4.1 Algemeen
Het plan is om een bestaande veldschuur aan de rand van natuurgebied Ottershagen te verbouwen tot een vogelobservatiepost. Voor de bouwtekeningen, zie de aanvraag Omgevingsvergunning. De functie van observatiepost wordt gecombineerd met de functie van informatiepunt. De schuilgelegenheid voor vee op de begane grond blijft behouden. Het betreft geen nieuwbouw maar verbouw van de bestaande veestalling. De bestaande maatvoering is uitgangspunt en na verbouwing is er sprake van multifunctioneel ruimtegebruik. Het gebouw is niet alleen functioneel maar past ook in het gebied.
De vogelobservatiehut is bedoeld om bezoekers op een verantwoorde manier te laten genieten van de vogelrijkdom in het gebied. Het is een voorziening voor extensieve recreatie, gericht op de natuurgerichte bezoeker. Verwacht wordt dat lokale bewoners of toevallige passanten hier gebruik van maken, net als een liefhebber die hier bewust naar toe gaat om vogels te observeren. Deze voorziening verhoogt de belevingswaarde van het gebied.
De schuilstal voor vee blijft bestaan in het linkerdeel van het gebouw, met een scheidingswand afgescheiden van het observatie- en informatiegedeelte. Zowel het vee dat de (natte) graslanden begraast als de boerenzwaluwen kunnen hier onderdak vinden.
Natuurmonumenten kan bezoekers informeren over de inrichting en ontwikkeling van het gebied Ottershagen en het Beneden-Dinkeldal. Een kleine ruimte, in het rechterdeel van het gebouw aanwezige stal, wordt verbouwd tot informatieruimte. Hier bevindt zich ook de trap naar het vogelobservatieplateau. Op de eerste verdieping komt het vogelobservatiepunt. In het midden van het gebouw wordt een deel van het dak opgetild. Aan alle zijden komen tweedelige luiken die naar binnen opklapbaar zijn. Aan de achterzijde van het gebouw wordt een verdiepte veranda gebouwd. Vanaf de veranda is het mogelijk om op maaiveldniveau vogels en andere dieren en planten waar te nemen.
In de nieuwe situatie is het gebouw circa 8,5 bij 8,5 meter, dit is ongeveer 72 m2 oppervlak. De goot- en nokhoogte blijven gelijk, behalve ter plaatse van het vogeluitkijkplateau, de goothoogte is daar 5,0 meter en de nokhoogte is 6,9 meter boven maaiveld. Voor de bouw worden zo veel mogelijk natuurlijke materialen toegepast. De damwanden en stenen gevels worden vervangen en/of betimmerd met onbehandelde gepotdekselde eiken delen. Het golfplatendak wordt vervangen door oud Hollandse dakpannen, het puntdak wordt uitgevoerd in zink. Het vogelobservatieplateau en de bijbehorende luiken worden uitgevoerd in hout.