direct naar inhoud van 2.2 Ruimtelijk functionele structuur
Plan: Woonkern s-Gravenzande
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1783.abp00000005-vast

2.2 Ruimtelijk functionele structuur

2.2.1 Historisch ruimtelijke opbouw

's-Gravenzande heeft als enige plaats in het Westland een historie als stad: het kreeg in 1246 stadsrechten van Graaf Willem II van Holland, die er net als zijn vader Graaf Floris IV geregeld verbleef. Aan het grafelijk hof heeft 's-Gravenzande de helft van zijn naam te danken. Het element zande verwijst naar de verzande Maasmonding, waarbij de kern ontstaan is.
De tuinbouw heeft in de geschiedenis van 's-Gravenzande een belangrijke rol gespeeld. Het grafelijke hof, het begijnhof en het klooster hebben stimulerend gewerkt op de teelt van landbouwgewassen. In de 14e eeuw was al sprake van export van knoflook, kool en uien vanuit het Westland naar Engeland. De intensieve tuinbouw kwam echter pas na 1800 tot ontwikkeling.
Op de plek waar het oude veilingterrein lag, stonden in de middeleeuwen een begijnhof en een klooster. Het begijnhof is vóór het jaar 1255 gesticht door gravin Machteld en was waarschijnlijk het oudste begijnhof in de noordelijke Nederlanden. In de 18e eeuw is op het terrein van het voormalige begijnhof door de familie Van Vredenburch de buitenplaats Vreeburch gebouwd. Op de plaats van het veilingterrein is inmiddels de woonwijk Vreeburgh gebouwd.
In de 17e en 18e eeuw kochten rijke handelaren, magistraten en reders uit de Hollandse steden op het platteland een buiten. Zij bouwden kapitale villa's en legden barokke tuinen en parken aan. In 's-Gravenzande zijn zo'n twaalf van deze buitenplaatsen geweest. Er werd allerlei fruit gekweekt, waaronder zelfs abrikozen en ananas. Door deze buitenplaatsen kreeg 's-Gravenzande een economische stimulans.
Rond 1880 trad er een economische teruggang op. De daaruit voortvloeiende landbouwcrisis bracht vele problemen voor de tuinbouw met zich mee. Deze crisis heeft geleid tot de ontwikkeling van het veilingwezen. De eerste veilingen in 's-Gravenzande werden gehouden op het biljart in de herberg De Spaansche Vloot. Later werd er een veilinggebouw opgericht. In 1993 is de laatste veiling in 's-Gravenzande verdwenen.
In 1914 werd Hoek van Holland van 's-Gravenzande afgescheiden en aan het grondgebied van Rotterdam toegevoegd. Door de ligging vlakbij de toegang tot de havens van Rotterdam zijn in de Tweede Wereldoorlog ruim 400 woningen afgebroken om schootsveld te verkrijgen. Na de oorlog werd snel een begin gemaakt met de wederopbouw van de kern.
Het huidige 's-Gravenzande is gelegen tussen de twee doorgaande groene assen richting de Noordzeekust: de Poelzone en de Zanddijk. In de Poelpolder (onderdeel van de Poelzone) aan de oostzijde van het plangebied komt een woonwijk. Aan de westzijde van de kern bevindt zich de Zanddijk. Dit is een hoge, groene dijk tussen de Maasdijk en de duinen.
Kenmerkend voor de structuur van 's-Gravenzande is de herkenbare verdeling van doorgaande auto-ontsluitingswegen in noord-zuidrichting en informele verbindingen in oost-westrichting. Samen vormen ze een sterk raster waarbinnen de buurten zijn gelegen. De meeste oost-westverbindingen hebben geen doorgaand karakter. Ze vormen vrij informele routes door de kern.
's-Gravenzande heeft ten opzichte van de andere kernen in het Westland een sterke groenstructuur.

2.2.2 Gebieden

Burgemeestersbuurt

De Burgemeestersbuurt is een naoorlogse uitbreidingswijk uit de jaren '50 en '60 met rijwoningen in een heldere structuur. De buurt heeft een planmatige sobere opzet. Naast de tuinen is er in de structuur ook openbaar groen opgenomen in de vorm van speelplekken, pleintjes en plantsoenen. De woningen zijn met hun voorgevel georiënteerd op de belangrijkste openbare ruimte. De rooilijn is daarbij per rij in samenhang en verspringt niet. Het grootste deel van de woningen maakt deel uit van rijen en blokken. De woningen hebben een eenvoudige opbouw van twee lagen met zadeldak. Hoekwoningen zijn op een raam of deur in de zijgevel na merendeels gelijk aan de tussenwoning.


