefnemer heeft deze gronden aangekocht met het doel dit in te richten als kasteeltuin met een multifunctioneel gebouw. De wens is om daar, inspelend op de behoefte van deze tijd, zowel binnen- maar vooral ook buiten activiteiten aan te bieden zoals: rouwen, trouwen, vergaderen, workshops, besloten bijeenkomsten, bedrijfsfeesten en sport en spel. Hiervoor is het ook de bedoeling om jaarlijks op het buitenterrein enkele tijdelijke bouwwerken te plaatsen zoals tenten, kraampjes, overkappingen, kiosken, (blokken)hutten, en daarmee vergelijkbare bouwwerken. Deze worden dan jaarlijks voor een bepaald tijdvak gebouwd, gebruikt en vervolgens verwijderd. Dit type bouwwerk valt onder een tijdelijk bouwwerk dat telkens gebouwd mag worden met toepassing van de eisen voor tijdelijke bouw, omdat dit bedoeld is om gedurende een bepaalde tijd per jaar op een bepaalde plaats aanwezig te zijn. In de tijdelijke bouwwerken worden geen overnachtingen toegestaan en ze mogen ook niet gebruikt worden als tijdelijke huisvesting of wonen. Het aantal, de afmetingen, de tijdelijke duur per jaar van deze tijdelijke bouwwerken en het uitsluiten als nachtverblijf of tijdelijk huisvesting is in de regels van onderhavig bestemmingplan vastgelegd. Ook plaatselijke verenigingen en clubs kunnen gebruik maken van deze locatie voor bijvoorbeeld repetities, vergaderen, kienmiddagen of -avonden of het organiseren van bijvoorbeeld markten en evenementen. Voor initiatiefnemer is het sowieso de bedoeling om ook op deze locatie evenementen te organiseren, waaronder ook een zogenaamd winterevent (schaatsbaan), al of niet in combinatie met het kasteel, zie hiervoor paragraaf 2.4.5. De bestaande woning wordt omgevormd tot een ontmoetingsplek, oefenruimtes, vergaderruimtes en op zolder een afgesloten archiefruimte. De aanwezige loods zal dienst gaan als opslagruimte voor Landgoed Lemborgh, maar ook voor het kasteel.
Realisatie van Landgoed Lemborgh en de daarbij gewenste activiteiten is voorzien in 3 fases welke hieronder schematisch worden weergegeven.
Op de huidige locatie van Landgoed Lemborgh gelden volgens het vigerende bestemmingsplan de bestemmingen 'Agrarisch' en 'Agrarisch - Intensieve veehouderij'. De gewenste ontwikkeling op deze locatie is niet rechtstreeks toegestaan. Binnen het vigerende bestemmingsplan geldt voor deze locatie ook de 'Gebiedsaanduiding wro - zone - wijzigingsgebied 1'. Dit houdt in dat burgemeester en wethouders van de gemeente Sittard - Geleen bevoegd zijn de bestemmingen ter plaatse van de aanduiding 'Wro-zone wijzigingsgebied 1' te wijzigen in de bestemming 'Groen' ten behoeve van de aanleg van een kasteeltuin, een bospark en parkeerterrein, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
De gronden van Landgoed Lemborgh zijn op vrijwillige basis aangekocht en in eigendom van de Stichting Kasteel Limbricht B.V. De gewenste activiteiten sluiten ook aan op voorwaarde b. Wat betreft het aspect parkeren, zie hierboven onder paragraaf 2.3.4 en paragraaf 4.9 'Verkeer en parkeren'. In het vervolg van deze toelichting wordt onderbouwd dat de aangrenzende waarden en belangen niet onevenredig worden geschaad. Aan voorwaarde f kan echter niet worden voldaan. In de zuidoosthoek is bestaande bebouwing al aanwezig en een stal is inmiddels ook gesloopt. Ter plaatse van de gesloopte stal zal een multifunctioneel gebouw van ca. 1.000 m2 worden gerealiseerd ten behoeve van de gewenste activiteiten binnen Landgoed Lemborgh. Het gebouw volgt qua positionering de zichtlijn die vanuit het kasteel - brug ontstaat en wordt aan de zuidwestzijde van deze zichtlijn gepositioneerd. Zodanig dat er geen conflict is met deze zichtlijn en waarmee optimaal rekening wordt gehouden met de cultuurhistorie van het terrein. Voor een impressie van het multifunctionele gebouw zie onderstaande figuren 19 en 20. Ook de voormalige bedrijfswoning en loods worden ten dienste gesteld van de gewenste activiteiten binnen het Landgoed Lemborgh. Het huidige vigerende zal qua vorm en oppervlak (ca. 3.594 m2) hetzelfde blijven.
Figuur 19. Impressie multifunctioneel gebouw (gevelaanzicht noordoostzijde).
Figuur 20. Impressie multifunctioneel gebouw (gevelaanzicht noordwestzijde).
Mede gelet op de gewenste bebouwing, maar ook vanwege de diverse gewenste activiteiten en evenementen, kan voor de locatie Landgoed Lemborgh geen gebruik worden gemaakt van de betreffende wijzigingsbevoegdheid. Derhalve is het planologisch en juridisch mogelijk maken van de gewenste activiteiten binnen Landgoed Lemborgh ook opgenomen in het nieuwe bestemmingsplan "Kasteel Limbricht en omgeving'. Binnen dit nieuwe bestemmingsplan wordt aan het Landgoed Lemborgh de bestemming 'Groen' toegekend. Dit, omdat veel van de gewenste activiteiten binnen de bestemming 'Groen' rechtstreeks zijn toegestaan. Activiteiten die niet worden toegestaan zullen in de regels van het nieuwe bestemmingplan worden uitgesloten.
Met betrekking tot de te houden evenementen op Kasteel Limbricht en Landgoed Lemborgh geldt het volgende:
Soort evenementen
Met betrekking tot het bestemmingsplan 'Kasteel Limbricht en omgeving' worden dezelfde categorieën (naar geluidsniveau) aangehouden, zoals in het bestemmingsplan Schootsvelden, namelijk:
In categorie 1 valt bijvoorbeeld livemuziek van bijvoorbeeld een Limburgstalige artiest. In categorie 2 zullen events zoals een theatervoorstelling, een harmonieconcert of een bioscoopvoorstelling goed passen. In categorie 3 zal bijvoorbeeld een rommelmarkt vallen of een event met akoestische muziek.
Het betreft een indeling op basis van akoestische impact en sluit aan bij de gevolgde systematiek die voor het bestemmingsplan Noordelijke Schootsvelden is gehanteerd.
De categorieën in het bestemmingsplan moeten niet verward worden met de risicoclassificering van evenementen:
Er worden op het kasteel en bij Landgoed Lemborgh geen dance events of soortgelijk georganiseerd. Het maximaal gelijktijdig aanwezige aantal bezoekers op de buitenterreinen van het kasteel en Landgoed Lemborgh bedraagt 1.500 - 3.000 per dag. Het betreft dan een categorie 3 - event. In bijlage 17- is een analyse van het aantal bezoekers opgenomen.
De evenementen bij het kasteel en het landgoed vallen in de regel in de risicoclassificaties A en B. Dit zijn evenementen zoals rommelmarkten, filmavonden, theatervoorstellingen en livemuziek.
Aantal events per jaar
In tegenstelling tot de evenementen die op het Schootsveld plaatsvinden zijn de voorgenomen evenementen kort van duur. Daarnaast kunnen er op het terrein niet zoveel mensen terecht als op de Schootsvelden. Op de Schootsvelden wordt een maximum van 40.000 bezoekers op de gehele dag aangehouden.
Desalniettemin komt het er in de praktijk op neer dat er evenveel evenementendagen zijn als in het bestemmingsplan van de Schootsvelden exclusief het winterevenement.
(*) kasteel en Landgoed Lemborgh samen.
Duur evenement
Maximale duur niet meer dan 3 aaneengesloten dagen, met dien verstande dat het totaal aantal evenementendagen per jaar niet meer bedraagt dan 6 exclusief op- en afbouwdagen.
Maximale duur niet meer dan 3 aaneengesloten dagen, met dien verstande dat het totaal aantal evenementdagen per jaar niet meer bedraagt dan 30, exclusief op- en afbouwdagen.
Maximale duur niet meer dan 3 aaneengesloten dagen, met dien verstande dat het totaal aantal evenementdagen per jaar niet meer bedraagt dan 24, exclusief op- en afbouwdagen;
In afwijking van het bovenstaande wil initiatiefnemer ook (net als op de Schootsvelden, maar dan kleiner) graag een winterevenement organiseren van een aaneengesloten periode van 31 dagen.
Tijden event
Tabel : Overzicht tijden event
Wat | Dagen | Tijden |
Begintijd event/muziek | Maandag tot en met zondag | 12:00 uur |
Eindtijd voor categorie 1 en 2 evenementen | Zondag tot en met donderdag | 23:00 uur |
Vrijdag en zaterdag | 01:00 uur Versterkte muziek tot 00.00 uur |
|
Eindtijd voor categorie 3 evenementen: | Zondag tot en met donderdag | 01:00 uur |
Vrijdag en zaterdag | 02:00 uur |
Dit overzicht is gelijk aan de tijden die in het bestemmingsplan Schootsvelden worden benoemd.
Volgens de reguliere exploitatievergunning mag het kasteel van maandag tot en met donderdag open zijn tot 02:00 uur en van vrijdag tot en met zondag tot 03:00 uur.
Geluid
Conform een publicatie van de NSG (Nederlandse Stichting Geluidshinder) over horeca geluid is een geluidsniveau van 85-95 dB(A) noodzakelijk voor de beleving van muziek tijdens feesten en uitvoeringen.
Geluidbeleid evenementen gemeente Amsterdam
Het geluidbeleid beschrijft de geluidsnorm, de maximale geluidsbelasting voor omwonenden en de geluidsruimte op de festivals zelf in verband met gehoorschade. De maximale gevelnorm voor omwonenden is vastgesteld op 85dB(C) en de maximale geluidruimte voor het festivalpubliek op 110-115 dB(C). Let op dit gaat dus om de dB(C) en nog niet eens om de dB(A).
Geluidbeleid evenementen gemeente Heerlen
Het geluidbeleid van de gemeente Heerlen stelt voor een evenement in de openlucht waarbij elektronisch versterkte muziek wordt geproduceerd, een maximale geluidsbelasting van 85 dB(A) en een maximale geluidsbelasting van 100 dB(C), gemeten op de gevel van de meest nabij gelegen woning of een ander geluidsgevoelige bestemming;
Geluid Kasteel Limbricht
Op basis van het bestemmingsplan Schootsvelden, het geluidbeleid van de gemeente Amsterdam en de gemeente Heerlen, wordt bij deze onderstaand per categorie het geluidsniveau van de evenementen bij het kasteel aangegeven.
(*) De duiding "in het publiek" is in de bestemmingsplanregels aangegeven met "Front-Of-House": Positie loodrecht op het midden van de verbindingslijn tussen muziekboxen, op een afstand van 25 m van deze lijn. Dit is de reguliere positie van een mengtafel. Bij positionering van de mengtafel elders of bij het ontbreken ervan geldt de Front of house positiebepaling voor controle van de geluidniveau's.
In de regels (art. 4.4) van bestemmingsplan 'Kasteel Limbricht en omgeving' is de regeling opgenomen ten aanzien van de evenementen waarin per categorie evenement (1 t/m 3) het aantal evenementen, de duur per keer, de geluidsbelasting en begin- en eindtijden voor muziekgeluid is vastgelegd.
Uit onderzoek, zie paragraaf 4.3, is gebleken dat het aspect geluid geen belemmering vormt voor onderhavige ontwikkelingen. Er is sprake van een goed woon- en leefklimaat.
De gewenste activiteiten/voornemens, zoals in bovenstaande paragrafen beschreven, zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden en bedoeld voor de gehele upgrade van Kasteel Limbricht en omgeving, maar ook voor het behoud van de waardevolle monumentale gebouwen en de cultuurhistorische waarde voor de omgeving. Het ruimtebeslag vanwege de door de initiatiefnemer voorgestane plannen neemt toe; evenwel neemt de ruimtelijke kwaliteit van het kasteel en omgeving ook toe, waarbij recht gedaan wordt aan de cultuurhistorie.
Het samenspel van de aangegeven activiteiten/voornemens is primair bedoeld vanuit een kwaliteitsimpuls en om in te spelen op de huidige en toenemende behoeften vanuit de samenleving en om daarin (steeds) flexibel te kunnen participeren.
Hoewel het oppervlak waarop de activiteiten worden gebezigd meer dan verdubbeld, is er geen sprake van vergroting van de bezoekersaantallen in die mate. In bijlage 17 is een analyse van het aantal bezoekers opgenomen. Op jaarbasis wordt een toename van ca 20-25% verwacht ten opzichte van het huidig, reëel gebruik (in beginsel kunnen elke dag > 1500 mensen op het kasteel aanwezig zijn op basis van de vergunde situatie). Ten opzichte van het huidig maximaal regulier gebruik (niet zijnde evenementen) bedraagt de toename ruim < 10%. Deze situatie is maximaal 18 x/jaar aanwezig.
Vanuit dit gegeven zijn de aspecten parkeren en verkeersafwikkeling belangrijke aspecten.
Een en ander is verder uitgewerkt in paragraaf 4.9.
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het Rijks-, provinciale- en gemeentelijke beleid. Het Rijksbeleid wordt besproken aan de hand van de Nationale omgevingsvisie (NOVI). Voor de beschrijving van het provinciale beleid is gebruik gemaakt van de Provinciale omgevingsvisie (POVI) en de Omgevingsverordening Limburg. Het gemeentelijke beleid is ontleend aan het bestemmingsplan 'Limbricht', het bestemmingsplan 'Buitengebied Sittard' en de “Omgevingsvisie 2016”.
Voorsorterend op de inwerkingtreding van de Omgevingswet is op 11 september 2020 de Nationale Omgevingsvisie (NOVI) vastgesteld. Met de NOVI biedt het Rijk een duurzaam toekomstperspectief voor onze leefomgeving. Met ruim 17 miljoen mensen op ruim 41.500 km2 is het zaak goede keuzes te maken ten aanzien van ruimtebeslag, om Nederland over 30 jaar nog steeds een plek te laten zijn waar het goed wonen, werken en recreëren is.
De NOVI richt zich op die ontwikkelingen waarin meerdere nationale belangen bij elkaar komen en keuzes in samenhang moeten worden gemaakt tussen de 21 nationale belangen die in de NOVI worden onderscheiden. De belangrijkste keuzes zijn:
Het realiseren van deze wensen, het benutten van kansen en het oplossen van knelpunten vraagt om samenwerking tussen overheden. Zowel bij nationale vraagstukken als bij gebiedsgerichte regionale opgaven.
De Nationale Omgevingsvisie (NOVI) richt zich op onderstaande vier prioriteiten. Deze onderwerpen hebben onderling veel met elkaar te maken en ze hebben gevolgen voor hoe de fysieke leefomgeving wordt ingericht. De Nationale Omgevingsvisie helpt bij het maken van de noodzakelijke keuzes.
Conclusie
Met betrekking tot het planvoornemen is er raakvlak met: '4. Toekomstige ontwikkelingen van het landelijk gebied', ook al betreft een kleinschalige ontwikkeling. Verder zijn er weinig directe en concrete raakvlakken tussen deze visies en het planvoornemen, anders dan de meer algemene uitgangspunten ten aanzien van een veilige en gezonde leefomgeving, duurzaam ruimtegebruik, etc. Op deze onderwerpen wordt in navolgende paragrafen en hoofdstukken nader ingegaan. Vanuit NOVI bestaan er derhalve geen belemmeringen.
Het Barro voorziet in de juridische borging van het nationale ruimtelijke beleid. Het bevat regels die de beleidsruimte van andere overheden ten aanzien van de inhoud van ruimtelijke plannen inperken, daar waar nationale belangen dat noodzakelijk maken.
Onderwerpen waarvoor het Rijk ruimte vraagt zijn de mainportontwikkeling van Rotterdam, bescherming van de waterveiligheid in het kustfundament en in en rond de grote rivieren, bescherming en behoud van de Waddenzee en enkele werelderfgoederen, zoals de Beemster, de Nieuwe Hollandse Waterlinie en de Stelling van Amsterdam en de uitoefening van defensietaken.
In oktober 2012 is het besluit aangevuld met de ruimtevraag voor de onderwerpen veiligheid op Rijksvaarwegen, toekomstige uitbreiding van infrastructuur, de elektriciteitsvoorziening, de ecologische hoofdstructuur (thans Nationaal Natuurnetwerk), de veiligheid van primaire waterkeringen, reserveringsgebieden voor hoogwater langs de Maas en maximering van de verstedelijkingsruimte in het IJsselmeer. Ook is het onderwerp duurzame verstedelijking in regelgeving opgenomen.
Op dit bestemmingsplan zijn geen van deze belangen van toepassing.
De zogenaamde 'ladder voor duurzame verstedelijking' is opgenomen in artikel 3.1.6, tweede lid, Besluit ruimtelijke ordening en luidt als volgt:
De toelichting bij een bestemmingsplan dat een nieuwe stedelijke ontwikkeling mogelijk maakt, bevat een beschrijving van de behoefte aan die ontwikkeling en indien het bestemmingsplan die ontwikkeling mogelijk maakt buiten het bestaand stedelijk gebied, een motivering waarom niet binnen het bestaand stedelijk gebied in die behoefte kan worden voorzien.
De ladder voor duurzame verstedelijking is door de provincie verankerd in de Omgevingsverordening Limburg 2014 (OvL2014) in artikel 2.2.2, lid 1. Aanvullend op deze ladder heeft de provincie in de Omgevingsverordening bepaald dat tevens de mogelijkheden van herbenutting van leegstaande monumentale en beeldbepalende gebouwen worden onderzocht.
Uitgangspunt voor toepassing van de ladder voor duurzame verstedelijking is dat sprake dient te zijn van een stedelijke ontwikkeling. Conform artikel 2.2.1 van de OvL2014 is de definitie van een stedelijke ontwikkeling een 'ruimtelijke ontwikkeling van een bedrijventerrein of van kantoren, detailhandel, woningbouwlocaties of andere stedelijke voorzieningen'.
