Buitengebied Rijssen, Biesterij

1.1 Aanleiding

In het kader van de realisering van het bedrijventerrein Enter-Rijssen hebben de gemeenten Wierden en Rijssen-Holten het agrarisch bedrijf van de familie Bloemendaal aan de Enterveenweg 3-5 in Enter verworven. De gronden van het bedrijf liggen gedeeltelijk in de beoogde bestemming bedrijventerrein en gedeeltelijk in het gebied dat als retentiegebied moet worden ingericht. Dit retentiegebied is noodzakelijk om de waterbergingscapaciteit die verloren gaat als gevolg van de ophoging ten behoeve van het bedrijventerrein, te compenseren.

De gronden die bij het bedrijf horen, liggen grotendeels aaneengesloten als huiskavel en worden doorsneden door de gemeentegrens van Wierden en Rijssen-Holten. Bij het sluiten van de koopovereenkomst is tussen de kopende en verkopende partijen overeengekomen dat ten behoeve van Bloemendaal een Rood-voor-Rood (verder: RvR) project zal worden doorlopen teneinde een bouwkavel te realiseren aan de Biesterij te Rijssen, op een perceel dat bij het agrarisch bedrijf behoort en dat eigendom zal blijven van Bloemendaal. De gemeenten hebben daartoe een RvR-projectplan opgesteld.

In het voorliggende bestemmingsplan zal worden aangetoond dat realisatie van een bouwkavel aan de Biesterij, in het kader van de Rood voor Rood regeling, in Rijssen vanuit ruimtelijk en planologisch oogpunt verantwoord is. Het onderhavige bestemmingsplan betreft de bouwlocatie in de gemeente Rijssen-Holten. De regels en de bijbehorende verbeelding, alsmede hetgeen gesteld in deze toelichting heeft voornamelijk betrekking op de bouwkavel aan de Biesterij. Voor het perceel aan de Enterveenweg wordt een afzonderlijk wijzigingsplan opgesteld. Omdat het een project betreft dat met elkaar verbonden is wordt op punten ook ingegaan op de slooplocatie aan de Enterveenweg 3-5. Op verschillende afbeeldingen wordt dan ook zowel de bouwlocatie als de slooplocatie weergegeven. Dit ter verduidelijking van het totaalbeeld van het project.

In dit bestemmingsplan is rekening gehouden met onder meer:

• nota's en visies op rijks, provinciaal en gemeentelijk niveau;
• de nieuwe eisen ten aanzien van de vormgeving van het plan; hierbij wordt gedoeld op gestandaardiseerde regels en een digitale plankaart, gebaseerd op objectgerichte vlakken en voorzien van een codering zoals omschreven in het Informatiemodel Ruimtelijke Ordening (IMRO).