Zandevelt, Edelstenenwijk en Oudeland

Deze wijken aan de west- en zuidkant van 's-Gravenzande zijn gerealiseerd in de jaren '70-'80 van de vorige eeuw en zijn planmatig opgezet. De wijken bestaan uit clusters en rijenwoningen die langs meanderende straten of gegroepeerd rond woonerven zijn gebouwd. Aan de randen van de wijken komen verspreid vrijstaande woningen met een individuele uitstraling voor. In de wijken liggen verschillende voorzieningen.
Door wisselende plaatsing van geschakelde woningen of rijen ontstaat een gevarieerd beeld. Hierdoor is er niet altijd een duidelijke voor- of achterkant van de bebouwing. Aanbouwen en bergingen liggen vaak aan de straatzijde en een deel van de achtertuinen grenst direct aan de openbare ruimte. De wijken maken een groene indruk door tuinen bij de woningen, meanderende singels, groenstroken en snippergroen. Een deel van de woonerven heeft geclusterde parkeerplaatsen en is daardoor autovrij.

Nieuwe Vaart

De wijk Nieuwe Vaart is deels in de jaren '60 en deels in de jaren '90 van de vorige eeuw gerealiseerd en gelegen aan de oostkant van de kern 's-Gravenzande. De ruimtelijke structuur van de wijk is waaiervormig, waarbij het hart van de waaier op de Oranje Nassaustraat ligt. Door deze structuur kent de wijk een groot aantal bijzondere woonlocaties. Deze plekken zijn benadrukt door het toepassen van een grote diversiteit aan woningtypen.
Nieuwe Vaart is een planmatig opgezette woonwijk. Qua bebouwing zijn het vooral de geschakelde en aaneengebouwde woningen die het ruimtelijk beeld bepalen. Wel is sprake van een zeer gevarieerde woonomgeving, door de grote mate van diversiteit. Vrijstaande woningen komen uitsluitend voor in de zone langs de Nieuwe Vaart. De enkele gestapelde woningen in het plangebied zijn gesitueerd op markante punten die vragen om een stedenbouwkundig accent, zoals de entree van de wijk en langs de beeldbepalende groene singel.
Beeldbepalend voor de vormgeving van het plangebied is de groenstructuur. Deze is opgebouwd uit een brede groensingel dwars door het plangebied enerzijds en een speelveld met parkachtig karakter aan de westzijde langs de Oranje Nassaustraat anderzijds. De groensingel is gelegen op het voormalige tracé van een tankgracht. De tankgracht is een mogelijke locatie voor conventionele explosieven. In het park met het speelveld is tevens een waterpartij aanwezig.


Zanddijk

Het gebied is gelegen in het noordwesten van de kern en is duidelijk gescheiden van de wijk Zandevelt door de Zanddijk. Langs de Noordlandseweg is lintbebouwing aanwezig. In een latere periode heeft een verdichting van de bebouwing plaatsgevonden en heeft zich een buurtschap gevormd. In het gebied tussen de Kreeklaan en de Zanddijk heeft zich een aantal bedrijven gevestigd. Er is sprake van een dorpsachtige bebouwing, variërend van eenvoudige (semi)vrijstaande huizen tot villa's.

Vreeburgh

Ten noordoosten van het centrum van 's-Gravenzande is vrij recentelijk de woonwijk Vreeburgh tot stand gekomen. Bepalend voor de stedenbouwkundige hoofdopzet van Vreeburgh, is het doortrekken van het voor 's-Gravenzande karakteristieke rastervormig stratenpatroon.
Naast dit karakteristieke rastervormig stratenpatroon is ook de groenblauwe structuur bepalend voor de hoofdopzet van Vreeburgh. De 's-Gravenzandse Vaart loopt dwars door de wijk. De bebouwing bestaat zowel uit gestapelde als geschakelde en vrijstaande woningen.


