direct naar inhoud van Artikel 5 Cultuur en Ontspanning
Plan: Kern Monster
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1783.ABP00000017-onhe

Artikel 5 Cultuur en Ontspanning

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Cultuur en Ontspanning' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'kinderboerderij' ofwel '(kb)': een kinderboerderij;
  • b. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals wegen, voet- en fietspaden, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen en water.

5.2 Bouwregels

Op deze gronden mag gebouwd worden en gelden de volgende regels:

5.2.1 Hoofdgebouwen
  • a. hoofdgebouwen worden binnen het bouwvlak gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste de met de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' aangegeven bouwhoogte;
  • c. de goothoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte (m)' aangegeven goothoogte;
  • d. de totale oppervlakte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste het met de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage (%)' aangegeven bebouwingspercentage van het bouwperceel; indien geen bebouwingspercentage is aangegeven, geldt een bebouwingspercentage van 100% van het bouwperceel;
  • e. indien de hoofdgebouwen niet in de erfgrens worden gebouwd, dient de afstand tot de erfgrens ten minste 1,5 m te bedragen.

5.2.2 Aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen
  • a. het gezamenlijk oppervlak van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen op het erf bedraagt ten hoogste 50% van het zij- en achtererf van het hoofdgebouw tot een maximum van 50 m²;
  • b. indien het zij- en achtererf een grotere oppervlakte heeft dan 100 m², mag bij de maximale oppervlakte van 50 m² een percentage van 10% van het meerdere worden opgeteld, tot een maximum van 75 m²;
  • c. de afstand van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen tot de voorgevel van het hoofdgebouw bedraagt ten minste 1 m;
  • d. indien niet in de erfscheiding wordt gebouwd, bedraagt de afstand tot de erfscheiding ten minste 1 m;
  • e. de goothoogte van aan- en uitbouwen bedraagt ten hoogste 0,3 m boven de vloer van de eerste verdieping van het hoofdgebouw op de aangrenzende gronden;
  • f. de bouwhoogte van aan- en uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen bedraagt ten hoogste 4 m;
  • g. de goothoogte van vrijstaande bijgebouwen bedraagt ten hoogste 3 m;
  • h. de bouwhoogte van vrijstaande bijgebouwen bedraagt ten hoogste 5 m;
  • i. de bouwhoogte van overkappingen bedraagt ten hoogste 3 m.

5.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste:

  • a. van erfafscheidingen tussen de voorgevelrooilijn en de openbare weg: 1 m;
  • b. van erfafscheidingen elders: 2 m;
  • c. van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde: 3 m.