Plan: | Seed Quality Center |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1783.GTGWZYTWNDRZSQCpbp-VA01 |
het bestemmingsplan 'Seed Quality Center te De Lier' van de gemeente Westland.
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1783.GTGWZYTWNDRZSQCpbp met de bijbehorende regels (en eventuele bijlagen).
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
de gronden die behoren bij het hoofdgebouw en gelegen zijn achter de achtergevel van het hoofdgebouw of achter een denkbeeldige lijn in het verlengde daarvan.
installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de al dan niet in de techniekkast opgenomen apparatuur, met daarbij behorende bevestigingsconstructie.
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
een onderneming gericht op het vervaardigen, bewerken, installeren of inzamelen en verhandelen van goederen.
een gebouw ten dienste van de bedrijfsvoering zoals ingevolge de bestemming toegestaan, hieronder niet begrepen een bedrijfswoning.
het totale vloeroppervlak van bedrijven met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen en overige dienstruimten.
een woning bij een bedrijf, die bestemd is voor bewoning door (het huishouden van) de ondernemer of door bij dat bedrijf werkzaam personeel, waarvan huisvesting ter plaatse, gelet op de bedrijfsvoering, noodzakelijk is.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
een (vrijstaand of aan een hoofdgebouw aangebouwd) gebouw dat in functioneel en bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
de grens van een bouwvlak.
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat wordt begrensd door vloeren of balklagen die op gelijke hoogte of bij benadering gelijke hoogte liggen.
een aanééngesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
de grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
de snijlijn van het maaiveld en het beloop van een watergang.
vuurwerk dat is bestemd voor particulier gebruik.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die de goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en geholpen, zoals reis- en uitzendbureaus, kapsalons, pedicures, wasserettes, makelaarskantoren, internetwinkels en bankfilialen.
al dan niet bebouwde gronden die bij het hoofdgebouw horen.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
bedrijven in de zin van artikel 41 van de Wet geluidhinder en artikel 2.4 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer.
een bedrijf gericht op het onder geconditioneerde omstandigheden voortbrengen van producten en het leveren van diensten, door middel van het duurzaam en intensief kweken van assimilerende organismen onder invloed van licht waarbij er sprake moet zijn van tenminste één volwaardige arbeidskracht die gedurende het hele jaar, een volledige dagtaak, hoofdberoep, hoofdinkomen en hoofdbestaan uit het bedrijf haalt (arbeidsbehoefte), gekenmerkt door juridische en/of emotionele binding van de ondernemer(s) of de arbeidskracht(en) met het bedrijf (duurzaam bedrijfsperspectief) en een perspectief om langere tijd te kunnen blijven bestaan (bedrijfscontinuïteit).
een gebouw dat op een bouwperceel door zijn aard, constructie of afmetingen als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
het bedrijfsmatig verstrekken van ter plaatse te nuttigen voedsel en dranken, het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie en/of het bedrijfsmatig verstrekken van nachtverblijf.
het bedrijfsmatig verlenen van diensten waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtsreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
een bouwwerk behorende bij een glastuinbouwbedrijf, (nagenoeg) geheel van glas of ander licht doorlatend materiaal (minimaal 20% licht doorlatend), en met een bouwhoogte van 1,00 meter of meer ten behoeve van het kweken van assimilerende organismen onder invloed van licht, hieronder niet begrepen een bedrijfsgebouw.
het proces van telen, opkweken, afkweken, veredelen, selecteren en/of verzorgen.
een voorziening ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een gesloten dak en met aan ten hoogste één zijde een gesloten wand.
inrichtingen als bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of daarmee naar de aard en omvang vergelijkbare activiteiten, in de vorm van seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichting wordt in ieder geval begrepen een prostitutiebedrijf, een erotische massagesalon, een seksbioscoop of sekstheater, een sekswinkel, een seksautomatenhal en een seksclub of parenclub al dan niet in combinatie met elkaar.
bouwwerken ten behoeve van al dan niet openbare (nuts) voorzieningen, zoals:
verkeersgeleiders, verkeersborden, informatieborden, zitbanken, bloembakken, telefooncellen, abri’s, kunstwerken, bushaltes, speeltoestellen, fietsenrekken en draagconstructies voor reclame; kleinschalige bouwwerken ten behoeve van (openbare) nutsvoorzieningen met een inhoud van ten hoogste 50m3 en een bouwhoogte van ten hoogste 3 meter, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van telecommunicatie, energievoorzieningen en brandkranen; afvalinzamelsystemen
de naar de weg gekeerde zijde of aan de voorzijde van een gebouw gelegen gevel en/of waar deze op de planverbeelding met een figuur is aangegeven.
