Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Verkeersschool Martien Don
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.1783.pbp0000-0023

Artikel 2 Wijze van meten

Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
 
afstand
de afstand tussen bouwwerken onderling alsmede de afstand van bouwwerken tot perceels-grenzen wordt daar gemeten waar deze afstand het kleinst is.
 
de bouwhoogte van een bouwwerk
a. vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
b. ingeval bouwwerken geplaatst dan wel constructief verankerd worden op lager gelegen water niveau ten opzichten van het peil dient gemeten te worden vanaf het peil waarbij afstanden onder het peil tot het mogelijk wisselende (fluctuerende) water niveau niet dient te worden meegerekend.
 
de bouwhoogte van een antenne-installatie
a. ingeval van een vrijstaande (schotel)antenne-installatie: tussen het peil en het hoogste punt van de (schotel)antenne-installatie;
b. ingeval van een op of aan een bouwwerk gebouwde (schotel)antenne-installatie: tussen de voet van de (schotel)antenne-installatie en het hoogste punt van de (schotel)antenne-installatie.
 
de breedte, lengte en diepte van een bouwwerk
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidsmuren.
 
de dakhelling
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
 
de goothoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
 
de hoogte van een windturbine
vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine.
 
de inhoud van een bouwwerk
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
 
de lengte van een aanlegsteiger
de afstand tussen de boveninsteek van het water en het deel van de aanlegsteiger dat daar het verst vanaf gelegen is.
 
de oppervlakte van een bouwwerk
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.