Archeologische resten vormen de belangrijkste kennisbron over een groot deel van ons verleden. Nederland kent verschillende landschappen en daarmee een zeer rijk en gevarieerd bodemarchief, zowel op landbodems als onder het wateroppervlak. Veel van deze waarden gaan ongezien op de schop of komen als (on)welkome toevalsvondst aan het daglicht. Dit vraagt van de waterbeheerder om een zorgvuldige omgang met resten uit ons verleden door archeologie vroegtijdig te betrekken bij een project of locatiekeuze.
Door Oranjewoud is voor het herinrichtingsgebied Saasveld-Gammelke een archeologisch bureauonderzoek uitgevoerd en tegelijk ook een inventariserend veldonderzoek voor de Lemselerbeek uitgevoerd (projectnr. 195996, revisie 03, juli 2009).
Uit onderstaande gemeentelijke archeologische verwachtings- en advieskaart blijkt dat er in de omgeving van de Lemselerbeek geen bekende vindplaatsen of archeologische (zeer) waardevolle gebieden aanwezig zijn. Op enige afstand bevinden zich wel enige cultuurhistorisch waardevolle erven.
Gemeentelijke archeologische verwachtings- en advieskaart
Op basis van het bureauonderzoek is geconcludeerd dat het onderzoeksgebied een algemene brede verwachting kent. Aanbevolen wordt een veldtoets te laten uitvoeren.
Op 29 april 2011 heeft de door de gemeente ingehuurde regio-archeoloog (Drs. J.A.M. (Hans) Oude Rengerink) over de Lemselerbeek en Saasvelderbeek het volgende archeologisch advies afgegeven aan de gemeente Dinkelland:
'
Situatie:
In het kader van de RvK Saasveld-Gammelke worden diverse beken en aangrenzende zones nieuw ingericht door middel van uiteenlopende ingrepen. In het kader daarvan is in 2009 door Oranjewoud een inventariserende bureaustudie uitgevoerd om in beeld te brengen of er daarbij eventueel archeologische waarden aangetast kunnen worden. Voor de Saasvelder- en Lemselerbeek is een vrij concreet ontwerp voor de aanpassingen beschikbaar.
Uit de inventarisatie blijkt dat er binnen de zones waar aanmerkelijke bodemingrepen zijn voorzien geen archeologische waarden en resten zijn te verwachten. Het is daarom verder niet nodig om in de verdere plan- en voorbereidingsfasen archeologisch onderzoek te laten uitvoeren. Bij de uitvoering van het werk hoeven geen archeologische begeleidingen of ander onderzoek te worden uitgevoerd.
Dit laat onverlet dat bij het eventueel aantreffen van archeologische resten en sporen er een (wettelijk verplichte) melding moet worden gedaan aan de gemeente Dinkelland, in casu de regio archeoloog.'
Op basis van het voorgaande kan geconcludeerd worden dat eventuele aanwezige archeologische waarden met uitvoering van het plan voldoende beschermd worden.