Onderhavige ontwikkeling is een aanvullingen op de bestaande horeca-activiteiten van het kasteel om zo te kunnen blijven voldoen aan de wensen en toenemende behoefte van de klanten. Door de wisselwerking tussen de activiteiten bij het kasteel en Landgoed Lemborgh zal de klant in een ontspannen sfeer nog meer de gewenste beleving ervaren van de rijke cultuurhistorie met het omliggende landschap. Van stedelijke ontwikkeling is in voorliggende planontwikkeling geen sprake, waardoor toetsing aan de ladder voor duurzame verstedelijking niet aan de orde is.
Het Nationaal Water Programma2022-2027 (NWP) beschrijft de hoofdlijnen van het nationale waterbeleid en de uitvoering ervan in de rijkswateren.
Het Nationaal Waterprogramma 2022-2027 is op 18 maart 2022 vastgesteld. Het Nationaal Waterplan geeft de hoofdlijnen, principes en richting van het nationale waterbeleid in de planperiode 2022-2027, met een vooruitblik richting 2050. Het kabinet speelt proactief in op de verwachte klimaatveranderingen op lange termijn, om overstromingen te voorkomen. In het Nationaal Waterprogramma 2022-2027 wordt allereerst de nationale belangen opgesomd:
Deze nationale belangen worden aangevuld met drie hoofdambities:
De wateropgaven staan niet op zichzelf; een integrale aanpak met andere opgaven in de fysieke leefomgeving, zoals de energietransitie, de woningbouw, herstel natuur en de landbouwtransitie is noodzakelijk. Daarnaast hebben de vijf volgende thema's een centrale rol in dit waterprogramma:
Een integrale aanpak van samenhangende nationale en regionale opgaven vereist een gebiedsgerichte aanpak. Daarom zijn voor de rijkswateren in dit Nationaal Waterprogramma gebiedsgerichte uitwerkingen opgenomen. Het gaat om de Noordzee, de Zuidwestelijke Delta, de Rijn-Maasmonding, de grote rivieren, het IJsselmeergebied, de Waddenzee en Eems-Dollard en de Kanalen in het beheer van het Rijk. Deze zijn verbonden met de diverse gebiedsgerichte programma's en uitwerkingen onder het Nationaal Waterprogramma, zoals de Gebiedsagenda's Grote Wateren. Voor de overige wateren van Nederland wordt in andere programma's de gebiedsgerichte uitwerking van het waterbeleid meegenomen. In de eerste plaats in de Omgevingsagenda's onder de Nationale Omgevingsvisie (NOVI). In het coalitieakkoord van eind 2021 is aangegeven dat de komende jaren structureel meer budget wordt uitgetrokken voor instandhouding van wegen, spoor, hoofdwatersysteem en vaarwegen. Het structureel extra budget loopt op via een geleidelijk ingroeimodel. De budgettaire kaders voor instandhouding zijn daarmee verruimd. Voor het Hoofdwatersysteem en het Hoofdvaarwegennet zal I en W binnen deze budgettaire kaders nog aanvullende keuzes moeten maken om de instandhoudingsopgaven op termijn beheersbaar te houden.
Het bestemmingsplan 'Kasteel Limbricht en omgeving' is in lijn met het bepaalde in het waterprogramma. In paragraaf 4.11 wordt nader ingegaan op de waterhuishoudkundige aspecten ter plaatse van het plangebied.
Op 1 oktober 2021 hebben Provinciale Staten van Limburg de Omgevingsvisie Limburg vastgesteld, met inachtneming van de aanvaarde amendementen. De Omgevingsvisie Limburg vervangt de Omgevingsvisie POL 2014. De Omgevingsvisie is een strategische en lange termijn (2030-2050) visie op de fysieke leefomgeving en beschrijft onderwerpen zoals wonen, infrastructuur, milieu, water, natuur, landschap, bodem, ruimtelijke economie, luchtkwaliteit en cultureel erfgoed. Daarnaast worden ook de aspecten gezondheid, veiligheid en een gezonde leefomgeving in de Omgevingsvisie meegenomen.
De Omgevingsvisie is een visie in tekst en bevat geen specifiek kaartmateriaal. De begrenzingen van de zoneringen en andere werkingsgebieden die voortkomen uit de Limburgse principes en de uitwerkingen in de thema’s in deze Omgevingsvisie, zijn verankerd in het kaartmateriaal behorende bij de Omgevingsverordening Limburg. Daarna dienen deze tevens ter ondersteuning van deze visie.
Uit de betreffende kaarten blijkt dat de locaties Platz 1, het kasteel (Allee 1, 1A, 1B), het openbaar parkeerterrein en het zuidoostelijke deel van Landgoed Lemborgh (het gedeelte met de gebouwen) van onderhavig plangebied zijn gelegen in de zone 'Landelijke kernen'. Het overige gedeelte van Landgoed Lemborgh is gelegen in de zone 'Buitengebied'. Vanuit beleidsmatig oogpunt in relatie tot het planvoornemen is geen sprake van relevante wijzigingen.
Over 'Buitengebied' is in het POVI het volgende opgenomen:
Het buitengebied betreft de landelijke gebieden op de Zuid-Limburgse plateaus en op de hogere zandgronden in Noord- en Midden-Limburg, samen zo’n 85.000 hectaren groot. Vergeleken met Noord- en Midden-Limburg zijn er in Zuid-Limburg minder mogelijkheden voor intensieve vormen van grondgebruik op de plateaus. Dit komt door de aard van de ondergrond en de aanwezige omgevingskwaliteiten. Op de hogere zandgronden van Noord- en Midden-Limburg is, rekening houdend met de natuurlijke omstandigheden en de ruimteclaims vanuit verschillende transitieopgaven, een breed scala aan grondgebruiksvormen mogelijk.
Over 'Landelijke kernen' is in het POVI het volgende opgenomen:
De leefbaarheid en vitaliteit van de kernen in het landelijk gebied is belangrijk. Een aantal kernen vervult op sommige terreinen een regionale verzorgende functie met onderwijs, zorg, cultuur, winkels en werklocaties. De zorg voor een goede kwaliteit van de leefomgeving en een goede bereikbaarheid zijn hier belangrijke uitgangspunten.
Naar aanleiding van bovenstaand mag geconcludeerd worden dat het planvoornemen aanvaardbaar en passend is binnen het provinciale beleid. Het planvoornemen past goed in het landschap en vormt een duurzame ontwikkeling voor een cultuurhistorische waardevolle locatie.
Provinciale Staten hebben de nieuwe Omgevingsverordening vastgesteld d.d. 17 december 2021. Deze Omgevingsverordening is gebaseerd op de nieuwe Omgevingswet en treedt derhalve niet eerder in werking dan de Omgevingswet zelf. De inwerkingtreding van de Omgevingswet is voorzien per 1 januari 2024. Daarmee is de inwerkingtreding van de nieuwe Omgevingsverordening Limburg automatisch uitgesteld tot de datum van inwerkingtreding van de Omgevingswet.
Tot die tijd blijft de Omgevingsverordening Limburg 2014 gelden. Deze Omgevingsverordening is op 16 december 2022 geconsolideerd tot de ‘Geconsolideerde versie Omgevingsverordening Limburg 2014 (GC 10)' Dit betreft zodoende het huidige provinciale toetsingskader.
Uit de kaarten behorende bij de Omgevingsverordening Limburg 2014 blijkt dat het plangebied niet is gelegen binnen beschermde natuurgebieden, stiltegebieden, en waterwingebieden. Het plangebied is wel in zijn geheel gelegen in de grondwaterbeschermingszone 'Boringsvrije zone Roerdalslenk 2'.
Binnen de 'Boringsvrije zone Roerdalslenk 2' is het niet toegestaan om:
In onderhavig planvoornemen is niet voorzien in het aanbrengen van dergelijke boorputten of bodem- energiesystemen. Vanuit dit kader bestaan er geen belemmeringen.
Na-ijlende effecten
Provinciale Staten hebben in hun vergadering van 30 september 2022 het besluit genomen waarmee de Omgevingsverordening Limburg 2014 is aangevuld met een viertal instructieregels die zich richten tot de Limburgse gemeenten. Het gaat om de instructieregels over:
Ten aanzien van het planvoornemen kan mogelijk sprake zijn van na-ijlende effecten steenkoolwinning en dient te worden voldaan aan de nieuw geformuleerde instructieregel neergelegd in artikel 2.16.1:
Artikel 2.16.1 Instructieregel na-ijlende effecten steenkoolwinning
De toelichting bij een ruimtelijk plan dat het bouwen van een nieuw bouwwerk in de gemeenten Brunssum, Beekdaelen, Heerlen, Landgraaf, Voerendaal, Kerkrade, Simpelveld, Beek, Sittard-Geleen en Stein mogelijk maakt, beschrijft op welke wijze rekening is gehouden met de na-ijlende effecten van de voormalige steenkoolwinning.
Uit de geraadpleegde gegevens, waaronder de rapportage 'Na-ijlende gevolgen steenkolenwinning Zuid-Limburg, d.d. 31 augustus 2016, opgesteld door Ingenieurbüro Heitfeld Schetelig GmbH (IHS)' en de kaart met risicogebieden, zie onderstaade figuur, blijkt dat onderhavig plangebied niet gelegen is binnen de concessiegrens van een van de mijnen. Die van de mijn Maurits reikt net tot de onderkant van Sittard en ligt op ruime afstand van het plangebied. Met na-ijlende effecten van de steenkoolwinning hoeft derhalve binnen het plangebied geen rekening te worden gehouden.
Figuur 21. Kaart na-ijlende effecten steenkoolwinning met ligging plangebied binen rode cirkel.
De ladder voor duurzame verstedelijking is door de provincie verankerd in de Omgevingsverordening Limburg 2014 (OvL2014) in artikel 2.2.2, lid 1. Aanvullend op deze ladder heeft de provincie in de Omgevingsverordening Limburg bepaald dat tevens de mogelijkheden van herbenutting van leegstaande monumentale en beeldbepalende gebouwen moet worden onderzocht.
Onder subparagraaf 3.2.3 (rijksbeleid) is reeds aangegeven dat de ladder voor duurzame verstedelijking niet van toepassing is op het planvoornemen.
In deze visie, die gezamenlijk is samengesteld door 16 Zuid-Limburgse gemeenten, is verwoord hoe de regio gezamenlijk wil werken aan een toekomstbestendige toeristisch-recreatieve bestemming Zuid-Limburg. De regio heeft hierin gezamenlijke ambities opgesteld voor 2030:
De strategie voor de realisatie van deze ambities is opgebouwd uit 5 pijlers. Een van de pijlers is focus op groei in kwaliteit. Overheden en de vrijetijdssector investeren samen in bescherming en verbetering van landschappelijke kwaliteiten, toeristisch-recreatieve voorzieningen en erfgoed. Het planvoornemen sluit mooi aan op deze ambitie, waarmee een kwalitatieve en duurzame impuls wordt gegeven aan het al reeds bestaande Landgoed Kasteel Limbricht B.V. en horeca, maar draagt ook bij aan een duurzame economische structuurversterking van de regio. Voor de inwoners, bezoekers en gasten wordt een mooi stukje Zuid Limburg nog mooier .
De Omgevingsvisie Sittard-Geleen 2016, vastgesteld 15-12-2016, is de opvolger van de Structuurvisie uit 2010. Het is één van de instrumenten om de doelen en prioriteiten van de gemeente te realiseren. Met de omgevingsvisie Sittard-Geleen wordt ingespeeld op de doelstellingen en uitgangspunten van de Omgevingswet, die naar verwachting in 2023 van kracht wordt. Binnen het huidige wettelijke kader van de Wro (art. 2.1) is de Omgevingsvisie feitelijk de Structuurvisie voor Sittard-Geleen.
In de omgevingsvisie komen alle aspecten aan bod die te maken hebben met de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling van - en binnen de gemeente. Van wonen en werken tot recreatie en mobiliteit. Van economische en technologische ontwikkelingen tot natuur en milieu. Het geheel wordt verduidelijkt aan de hand van kaarten die een goed beeld geven van de toekomst van Sittard-Geleen en de opgaven waaraan de gemeente werkt om dat beeld te realiseren. In de uitwerking is nadrukkelijk gekozen voor de lijn ‘ruimte waar mogelijk, sturing waar nodig’, een uitnodiging aan alle partners om samen met de gemeente doorlopend te ontwikkelen naar een gemeente waar het goed wonen, leven en werken is.
De omgevingsvisie omschrijft ook de instrumenten die men wil inzetten om de komende periode richting te geven aan de uitvoering van gestelde doelen en prioriteiten. Doelen en prioriteiten die samen met inwoners, ondernemers en partners zijn gesteld om ruimte te bieden aan groei en ontwikkeling, zonder dat dit afbreuk doet aan de kwaliteit van de (leef)omgeving. De nadruk ligt daarbij op gebieden waar veel gebeurt, zoals stadscentra, VDL Nedcar en Chemelot, maar ook op het 'groene hart' om daar de landelijke en dorpse kwaliteit te behouden.
Figuur 22. Uitsnede kaart Omgevingsvisie met ligging plangebied.
Onderhavig plangebied is gelegen in het 'Groene Hart', bestaande uit o.a. een open coulisselandschap en nat bosrijk landschap waarbinnen ook het plangebied is gelegen.
Kenmerkend voor het coulisselandschap is de afwisseling van open gebieden, bomenlaantjes, landwegen, kleine dorpen en buurtschappen. Het uiterlijk van dit cultuurlandschap is historisch gegroeid en een veelheid aan cultuurhistorische elementen is nog herkenbaar. De verschillende delen van het landschap vormen een samenhangend geheel. Het gebied is grotendeels in gebruik als agrarisch gebied. Hier is de open landschappelijke kwaliteit en daarmee het aantrekkelijke woonklimaat bewaard gebleven, omdat nieuwe bebouwing hier al jaren niet zomaar is toegelaten en dat wil men voor de toekomst ook zo behouden.
Het Limbrichterbos en de Rollen (het nat bosrijk landschap) zijn bosgebieden en zorgen samen met de grootschalige akkers voor een afwisseling van open en gesloten ruimten en doorzichten. Binnen dit grootschalige landschap bevinden zich een aantal grote agrarische bedrijven, waarvan de landschappelijke inpassing regelmatig onvoldoende is.
Met voorgenomen planontwikkeling worden aan bestaande locaties meer mogelijkheden geboden zonder dat de bestaande landschapsstructuur aldaar verloren gaat. Ontwikkeling vindt plaats binnen bestaande gebouwen en terreinen. Daarnaast wordt met de ontwikkeling van Landgoed Lemborgh een agrarische locatie omgevormd naar een mooie kasteeltuin met diverse mogelijkheden voor horeca, cultuur, ontspanning en recreatie, waarbij de indeling, de groenvoorzieningen alsook de vormgeving van het nieuwe gebouw een belangrijke positieve rol spelen in de uitstraling van het geheel naar de omgeving. Het nieuwe gebouw wordt grotendeels gecompenseerd door de sloop van de bestaande stal.
Gelet op de vorenstaande uiteenzetting mag geconcludeerd worden dat het planvoornemen passend is binnen het gemeentelijk beleid zoals is vastgelegd in de ‘Omgevingsvisie Sittard-Geleen 2016’
In het beleid is sprake van een aantal zones langs het spoor waaraan verschillende voorwaarden zijn gekoppeld:
PR-contour
De PR-contour is normatief en wordt situationeel berekend, dan wel door de Wet Basisnet aangegeven. Binnen deze zone gelden de volgende restricties en randvoorwaarden:
50-meter zone
Sittard-Geleen onderkent met de 50-meterzone het economische belang van het vervoer van gevaarlijke stoffen, maar ook de daaraan verbonden risico’s. Deze zone omvat mede de zone van de PR-contour met de hierboven genoemde restricties en randvoorwaarden.Buiten de PR-contour én binnen de 50 meter van een vrij baanvak of een emplacement, gelden de volgende restricties en randvoorwaarden:
200-meter zone
Deze zone omvat ook de zone van de PR-contour en de 50-meter zone met de hierboven genoemde restricties en randvoorwaarden. Buiten de 50-meter zone én binnen de 200-meter zone van een vrij baanvak of een emplacement, gelden de volgende restricties en randvoorwaarden:
Invloedsgebied
Deze zone omvat de zone van de PR-contour, de 50-meter zone en de 200-meter zone met de hierboven genoemde restricties en randvoorwaarden. Binnen het effectgebied geldt de volgende randvoorwaarde:
De gestelde zoneringen zijn cumulatief. Voor elke zone geldt dat de restricties en randvoorwaarden van de cumulatieve ‘onderliggende’ zones gelden, tenzij binnen de desbetreffende zone een zwaardere restrictie of randvoorwaarde geldt. Dit betekent bijvoorbeeld, dat de randvoorwaarde die geldt in het effectgebied, ook geldt voor de 200 meter, 50 meter en PR-contour zone.
De toetsing van het aspect externe veiligheid, inclusief een toets aan het gemeentelijke beleid, is opgenomen in paragraaf 4.5 'Externe veiligheid'.
De Nota Ruimtelijke Kwaliteit is het gemeentelijk beleidsdocument voor het borgen van de kwaliteit van de bebouwde en onbebouwde omgeving. De Nota bevat ambitie, inspiratie en een toetsingskader voor zowel particuliere plannenmakers als voor de gemeentelijke organisatie zelf.
De Nota bevat de ruimtelijke kwaliteitscriteria waaraan elk ruimtelijk initiatief in de gemeente Sittard-Geleen moet voldoen. Het is de opvolger van de gemeentelijke Welstandsnota. De Nota Ruimtelijke Kwaliteit is complementair en volgend aan de oude (Structuurvisie2010 en Groenstructuurvisie) maar ook nieuwe provinciale beleidsstukken zoals het POVI en Omgevingsverordening waarin de hoofdlijnen voor het ruimtelijke beleid voor de komende periode zijn vastgelegd.
De gemeente streeft naar ruimte voor nieuwe initiatieven en transformatie, maar binnen een sterk en hoogwaardig ruimtelijk raamwerk, waarin ruimte is voor innovatieve ideeën met betrekking tot ruimtelijke kwaliteit. De Nota Ruimtelijke Kwaliteit sluit aan op dit streven en maakt de gewenste kwaliteit van dat raamwerk duidelijk.
