direct naar inhoud van 4.1 Bodem
Plan: Buitengebied, Westenveldweg 13 in Tilligte
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1774.BUIBPWESTENVLDWG13-0401

4.1 Bodem

In het kader van de Wet bodembescherming dient bij ruimtelijke plannen de kwaliteit van de bodem te worden aangetoond. De (milieu hygiƫnische) bodemkwaliteit moet geschikt zijn voor de gewenste bestemming. Om de uitvoerbaarheid op voorhand te toetsen is inzicht in de bodemkwaliteit benodigd. Door Milieutechniek Rouwmaat Groenlo bv is op 20 november 2012 een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd. Het onderzoek is opgenomen in bijlage 3.

Uit het verkennende bodemonderzoek is het volgende gebleken. De gehele locatie wordt op basis van het vooronderzoek als niet-verdacht beschouwd. De bovengrond bestaat overwegend uit donkerbruin, matig fijn zand. Daaronder bestaat de ondergrond overwegend uit lichtbruin, matig fijn zand. Tijdens de veldwerkzaamheden zijn er visueel en in het opgeboorde materiaal geen asbestverdachte materialen waargenomen.

Op grond van de analyseresultaten is geconcludeerd:

  • in de grond geen van de onderzochte componenten is aangetoond in een concentratie boven de achtergrondwaarde en/of detectiegrens;
  • het grondwater licht verontreinigd is met Barium, Cadmium en Zink.

Op basis van de onderzoeksresultaten bestaat er op basis van de milieu hygiƫnische kwaliteit van de bodem geen bezwaar voor de toekomstige inrichting en het gebruik van het terrein.