de lijn welke kan worden getrokken in het verlengde van de naar het openbare gebied gekeerde gevel(s) van de hoofdbebouwing en/of waar deze op de planverbeelding met een figuur is aangegeven.
een complex van ruimten, dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor de huisvesting van een huishouden.
de gronden die behoren bij het hoofdgebouw en gelegen zijn aan de zijkant(en) van dat hoofdgebouw tussen denkbeeldige lijnen van het verlengde van de voor- en achtergevel van het hoofdgebouw.
gemeten vanaf het peil tot aan de bovenkant van goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
gemeten vanaf het peil tot aan het hoogste punt van het bouwwerk, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
bij het meten worden afstanden daar gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn.
gemeten tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
gemeten tussen de bovenzijde van de begane grondvloer of de bovenzijde van de vloer van een ondergronds bouwwerk, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van een dak en een dakkapel. De inhoud van een ondergronds bouwwerk met een hoogte van maximaal 1,50 meter wordt niet meegerekend.
gemeten langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
vanaf bouwkundig peil tot het diepste punt van het bouwwerk, de fundering niet meegerekend.
De voor “Agrarisch - Glastuinbouw” (A-GT) aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd of uitgevoerd:
met dien verstande dat:
en gelden tevens de volgende bouwregels ten aanzien van:
Voor het bouwen van kassen, bedrijfsgebouwen en overige bedrijfsbouwwerken gelden de algemene regels als genoemd in Artikel 6, alsmede dat:
maximale goothoogte | maximale bouwhoogte | minimale oppervlakte | maximale oppervlakte | maximale inhoud | specifieke regeling | |
kas | 8 m | 10 m | 15.000 m2 | |||
bedrijfsgebouw | 12 m | 12,5% van de oppervlakte aanwezige kassen | ||||
(niet-zelfstandige) kantoorruimte | 1% van de oppervlakte aanwezige kassen en max. 1.000 m²* | * de kantoorruimte maakt onderdeel uit van het bedrijfsgebouw en/of is direct verbonden met het glastuinbouwbedrijf | ||||
overige bedrijfsbouwwerken | ||||||
watertank, (natte) koeltoren en CO2-tank | 15 m | |||||
watersilo | 4 m | |||||
windturbine | 15 m | |||||
schoorsteen (behorende bij een wkk-installatie) | 20 m | |||||
erfafscheiding voor de voorgevelrooilijn | 1 m | |||||
erfafscheiding achter de voorgevelrooilijn | 2 m | |||||
overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 8 m |
In afwijking van het bepaalde in lid 3.2.1:
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2.1 voor:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.3 lid b en c ingevolge de afwijkingen van de algemene regels voor (bedrijfs-) woningen als genoemd in Artikel 6, alsmede voor:
Tot een strijdig gebruik van de gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.1 en/of 3.4 voor:
Het is verboden op de gronden met de bestemming “Agrarisch - Glastuinbouw” zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning verleend door burgemeester en wethouders de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in lid 3.6.1 is niet van toepassing op werkzaamheden die:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om het bestemmingsplan te wijzigen:
Van de bestemming “Agrarisch - Glastuinbouw” in de bestemming “Wonen” met als doel een bedrijfswoning van bestemming te doen wijzigen naar een burgerwoning, waarbij vast dient te staan dat:
Van de bestemming “Agrarisch - Glastuinbouw” in de bestemming “Wonen” met als doel een bestaand aangrenzend woonvlak te vergroten, waarbij vast dient te staan dat:
Van de bestemming “Agrarisch - Glastuinbouw” in de bestemming “Wonen” met als doel een te slopen bedrijfswoning te herbouwen als burgerwoning of een bestaande burgerwoning te slopen en te herbouwen, waarbij vast dient te staan dat:
Van de bestemming “Agrarisch - Glastuinbouw” in de bestemming “Bedrijf” of “Bedrijf – Agrarisch aanverwant bedrijf” met als doel een bedrijf te verplaatsen, waarbij vast dient te staan dat:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Voor het bouwen van (bedrijfs-)woningen gelden de volgende regels, tenzij bij de bestemmingsregels anders is bepaald:
maximale goothoogte | maximale bouwhoogte | maximale oppervlakte | maximale inhoud | specifieke regeling | |
woning | 1,5x de oppervlakte van het bestemmingsvlak met een max. van 1.000 m3 | ||||
- hoofdgebouw | 10 m | ||||
vrijstaand | 7 m | ||||
aaneengebouwd | 6 m | ||||