De gemeente Sittard-Geleen heeft ervoor gekozen om de Nota Ruimtelijke Kwaliteit breed in te zetten op het vlak van ruimtelijke (omgevings)kwaliteit.
De Nota Ruimtelijke Kwaliteit wordt als adviesinstrument gebruikt voor het beoordelen van:
Kleine plannen hebben een relatief grote impact op de ruimtelijke kwaliteit, omdat ze veelvuldig voorkomen. De gemeente wil inwoners zoveel mogelijk vrijheid geven om een eigen keuze te maken. Het is echter ook haar taak om in het algemeen belang een bepaalde kwaliteit te borgen. Daarom is een handboek ontwikkeld met aparte delen voor kleine bouwinitiatieven, terrassen, uitstallingen, tijdelijke reclame en winterserres, waarin voor de meest voorkomende bouwplannen en objecten in de openbare ruimte voorbeelden zijn uitgewerkt, die de gewenste basiskwaliteit waarborgen en goed gestandaardiseerd kunnen worden toegepast. Hiermee wordt bewerkstelligd dat vooraan in het traject de initiatiefnemer weet wat op voorhand kan. Maatwerk blijft uiteraard mogelijk: een initiatief gaat dan ter beoordeling naar de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit (ARK). Ook een initiatief aan een monument of een initiatief in een beschermd stads- of dorpsgezicht gaat altijd naar ARK.
Voor alle initiatieven die niet beschreven worden in het voorgenoemde handboek, gelden de vaste criteria. Deze criteria geven in grote lijnen aan waar een initiatief, ongeacht op welke plek in de gemeente, altijd aan moet voldoen. Met de term 'initiatief' worden alle ruimtelijke plannen bedoeld: van gebiedsvisies, ingrepen in de buitenruimte tot nieuwbouw of verbouwplannen. Bovendien zijn gebiedskarakteristieken opgesteld. De gebiedskarakteristieken nodigen initiatiefnemers uit om bepaalde ruimtelijke kwaliteitsaspecten te betrekken in hun planvorming.
Voor wat betreft het planvoornemen binnen het plangebied bij Platz 1 en Allee 1, 1A en 1B geldt, dat deze geen betrekking heeft op bouwactiviteiten of activiteiten in de openbare ruimte. Bij Platz 1 gaat het om het mogen gebruiken van een bestaand pand als minihotel. Bij Allee 1, 1A en 1B gaat het om het mogen organiseren en uitvoeren van meer dan de huidige 3 evenementen en het mogen plaatsen en gebruiken van tijdelijke bouwwerken. Aan de monumentale gebouwen zelf gebeurt dus niets.
Voor wat betreft de uitbreiding van het openbare parkeerterrein binnen het plangebied geldt, dat aldaar geen bouwwerken worden opgericht en deze uitsluitend voor parkeren wordt gebruikt.
Voor wat betreft het planvoornemen van Landgoed Lemborgh binnen het plangebied geldt, dat hier wel activiteiten plaatsvinden waarbij voldaan moet worden aan de Nota Ruimtelijke Kwaliteit. Of het bouwplan van het nieuw te realiseren multifunctionele gebouw zal voldoen aan de redelijke eisen van welstand wordt door de ARK (Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit) beoordeeld aan de hand van de vaste criteria en de gebiedskarakteristieken zoals vastgesteld in de Nota Ruimtelijke Kwaliteit, zodra hiervoor een aanvraag omgevingsvergunning bouwen wordt ingediend.
Verder geldt dat een initiatief in het landschap rekening houdt met:
Uit bovenstaande toetsing van de 'Nota Ruimtelijk Kwaliteit' kan geconcludeerd worden dat dit geen belemmering vormt voor onderhavig planvoornemen.
Het parkeerbeleid heeft de gemeente Sittard - Geleen samengevat in de 'Beleidsregels nota parkeernormen' en de 'Nota Parkeernormen Sittard - Geleen - Parkeernormensystematiek'. Het doel van de nota luidt als volgt: “Het vaststellen van gemeentelijke parkeernormen voor nieuwe ruimtelijke plannen en (herstructurering) projecten in Sittard-Geleen om in de toekomst de parkeerbehoefte te kunnen faciliteren en de bereikbaarheid en leefbaarheid van Sittard-Geleen te waarborgen.” In de nota wordt overeenkomstig de CROW-publicatie “Parkeerkencijfers”, onderscheid gemaakt naar een drietal stedelijke zones, te weten ‘centrum’, ‘schil/overloopgebied’ en ‘rest bebouwde kom’. Daarnaast wordt voor wat betreft de toe te passen parkeernormering rekening gehouden met de stedelijkheidsgraad van een gebied.
Het plangebied is gelegen in de zone ‘rest bebouwde kom’.
In het Facetbestemmingsplan Parkeren van de Gemeente Sittard-Geleen (vastgesteld op 13 september 2018) zijn de normen uit bovenstaande nota parkeernormen afdwingbaar gemaakt.
In paragraaf 4.9 ‘Verkeer en parkeren’ in het volgende hoofdstuk wordt nader ingegaan op de wijze waarop invulling wordt gegeven aan de eisen ten aanzien van parkeervoorzieningen.
Bij de realisering van een planontwikkeling moet in de eerste plaats rekening worden gehouden met aspecten uit de omgeving die een negatieve invloed kunnen hebben op het plangebied. Dit geldt omgekeerd ook voor de uitwerking die het planvoornemen heeft op zijn omgeving. Voor het plangebied worden in dit hoofdstuk de relevante milieu- en omgevingsaspecten nader onderzocht.
In verband met de uitvoerbaarheid van dit bestemmingsplan is inzicht nodig in de bodem- en grondwaterkwaliteit van de gronden waarop (bouw)werkzaamheden zijn voorzien en functiewijziging plaats vindt. De bodem moet geschikt zijn, of geschikt te maken zijn, voor het voorgenomen gebruik van de gronden. Een bodemonderzoek is niet alleen gekoppeld aan een bestemmingsplan of inpassingsplan, maar is ook onderdeel van omgevingsvergunningaanvragen voor bouwen.
Voor de locatie Platz 1 binnen het plangebied geldt dat ter plaatse het gebruik van het pand voor dienstverlenende bedrijven, kantoren en instellingen op financieel, juridisch of (ontwerp)-technisch gebied dan wel op het gebied van communicatie, informatie en adviezen is toegestaan. De functie hiervan is vergelijkbaar met de functie wonen. Er verblijven immers meerdere personen gedurende langere tijd binnen het pand. Het planvoornemen, het gebruik van het pand als minihotel, voorziet niet in een gevoeligere functie. Een bodemonderzoek is derhalve niet noodzakelijk. Voor de locatie Alleen 1, 1A en 1B binnen het plangebied geldt dat er ten behoeve van het planvoornemen geen gevoelige functies worden toegevoegd. Een bodemonderzoek is ook hier niet noodzakelijk.
Voor de uitbreiding van het openbare parkeerterrein geldt eveneens dat er geen sprake is van het toevoegen van een gevoelige functie. Ook hier is en bodemonderzoek derhalve niet noodzakelijk.
Ten behoeve van dit bestemmingsplan is een vooronderzoek verricht naar de bodem- en grondwaterkwaliteit. (Vooronderzoek bodem Aelmans - zie bijlage 2). Het vooronderzoek heeft tot doel eventuele bekende en te verwachten bodemverontreinigingen binnen het plangebied, en daarmee potentiele risico's inzichtelijk te maken. Het vooronderzoek is verricht op basis van de NEN 5725 (Strategie voor het uitvoeren van milieuhygiënisch vooronderzoek). Het voor-onderzoek asbest (NEN 5707) is gecombineerd uitgevoerd met het vooronderzoek volgens de NEN 5725.
Samenvatting onderzoeksresultaten
In 2010 heeft voor het deelgebied De Lemborgh reeds verkennend bodemonderzoek plaatsgevonden conform NEN 5740. Dit onderzoek is bijgevoegd als bijlage 1. In 2012 heeft een aanvullend onderzoek plaatsgevonden, gericht op de terreindelen binnen de aanwezige bebouwing en direct omliggende gebouwen. Dit onderzoek is als bijlage bijgevoegd bij het hierboven genoemde vooronderzoek en is daarmee integraal opgenomen in bijlage 2.
Uit de fysiek uitgevoerde onderzoek blijkt het navolgende:
Uit het vooronderzoek 2023 zijn geen asbestverdachte materialen aan het oppervlak meer waargenomen. Wel is geconstateerd dat er ter plaatse een 3-tal (voormalige) drupzones aanwezig zijn (potentieel verdacht op asbest / PCB's. Er is geen verdachtheid voor PFAS in de bodem in d gemeente Sittard-Geleen. Wel is bij een brand in de varkensstal mogelijk brandblusschuim gebruikt (PFOS-verdacht)
Zoals genoemd zijn er binnen het plangebied een aantal verdachte gebieden c.q. locaties waarbij sprake is van een potentiële risico's. Het daadwerkelijk risico kan vooralsnog (op basis van vooronderzoek) niet volledig worden gekwalificeerd. Wel kan worden gesteld dat:
Figuur 23 Locatie aangetroffen verontreiniging asbest
Gelet hierop wordt geadviseerd om een fysiek bodemonderzoek uit te voeren. De genoemde verdachte locaties bevinden zich in de directe omgeving van het nieuw te realiseren multifunctioneel gebouw. Dit onderzoek zal plaats kunnen vinden in het kader van de omgevingsvergunning voor het aspect bouwen.
Hoewel nog verkennend bodemonderzoek moet worden verricht, mag, gelet op het bovenstaande, ervan worden uitgegaan dat de bodem- en grondwaterkwaliteit de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan niet in de weg staan. De kosten voor afvoer van verontreinigde grond zijn beperkt en worden meegenomen in de exploitatieopzet voor nieuwe gebouw. Een en ander wordt geregeld via een BUS-melding, hetgeen procedureel en planningstechnisch niet tot belemmeringen leidt.
Explosieven onderzoek
Het gebied van Landgoed Lemborgh is in 2010 ook onderzocht op de aanwezigheid van mogelijke explosieven, zie voor dit onderzoek bijlage 16.
Op basis van de onderzoeksresultaten is geconcludeerd dat er geen feitelijke aanwijzingen zijn aangetroffen die erop duiden dat er binnen het onderzoeksgebied een aantoonbaar verhoogd risico op het aantreffen van Conventionele Explosieven is.
Naar aanleiding van bovenstaande uiteenzetting kan geconcludeerd worden dat het aspect 'bodem' geen belemmering vormt voor de uitvoerbaarheid van onderhavig plan.
Bij het ontwikkelen van een ruimtelijk plan dient rekening gehouden te worden met geluidbronnen en de mogelijke hinder of overlast daarvan voor de omgeving. De beoordeling van het aspect geluid vindt zijn grondslag vooral in de Wet geluidhinder maar daarnaast ook in de Wet ruimtelijke ordening wanneer het gaat om de beoordeling of er sprake is van een goed woon- en leefklimaat.
Met betrekking tot de ontwikkeling van Platz 1 naar minihotel geldt, dat een hotel geen geluidgevoelig object is in de zin van de Wet geluidhinder. In het kader van een goede ruimtelijke ordening moet wel een aanvaardbaar akoestische kwaliteit worden bereikt.
Met betrekking tot het planvoornemen bij Platz 1, binnen de muren van het kasteel, de uitbreiding van het openbare parkeerterrein en het planvoornemen bij Landgoed Lemborgh, zal de invloed van het geluid afkomstig van verkeer en parkeerterrein alsook het geluid afkomstig van muziek tijdens feesten, evenementen en uitvoeringen beoordeeld moeten worden. In het kader van het nieuwe bestemmingsplan dient een goed woon- en leefklimaat te worden gewaarborgd
Hiertoe zijn door Volantis voor al de 3 locaties binnen het plangebied afzonderlijke akoestische onderzoeken uitgevoerd en is, teneinde te waarborgen dat sprake is van een goed woon- en leefklimaat, de cumulatie van de 3 locaties ter plaatse van de geluidgevoelige objecten inzichtelijk gemaakt.
Onderstaand worden de belangrijkste conclusies uit de afzonderlijk onderzoeken en de cumulatie van het geluid beschreven.
Om de geluiduitbreiding vanuit Kasteel Limbricht in kaart te brengen heeft Volantis Consultants B.V. in opdracht van Stel Party-en Kartcentrum een akoestisch onderzoek uitgevoerd.
Het onderzoek is uitgevoerd op basis van de (reken)regels uit de Handleiding meten en rekenen industrielawaai (HMRI) van 1999.
Aan de hand van drie representatieve bedrijfssituaties is voor het plan een akoestisch rekenmodel opgesteld. Middels dit rekenmodel is de totale geluiduitstraling naar de omgeving bepaald.
De langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus inclusief muziekstrafcorrectie van 10 dB voldoen aan de gestelde eisen van 50 dB(A) etmaalwaarde ter plaatse van geluidgevoelige bestemmingen, zijnde woningen. Opgemerkt wordt dat de verkeersbewegingen op de naastgelegen openbare parkeerplaats in de berekening zijn meegenomen.
De maximale geluidniveaus (pieken) voldoen ruimschoots aan de gestelde eisen van 70, 65 en 60 dB(A) in respectievelijk de dag-, avond- en nachtperiode.
De langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus als gevolg van de verkeersaantrekkende werking tijdens zowel een reguliere weekenddag als een maximale bedrijfssituatie (maximaal 18x per jaar) voldoen aan de richtlijn van 50 dB(A) etmaalwaarde zoals gesteld in de “Schrikkelcirculaire”.
Het volledig rapport is opgenomen als bijlage 3 bij deze toelichting.
Om de geluiduitbreiding vanuit Kasteel Limbricht in kaart te brengen heeft Volantis Consultants B.V. in opdracht van Stel Party-en Kartcentrum een akoestisch onderzoek uitgevoerd.
Het onderzoek is uitgevoerd op basis van de (reken)regels uit de Handleiding meten en rekenen industrielawaai (HMRI) van 1999.
Aan de hand van de representatieve bedrijfssituatie is voor het plan een akoestisch rekenmodel opgesteld. Middels dit rekenmodel is de totale geluiduitstraling naar de omgeving bepaald.
De langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus voldoen aan de gestelde eisen van 50 dB(A) etmaalwaarde ter plaatse van geluidgevoelige bestemmingen, zijnde woningen.
De maximale geluidniveaus (pieken) voldoen aan de gestelde eisen van 70, 65 en 60 dB(A) in respectievelijk de dag-, avond- en nachtperiode.
De langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus als gevolg van de verkeersaantrekkende werking tijdens zowel een reguliere weekenddag als een maximale bedrijfssituatie (maximaal 18x per jaar) voldoen aan de richtlijn van 50 dB(A) etmaalwaarde zoals gesteld in de "Schrikkelcirculaire".
Het volledig rapport is opgenomen als bijlage 4 bij deze toelichting.
In opdracht van Kasteel Limbricht B.V. is een akoestisch onderzoek uitgevoerd naar de geluidemissie van een mini boutique hotel (logies) met kantoorgedeelte naar de directe omgeving.
Aanleiding voor het onderzoek is het plan om in het bestaande pand aan de Platz 1 nabij Kasteel Limbricht te Limbricht een mini hotel met kantoorgedeelte te realiseren. Aan de hand van de representatieve bedrijfssituatie is voor het plan een akoestisch rekenmodel opgesteld. Middels dit rekenmodel is de totale geluiduitstraling naar de omgeving bepaald.
De langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus voldoen aan de gestelde eisen van 50 dB(A) etmaalwaarde ter plaatse van geluidgevoelige bestemmingen, zijnde woningen.
Gezien de aanwezige bronnen is van maximale geluidniveaus (pieken) geen sprake.
Het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau als gevolg van de verkeersaantrekkende werking voldoet aan de richtlijn van 50 dB(A) etmaalwaarde zoals gesteld in de "Schrikkelcirculaire".
Het volledig rapport is opgenomen als bijlage 5 bij deze toelichting.
In het kader van dit nieuw bestemmingsplan dient een goed woon- en leefklimaat te worden gewaarborgd. Een van de aspecten die in dat kader beoordeeld dienen te worden is het aspect geluid: de te verwachten geluidbelasting ter plaatse van de geluidgevoelige bestemmingen binnen het invloedsgebied van de activiteiten.
Uit onderhavige notitie blijkt dat:
Vanuit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening is er met de realisatie van het nieuwe bestemmingsplan sprake van een goed woon- en leefklimaat.
De volledig 'Notitie Kasteel Limbricht e.o. – Cumulatie geluid' is opgenomen als bijlage 6 bij deze toelichting.
Gelet op de resultaten uit de 3 bovenstaande akoestische onderzoeken en het onderzoek naar de cumulatie hiervan, kan geconcludeerd worden dat het aspect geluid geen belemmering voor onderhavig planvoornemen. Er is sprake van een goed woon- en leefklimaat.
Notitie Aanvulling evenementen geluid
In aanvulling op de akoestische onderzoeken voor het kasteel en het multifunctioneel gebouw, waarin de geluidimmissie ter plaatse van geluidgevoelige bestemmingen is beoordeeld voor zowel de reguliere situatie als voor het maatgevende evenement, zijn – op verzoek van de gemeente Sittard-Geleen – aanvullende akoestische berekeningen uitgevoerd voor overige evenementen, die representatief zijn voor de categorie, waartoe zij behoren.
Daarnaast is -op eigen initiatief- nader inzicht verschaft in de geluidemissie/-immissie van een aantal buitenactiviteiten op het Landgoed Lemborgh.
Met betrekking tot het bestemmingsplan “Kasteel Limbricht en omgeving” worden voor de evenementen dezelfde categorieën (naar geluidsniveau’s) aangehouden, zoals in het bestemmingsplan Schootsvelden, te weten:
Voor de beoordeling van de beschouwde situaties zijn de aangegeven dB(A)’s per categorie aangehouden.
In onderstaande tabel zijn de beschouwde situaties opgenomen. Daarbij is tevens aangegeven:
In de bijlagen 9 t/m 14 bij deze notitie, zie bijlage 8, zijn de diverse situaties nader omschreven, gevisualiseerd en zijn de invoergegevens alsmede rekenresultaten per situatie opgenomen.