Lintbebouwing Naaldwijkseweg

Deze bebouwing bestaat uit rijenwoningen en onderscheidt zich van de achterliggende woonwijk door de ouderdom van de bebouwing.

2.2.3 Verkeer

Ontsluiting autoverkeer

Door het plangebied loopt van noord naar zuid de Koningin Julianaweg. In noordelijke richting takt deze weg aan op de N211 en in zuidelijke richting op de N220 (Hoek van Holland-A20). Aan de noordkant wordt het plangebied ontsloten vanaf de N211 (Hoek van Holland-A4).
Door middel van diverse west-oostverbindingen wordt het plangebied vanaf de Koningin Julianaweg ontsloten. De belangrijkste west-oostverbinding midden door het plangebied wordt gevormd door de Vestdijklaan, Zuidwind en de Oudelandstraat. Aan de oostzijde van de Koningin Julianaweg vormen de Naaldwijkseweg en de Rijnvaartweg de belangrijkste invalswegen. Via de Naaldwijkseweg (N467) kan richting Naaldwijk gereden worden.
De Naaldwijkseweg, Beukenlaan, Vondellaan en Zandeveltweg vormen de westelijke verbinding tussen de Koningin Julianaweg en de N211.
Eerdergenoemde wegen zijn alle gecategoriseerd als gebiedsontsluitingsweg binnen de bebouwde kom met een maximumsnelheid van 50 km/h. Deze wegen maken onderdeel uit van het hoofdwegennet. De overige wegen binnen de bebouwde kom zijn gecategoriseerd als erftoegangswegen met een maximumsnelheid van 30 km/h. De ontsluiting voor het autoverkeer is goed.

Ontsluiting langzaam verkeer en verkeersveiligheid

Per fiets is het plangebied goed bereikbaar. Langs bijna alle gebiedsontsluitingswegen zijn vrijliggende fietspaden of fietssuggestiestroken aanwezig. Op de overige 30 km/h-wegen wordt het fietsverkeer gemengd met het autoverkeer afgewikkeld.
Het plangebied is deels ingericht conform de uitgangspunten van het concept 'Duurzaam Veilig'. Een aandachtspunt vormen de Vreeburghlaan (tussen de Monsterseweg en de Rederijkerslaan), Zuidwind, Vestdijklaan, Naaldwijkseweg en de Zandeveltlaan waar fietsvoorzieningen ontbreken. Hier dienen conform 'Duurzaam Veilig' fietsvoorzieningen in de vorm van vrijliggende fietspaden of fietsstroken aanwezig te zijn.

Aangezien alle wegen in het kader van Duurzaam Veilig in de toekomst worden aangepast en het merendeel van het plangebied veilig is ingericht voor het langzaam verkeer, is de verkeersveiligheid in het plangebied voldoende gewaarborgd.


Ontsluiting openbaar vervoer

De locatie is goed bereikbaar per openbaar vervoer. In het plangebied zijn bushaltes gelegen langs de N211 ter hoogte van de Vreeburghlaan, de Zandeveltweg ter hoogte van het Zandeveltplein, langs de Vestdijklaan ter hoogte van de Naaldwijkseweg, langs de Oudelandstraat ter hoogte van de Langestraat en langs de Koningin Julianaweg ter hoogte van de Hoflaan, Edisonstraat en de Heliotroop. De afstand van de woningen tot de bushaltes bedraagt minder dan 500 m.
Bij deze haltes halteren de openbaarvervoersdiensten in de richtingen Den Haag en Naaldwijk en in de richtingen Den Haag en Hoek van Holland. De dienst Den Haag-Naaldwijk heeft een frequentie van vier keer per uur per richting. Deze dienst rijdt via 's-Gravenzande en Monster. De dienst Den Haag-Hoek van Holland rijdt met een frequentie van twee keer per uur per richting via 's-Gravenzande, Monster en Poeldijk. In Den Haag kan worden overgestapt op het NS-railnetwerk.

Parkeren

In het plangebied worden twee parkeernomen gehanteerd, voor schil/overloopgebied en voor rest bebouwde kom. Uitgangspunt bij binnenstedelijke verdichting is dat het aantal parkeerplaatsen conform de norm uit het WVVP bij elke ontwikkeling op eigen terrein gerealiseerd zal worden.