- aan, uitbouw en bijgebouw | 50% van het zij- en achtererf, mits niet groter dan de oppervlakte van het hoofdgebouw (footprint) | 300 m3* | * de inhoud telt mee in de max. inhoud voor een woning | ||
aan-, uitbouw en aangebouwd bijgebouw | 3 m, of 0,30 m boven de eerste verdieping (bovenkant vloer) van het hoofdgebouw met een max van 4 m | 3 m,of 2/3e van de bouwhoogte van het hoofdgebouw met een max van 5 m | bij aaneengebouwde hoofgebouwen bedraagt de diepte vanaf de achtergevel max. 3 m | ||
vrijstaand bijgebouw | 3 m | 5 m | |||
erker | 3 m, of 0,30 m boven de eerste verdieping (bovenkant vloer)van het hoofdgebouw met een max van 4 m | max. 2/3e van de breedte van het hoofdgebouw en 1,50 m diep (zowel voor- als zijgevel)** | ** bij aaneengebouwde hoofdgebouwen bedraagt de afstand tot de aaneengebouwde zijde min. 1 m, tenzij erkers aaneengebouwd worden | ||
- ondergronds bouwwerk | binnen de gevels van het hoofdgebouw, aan-, uitbouw en aangebouwd bijgebouw*** | *** de inhoud telt voor 50% mee in de max. inhoud voor een woning |
maximale goothoogte | maximale bouwhoogte | maximale oppervlakte | maximale inhoud | specifieke regeling | |
overkapping | 3 m | 50 m2 | |||
erfafscheiding | |||||
voor de voorgevelrooilijn | 1 m | ||||
achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||||
windturbine | 15 m |
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.1.1 van de planregels voor:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 5.1.2 van de planregels voor:
Onverminderd hetgeen in dit plan is bepaald moet voor bouwwerken ten behoeve van de bestemmingen de navolgende afstanden tot aan het hart van de weg, van wegen zoals opgenomen in Bijlage 1 ,in acht worden genomen:
categorie 1 | categorie 2 | categorie 3 | overige | |
kas, watersilo en waterbassin | 17,50 m | 12,50 m | 9 m | 6,50 m |
overige bedrijfsbouwwerken (m.u.v. erfafscheidingen, vlaggenmasten en reclamezuilen) | 22,50 m | 17,50 m | 12,50 m | 12,50 m |
hoofdgebouw van een woning | 22,50 m | 17,50 m | 12,50 m | 7,50 m |
laad- en losruimte (aansluitingspunt gebouw) | 35 m | 30 m | 25 m | 15 m |
Onverminderd hetgeen in dit plan is bepaald, gelden de volgende minimale afstanden tot (hoofd-) watergangen:
boezem | polder | |
hoofdwatergang | 1 m | 4 m |
watergang breder dan 5 m | 1 m | 1 m |
watergang tussen 2 m en 5 m breed | 1,50 m | 1 m |
watergang tot 2 m breed | 1,50 m | 1,50 m |
Bij de kruising dan wel aansluiting van/op wegen dienen de uitzichthoeken ten behoeve van het wegverkeer te worden vrijgehouden van bebouwing, dit ter beoordeling van de verkeerskundige.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.3.1 ten behoeve van:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.3.2 ten behoeve van:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.3.3 ten behoeve van situaties waarin een afwijkende situering uit stedenbouwkundig oogpunt de voorkeur verdient en de verkeersveiligheid voldoende is gewaarborgd, dit ter beoordeling van de verkeerskundige.
Voor het uitvoeren van ondergrondse werken, geen bouwwerken zijnde en werkzaamheden gelden geen beperkingen.
Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 56.5.2 onder a voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken met een ondergrondse bouwdiepte van maximaal 6,6 meter onder peil onder de voorwaarde dat:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bebouwing:
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, liftschachten, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouwregels niet meer dan 1 meter bedraagt.
Onder strijdig gebruik als bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening wordt in ieder geval verstaan:
Onder strijdig gebruik wordt niet verstaan:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van de regels van het bestemmingsplan voor afwijkingen van voorgeschreven afmetingen en maten, waaronder percentages, met maximaal 10%.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van de regels van het bestemmingsplan voor:
Van de regels mag slechts worden afgeweken, indien hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de gebruiksmogelijkheden, zoals bepaald in het bestemmingsplan, van aangrenzende gronden en bouwwerken.
Bij toepassing van een wijzigingsbevoegdheid is op de voorbereiding van het besluit de procedure als bedoeld in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht, van toepassing.
Bij toepassing van de bevoegdheid tot het stellen van nadere eisen zijn de navolgende procedureregels van toepassing:
Deze regels worden aangehaald onder de naam 'Het bestemmingsplan Seed Quality Center De Lier'.