Als aangegeven zijn op overeenkomstige wijze een tweetal reguliere situaties beschouwd op het buitenterrein van Landgoed de Lemborgh:
In onderstaande tabel zijn deze situaties opgenomen. Voor deze situaties zijn “getoetst” de geluidniveau’s bij de categorie-indeling evenementen, als ware dit evenementen. In de bijlagen bij deze notitie (zie bijlage 8) zijn de diverse situaties nader omschreven, gevisualiseerd, en zijn de invoergegevens alsmede rekenresultaten per situatie opgenomen.
Als aangegeven is van de evenementen berekend hoe deze evenementen zich verhouden tot de reguliere langtijd gemiddelde geluidniveau's uit het Activiteitenbesluit (art 2.17), uitgaande van een real-case.
Bij deze berekeningen zijn de evenementen beschouwd met een real-case bedrijfsduur en zijn elementen die overeenkomstig het Activiteitenbesluit niet in ogenschouw genomen hoeven te worden, in casu menselijk stemgeluid, niet meegenomen. De berekeningen zijn door de gemeente gevraagd om een vergelijk te hebben met de zogenaamde 12-dagen regeling, die uit het Activiteitenbesluit volgt. Derhalve zijn de akoestische berekeningen hiervoor uitgevoerd overeenkomstig de Handleiding rekenen en meten industrielawaai en de daarin bepaalde rekenregels.
In de bijlagen 1 t/m 8 bij deze notitie (zij bijlage 8) zijn de diverse situaties nader omschreven, gevisualiseerd, en zijn de invoergegevens alsmede rekenresultaten per situatie opgenomen.
In onderstaande tabel zijn de resultaten opgenomen.
Uit de berekeningen volgt dat de evenementen, zoals deze op voorhand akoestisch zijn geclassificeerd, alle in de juiste categorie blijken te zijn ingedeeld. De berekende geluidniveau's voldoen aan de toetsingsniveau's
Voor de middelgrote evenementen geldt dat de berekende geluidniveau's voor bioscoop/theatervoorstellingen meer dan 10 dB(A) onder de toetsingswaarde evenementen valt. Vanuit akoestisch oogpunt leidt het houden van 30 voorstellingen per jaar dan ook niet tot belemmeringen.
De middelgrote evenementen als harmonie-concert of schuttersfeest (en daarmee vergelijkbare evenementen) voldoen eveneens aan de toetsingsniveau's voor evenementen maar vallen in de bandbreedte van 0-5 dB(A) onder de toetsingswaarde. Binnen de 30 evenementen van deze categorie worden derhalve maximaal 12 evenementen harmonie-concert/schuttersfeest of daarmee vergelijkbaar per jaar gehouden.
Voor kleine evenementen geldt een lage toetsingswaarde van 55 dB(A) voor evenementen. Hieraan wordt voldaan. Vanuit akoestisch oogpunt leidt het houden van 24 van deze evenementen dan ook niet tot belemmeringen.
De vergelijking met de langtijdgemiddelde beoordelingsniveau's uit het Activiteitenbesluit leidt tot de navolgende beoordeling:
Op basis hiervan is onderstaand een overzicht opgenomen van de evenementen
Uit de resultaten van de beschouwde 2 reguliere situaties op het buitenterrein volgt dat het rouwen-/trouwen akoestisch niet relevant is. De waarden liggen 10 dB(A) onder de reguliere waarden uit het activiteitenbesluit. Voor de beschouwde situatie van diner in buitenlucht geldt dat in de dagperiode aan 50 dB(A) wordt voldaan. In de avondperiode, die qua tijdsduur, volledig is beschouwd wordt eveneens dit niveau van 50 dB(A) berekend, hetgeen echter resulteert in een etmaalwaarde van 55 dB(A). Deze activiteiten zullen in de praktijk regulier niet tot 23 uur plaatsvinden. Realistisch is tot 20:00 of 21:00 u, waarna de activiteiten worden voortgezet op het terras bij het multifunctioneel gebouw (beschut, afkoeling). Daarmee is ook deze reguliere activiteit vanuit akoestisch oogpunt niet belemmerend.
Notitie 24-uurs equivalent geluid
In aanvulling op de akoestische onderzoeken voor het kasteel en het multifunctioneel gebouw, waarin de geluidimmissie ter plaatse van geluidgevoelige bestemmingen is beoordeeld voor zowel de reguliere situatie als voor het maatgevende evenement, is in eerste instantie de geluidimmissie vanwege de maatgevende evenementen (lees: evenementen met hoogste geluidemissie) ter plaatse van de omliggende terreinen inzichtelijk gemaakt in het kader van de analyse Flora en Fauna.
Hierbij is aangesloten bij de algemeen toegepaste systematiek van 24-uurs equivalenten voor verstoring in plaats van geluidbelastingen. Deze notitie beschrijft de gehanteerde uitgangspunten en bevindingen van het uitgevoerde onderzoek. De berekeningen zijn uitgevoerd conform het gestelde in de Handleiding meten en rekenen industrielawaai. Voor het volledige onderzoek zie bijlage 7 'Notitie 24 uurs equivalent geluid'.
In navolgende tabel zijn de berekende 24-uurs equivalente geluidniveaus voor een aantal aan de rand van het natuurgebied gelegen rekenpunten weergegeven.
Uit de berekeningen en figuren zoals opgenomen in het onderzoek (zie bijlage 7), blijkt dat de 24-uurs equivalente ten gevolge van de maatgevende evenementen bij zowel het kasteel als op de evenementenlocatie Landgoed de Lemborgh de toetswaarden voor bos en open ruimte overschrijden.
Vervolgens zijn de resultaten geëxtrapoleerd naar de overige evenementen, zoals deze akoestisch zijn uitgewerkt in notitie 20201433-071-NO-002_A_aanvulling evenementen geluid d.d. 15 november 2023, zie bijlage 8.
In onderstaande tabel zijn de geluidniveau’s vanwege deze akoestisch maatgevende evenementen op de geluidgevoelige bestemmingen, op basis van de onderzoeken als genoemd in paragraaf 1.2 van de notitie, afgezet tegen de berekende geluidniveau’s vanwege de overige evenementen, als uitgewerkt in de genoemde notitie in paragraaf 1.1 van de notitie, zie hiervoor bijlage 7.
Uit de tabel blijkt dat de geluidbelasting vanwege de overige evenementen, uitgezonderd harmonie-concert, significant lager is, in casu meer dan 10 dB(A) in vergelijking tot de categorie 1 evenementen.
Geëxtrapoleerd naar de drempelwaarden van 42 dB(A) en 47 dB(A) voor respectievelijk bos en open gebied als aangegeven in paragraaf 1.3 van de notitie, zullen de 24-uurs equivalente geluidniveau’s dan ook lager liggen dan de drempelwaarden.
Voor het harmonie-concert (en schuttersfeest) blijft het aantal evenementen op jaarbasis beperkt tot 12 evenementen (kasteel & Lemborgh gesommeerd). Voor de categorie 1 evenementen bedraagt het maximaal gezamenlijk aantal voor kasteel/Lemborgh 6.
Het aantal evenementen dat kan zorgdragen voor een (gedeeltelijke) overschrijding van de toetswaarden voor Flora en Fauna bedraagt daarmee maximaal 18/jaar.
De toetsingswaarden voor 24-uurs equivalente geluidniveau’s hebben betrekking op een jaarrond, dagdagelijkse geluidbelasting. Gezien het beperkt aantal keren per jaar (maximaal 12) dat deze niveau’s ten gevolge van de ontwikkelingen in het plangebied (gedeeltelijk) overschreden worden, zal er geen sprake zijn van een verstorend effect op Flora en Fauna in open weilanden/bossen in de directe omgeving van het plangebied.
Sinds 15 november 2007 zijn de belangrijkste bepalingen inzake de luchtkwaliteit opgenomen in hoofdstuk 5, titel 5.2 van de Wet milieubeheer (hierna ook: Wm). Omdat de luchtkwaliteitseisen op zijn genomen in titel 5.2 van de Wm, staat deze ook wel bekend als de 'Wet luchtkwaliteit'.
Het doel van titel 5.2 Wm is om de mensen te beschermen tegen de negatieve gevolgen van luchtverontreiniging op hun gezondheid. In de wet- en regelgeving zijn de richtlijnen uit de Europese regelgeving opgenomen, waaraan voorgenomen ontwikkelingen dienen te voldoen.
Als aan minimaal één van de volgende voorwaarden wordt voldaan, vormen de luchtkwaliteitseisen in beginsel geen belemmering voor het uitoefenen van de bevoegdheid van een bestuursorgaan ex. artikel 5.16 Wm:
Ten behoeve van het bepalen van de luchtkwaliteit ter plaatse van het plangebied en de omgeving is de monitoringstool van het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL), Atlas leefomgeving geraadpleegd. Hieruit blijkt dat de concentraties luchtverontreinigende stoffen voor stikstofdioxide (NO2) tussen de 12 en 14 µg/m3 en voor fijn stof (PM10) tussen de 15 en 16 µg/m3 liggen. Deze liggen hiermee ruim lager dan de vastgestelde grenswaarde van 40 µg/m3 voor beide.
Het besluit NIBM
Deze Algemene maatregel van Bestuur (AmvB) legt vast wanneer een project 'niet in betekenende mate' bijdraagt aan de toename van concentraties van bepaalde stoffen in de lucht. Een project is NIBM wanneer het aannemelijk is dat het een toename van de concentratie veroorzaakt van maximaal 3%. De 3% grens wordt gedefinieerd als 3% van de grenswaarde voor de jaargemiddelde concentratie van fijn stof (PM10) of stikstofdioxide (NO2). Dit komt overeen met 1,2 microgram/m3 voor zowel PM10 als NO2.
Het NSL is vanaf augustus 2009 van kracht, zodat de 3% grens aangehouden dient te worden.
NIBM-projecten kunnen zonder toetsing aan de grenswaarden voor het aspect luchtkwaliteit uitgevoerd worden. Met behulp van de NIBM-tool 2022 van InfoMil kan doorgerekend worden wat de invloed is van het extra aantal voertuigbewegingen van en naar de inrichting op de emissies van fijn stof (PM10) en stikstofdioxide (NO2). De NIBM-tool berekent in een worst-case situatie de bijdrage van het extra verkeer als gevolg van een plan op de luchtkwaliteit.
Het aantal extra voertuigbewegingen als gevolg van onderhavig planvoornemen mag toenemen tot 1.610 per etmaal (weekdaggemiddelde) met een aandeel in vrachtverkeer van 2% om nog tot 'niet in betekende mate' aangemerkt te worde. Zie onderstaande figuur 24. In werkelijkheid liggen deze aantallen lager, zie ook paragraaf 4.9 'Verkeer en parkeren'.
Figuur 24. Uitdraai NIBM-tool 2022.
Dit besluit is gericht op de beperking van de vestiging in de nabijheid van provinciale en rijkswegen van gevoelige bestemmingen, zoals gebouwen voor kinderopvang, scholen, verzorgings- of verpleegtehuizen.
Dit besluit is op onderhavig planvoornemen niet van toepassing.
Gelet op vorenstaande vormt het aspect luchtkwaliteit geen belemmeringen voor onderhavige planontwikkeling.
Het beleid in het kader van de externe veiligheid is gericht op het beperken en beheersen van risico's voor de omgeving voor wat betreft handelingen met gevaarlijke stoffen. Deze handelingen kunnen zowel betrekking hebben op het gebruik, de opslag en de productie van gevaarlijke stoffen, als op het vervoer van deze stoffen. Uit het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) en de richtlijnen voor het vervoer van gevaarlijke stoffen, vloeit de verplichting voort om in het kader van ruimtelijke plannen in te gaan op de risico's in het plangebied als gevolg van handelingen met gevaarlijke stoffen. Deze risico's worden beoordeeld op twee soorten risico: het groepsrisico en het plaatsgebonden risico.
Het groepsrisico beschrijft de kans dat een groep van 10 of meer personen tegelijkertijd komt te overlijden als gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen. Dit risico geeft een indicatie van de maatschappelijke ontwrichting in geval van een ramp. Het groepsrisico wordt uitgedrukt in een grafiek. In het Bevi is een verantwoordingsplicht binnen het invloedsgebied opgelegd, i.c. het gebied binnen de zogenaamde 1%-letaliteitsgrens, zijnde de afstand vanaf een risicobedrijf waarop nog slechts 1% van de blootgestelde mensen in de omgeving overlijdt bij een ongeval op het risicobedrijf.
Voor elke verandering van het groepsrisico, dit kan een af- of toename zijn, in het invloedsgebied moet verantwoording worden afgelegd. Deze verantwoording ziet toe op de wijze waarop de toelaatbaarheid van de verandering van het groepsrisico in de besluitvorming is betrokken. Samen met de hoogte van het groepsrisico, worden ook andere aspecten meegewogen in de beoordeling van het groepsrisico. Hieronder vallen onder meer de zelfredzaamheid en de bestrijdbaarheid van een calamiteit.
Het plaatsgebonden risico beschrijft de kans dat een onbeschermd individu in een jaar komt te overlijden als gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen. Het plaatsgebonden risico wordt uitgedrukt in risicocontouren rondom de risicobron. Voorbeelden van risicobronnen zijn bedrijven, wegen en spoorlijnen. De 10-6-contour is de maatgevende grenswaarde. Dit houdt in dat er een kans van 1 op 1 miljoen is op overlijden.
In onderstaande figuren 25 en 26 zijn risicobronnen in de omgeving weergegeven.
Figuur 25. Risicobronnen omgeving plangebiedmet binnen de groene omkadering de ligging van het plangebied.
Figuur 26. Uitsnede kaart 5 Externe Veiligheid Omgevingsvisie Sittard-Geleen 2016
Plaatsgebonden risico
Risicovolle bedrijven:
Tankstation
Ten Noordoosten van het plangebied, op een afstand van circa 1.500 meter, bevindt zich bij de entree van Sittard-Noord een tankstation met een brandstof-vulpunt. Deze risicobron heeft een risicocontour van 45 meter. Gezien de ruime afstand tussen de projectlocatie en deze risicobron vormt de aanwezigheid van deze risicobron geen belemmering voor de realisatie van het onderhavige plan.
Chemelot
Op een afstand van ca. 3,5 km ten zuidwesten van het plangebied is het bedrijventerrein Chemelot gelegen. Volgens kaart 5 'Externe Veiligheid' van de 'Omgevingsvisie Sittard-Geleen 2016', zie bovenstaande figuur 26, ligt het plangebied buiten het invloedsgebied van Chemelot. Chemlot vormt derhalve geen belemmering voor onderhavige plan.
Emplacement Sittard
Het plangebied ligt op circa 2 km afstand van het goederenemplacement Sittard. Daarmee ligt het ruim buiten de risicocontouren voor plaatsgebonden risico's. Volgens kaart 5 'Externe Veiligheid' van de 'Omgevingsvisie Sittard-Geleen 2016', zie bovenstaande figuur 26, ligt het plangebied ook niet binnen de effectafstand 1% letaliteit. Het emplacement vormt geen belemmering voor onderhavige plan.
Transport gevaarlijke stoffen:
Spoorlijn Sittard – Born
Het plangebied is ter plaatse van Platz 1 en Landgoed Lemborgh op korte afstand gelegen van de goederenspoorlijn tussen Born en emplacement Sittard. Voor dit traject geldt op basis van het Basisnet Spoor dat er geen plaatsgebonden risicocontour 10-6 aanwezig is, noch dat er sprake is van een plasbrandaandachtsgebied. Volgens kaart 5 'Externe Veiligheid' van de 'Omgevingsvisie Sittard-Geleen 2016' heeft deze spoorlijn ook geen veiligheidszone spoor. Hieruit kan worden afgeleid dat over dit traject geen frequent transport van gevaarlijke stoffen plaatsvindt.
Het plangebied ligt conform “Veiligheidsvisie Spoorzone Sittard-Geleen” binnen de beleidsmatige 50 meter (Platz 1) en 200 meter zone Kasteel en Landgoed Lemborgh) van het spoor.
Voor Platz 1 geldt geen wijziging in de kwalificatie, omdat hier in de huidige situatie al sprake is van een beperkt kwetsbaar object. In de nieuwe situatie als minihotel is geen sprake van toeving van een beperkt kwetsbaar object, maar blijft het een beperkt kwestbaar object (bruto vloeroppervlak < 1.500 m2). Het gemeentlijk beleid zoals vastgelegd in de “Veiligheidsvisie Spoorzone Sittard-Geleen” vormt derhalve geen belemmering voor de ontwikkeling bij Platz 1.
Binnen de 200 meter zone wordt extra rekening gehouden met locaties waar het gaat om grote aantallen mensen en kwetsbare bestemmingen. Als gevolg van de activiteiten binnen het kasteel is aldaar in de huidige situatie reeds sprake van een kwetsbare locatie. In de nieuwe situatue vindt er geen toevoeging plaats van een kwetsbare objecten. Het planvoornemen zal naar verwachting niet gaan zorgen voor grote veranderingen in het bezoekersaantal op één moment. Wel wordt door toevoeging van Landgoed Lemborgh het gebied vergroot waar de bezoekersaantallen zich kunnen bevinden. Van grote bezoeksaantallen bij Landgoed Lemborgh is echter alleen sprake wanneer er evenementen worden georganiseerd. Het aantal evenementen is echter beperkt en vastgelegd in artikel 4.4 van de bijhorende regels van onderhavig bestemmingsplan. Het te realiseren multifunctionele gebouw krijgt een oppervlak van 1.000 m2. Ter plaatse van Landgoed Lemborgh kan derhalve uitgegaan worden van de kwalificatie 'beperkt kwetsbare locatie'
De 200 meterzone omvat ook de zone van de PR-contour en de 50-meter zone met de genoemde restricties en randvoorwaarden, zie paragraaf 3.5.2. Buiten de 50-meter zone én binnen de 200-meter zone van een vrij baanvak gelden de volgende restricties en randvoorwaarden waarbij per randvoorwaarden wordt ingegaan op de invloed en verantwoording hiervan voor onderhavige planontwikkeling:
Over de weg
In de omgeving van het plangebied is geen sprake van vervoer van gevaarlijke stoffen. De dichtstbijzijnde grote transportas voor gevaarlijke stoffen is de autosnelweg A2. De autosnelweg A2 bevindt zich ten westen van het plangebied op een afstand van circa 1.800 meter. Gezien deze afstand heeft de aanwezigheid van deze transportas geen invloed op het plaatsgebonden risico. Aangezien de afstand tussen de transportas en de planlocatie meer dan 200 meter bedraagt, zijn er ook geen gevolgen voor het groepsrisico. Hieruit kan worden geconcludeerd dat externe veiligheid vanwege het wegverkeer geen belemmering vormt voor onderhavig planvoornemen.
Over het water
Ten westen van het plangebied, op circa 3.200 meter afstand, is het Julianakanaal gelegen. Gezien deze afstand heeft de aanwezigheid van deze transportas geen invloed op het plaatsgebonden risico. Aangezien de afstand tussen de het Juliankanaal en de planlocatie meer dan 200 meter bedraagt, zijn er ook geen gevolgen voor het groepsrisico. Hieruit kan worden geconcludeerd dat externe veiligheid vanwege het transport van gevaarlijke stoffen over het water geen belemmering vormt voor onderhavig planvoornemen.
Transport gevaarlijke stoffen via buisleidingen
Op een afstand van ca. 400 meter ten oosten en ca.600 m. ten zuiden van het plangebied liggen buisleidingen. Het plangebied ligt buiten de risicocontouren van deze buisleidingen (10-6 risico-contour en 100% lethaliteitsgrens). Wel ligt het binnen het invloedsgebied van deze leidingen. Het multifunctioneel gebouw wordt daarom aan de zuidzijde voorzien van een nagenoeg blinde gevel (minimalisatie ramen). Het gebouw wordt dusdanig ontworpen dat ontvluchting in westelijk richting zal plaatsvinden. Dit wordt in detail uitgewerkt in het kader van de omgevingsvergunning voor het aspect bouwen.
Het maatgevende scenario voor ongevallen met aardgastransportleidingen is fakkelbrand. Slachtoffers kunnen vallen door de warmtestraling en een drukgolf. Alle aanwezigen die door de vuurbal worden getroffen, komen te overlijden. Hiernaast kunnen rondvliegende brokstukken en glasscherven plaatselijk zware schade aanbrengen aan personen en gebouwen.
Voor het buitenterrein bij Landgoed Lemborg geldt dat daar alleen grote aantallen bezoekes verblijven tijdens evenementen welke ook dan op dat terrein georganiseerd worden. Het aantal evenementen per jaar is gering. er is dan ook geen sprake van grote bezoeksaantallen gedurende alle dagen in het jaar. Daarbij kunnen bij een fakkelbrand bezoeker vluchten naar het multifunctionele gebouw en het kasteel, waar ze beschermd worden van mogelijke rondvliegende brokstukken. Moet vervolgens het gebied ontruimd worden, dan zijn er voldoende vluchtwegen in diverse richtingen. Afhankelijk van de locatie van de calamiteit kan gevlucht worden via bijvoorbeeld de route Allee, Platz en Michiels van Kessenichstraat richting het noordwesten en/of via de Kievitsweg naar het noorden of via de Allee naar de N276 en vandaar veder richting het noorden. Via deze wegen is het plangebied bij calamiteiten overigens ook goed bereikbaar voor hulpdiensten.
Bij de bestrijding van een dreigende breuk van een hogedruk aardgasleiding richt de brandweer zich op het veilig stellen van het effectgebied en het voorkomen van een ontsteking. Als onverhoeds uitstroming plaatsvindt, zal de Gasunie de leiding inblokken. Afhankelijk van het systeem en de afstand tot de breuk kan het enkele uren duren voor de leiding is leeg gelopen. In geval van een directe ontsteking kunnen hulpdiensten door de enorme hittestraling de fakkel maar beperkt benaderen om gewonden te helpen. De fakkel kan door de brandweer niet zelf worden geblust. Er dient te worden gewacht tot het ingeblokte leidingdeel leeg is gelopen.
Met in achtname van de nodige maatregelen en het beschikbaar zijn van voldoende vluchtroutes, maar ook de aanwezigheid van een goede bereikbaarheid voor hulpdiensten, vormen de buisleidingen geen belemmering voor onderhavig planvoornemen.
Hoogspanningslijnen
Het plangebied is niet gelegen binnen een straalpad. De ligging van het plangebied vormt dan ook geen belemmering voor de realisatie van het plan.
Groepsrisico
Zoals hierboven al is aangegeven is het plangebied gelegen binnen de invloedsgebieden van enkele risicobronnen, waardoor een nadere motivering van het groepsrisico aan de orde is. Van belang in kader van verantwoording van risicobronnen zijn de aspecten zeflredzaamheid en bestrijdbaarheid.
Binnen het plangebied zijn geen functies voorzien die specifiek bedoeld zijn voor minder zelfredzame personen. Indien minder zelfredzame personen aanwezig zijn, wordt ervan uitgegaan dat zij met behulp van zelfredzame personen in veiligheid kunnen worden gebracht. In de nieuwe gebouwen worden de van belang zijnde bouwkundige, effectbeperkende voorzieningen en veilgheidsvoorzieningen aangebracht en worden vluchtwegen naar het westen geprojecteerd. Bovenstaand is ook al aangegeven dat bezoekers kunnen vluchten naar gebouwen waar ze beschutting kunnen vinden voor dreigend gevaar. Bij eventuele ontruiming zijn voldoende vluchtwegen in diverse richtingingen voorhanden en ook voor de hulpdiensten is het plangebied goed bereikbaar. Binnen het plangebied is overigens door de aanweziheid van de gracht rondom het kasteel voldoende bluswater aanwezig om een eventuele brand, al of niet als gevolg van een calamiteit, te kunnen blussen.
Externe veiligheid vormt geen belemmering voor de realisatie van het planvoornemen. Vanuit externe veiligheid is sprake van een goede ruimtelijke ordening.
Indien door middel van een plan nieuwe, milieuhindergevoelige functies mogelijk worden gemaakt, dient te worden aangetoond dat deze niet worden gerealiseerd binnen de hinderzone van omliggende bedrijven. Anderzijds mogen milieuhindergevoelige functies in de directe omgeving van het plangebied niet negatief worden beïnvloed door de ontwikkelingen die met het plan mogelijk worden gemaakt en mogen omliggende bedrijven niet in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden aangetast.
De gemeente beslist zelf of zij op een bepaalde locatie bedrijven of woningen mogelijk wil maken. Dit besluit dient echter wel zorgvuldig te worden afgewogen en te worden verantwoord.
Ontwikkeling Platz 1 naar minihotel:
Om te bepalen of een goed woon- en leefklimaat bij de ontwikkeling van Platz 1 binnen het plangebied aanwezig is, dient bestaande bedrijvigheid in de (directe) omgeving te worden beoordeeld. Daartoe kan gebruik worden gemaakt van de VNG-publicatie 'Bedrijven en milieuzonering (editie 2009)'.
De directe omgeving kan worden gekenmerkt als een gemengd gebied omdat diverse functies, namelijk woon- en bedrijfsfuncties, op korte afstand van elkaar zijn gelegen.
Bij Platz 9 is café Salden gelegen, waar conform het vigerend bestemmingsplan 'Bestemmingsplan Limbricht' horeca van de cat. 5 is toegestaan. Volgens de VNG-publicatie 'Bedrijven en milieuzonering (editie 2009)' en de omschrijving van cat. 5 in de 'Staat van horeca-activiteiten' in bijlage 2 van 'Bestemmingsplan Limbricht', bedraagt de grootste richtafstand voor dit café 10 meter. De aftand tot Platz 1 bedraagt ca. 25 meter.
Bij Beekstraat 31 en Steenstraat 11 is conform het vigerende bestemmingplan "Bestemmingsplan Limbricht" detailhandel toegestaan. De grootste richtafstand bedraagt volgens de VNG-publicatie 'Bedrijven en milieuzonering (editie 2009)' 10 meter. De afstand van Beekstraat 31 en Steenstraat 11 bedraagt respectievelijk ca. 88 meter en ca. 57 meter.
In noordelijke richting ligt op ca. 23 meter afstand van Platz 1 een kerkgebouw (Oud Slaviuskerkje). Als richtafstand geldt een aftand van 10 meter (rekening houdend met omgevingstype gemengd gebied).
Vervolgens ligt op ca 100 meter afstand een bedrijfsbestemming (taxibedrijf), de grootste richtafstand bedraagt hiervoor 30 meter.
Omgekeerd geldt als richtafstand voor het planvoornemen bij Platz 1 tot de nabij gelegen gevoelige functies aan de Michiels Kessenichstraat 2 en 4 een richtafstand van 10 meter. De afstand tot deze woningen is kleiner dan 10 meter. Gelet op de huidige bestemming 'Dienstverlening' en de voorgenomen planontwikkeling bij Platz 1 wijzigt er aan de huidige afstanden tot de nabijgelegen woningen niets.
Gelet op bovenstaande bevindingen kan gesteld worden dat de ontwikkeling van Platz 1 binnen het plangebied niet wordt gehinderd door de aanwezigheid van bedrijven en woningen in de omgeving. De bedrijven in de omgeving worden niet belemmerd door onderhavig planvoornemen, omdat deze al rekening dienen te houden met andere maatgevende gevoelige objecten. Wat betreft het aspect geluid is de ontwikkeling van Platz 1 ook beoordeeld in een apart akoestisch onderzoek, zie paragraaf 4.3. Uit dit onderzoek en het onderzoek naar de cumulatie van dit akoestisch onderzoek met de akoestische onderzoeken van het Kasteel en het Multifunctioneel gebouw blijkt, dat ook het aspect geluid de ontwikkeling binnen dit gedeelte van het plangebied niet belemmert. Er is sprake van een goed woon- en leefklimaat
Ontwikkeling Allee 1, 1a en 1B, Allee 2 (Landgoed Lemborgh) en openbare parkeerplaats.
In de naaste omgeving van dit deel van het plangebied zijn geen andere bedrijven gelegen dan genoemd bij de ontwikkeling bij Platz 1. Die bedrijven liggen ook hier op ruim voldoende afstand zodat zij geen belemmering vormen voor de ontwikkeling in dit gedeelte van het plangebied. Deze bedrijven worden ook niet belemmerd door onderhavig planvoornemen, omdat deze al rekening dienen te houden met andere maatgevende gevoelige objecten.
Voor de ontwikkelingen bij Allee 1, 1a, 1b, Allee 2 (Landgoed Lemborgh) en de uitbreiding van de openbare parkeerplaats is naar de omgeving (gevoelige objecten) het aspect geluid bepalend. Hiertoe zijn dan ook 2 aparte akoestisch onderzoeken uitgevoerd, zie paragraaf 4.3. Uit deze onderzoeken en het onderzoek naar de cumulatie van deze onderzoeken blijkt, dat ook het aspect geluid de ontwikkelingen binnen dit gedeelte van het plangebied niet belemmeren. Ter plaatse van de gevoelige bestemmingen is sprake van een goed woon- en leefklimaat
In aanvulling op de akoestische onderzoeken voor het kasteel en het multifunctioneel gebouw, waarin de geluidimmissie ter plaatse van geluidgevoelige bestemmingen is beoordeeld voor zowel de reguliere situatie als voor het maatgevende evenement, zijn – op verzoek van de gemeente Sittard-Geleen – aanvullende akoestische berekeningen uitgevoerd voor overige evenementen, die representatief zijn voor de categorie, waartoe zij behoren. Daarnaast is -op eigen initiatief- nader inzicht verschaft in de geluidemissie/-immissie van een aantal buitenactiviteiten op het Landgoed Lemborgh. Zie hiervoor paragraaf 4.3.5 en bijlage 8 'Notitie Aanvulling evenementen - geluid'. Uit de berekeningen voor de overige evenementen, die representatief zijn voor de categorie waartoe zij behoren en uit de berekeningen voor de beschouwde reguliere situaties kan geconcludeerd worden, dat deze vanuit akoestisch oogpunt niet belemmerend zijn voor onderhavig planvoornemen.
Bij het opstellen van ruimtelijke plannen moet rekening worden gehouden met de gevolgen van de ontwikkeling voor de natuur. Het natuurbeschermingsrecht is te vinden in verdragen, Europese en nationale regelgeving en in nationaal en provinciaal beleid. Vanuit de Europese regelgeving wordt met name nadruk gelegd op de bescherming van plant- en diersoorten (Vogelrichtlijn) en leefgebieden (Habitatrichtlijn). Ten behoeve hiervan zijn dan ook diverse beschermingsgebieden aangewezen. De belangrijkste beschermingszones zijn Natura 2000-gebieden. In het vervolg van deze paragraaf wordt specifiek ingegaan op respectievelijk gebiedsbescherming en soortenbescherming.
De bescherming van Natura 2000-gebieden is geregeld in de Wet natuurbescherming, die de implementatie vormt van de Europese Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn. De Natura 2000-gebieden vormen samen een Europees netwerk van natuurgebieden: Natura 2000. Als ontwikkelingen (mogelijk) leiden tot aantasting van natuurwaarden binnen een Natura 2000-gebied, moet een vergunning worden aangevraagd. Gedeputeerde staten van de provincie zijn het bevoegd gezag voor verlening van deze vergunning. Indien eerst een omgevingsvergunning wordt aangevraagd voor een activiteit waarvoor tevens een vergunning op grond van de Wet natuurbescherming is vereist, dan haakt de natuurtoets aan bij de omgevingsvergunning. Daarnaast moet rekening worden gehouden met het beleid ten aanzien van het Natuurnetwerk Nederland (voorheen EHS). Ten aanzien van ontwikkelingen binnen het Natuurnetwerk Nederland geldt het 'nee, tenzij-principe'.
Het plangebied maakt geen onderdeel uit van Natuurnetwerk Nederland (NNN). Aan de noordoostzijde van Landgoed Lemborgh grenst het wel aan Natuurnetwerk Nederland. Daarnaast zijn volgens de provinciale verordening geen natuurwaarden binnen het projectgebied aanwezig. Het meest nabijgelegen Natura 2000-gebied is 'Grensmaas'. Dit betreft een Habitatrichtlijngebied en ligt op ruim 4 km afstand ten westen van het plangebied. De Grensmaas is echter niet voor verzuringsgevoelig. Het meest nabij gelegen buitenlands gebied is het Belgische Natura 2000-gebied 'Uiterwaarden langs de Limburgse Maas met Vijverbroek' Dit ligt op ca. 4.400 meter afstand van het plangebied.
Gelet op deze aftanden kan op voorhand al geconcludeerd worden dat de overige effecten zoals: licht, geluid, trillingen, oppervlakteverlies, versnippering, verdroging, vernatting, verontreiniging, soortensamenstelling etc., als gevolg van de planontwikkelingen binnen het plangebied niet van toepassing zijn en/of geen nadelige invloed hebben op de Natura 2000-gebieden.
Ook met betrekking tot verzuring (als gevolg van stikstofemissies) is de verwachting dat de planontwikkelingen binnen het plangebied geen nadelige invloed zullen hebben op de Natura 2000-gebieden. Voor wat betreft de invloed van stikstofemissie tijdens de realisatie- en gebruiksfase van onderhavige planontwikkelingen is volledigheidshalve een stikstofonderzoek uitgevoerd. Het onderzoek van de realisatiefase is bijgevoegd als bijlage 11. Het onderzoek van de gebruiksfase is als bijlage 12.
Uit de resultaten van het onderzoek naar de invloed van NOx- en NH3-emissie van de realisatie- en gebruiksfase op Natura 2000-gebieden blijkt, dat er als gevolg van de realisatiefase en de gebruiksfase in de nieuwe situatie geen sprake is van een toename van stikstofdepositie op de Natura 2000-gebieden. Een vergunning in het kader van de Wet Natuurbescherming is derhalve niet nodig.
Behalve de mogelijke effecten op natuurgebieden moet tevens duidelijk zijn of het betreffende plan effecten heeft, en zo ja welke, op beschermde soorten. De soortenbescherming is eveneens vastgelegd in de Wet natuurbescherming. Deze wet is de implementatie van de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn voor wat betreft de soortenbescherming.
In verband met de uitvoerbaarheid van ruimtelijke plannen dient rekening te worden gehouden met soortenbescherming en dan met name de aanwezigheid van beschermde soorten in het plangebied. In ruimtelijke plannen mogen geen mogelijkheden worden geboden voor ruimtelijke ontwikkelingen waarvan op voorhand redelijkerwijs kan worden ingezien dat in het kader van de Wet natuurbescherming geen ontheffing zal worden verleend.
Standaard geldt voor het plangebied de algemene zorgplicht zoals die in Wet natuurbescherming centraal staat (artikel 1.11 Wnb). Dit houdt in dat voorafgaand aan een ingreep alle maatregelen genomen dienen te worden om nadelige gevolgen voor in het wild levende dieren en planten zoveel mogelijk te voorkomen, beperken of ongedaan te maken. Bovendien moeten de handelingen in logisch verband staan met de ontwikkeling en geen doel op zich vormen. Deze zorgplicht geldt te allen tijde, ook indien een ontheffing of vrijstelling is verleend.
Soortenbescherming Platz 1
Voor Platz 1 geldt dat onderzoek naar soortenbescherming binnen dit deel van het plangebied niet noodzakelijk is. Er wijzigt immers niets aan het pand en de tuin. Er vinden geen ingrepen plaats die mogelijk van invloed zijn op de aanwezigheid en/of leefgebieden van mogelijk aanwezige beschermde soorten.
Soortenbescherming Allee 1, 1a en 1 b
Ten behoeve van de gewenste evenementen binnen de kasteelmuren is een Quickscan Ecologische Waarden uitgevoerd, zie bijlage 9.
Uit dat onderzoek kan worden geconcludeerd dat:
Soortenbescherming Allee 2 (Landgoed Lemborgh)
Naar aanleiding van de Quickscan Ecologische Waarden evenemententerrein Kasteel en de afstemming met de gemeente Sittard-Geleen is de 'Oplegnotitie Flora en Fauna – Bestemmingsplan Kasteel Limbricht e.o opgesteld , zie bijage 10.
In deze oplegnotitie is aangegeven op welke wijze in de Quickscan invulling is gegeven aan de vragen van de gemeente Sittard-Geleen. Waar noodzakelijk is de rapportage op basis van de uitwerking van deze notitie aangevuld. De aangepaste rapportage is aangehecht aan de oplegnotitie.
Uit de Quickscan Ecologische Waarden , aangehecht aan bijlage 10, kan worden geconcludeerd dat:
In de Quicscan met oplegnotie (bijlage 10) zijn maatregelen/voorzieningen aangegeven bij evenementen. Deze worden in acht genomen en verder uitgewerkt in een werkprotocol, in overleg met de gemeente Sittard-Geleen.
Soortenbescherming uitbreiding parkeerterrein
Het terrein waar de uitbreiding van de openbare parkeerplaats is voorzien betreft grond welke is ingezaaid met gras dat regelmatig wordt gemaaid en wordt gebruikt bij ruiterevenementen aldaar. Binnen de locatie staan geen bomen of planten. Door het intensieve maaien en gebruik ligt het niet in de verwachting dat aldaar beschermde soorten voorkomen. Langs de randen staan bomen, maar die worden niet gekapt. Dus ook dat geeft geen verstoring of vernietiging van leefgebied en/of verblijfsgebieden. Ook zal uitbreiding van het parkeerterrein niet leiden tot verstoring van het foerageergebied van bijvoorbeeld vleermuizen. De openheid van de locatie blijft immers aanwezig.
Het parkeerterrein is overigens ook opgenomen in het onderzoek naar soortenbescherming bij Landgoed Lemborgh. Het ligt namelijk in de straal van 100 meter van de omgeving avn Landgoed Lemborgh dat onderzocht en beoordeeld is op het voorkomen en/of gebruik ervan door beschermde natuurwaarden, zie bijlage 10. Bovenstaande conclusies zijn derhalve ook van toepassing op de uitbreiding van het betreffende parkeerterrein.
In aanvulling op de akoestische onderzoeken voor het kasteel en het multifunctioneel gebouw, waarin de geluidimmissie ter plaatse van geluidgevoelige bestemmingen is beoordeeld voor zowel de reguliere situatie als voor het maatgevende evenement, is in eerste instantie de geluidimmissie vanwege de maatgevende evenementen (lees: evenementen met hoogste geluidemissie) ter plaatse van de omliggende terreinen inzichtelijk gemaakt in het kader van de analyse Flora en Fauna. .Zie hiervoor paragraaf 4.3.5 en bijlage 7 'Notitie 24-uurs equivalent geluid'. Hieruit kan geconcludeerd worden dat van een verstorend effect geen sprake zal zijn op de Flora en Fauna in open weilanden/bossen in de directe omgeving van het plangebied als gevolg van de evenementen, in aantallen per categorie en per jaar, zoals opgenomen in paragraaf 2.4.5.
Gelet op vorenstaande uiteenzetting kan gesteld worden dat het aspect natuur/ecologie onderhavig planvoornemen niet in de weg staat
De Nederlandse wetgeving ten aanzien van archeologische waarden is momenteel aan veranderingen onderhevig. De Monumentenwet 1988 is vanaf 1 juli 2016 deels overgegaan in de Erfgoedwet. De onderdelen over omgevingsrecht uit de Monumentenwet gaan (naar verwachting) 1 januari 2024 over naar de Omgevingswet. Voor deze onderdelen is een overgangsregeling in de Erfgoedwet opgenomen.
De Erfgoedwet en de Omgevingswet regelen de omgang met het archeologisch erfgoed. Uitgangspunt van de wetgeving is om het archeologisch erfgoed zoveel mogelijk ter plekke te bewaren en beheermaatregelen te nemen om dit te bewerkstelligen. Op grond van deze wetten worden gemeenten verantwoordelijk geacht voor de bescherming van archeologische waarden.
Artikel 9.1 (overgangsrecht omgevingswet) van de Erfgoedwet zegt:
Voormalig artikel 38a: De gemeenteraad houdt bij de vaststelling van een bestemmingsplan of een beheersverordening als bedoeld in artikel 3.1, onderscheidenlijk artikel 3.38, van de Wet ruimtelijke ordening en bij de bestemming van de in het plan begrepen grond, rekening met de in de grond aanwezige dan wel te verwachten monumenten (lees: archeologische resten).
Voormalig artikel 41: De aanvrager van een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (o.a. gebruiken van gronden in strijd met een bestemmingsplan) kan in het belang van de archeologische monumentenzorg worden verplicht een rapport over te leggen, waarin de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord naar het oordeel van het bevoegd gezag als bedoeld in artikel 1.1 van die wet in voldoende mate is vastgesteld.
In 2012 heeft de gemeente Sittard-Geleen de “beleidsnota Archeologie en Monumenten gemeente Sittard-Geleen” vastgesteld1). Onderdeel van deze beleidsnota is een archeologische beleidskaart, die gebaseerd is op een aantal archeologische verwachtingskaarten2). De archeologische verwachtingskaarten geven inzicht in de (verwachte) aanwezigheid van archeologische resten. De verwachtingskaarten zijn vervolgens omgezet naar één beleidskaart. Op de archeologische beleidskaart zijn gebieden waarvoor dezelfde beleidsuitgangspunten gelden samengevoegd. Zo zijn er 7 archeologische beleidscategorieën ontstaan (zie tabel op de volgende pagina).
________________________________________________
1 Gemeente Sittard-Geleen, 2012. Beleidsnota Archeologie en Monumenten gemeente Sittard-Geleen.
2 Verhoeven, M.P.F. & G.R. Ellenkamp, 2010. Een archeologische verwachtings- en beleidsadvieskaart voor de gemeente Sittard-Geleen. RAAP-rapport 2144. RAAP Archeologisch Adviesbureau, Weesp.
Uit de archeologische kaarten blijkt dat het plangebied in een archeologisch interessant gebied ligt. Het hele plangebied ligt in het Provinciaal archeologisch aandachtsgebied Graetheide. Dit gebied is archeologisch interessant vanwege de hoge verwachting die daarbinnen geldt voor nederzettingen en grafvelden van de Lineair Bandkeramische cultuur (vroeg neolithicum), maar ook voor andere perioden. Daarnaast ligt het uiterste westelijke deel binnen de historische kern van Limbricht. De historische kernen hebben een monumentstatus vanwege hun hoge archeologische waarde (ARCHIS monumentnr. 16540). Dit, omdat binnen deze kernen de wortels van de huidige dorpen worden verwacht. De begrenzing van deze kernen is gebaseerd op 19e eeuwse en vroeg 20e eeuwse kaarten. Binnen deze contouren kunnen in de bodem resten van vroegmoderne en waarschijnlijk ook van laatmiddeleeuwse (vanaf circa 1300 AD) bewoning worden aangetroffen. Ook sporen van oudere bewoning kunnen aanwezig zijn.
Kasteel Limbricht is een archeologisch monument met een zeer hoge archeologische waarde (ARCHIS monumentnr. 11585). Het betreft een terrein met resten van een motte, daterend uit de late middeleeuwen. De heuvel stamt waarschijnlijk uit de 11e-12e eeuw. Tijdens illegale graafwerkzaamheden aan de gracht en de motte in 1986 en/of 1987-1988 zijn archeologische waarnemingen gedaan (ARCHIS zaakid. nr. 2847567100). Het monument wordt omsloten door ARCHIS monumentnr. 11601, dat de resten van de voorburcht herbergt. Direct ten zuiden van het plangebied ligt een archeologisch monument van hoge archeologische waarde (ARCHIS monumentnr. 11249). Het betreft een terrein met nederzettingssporen uit de Romeinse tijd die zich zeer waarschijnlijk voortzetten buiten de contouren van het monument. Op het terrein zijn onder meer bronzen voorwerpen uit de Romeinse tijd aangetroffen, waaronder munten, een fibula en een haarnaald (ARCHIS zaakid. nr. 3042281100). Voorts wordt in ARCHIS melding gemaakt van twee sarcofagen die vermoedelijk afkomstig zouden zijn van het terrein rondom de Sint Salviuskerk, direct ten westen van kasteel Limbricht (ARCHIS zaakid.nrs. 3130555100). Ten slotte, zijn in de jaren 90 van de vorige eeuw binnen het plangebied twee gouden objecten met donkerrood sierglas uit de vroege middeleeuwen en een bronzen munt en gesp uit de Romeinse periode gevonden (ARCHIS zaakid. nrs. 3177893100 en 3236900100).
Recent is door SAGA een inventarisatie uitgevoerd van de vondsten uit de gracht en omgeving van het kasteel (straal van 1 km)3. De vondsten betreffen zowel gemelde vondsten bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, vondsten van de WAS4, meldingen in de database van PAN5 en vondsten van amateurarcheologen. Op basis van de vondsten wordt in de directe omgeving van het kasteel een of meerdere Romeinse en merovingische grafvelden vermoed. Ter hoogte van Platz zou het om nederzettingsresten uit de Romeinse tijd vroege middeleeuwen gaan6.
Direct ten zuiden van de Allee, in het 'Landgoed Lemborgh', is recent door RAAP een noodonderzoek uitgevoerd ter plaatse van aangelegde rioleringssleuven. Hier zijn in de profielen van de opengelegde sleuven nederzettingsresten uit de volle middeleeuwen (11e-12e eeuw) en vier Romeinse graven aangetroffen. De nederzettingsresten stammen uit dezelfde periode als de motte aan het kasteel Limbricht. Omdat binnen het terrein nog meerdere graafwerkzaamheden zouden plaatsvinden, is vervolgens een proefsleuvenonderzoek uitgevoerd. Hier zijn naast volmiddeleeuwse nederzettingsresten nog meerdere Romeinse en merovingische graven aangetroffen. De uitwerking van het onderzoek is nog lopend
Op basis van landschappelijke en historische gegevens, in combinatie met de bekende archeologische vindplaatsen in de directe omgeving, geldt voor het plangebied een zeer hoge archeologische verwachting. In het plangebied moet vooral rekening worden gehouden met de aanwezigheid van nederzettingsterreinen met bijbehorende grafvelden ('droge archeologie'), in het bijzonder uit de Romeinse tijd, vroege middeleeuwen en de volle middeleeuwen.
De bekende archeologische vindplaatsen binnen het bestemmingsplangebied kennen een grote mate van bescherming en zijn volgens de archeologische beleidskaart van de gemeente ingedeeld in beleidscategorie 2. Grote delen van het plangebied hebben op de huidige beleidskaart beleidscategorie 4. Echter, vanwege de reeds aangetoonde vindplaatsen (door RAAP) en de verwachte vindplaatsen rondom het kasteel op basis van het vondstmateriaal (SAGA), geldt voor het hele plangebied beleidscategorie 2. Concreet betekent dit dat voor deze gebieden een archeologische onderzoeksplicht geldt indien de bodemingrepen dieper reiken dan 30 cm -mv én de omvang van het gebied groter is dan 50 m².
__________________________________________
1 Gemeente Sittard-Geleen, 2012. Beleidsnota Archeologie en Monumenten gemeente Sittard-Geleen.
2 Verhoeven, M.P.F. & G.R. Ellenkamp, 2010. Een archeologische verwachtings- en beleidsadvieskaart voor de gemeente Sittard-Geleen. RAAP-rapport 2144. RAAP Archeologisch Adviesbureau, Weesp.
3 Janssen, M. & L. van Diepen, 2023 (concept). Inzichten in kasteel Limbricht. Archeologische vondsten uit de gracht en de omgeving van het kasteel en een bouwhistorisch onderzoek. SAGA 33, Landgraaf.
4 Werkgroep Archeologie Sittard
5 Portable Antiquities Netherlands
6 Janssen & van Diepen, 2023 (concept).
Platz 1
'Waarde – Archeologie 1' (Vigerend bestemmingsplan), wordt 'Waarde - Archeologie 2' in nieuwe bestemmingsplan
Platz 1 betreft een rijksmonument en de mogelijke aanwezigheid van archeologische resten worden beschermd door de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 2'. (terrein van zeer hoge archeologische waarde). Grondwerkzaamheden dieper dan 30 cm - mv of werken die een oppervlakte hebben groter dan 50 m2, zijn o.a. zonder een voorafgaand archeologisch onderzoek verboden.
Onderhavig planvoornemen voor Platz 1 heeft geen betrekking op grondwerkzaamheden of werken zoals voornoemd in de regels van vigerend bestemmingsplan 'Bestemmingsplan Limbricht' en het nieuwe bestemmingsplan 'Kasteel Limbricht en omgeving' die dienen ter bescherming van de zeer hoge archeologische waarden. Een archeologisch onderzoek ter plaatse van Platz 1 is derhalve niet noodzakelijk.
Allee 1, 1A, 1B, Landgoed Lemborgh en uitbreiding openbaar parkeerterrein
Allee 1, 1A, 1B, Landgoed Lemborgh en de uitbreiding openbaar parkeerterrein binnen het plangebied hebben momenteel de volgende dubbelbestemmingen: 'Waarde - Archeologie 2', 'Waarde - Archeologie 3' en 'Waarde - Archeologie 4'. Echter, vanwege de reeds aangetoonde vindplaatsen (door RAAP) en de verwachte vindplaatsen rondom het kasteel op basis van het vondstmateriaal (SAGA), geldt voor het hele plangebied nu beleidscategorie 2. Concreet betekent dit dat voor deze gebieden een archeologische onderzoeksplicht geldt indien de bodemingrepen dieper reiken dan 30 cm -mv én de omvang van het gebied groter is dan 50 m².
Voor wat betreft cultuurhistorie kan worden opgemerkt dat het planvoornemen niet leidt tot aantasting van de rijksmonumenten bij Platz 1 en Allee 1, 1A en 1B en de laan Allee zelf. Er wordt immers niets gewijzigd aan de cultuurhistorische bouwwerken en de laan. De dubbelbestemming 'Waarde-Cultuurhistorie' zoals die nu al gelden binnen het plangebied op basis va het vigerende bestemmingsplan, blijven onveranderd van toepassing in het nieuwe bestemmingsplan van Kasteel Limbricht en omgeving. Hieronder valt ook de Allee met de bomenrij met als toevoeging dat nu ook voor Platz 1 de dubbelbesetmming 'Waarde-Cultuurhistorie' is opgenomen. Het planvoornemen bij Landgoed Lemborgh leidt juist tot een verruiming en verrijking van het cultuurhistorisch ensemble. De voorziene en gewenste aanvullingen van activiteiten, waaraan ook een toenemende behoefte is, dragen bij aan de verrijking en beleving van een mooi en waardevol cultuurhistorisch ensemble. Het wordt een plek waar jong en oud graag zullen vertoeven.
Gelet op bovenstaande uiteenzetting kan geconcludeerd worden dat archeologie en cultuurhistorie onderhavig planvoornemen niet in de weg zullen staan.
Met betrekking tot onderhavige planvoornemen binnen het plangebied vormt het verkeer en parkeren een belangrijk aspect, zeker in relatie met de aanvulling van de evenementen. Vanuit de onderhavige procedure, alsook eerdere procedures en de dialoog met de omwonenden zijn vragen gesteld omtrent de parkeer- en verkeerssituatie rondom het Kasteel Limbricht.
Met het planvoornemen wordt gestreefd om het dorp Limbricht te ontzien van het verkeer van de bezoekers die een bezoek brengen aan het kasteel en/of aan Landgoed Lemborgh. Duidelijk is dat uitbreiding van het openbare parkeerterrein en de beschikbaarheid van een overloopparkeerplaats noodzakelijk zijn, dat voor de realisatie van het multifunctioneel gebouw voorzien moet worden in parkeerplaatsen en dat onderzocht moet worden of de bestaande verkeersstructuur van de Allee in noordoostelijke richting aangepast moet worden om de Allee als ontsluitingsweg te kunnen gebruiken.
Met betrekking tot de verkeersafwikkeling is door 'RA+ ingenieurs' uit Sittard een onderzoek uitgevoerd. Hierin wordt het volgende geconcludeerd:
De ontwikkelingen leiden tot extra verkeer. Deze verkeerstoename bedraagt in totaal maximaal 114 tot 224 extra verkeersbewegingen per auto (heen en terug). Parkeren is voorzien op de parkeerplaats bij de sportvoorzieningen. In overleg met de gemeente wordt bekeken of de uitbreiding van de bestaande parkeerplaats een meer definitieve inrichting kan krijgen. Op het Landgoed Lemborgh ontstaat tevens ruimte voor een overloop-parkeerterrein dat bij evenementen kan worden ingezet. Daarnaast is extra parkeerruimte voorzien nabij het multifunctionele gebouw.
Gezien de routeinformatie uit Google Maps is de verwachting dat het merendeel van het bezoekersverkeer via de Allee (buiten de bebouwde kom) rijdt naar de N276. Dit is de snelste route van/naar de A2. Dit betekent uitgaande van een gemiddelde situatie voor de Allee een verkeerstoename van 14%. In totaal zijn dit ruim 1.300 mvt/etmaal. De route via de Beekstraat laat een toename zien van 12% tot ca. 660 mvt/etmaal. Bij deze relatief geringe verkeerstoename, in combinatie met de (maatgevende) momenten, worden geen noemenswaardige knelpunten verwacht als het gaat om de verkeersafwikkeling.
De aansluiting van de Allee op de N276 is en blijft een aandachtspunt. De bestaande inrichting in combinatie met de verkeersdrukte kan leiden tot verkeersonveilige situaties. Vanwege de bestaande problematiek kan dit los van de ontwikkelingen op het landgoed worden gezien. Dit geldt ook voor de gereden snelheden op de Allee buiten de bebouwde kom. Aanvullende snelheidsremmende maatregelen moeten worden overwogen om de snelheden te beperken.
Jaarlijks worden ook kleine en grote evenementen op het Landgoed georganiseerd. Met name voor de grotere evenementen met maximaal 1.500 bezoekers wordt aanbevolen om een verkeersplan op te maken om de verkeerssituatie voor de kern Limbricht controleerbaar te houden.
Voor de inhoud van het volledig rapport, zie bijlage 13 bij deze toelichting.
Voor het personeel/bezoekers kasteel, gasten minihotel Platz 1 en in basis ten behoeve van de bezoekers van het multifunctioneel gebouw, wordt voorzien in een parkeerplaats met minimaal 75 parkeerplaatsen nabij de loods bij Allee 2 van het Landgoed Lemborgh. In onderstaande figuur 27 is een indicatief inrichtingsplan opgenomen. Initiatiefnemer overweegt daarbij om deze parkeerplaats open te stellen voor medegebruik, bijvoorbeeld voor omwonenden om mede een oplossing te bieden voor de ervaren parkeerdruk bij de omwonenden. Dit is ter nadere uitwerking en afstemming met de gemeente Sittard-Geleen.
Figuur 27. Indicatie inrichtingsplan parkeervoorzieningen rondom bebouwing bij Landgoed Lemborgh.
Met betrekking tot het aspect parkeren is verder een integraal beeld uitgewerkt, zie bijlage 14, omtrent de parkeersituatie aan de hand van de vigerende parkeernormen van de gemeente Sittard-Geleen, waaruit volgt dat voldoende parkeerplaatsen beschikbaar zijn gerelateerd aan het planvoornemen van initiatiefnemer. Ook is er sprake van een integrale verbetering (kasteel-ensemble en sportvelden), omdat er door de gemeente gewerkt wordt aan een (formele) uitbreiding van het aantal parkeerplaatsen ter plaatse van het terrein ten noorden van de bestaande openbare parkeerplaats aan de Allee (bij het sportterrein). Daarmee ontstaan hier dan in totaal 222 parkeerplaatsen. Daarnaast bevinden zich aan de Allee zelf nog 20 parkeerplaatsen. Om parkeerproblemen bij extreme drukte bij bijvoorbeeld evenementen te voorkomen, zal aan de noordoostzijde bij Landgoed Lemborgh ook worden voorzien in een overloopparkeerplaats. Hierop kunnen eventueel ook bussen parkeren.
Bij evenementen wordt extra aandacht besteedt aan het aspect parkeren. Voor kleine- en middelgrote evenementen zijn de huidige parkeerplaatsen met de voorgenomen extra parkeerplaatsen voldoende en er zijn geen obstructies voor de hulpdiensten te verwachten. Echter, bij een groot evenement waar 1.500 mensen op af komen (waarvan 15% per fiets of te voet) en grofweg uitgaande van 2,5 tot 3 personen per auto, zijn 400 tot 500 parkeerplaatsen benodigd. Dit wordt opgevangen op de overloopparkeerplaats bij Landgoed Lemborgh en door verkeerregelaars in te zetten. De verkeersregelaars zorgen voor een goede doorstroom en begeleiding naar de juiste parkeerplaats en zullen er ook voor zorgen dat de hulpdiensten ten alle tijden snel ter plaatse kunnen zijn. Verder is van belang dat tijdens evenementen middels routeborden aan het begin van toegangswegen naar Limbricht wordt aangegeven via welke route motorvoertuigen het terrein kunnen bereiken en dat het terrein ook alleen bereikbaar is via de N276 en de Allee. Ter ondersteuning van de verkeersregelaars worden bij de uitgang(en) van de parkeerplaatsen tijdelijk borden geplaats met verplichte rijrichting naar de N276.
Aan de hand van het uitgevoerde verkeer- en parkeeronderzoek kan geconcludeerd worden dat dit het planvoornemen niet belemmert.
Door het plangebied loopt ter plaatse van Landgoed Lemborgh een rioolleiding. Deze vormt verder geen belemmeringen voor onderhavig planvoornemen. Bij toekomstige ontwikkelingen, anders dan nu al zijn uitgevoerd, dienen de regels uit het bestemmingplan m.b.t. de dubbelbestemming 'Riool' in acht te worden genomen.
Het Regionaal Waterprogramma (RWP) 2022 – 2027 Provincie Limburg is op 17 december 2021 vastgesteld. Uitgangspunt is een robuust en ecologisch gezond watersysteem. In het Provinciaal Waterprogramma 2022-2027 zijn de opgaven van de Europese Kaderrichtlijn Water, het Nationaal Bestuursakkoord Water en het Nationaal Waterplan vertaald naar strategische doelstellingen voor Limburg. Het Waterplan is onderverdeeld in vier deelprogramma's:
In het plan zijn deze programma's verder uitgewerkt in maatregelen, in samenhang met economische, milieu- en maatschappelijke opgaven. Dit heeft geleid tot een integrale visie op de ontwikkeling van de provincie Limburg.
In de Omgevingsverordening is onder andere regelgeving opgenomen voor de regionale en primaire waterkeringen. Voor bestemmingsplannen c.q. wijzigingsplannen zijn randvoorwaarden opgenomen die een onbelemmerde werking, instandhouding en het onderhoud van de primaire en regionale waterkeringen mogelijk maken. Dit geldt voor de beschermingszone en de kernzone die hoort bij de waterkeringen zoals opgenomen in de vastgestelde leggers van het waterschap.
Op 17 december 2021 is het waterbeheerprogramma (WBP) van waterschap Limburg vastgesteld. In dit plan is beschreven welke doelstellingen het waterschap nastreeft in de periode 2022-2027 en hoe zij die doelstellingen wil gaan halen. Het waterbeheerplan is uitgewerkt in de volgende vier programma's:
Deze programma's zijn verder uitgewerkt in het WBP naar concrete doelstellingen en onderverdeeld in werkrichtingen voor de komende jaren. Deze doelstellingen vinden onder andere een doorwerking in de beschikbare instrumenten van het waterschap; verordening, legger, communicatie en stimuleringsmiddelen.
Het gemeentelijke beleid ten aanzien van water en klimaatadaptatie is opgenomen in het Beleidsplan Water en klimaatadaptatie 2022-2027 en bedraagt voor de nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen als volg:
Op welke wijze wordt omgegaan met het afval- en hemelwater binnen het onderhavige plangebied wordt hierna uiteengezet.
Afvalwater algemeen
Het huishoudelijk afvalwater als gevolg van onderhavig planvoornemen zal zowel bij Platz 1, Allee 1, 1a, 1B en Allee 2 (Landgoed Lemborgh) worden geloosd op de gemeentelijke riolering. Dat is niet anders dan nu het geval is en vanuit milieuhygiënisch oogpunt is het afvoeren van dit afvalwater via de gemeentelijke riolering vereist en daarmee tevens de beste optie.
Hemelwater verhardingen
Het hemelwater dat valt op de daken en terreinverharding zal bij Platz 1 en Allee 1, 1a en 1B worden opgevangen en worden afgevoerd zoals dat nu ook al gebeurt. Daaraan wijzigt niets. Er wijzigt immers ook niets aan het verhard oppervlak binnen deze locaties in het plangebied.
Bij de woning, de loods en de bestaande verharding bij Landgoed Lemborgh wijzigt ook niets aan de afvoer van het hemelwater. Dit zal daar op dezelfde wijze worden afgevoerd zoals het nu ook wordt afgevoerd. Voor de aldaar te realiseren nieuwe parkeerplaatsen worden grastegels gebruikt, zodat het hemelwater ter plaatse kan infiltreren in de bodem. Vanwege de ligging en de keuze van het peil zullen gebouwen op het terrein en buren geen hinder ondervinden van eventuele wateroverlast bij extreme buien. Bij de geplande nieuwbouw van het multifunctionele gebouw zal het hemelwater worden opgevangen en worden behandeld overeenkomstig het gemeentelijk beleid. Naar verwachting is buffering op eigen terrein niet (geheel) mogelijk. Afvoer naar de kasteelgracht, welke meer dan voldoende groot is om de hoeveelheid hemelwater van dit gebouw op te vangen is een reële optie. De berekening van de hoeveelheid hemelwater die afgevoerd dient te worden is afhankelijk van de grootte van het gebouw en omliggende (half)verhardingen (parkeerterrein bij multifunctioneel gebouw). Deze informatie wordt in het kader van de omgevingsvergunning bouwen en aanleg-toestemmingen uitgewerkt, waarbij het systeem van waterberging, volgens de trits vasthouden-bergen-(vertraagd) afvoeren wordt gedimensioneerd (overeenkomstig het gemeentelijk beleid). Uitgaande van een gebouw met een oppervlak van ca 1.000 m2 dient overeenkomstig beleid een buffer van 80 m3 gerealiseerd te worden. Dit kan een verlaging in het terrein zijn van 10 bij 10 bij 1 m. Daarvoor is voldoende ruimte aanwezig. Danwel een -vertraagde- afvoer naar de kasteelgracht (bij onvoldoende infiltratie). Als aangegeven, zal dit uit een nadere dimensionering blijken bij de aanvraag omgevingsvergunning.
De uitbreiding van de openbare parkeerplaats zal in beginsel worden uitgevoerd met grastegels, zodat ook hier het hemelwater ter plaatse kan infiltreren in de bodem. Bij zeer extreme buien kan het overtollige hemelwater afvloeien naar de kasteelgracht waarin opvang van dit hemelwater ook geen problemen veroorzaakt voor de omgeving en het kasteel zelf. Aangezien de gemeente Sittard-Geleen de uitbreiding van deze openbare parkeerplaats zelf uitvoert, is de opvang en afvoer van het hemelwater ter verantwoording aan de gemeente Sittard -Geleen zelf. Ook hiervoor geldt dat bij de aanlegvergunning het systeem van waterberging overeenkomst het gemeentelijk beleid wordt gedimensioneerd en uitgewerkt. Uitgaande van een oppervlak van ca 2.900 m2 zou een hemelwatervoorziening ca 230 m3 bedragen. Middels profilering naar de gracht (gootsysteem, met berging en evt. infiltratie). Infiltratie zou tot mogelijkheden kunnen behoren, middels grondkolommen tot in de veronderstelde grindlaag op ca 2-4 m-mv. Als aangegeven zal dit bij de aanlegvergunning nader gedimensioneerd worden.
Binnen het plangebied is een strook aangewezen als zoekgebied water. Onderhavig planvoornemen heeft hierop geen invloed/effecten
Gelet op vorenstaande uiteenzetting vormt het aspect waterhuishouding geen onoverkomelijke belemmeringen voor voorliggende planontwikkeling
Met de vaststelling van voorliggend bestemmingplan wordt een permanent juridisch-planologisch kader vastgelegd voor de reeds bestaande bestemmingen en functies en de verdere ontwikkelingen binnen het plangebied. Er is verder geen sprake van negatieve effecten voor het milieu zoals ook blijkt uit de bovenstaande behandeling van de milieuaspecten.
Het Besluit milieueffectrapportage 1994, zoals gewijzigd bij Besluit van 7 mei 1999, Stb 224 (ook wel Besluit MER), beschrijft in bijlage C activiteiten waarvoor een milieueffectrapportage benodigd is. Daarnaast worden in bijlage D de activiteiten beschreven waarvoor, bij het overschrijden van de grenswaarden uit kolom 2, het opstellen van een vormvrije m.e.r.-beoordeling noodzakelijk wordt geacht. De voorgenomen activiteit komt het meest overeen met het in bijlage D 9 gestelde: “Een landinrichtingsproject dan wel een wijziging of uitbreiding daarvan”. De activiteit overschrijdt echter niet de grenswaarde van 125 hectare of meer in kolom 2. D. Zie onderstaande uitsnede uit het Besluit MER.
28. Uitsnede tabel uit het besluit MER.
Gelet op bovenstaande uiteenzetting kan het beoogde planvoornemen niet worden gezien als een ontwikkelingsproject in de zin van het Besluit m.e.r.. Het opstellen van een aanmeldnotitie Vormvrije m.e.r.-beoordeling is hierdoor niet noodzakelijk.
Hoofdstuk 5 Juridische opzet
Op 1 juli 2008 is de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (Wro) in werking getreden. Behalve een vernieuwd stelsel voor processen voor de ruimtelijke ordening in Nederland, worden met de inwerkingtreding van de nieuwe Wro ook de resultaten van DURP (Digitale Uitwisseling in Ruimtelijke Processen) wettelijk verankerd. Dit houdt in dat nagenoeg alle instrumenten uit de Wro door bronhouders digitaal beschikbaar zijn, waardoor de bestemmingsplannen onderling vergelijkbaar worden. Hiervoor is het pakket 'RO Standaarden 2012' ontwikkeld, dat wettelijk is vastgelegd in de bij de Wro behorende 'Regeling standaarden ruimtelijke ordening'.
Vergelijkbaarheid van bestemmings- en inpassingsplannen wordt door de SVBP2012 (Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen 2012) op drie manieren gerealiseerd:
Vanaf 1 januari 2010 dient een bestemmingsplan digitaal raadpleegbaar en uitwisselbaar te zijn. Voorliggend bestemmingsplan voldoet aan deze digitaliseringverplichting.
Een bestemmingsplan bestaat uit een toelichting, regels en een verbeelding. De regels en verbeelding vormen tezamen het juridisch bindende gedeelte van het bestemmingsplan. Beide planonderdelen dienen in onderling verband te worden bezien. De regels en de verbeelding zijn namelijk onlosmakelijk met elkaar verbonden, aangezien op de verbeelding de bestemmingen visueel zijn weergegeven en de regels onder andere het gebruik en de bouwmogelijkheden bij deze bestemmingen geven.
De toelichting van het bestemmingsplan heeft geen rechtskracht, maar is wel een belangrijk onderdeel van het totale plan. De toelichting geeft namelijk een weergave van de beweegredenen, de onderzoeksresultaten en de beleidsuitgangspunten zoals deze aan het bestemmingsplan ten grondslag liggen. Tot slot is de toelichting een belangrijk hulpmiddel bij de interpretatie van het bestemmingsplan.
Conform de SVBP2012 dienen de regels van een bestemmingsplan volgens een bepaalde opbouw te worden opgesteld, waarbij opgemerkt dient te worden dat niet elk bestemmingsplan alle elementen van navolgende opbouw bevat:
De regels van de verschillende bestemmingen worden als volgt opgebouwd, waarbij eveneens geldt dat een bestemmingsregel niet alle elementen hoeft te bevatten:
Vorenstaande gestandaardiseerde opbouw is gehanteerd bij het opstellen van de regels behorende bij voorliggend bestemmingsplan.
De 'vroegere' plankaart wordt in het kader van het huidige planologische regime aangeduid als 'verbeelding'. Op een verbeelding wordt de grens van het plangebied weergegeven waarbinnen onder meer de verschillende (dubbel)bestemmingen, bouwvlakken en bouw-/functie-/maatvoeringaanduidingen (en de ligging daarvan) visueel zijn weergegeven.
De verbeelding met betrekking tot voorliggend bestemmingsplan is digitaal raadpleegbaar via www.ruimtelijkeplannen.nl.
De verbeelding is direct (juridisch) verbonden met de bijbehorende regels. In deze regels worden de condities en voorwaarden gesteld behorende bij de verschillende bestemmingen.
Onderstaand worden de bestemmingsregels zoals opgenomen in hoofdstuk 2 van de planegels kort toegelicht.
Artikel 3: Enkelbestemming 'Groen'
De buitenrand van de locatie Allee 1, 1A en 1B is in het vigerende bestemmingsplan 'Buitengebied Sittard- Geleen' al bestemd als 'Groen'. Ten behoeve van het planvoornemen wijzigt hieraan niets.
Aan Landgoed Lemborgh is de enkelbestemming 'Groen' toegekend. In de bestemmingsomschrijving is namelijk al een aantal algemene doeleinden vastgelegd die binnen de bestemming 'Groen' al zijn toegestaan, zoals: groenvoorzieningen, bermen en beplanting, paden, speelvoorzieningen, kunstwerken, waterlopen en waterpartijen en boven- en/of ondergrondse waterpartijen. Ook sluit dit goed aan bij het planvoornemen, omdat door de inrichting als kasteeltuin met het vele groen, een sterke impuls wordt gegeven aan de uitstraling van het kasteel naar zijn omgeving.
Binnen de bestemming 'Groen' is de bestaande bebouwing alsook de geplande nieuwbouw in het zuidwestelijke deel geprojecteerd. Ter plaatse is een bouwvlak van ca. 3.594 m2 aanwezig. In de nieuwe situatie zal dit qua vorm en oppervlakte hetzelfde blijven. Bedrijfsgebouwen mogen alleen binnen het bouwvlak worden opgericht. Ter plaatse van het bouwvlak wordt verder middels maatvoeringaanduidingen aangegeven dat de goothoogte maximaal 6 meter mag bedragen en dat de bouwhoogte maximaal 11 meter mag bedragen. Bezoekers moeten parkeren op de openbare parkeerplaats welke is aangeduid als 'specifieke vorm van verkeer - p1'. Verder wordt in het zuidwestelijk deel de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - p2' opgenomen Er zijn minimaal 75 parkeerplaatsen voorzien. In het noordoostelijk deel van Landgoed Lemborgh wordt middels de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - p3' het gebied aangegeven dat dienst zal doen als overloopparkeerplaats bij druk bezochte evenementen. Voor het hele Landgoed Lemborgh geldt dat het bouwen van bouwwerken geen gebouw zijnde is toegestaan zowel binnen als buiten het bouwvlak, mits deze minimaal 3 meter van de perceelgrens zijn gelegen en niet hoger zijn dan 5 meter. Alleen vlaggen en lichtmasten mogen maximaal 12 meter hoog zijn.
Ten behoeve de activiteiten en evenementen en het kunnen verstrekken van drank, voedsel, versnaperingen e.d., is ter plaatse van het multifunctionele gebouw bij Landgoed Lemborgh ook de aanduiding 'horeca tot en met categorie 4' opgenomen. Voor het deel van Landgoed Lemborgh waar de buitenactiviteiten plaatsvinden is de aanduiding 'horeca tot en met categorie 3', ondersteunend aan de buitenactiviteiten, opgenomen Dit is ook In de regels verder vastgelegd waarbij tevens is opgenomen dat een nachtcafé en discotheek/dancing niet is toegestaan.
Omdat het niet de bedoeling is dat er lawaaisporten en gemotoriseerde activiteiten worden georganiseerd, is in de regels opgenomen dat ter plaatse van de bestemming 'Groen' lawaaisporten en gemotoriseerde activiteiten niet zijn toegestaan.
Voor de jaarlijks op het buitenterrein te plaatsen tijdelijke bouwwerken is in de verbeelding van onderhavig bestemmingsplan een vlak ingetekend met de bouwaanduiding 'specifieke bouwaanduiding - tijdelijke bouwwerken' waarin deze zijn toegestaan. In de regels en de verbeelding wordt met de aanduiding 'horeca tot en met categorie 3' uitgesloten dat in de tijdelijke bouwwerken overnachten is toegestaan. In de regels zijn daarnaast ook regels opgenomen dat permanent en tijdelijk bewonen, alsook overnachten in tijdelijke bouwwerken, niet is toegestaan. In de regels zijn ook het aantal tijdelijke bouwwerken, de afmetingen hiervan en de tijdelijke duur per jaar of tijdvak van deze tijdelijke bouwwerken vastgelegd.
Met betrekking tot de evenementen wordt de aanduiding 'evenemententerrein' opgenomen. In de regels is vervolgens vastgelegd dat evenementen tot en met categorie 3' zijn toegestaan. De evenementen worden: a - of afzonderlijk op Landgoed Lemborgh of op het kasteel gehouden of b - gehouden in combinatie over de beide locaties of in alle varianten daar tussen in, waarbij het totaal van alle evenementen per jaar en per categorie niet overschreden wordt. In de regels (art. 4.4) van bestemmingsplan 'Kasteel Limbricht en omgeving' is de regeling opgenomen ten aanzien van de evenementen waarin per categorie evenement (1 t/m 3) het aantal evenementen, de duur per keer, de geluidsbelasting, de begin- en eindtijden voor muziekgeluid en het aantal bezoekers is vastgelegd. Op de verbeelding is het evenemententerrein met een aanduiding 'evenemententerrein' aangeduid.
Van toepassing op dit gebied blijft de aanduiding 'recreatief netwerk' en de 'milieuzone - boringsvrije zone Roerdalslenk, zone 2'. Ter plaatse van deze gebiedsaanduiding 'recreatief netwerk' zijn de gronden tevens bestemd voor het ontwikkelen en versterken van de betekenis van de gronden voor het extensief recreatief medegebruik in de vorm van: routegebonden recreatieve activiteiten, zoals wandelen, fietsen, ruitersport en kanovaren en route-ondersteunende voorzieningen, zoals picknick-, uitzicht-, rust- en informatievoorzieningen. Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'milieuzone - boringsvrije zone Roerdalslenk, zone 2' is het niet toegestaan om: boorputten op te richten, in exploitatie te nemen of te hebben dieper dan 30 meter beneden het maaiveld; de grond te roeren dieper dan 30 meter beneden het maaiveld, of deze handeling toe te laten, of anderszins werken of in de bodem uit te voeren of te doen uitvoeren, waarbij ingrepen worden verricht of stoffen worden gebruikt die de beschermende werking van de slechtdoorlatende bodemlagen kunnen aantasten; een bodemenergiesysteem op te richten, welke dieper reikt dan 30 meter beneden het maaiveld; boorputten op te richten wanneer de doorboorde weerstandbiedende lagen en het boorgat, van 0 tot 3 meter beneden het maaiveld, niet worden afgedicht met klei of bentoniet.
Artikel 4: Enkelbestemming 'Horeca'
Ter plaatse van Platz 1 is de bestemming 'Horeca' opgenomen. Met de aanduiding 'horeca categorie 5' en 'kantoor' is vervolgens vastgelegd dat dit een inrichting is die geheel of in overwegende mate is gericht op het verstrekken van nachtverblijf. Daaronder worden begrepen: hotel, motel, pension en overige logiesverstrekkers. Daarnaast blijft een gedeelte in gebruik als kantoor. Parkeren is alleen toegestaan ter plaatse van aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - p2' bij Landgoed Lemborgh. Verder worden de minimale goot- en bouwhoogtes alsook de maximale goot- en bouwhoogte, zoals die ook nu al gelden, middels maatvoeringen aangegeven. De geldende bouwregels ter plaatse blijven onveranderd van kracht. Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - spoor' mag, conform het bepaalde in artikelen 19 tot en met 23 van de Spoorwegwet, niet worden gebouwd en mogen geen werken of werkzaamheden worden uitgevoerd in strijd met de Spoorwegwet, zonder ontheffing door of vanwege de Minister van Infrastructuur en Waterstaat.
Ter plaatse van het kasteel, Allee 1, 1A en 1B geldt, net zoals nu al het geval is, de bestemming 'Horeca', met binnen het bouwvlak de aanduidingen 'horeca tot en met categorie 5' en 'kantoor' en binnen de bestemming 'Horeca' de aanduidingen 'discotheek uitgesloten', 'specifieke vorm van horeca uitgesloten - nachtcafé'. Hieraan wijzigt niets. De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor: horeca in de aangeduide categorieën, met dien verstande dat: ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca uitgesloten - nachtcafé', geen nachtcafé is toegestaan; ter plaatse van de aanduiding 'discotheek uitgesloten', geen discotheek/dancing is toegestaan; ter plaatse van de aanduiding 'kantoor', tevens kantoren en dienstverlenende bedrijven zijn toegestaan; met daaraan ondergeschikt: terrassen; tuinen, erven en terreinen; groenvoorzieningen; paden, wegen, ontsluitings- en parkeervoorzieningen; boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen. De bouwregels zoals ze nu al van toepassing zijn, gelden ook in het nieuwe bestemmingplan 'Kasteel Limbricht en omgeving'. Voor de jaarlijks op het binnenterrein te plaatsen tijdelijke bouwwerken is in de verbeelding van het nieuwe bestemmingsplan een vlak ingetekend met de bouwaanduiding 'specifieke bouwaanduiding - tijdelijke bouwwerken' waarin deze zijn toegestaan. In de regels zijn regels opgenomen dat permanent en tijdelijk bewonen, alsook overnachten, in tijdelijke bouwwerken niet is toegestaan. In de regels zijn ook het aantal tijdelijke bouwwerken, de afmetingen hiervan en de tijdelijke duur per jaar of tijdvak van deze tijdelijke bouwwerken vastgelegd.
Met betrekking tot de gewenste aanvulling van evenementen wordt de aanduiding 'evenemententerrein' opgenomen. In de regels is vervolgens vastgelegd dat evenementen tot en met categorie 3' zijn toegestaan. De evenementen worden: a - of afzonderlijk op Landgoed Lemborgh of op het kasteel gehouden of b - gehouden in combinatie over de beide locatie of in alle varianten daar tussen in, waarbij het totaal van alle evenementen per jaar en per categorie niet overschreden wordt. In de regels (art. 4.4) van bestemmingsplan 'Kasteel Limbricht en omgeving' is de regeling opgenomen ten aanzien van de evenementen waarin per categorie evenement (1 t/m 3) het aantal evenementen, de duur per keer, de geluidsbelasting, de begin- en eindtijden voor muziekgeluid en het aantal bezoekers is vastgelegd. Op de verbeelding is het evenemententerrein met een aanduiding aangemerkt. Bezoekers moeten parkeren op de parkeerplaats welke is aangeduid als 'specifieke vorm van verkeer - p1'. In het noordoostelijk deel van Landgoed Lemborgh wordt middels de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - p3' het gebied aangegeven dat dienst zal doen als overloopparkeerplaats bij druk bezochte evenementen.
Ter plaatse van Platz 1 en Allee 1, 1A en 1B geldt tevens de 'milieuzone - boringsvrije zone Roerdalslenk, zone 2'. en 'specifieke vorm van waarde - rijksmonument'. Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'milieuzone - boringsvrije zone Roerdalslenk, zone II'. is het niet toegestaan om: boorputten op te richten, in exploitatie te nemen of te hebben dieper dan 30 meter beneden het maaiveld; de grond te roeren dieper dan 30 meter beneden het maaiveld, of deze handeling toe te laten, of anderszins werken of in de bodem uit te voeren of te doen uitvoeren, waarbij ingrepen worden verricht of stoffen worden gebruikt die de beschermende werking van de slechtdoorlatende bodemlagen kunnen aantasten; een bodemenergiesysteem op te richten, welke dieper reikt dan 30 meter beneden het maaiveld; boorputten op te richten wanneer de doorboorde weerstandbiedende lagen en het boorgat, van 0 tot 3 meter beneden het maaiveld, niet worden afgedicht met klei of bentoniet. Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'specifieke vorm van waarde - rijksmonument' zijn de gronden primair bestemd voor het behoud en/of herstel van de monumentale waarde van gronden en/of gebouwen.
Artikel 5: Enkelbestemming 'Verkeer-Verblijfsgebied'
De openbare parkeerplaats en de uitbreiding hiervan worden bestemd als 'Verkeer - Verblijfsgebied' met de aanduiding 'specifiek vorm van verkeer - P1). De gronden met deze bestemming zijn bestemd voor: wegen, straten en paden met hoofdzakelijk een verkeersfunctie; voet- en rijwielpaden; parkeervoorzieningen; groenvoorzieningen, waaronder bermen en beplanting; straatmeubilair; voorzieningen van algemeen nut; kunstwerken; water en waterhuishoudkundige voorzieningen. Op of in deze gronden mogen uitsluitend gebouwen ten behoeve van voorzieningen van algemeen nut worden gebouwd waarbij de bouwhoogte van gebouwen maximaal 4 meter bedraagt en de maximale oppervlakte 10 m2 bedraagt. De maximale bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde bedraagt 10 meter.
Artikel 6: Enkelbestemming 'Water'
Binnen het huidige bestemmingsplan 'Buitengebied Sittard' is de gracht rondom het kasteel bestemd als 'Water' Binnen het nieuwe bestemmingsplan 'Kasteel Limbricht en omgeving' blijft dit hetzelfde. De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor: waterberging; waterhuishouding en ecologische en natuurwaarden; waterlopen en daarbij behorende waterhuishoudkundige- en oevervoorzieningen; kruisingen en overbruggingen ten behoeve van verkeersdoeleinden; met de daarbij behorende kunstwerken; beheer- en onderhoudspaden; extensieve dagrecreatie en nutsvoorzieningen. Op de gronden mag niet worden gebouwd behoudens bouwwerken, geen gebouwen zijnde, welke noodzakelijk zijn voor het beheer en onderhoud van de watergang en/of waterkering;
Artikel 7: Dubbelbestemming 'Leiding - Riool'
De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), primair bestemd voor een rioolleiding. Op de gronden met deze bestemming mag niet worden gebouwd, met dien verstande dat: bouwwerken, geen gebouwen zijnde welke noodzakelijk zijn voor de aanleg en het beheer en onderhoud van de leidingen wel zijn toegestaan; overige bebouwing is uitgesloten, met uitzondering van bouwwerken, geen gebouwen zijnde - indien de onderliggende bestemming bebouwing toelaat - en die zijn overeengekomen met de leidingbeheerder.
Artikel 8: Dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 2'.
Naar aanleiding van de reeds aangetoonde vindplaatsen (door RAAP) ter plaatse van Landgoed Lemborgh en de verwachte vindplaatsen rondom het kasteel op basis materiaalvondsten (SAGA), geldt voor het hele plangebied de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 2'. Deze gronden zijn hierdoor mede bestemd voor doeleinden ter bescherming van de archeologische waarden. Ter plaatse van deze dubbelbestemming geldt dat een archeologisch onderzoek uitgevoerd moet worden wanneer bodemingrepen plaatsvinden die dieper reiken dan 30 cm - mv en de omvang van het gebied groter is dan 50 m2.
Artikel 9: Dubbelbestemming 'Waarde - Cultuurhistorie'
Deze dubbelbestemming is toegekend aan het gebied waarbinnen het kasteel gelegen is, aan Platz 1 en ook aan het gedeelte van de laan Allee met de bomenrij dat gelegen is binnen het plangebied.Het omvat de groene rand, de gracht, de gebouwen, de gronden van het kasteel en Platz 1 (met tuin) en de laan Allee met de bomenrij. De met deze dubbelbestemming aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud van ter plaatse bestaande cultuurhistorische en landschappelijke waardeen en de overige bestemmingen die daaraan zijn toegewezen op basis van de verbeelding, waaronder historische (gebouwde tuin- of landschaps-)elementen, historische patronen en gebieden, zoals beplantingspatronen, verkavelingen, wegenpatronen, het stedenbouwkundig beeld.
Op deze gronden mag slechts worden gebouwd indien en voor zover dit nodig is voor het behoud en/of herstel van de bestaande bebouwing, met dien verstande dat: gebouwd wordt met in acht name van aanwezige cultuurhistorische waarden; bebouwing mogelijk is krachtens de onderliggende bestemming en er geen wezenlijke veranderingen worden aangebracht in het stedenbouwkundige beeld, bepaald door kapvorm, hoogtematen, gevel- en raamindeling.
Dit is niet van toepassing op normale onderhoudswerkzaamheden. Ter plaatse van deze dubbelbestemming is het verboden op of in deze gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde en/of werkzaamheden uit te voeren: veranderingen aan te brengen in het aanwezige verkavelingspatroon; het geheel of gedeeltelijk planten of rooien van bomen, bosschages, houtwallen en singels; het geheel of gedeeltelijk dempen/graven van watergangen; het aanbrengen van verhardingen.
Artikel 10: Dubbelbestemming 'Waterstaat - Beschermingszone waterstaat'
Deze waarde ligt op een klein gedeelte (ca 750 m2) in het plangebied, tussen het kasteel en het zuidelijk deel van Landgoed Lemborgh. Het ligt onder de weg Allee, en deels aan de zuidoostzijde van deze weg. De voor 'Waterstaat - Beschermingszone waterstaat' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), primair bestemd voor de bescherming, beheer en onderhoud van: regenwaterbuffers; watergangen; waterkeringen en overig oppervlaktewater. Op of in deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de doeleinden zoals hierboven zijn aangegeven worden gebouwd.
Artikel 11: Dubbelbestemming 'Waterstaat - Meanderzone'
Binnen het plangebied ligt deze waarde voor een klein gedeelte onder de weg Allee en voor het grootste gedeelte direct ten zuidoosten van de Allee, waarvan tevens een smalle strook nog binnen de begrenzing van Landgoed Lemborgh ligt. De voor 'Waterstaat - Meanderzone' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor primair water dat door natuurlijke verplaatsing zijn bedding kan verleggen. Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de genoemde bestemming worden opgericht. Het oprichten van bouwwerken binnen de beschermingszone is mogelijk middels een omgevingsvergunning, met dien verstande dat: het belang van de meanderzone niet onevenredig wordt aangetast; bebouwing mogelijk is op grond van de onderliggende bestemming en vooraf eerst advies wordt ingewonnen bij de waterbeheerder.
Op grond van artikel 6.12 lid 1 Wro stelt de gemeenteraad een exploitatieplan vast voor gronden waarop een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen bouwplan is voorgenomen. In het tweede lid van artikel 6.12 Wro is aangegeven dat onder andere van het opstellen van een exploitatieplan kan worden afgezien wanneer het verhaal van kosten van de grondexploitatie over de in het plan begrepen gronden anderszins is verzekerd.
Onderhavig planvoornemen en de daarmee samenhangende kosten zij voor rekening en risico van de initiatiefnemer. Het opstellen van een exploitatieplan is daarmee verder niet aan de orde.
Tussen de initiatiefnemer en de gemeente Sittard - Geleen wordt een anterieure overeenkomst gesloten waarin onder andere het kostenverhaal en planschadeverhaal zullen worden vastgelegd. Eventuele tegemoetkomingen in planschade zijn, met uitzondering van tegemoetkomingen in planschade als gevolg van de uitbreiding van de openbare parkeerplaats, dan ook niet voor rekening van de gemeente Sittard - Geleen. De initiatiefnemer ontwikkelt het plangebied, met uitzondering van de uitbreiding van het openbare parkeerterrein, voor eigen rekening en risico, waarmee sprake is van een financieel uitvoerbaar plan. De uitbreiding van het openbare parkeerterrein is voor rekening en risico van de Gemeente Sittard - Geleen zelf.
De procedures voor vaststelling van een bestemmingsplan zijn door de wetgever geregeld. Tussen gemeente en verschillende instanties moet overleg worden gevoerd over het plan alvorens een ontwerpbestemmingsplan ter visie gelegd kan worden. Bovendien is het noodzakelijk dat belanghebbenden de gelegenheid hebben om hun visie omtrent het plan te kunnen geven. Daartoe dient een omgevingsdialoog gevoerd te worden. Pas daarna kan de wettelijke procedure met betrekking tot vaststelling van het bestemmingsplan van start gaan.
Initiatiefnemer heeft in het belang van het planvoornemen de directe omwonenden/belanghebbende op de hoogte gebracht. Op woensdagavond 21 juni 2023 heeft een bijeenkomst plaatsgevonden waarin het planvoornemen is toegelicht en de omwonenden/belanghebbende hun vragen hebben kunnen stellen en hun reactie hebben kunnen geven. Van deze bijeenkomst is een verslag gemaakt. De verslaglegging is als bijlage 15 opgenomen bij deze toelichting.
Volgens artikel 3.1.1. Bro moet vooroverleg worden gevoerd met diensten van het Rijk, provincie en het Waterschap. De bedoeling van dit vooroverleg is voornamelijk om de opstellers van het plan tijdig de mogelijkheid te geven het plan desgewenst aan opmerkingen van andere overheden aan te passen.
In het kader van het wettelijke vooroverleg is wel/geen reactie ontvangen van [......................] en [........................] Betreffende adviezen, bijgevoegd als bijlage [...] hebben wel/niet geleid tot aanpassing van voorliggend bestemmingsplan.
Ingevolge artikel 1.3.1 Besluit ruimtelijke ordening dienen burgemeester en wethouders te besluiten en te publiceren of er terinzagelegging van het bestemmingsplan plaatsvindt, of er zienswijzen kunnen worden ingediend en of een onafhankelijke adviesinstantie advies uitbrengt. Ook is in voornoemd artikel bepaald dat het voornemen tot het voorbereiden van een wijzigingsplan, waarbij geen MER wordt opgesteld, dient te worden gepubliceerd conform artikel 3:12, lid 1 en 2 van de Algemene wet bestuursrecht en langs elektronische weg.
Gezien de ruimtelijke impact van het plan zal geen (facultatieve) inspraakprocedure worden opgestart.
Het ontwerpbestemmingsplan heeft vanaf [dd-mm-jjjj] voor een periode van 6 weken voor eenieder ter inzage gelegen. Er zijn tegen het ontwerpbestemmingsplan wel/geen zienswijzen ingediend.
De wettelijke (formele) bestemmingsplanprocedure, die circa 26 weken in beslag neemt, bestaat uit navolgende stappen: