Plan: | Elst, Nieuwe Aamsestraat Infra |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1734.0176ELSTaamstinfra-VSG1 |
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan Elst, Nieuwe Aamsestraat Infra met identificatienummer NL.IMRO.1734.0176ELSTaamstinfra-VSG1 van de gemeente Overbetuwe;
de geometrische bepaalde planobjecten met bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
de analoge en digitale voorstelling van de in het bestemmingsplan opgenomen digitale ruimtelijke informatie;
een geometrisch bepaald vlak of figuur waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
een afwijking als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder c van de Wet ruimtelijke ordening;
Wet van 4 juni 1992, Stb. 315, houdende algemene regels van bestuursrecht, zoals deze luidde op het moment van inwerkingtreding van het plan;
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de kennis en studie van de in de bodem voorkomende overblijfselen uit oude tijden;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
een op de verbeelding of in de regels aangegeven percentage dat de grootte van een bestemmingsvlak, van een bouwvlak of een van een erf aangeeft dat ten hoogste mag worden bebouwd;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct of indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
de wijze van bouwen van een hoofdgebouw, te weten vrijstaande en dubbele woning, waarbij:
de aan een bouwwerk of een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan en door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis van dat bouwwerk of gebied heeft gemaakt;
een georganiseerde gebeurtenis, (openlucht-)manifestatie, (thema-)dag of week;
een perceel of een gedeelte van een perceel met een helling van tenminste 1:10 gemeten over een afstand van minimaal 5 meter;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
een vergunning als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
een vergunning als bedoeld in artikel 3.3 onder a van de Wet ruimtelijke ordening;
bouwdelen van beperkte afmetingen, die buiten het gebouw uitsteken, zoals schoorstenen, windvanen, dakoverstekken, balkons en liftschachten;
onder peil;
degene, die zich tegen vergoeding beschikbaar stelt tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander;
het zich tegen vergoeding beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander;
een vorm van prostitutie waarbij de werving van klanten geschiedt door een prostitué(e) die door houding, gebaren, kleding of anderszins vanuit een gebouw de aandacht op zich vestigt en waarbij de seksuele handelingen in een voor publiek besloten ruimte plaatsvinden;
een voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in omvang als zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichting wordt in elk geval verstaan: een (raam)prostitutiebedrijf, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater, een parenclub of een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
het vanaf een vaste plaats op een openbare en in de open lucht gelegen plaats te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen dan wel diensten aan te bieden, gebruikmakend van fysieke middelen, zoals een kraam, een wagen of een tafel;
gronden waarbij de nadruk ligt op het verblijf van personen in het openbaar gebied en die tevens een verkeersfunctie hebben;
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de afstand van een gebouw tot de (achter)perceelsgrens wordt bepaald door het buitenwerks meten van de kortste afstand van een gevel van het gebouw tot de (achter)perceelsgrens;
tussen de buitenwerks gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
de breedte van bouwpercelen wordt bepaald door het meten van de afstand in meters tussen de zijdelingse perceelsgrenzen, in de voorgevelrooilijn;
de breedte van bouwwerken wordt bepaald door het meten van de afstand in meters tussen de buitenwerkse eindgevelvlakken (indien geen sprake is van een rechthoekig gebouw: de gemiddelde breedte van het bouwwerk);
de diepte van een bouwwerk wordt bepaald door het meten van de grootste afstand in meters tussen de buitenwerkse eindgevelvlakken;
de diepte van een bebouw, gemeten loodrecht vanaf de gevel waaraan wordt gebouwd;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
De voor “Groen” aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met de bijbehorende voorzieningen.
Uitsluitend zijn toegestaan bouwwerken geen gebouwen zijnde die ten dienste van deze bestemming staan, alsmede gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, ten dienste van het openbaar nut.
Voor gebouwen van openbaar nut, zoals voorzieningen voor telecommunicatie, water- en energiedistributie, geldt dat de bebouwde oppervlakte niet meer dan 15 m2 en de bouwhoogte niet meer dan 3 meter mag bedragen.
De bouwwerken, geen gebouwen zijnde, dienen aan het volgende te voldoen:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 3.2.2 teneinde het oprichten van gebouwen ten behoeve van grotere nutsvoorzieningen toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 3.2.3 onder b, teneinde hogere bouwwerken, geen gebouwen zijnde uitsluitend in de vorm van beeldende kunstwerken, speeltoestellen en speelvoorzieningen toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
In- en uitritten uitsluitend zijn toegestaan voor zover deze noodzakelijk zijn voor het bereiken van de (aangrenzende) percelen.
Voor evenementen gelden de volgende bepalingen:
Onder gebruik in strijd met de bestemming wordt in ieder geval begrepen het gebruik van de gronden en/of opstallen binnen deze bestemming ten behoeve van:
De voor “Verkeer” aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende voorzieningen.
Uitsluitend zijn toegestaan bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die ten dienste van deze bestemming staan alsmede gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde ten behoeve van het openbaar nut.
De bouwwerken, geen gebouwen zijnde, dienen aan het volgende te voldoen:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.2.2, teneinde het oprichten van gebouwen ten behoeve van grotere nutsvoorzieningen toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.2.3 onder c, teneinde hogere bouwwerken, geen gebouwen zijnde uitsluitend in de vorm van beeldende kunstwerken toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Voor evenementen gelden de volgende bepalingen:
Het is verboden op of in de gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden van het bevoegd gezag de volgende werken en/of werkzaamheden te verrichten:
Het verbod als bedoeld in 4.5.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 4.5.1 zijn slechts toelaatbaar, mits:
De voor “Water” aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met de bijbehorende voorzieningen zoals bermen, paden, beschoeiingen e.d.
Uitsluitend zijn toegestaan bouwwerken geen gebouwen zijnde die ten dienste staan van deze bestemming met een bouwhoogte van maximaal 4 meter.
De voor 'Leiding - Riool (Dubbelbestemming)' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) (artikelen 3 tot en met 5), mede bestemd voor:
met bijbehorende bouwwerken, geen gebouw zijnde.
In afwijking van het bepaalde bij de andere daar voorkomende bestemmingen (artikelen 3 tot en met 10) mogen nieuwe bouwwerken alleen ten behoeve van deze bestemming worden gebouwd.
Nieuwe gebouwen mogen niet worden gebouwd.
Bouwhoogte van nieuwe bouwwerken, geen gebouwen zijnde, maximaal 5 m.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.2 voor het bouwen overeenkomstig de andere bestemmingen, mits advies is verkregen van de leidingbeheerder.
Het is verboden de in deze bestemming begrepen gronden en de daarop voorkomende opstallen te gebruiken of in gebruik te geven of te laten voor een doel of op een wijze strijdig met deze bestemming.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op de in artikel 6.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 6.5.1 mag alleen en moet worden geweigerd, indien door het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden dan wel door de daarvan direct of indirect te verwachten gevolgen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de mogelijkheid van een adequaat beheer of de veiligheid van de leiding en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende kan worden tegemoet gekomen.
Een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 6.5.1 wordt niet verleend dan nadat advies is verkregen van de leidingbeheerder.
Geen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 6.5.1 is nodig voor:
De voor Waarde - Archeologie aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud, de bescherming en/of het herstel van archeologische waarden in de bodem.
Ten aanzien van het oprichten van bebouwing gelden de volgende regels:
Alvorens het bevoegd gezag beslist over een vergunning als bedoeld in artikel 7.2.1 onder a wint zij advies in bij een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van de vergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja of de voorwaarden zoals opgenomen in artikel 7.2.1 onder b sub 1 tot en met 4 dienen te worden gesteld.
Het bepaalde in artikel 7.2.1 onder a is niet van toepassing indien:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken en de inrichting van gronden, indien uit archeologisch onderzoek blijkt dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn erop gericht de archeologische waarden in de grond (in situ) te behouden.
Het is verboden op of in de op de in artikel 7.1 bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegde gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren:
Een omgevingsvergunning mag alleen en moet worden geweigerd, indien door het uitvoeren van het ander-werk dan wel door de daarvan direct of indirect te verwachten gevolgen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de archeologische waarden van het gebied en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende kan worden tegemoet gekomen.
Geen omgevingsvergunning is nodig voor:
Ten aanzien van de in artikel 7.2.1 genoemde vergunning gelden de volgende beoordelingscriteria:
Overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.16 tweede lid van de Wet ruimtelijke ordening kan het bevoegd gezag de omgevingsvergunning onder beperkingen verlenen en kunnen voorschriften worden verbonden aan de omgevingsvergunning, waaronder:
Voordat het bevoegd gezag beslist over het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld 7.4.1 wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van een omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en of en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.
Burgemeester en wethouders kunnen met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke Ordening, het plan wijzigen teneinde:
De voor “Waarde - Archeologische verwachting 1” aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen (artikel 3 tot en met 5), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van te verwachten archeologische resten in de bodem.
Ten aanzien van het oprichten van bebouwing gelden de volgende regels:
Alvorens het bevoegd gezag beslist over een vergunning als bedoeld in artikel 8.2.1 onder a wint het bevoegd gezag advies in bij een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van de vergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja of de voorwaarden zoals opgenomen in artikel 8.2.1 onder b sub 1 tot en met 4 dienen te worden gesteld.
Het bepaalde in artikel 8.2.1 onder a is niet van toepassing indien:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken en de inrichting van gronden, indien uit archeologisch onderzoek blijkt dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn erop gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
Onverminderd het in de Monumentenwet 1988 bepaalde is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op de in artikel 8.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde of werkzaamheden uit te voeren:
Een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 8.4.1 mag alleen en moet worden geweigerd, indien door het uitvoeren van het ander-werk dan wel door de daarvan direct of indirect te verwachten gevolgen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de archeologische waarden van het gebied en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende kan worden tegemoet gekomen.
Geen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 8.4.1 is nodig voor:
Ten aanzien van de in artikel 8.4.1 genoemde vergunning gelden de volgende beoordelingscriteria:
Het bevoegd gezag kan de omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 8.4.1 onder beperkingen verlenen en kan het bevoegd gezag voorschriften verbinden aan de omgevingsvergunning, waaronder:
Voordat het bevoegd gezag beslist over het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 8.4.1 wint het bevoegd gezag advies in bij een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van een omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen door het geheel of gedeeltelijk verwijderen van de bestemming “Waarde - Archeologische verwachting 1”, indien op basis van nader archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel er niet langer archeologische begeleiding of zorg nodig is.
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen door de bestemming “Waarde - Archeologische verwachting 1” om te zetten in de bestemming “Waarde - Archeologie”, indien uit nader archeologisch onderzoek blijkt dat ter plaatse behoudenswaardige archeologische waarden aanwezig zijn.
De voor “Waarde - Archeologische verwachting 2” aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen (artikel 3 tot en met 5), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van te verwachten archeologische resten in de bodem.
Ten aanzien van het oprichten van bebouwing gelden de volgende regels:
Alvorens het bevoegd gezag beslist over een vergunning als bedoeld in artikel 9.2.1 onder a wint het bevoegd gezag advies in bij een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van de vergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja of de voorwaarden zoals opgenomen in artikel 9.2.1 onder b sub 1 tot en met 4 dienen te worden gesteld.
Het bepaalde in artikel 9.2.1 onder a is niet van toepassing indien:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken en de inrichting van gronden, indien uit archeologisch onderzoek blijkt dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn erop gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
Onverminderd het in de Monumentenwet 1988 bepaalde is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op de in artikel 9.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 9.4.1 mag alleen en moet worden geweigerd, indien door het uitvoeren van het ander-werk dan wel door de daarvan direct of indirect te verwachten gevolgen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de archeologische waarden van het gebied en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende kan worden tegemoet gekomen.
Geen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 9.4.1 is nodig voor:
Ten aanzien van de in artikel 9.4.1 genoemde vergunning gelden de volgende beoordelingscriteria:
Het bevoegd gezag kan de omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 9.4.1 onder beperkingen verlenen en kan het bevoegd gezag voorschriften verbinden aan de omgevingsvergunning, waaronder:
Voordat het bevoegd gezag beslist over het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 9.4.1 wint het bevoegd gezag advies in bij een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van een omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen door het geheel of gedeeltelijk verwijderen van de bestemming “Waarde - Archeologische verwachting 2”, indien op basis van nader archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel er niet langer archeologische begeleiding of zorg nodig is.
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen door de bestemming “Waarde - Archeologische verwachting 2” om te zetten in de bestemming “Waarde - Archeologie”, indien uit nader archeologisch onderzoek blijkt dat ter plaatse behoudenswaardige archeologische waarden aanwezig zijn.
Grond welke eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
In die gevallen dat de bestaande goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte en/of inhoud van bouwwerken, die in overeenstemming met het bepaalde in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht tot stand zijn gekomen meer bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is toegestaan, geldt die goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte en/of inhoud in afwijking daarvan als maximaal toegestaan.
Onder gebruik in strijd met alle bestemmingen wordt in elk geval verstaan:
De inrichting van de gronden moet zodanig plaatsvinden, dat wordt voldaan aan de gemeentelijke parkeernormen zoals weergegeven in de bijlage 'Parkeernorming' die als bijlage 2 bij deze regels is gevoegd.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in het plan voor het afwijken van de voorgeschreven goothoogte, (bouw)hoogte, oppervlakte, inhoud en afstand van bouwwerken, dan wel een voorgeschreven bebouwingspercentage, eventueel met overschrijding van de bouwgrenzen, mits de afwijking niet meer bedraagt dan 10% van de in deze regels voorgeschreven afmetingen en afstanden.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken om bij de uitvoering van het plan af te wijken van bestemmingsgrenzen, bouwgrenzen en overige aanduidingen in het horizontale vlak op de verbeelding, indien en voor zover afwijking noodzakelijk is in verband met de uitmeting van het terrein en er geen dringende reden zijn die zich tegen de afwijking verzetten, mits de afwijking ten opzichte van hetgeen op de omgevingsvergunning is aangegeven niet meer dan 2,5 m bedraagt.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken teneinde het tijdelijk gebruik van gronden voor langdurigere evenementen toe te kunnen staan. Hiertoe dient aan het volgende te worden voldaan:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen teneinde aan gronden de dubbelbestemming “Waarde - Archeologie” toe te kennen, indien uit nader archeologisch onderzoek blijkt dat ter plaatse archeologische waarden aanwezig zijn.
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
Bij omgevingsvergunning kan eenmalig worden afgeweken van het eerste lid voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
Artikel 15.1.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in artikel 15.2.1, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
Indien het gebruik, bedoeld artikel 15.2.1, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan Elst, Nieuwe Aamsestraat Infra.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van ……………..
De voorzitter, | De griffier, |
……………… | ……………… |
Staat van Bedrijfsactiviteiten B (categorie 1 t/m 4.2) | ||||
SBI-code | SBI-code 2008 | Nr. | Omschrijving | Cat. |
01 | 01 | - | Landbouw en dienstverlening t.b.v. de landbouw | |
0111, 0113 | 011, 012, 013 | Akkerbouw en fruitteelt (bedrijfsgebouwen) | 2 | |
0112 | 011, 012, 013, 016 | 0 | Tuinbouw: | |
0112 | 011, 012, 013 | 1 | - bedrijfsgebouwen | 2 |
0112 | 0113 | 4 | - champignonkwekerijen (algemeen) | 2 |
0112 | 0113 | 5 | - champignonkwekerijen met mestfermentatie | 3.2 |
0112 | 011 | 7 | - witlofkwekerijen (algemeen) | 2 |
0112 | 0163 | 6 | - bloembollendroog- en prepareerbedrijven | 2 |
014 | 016 | 0 | Dienstverlening t.b.v. de landbouw: | |
014 | 016 | 1 | - algemeen (o.a. loonbedrijven): b.o. > 500 m2 | 3.1 |
014 | 016 | 2 | - algemeen (o.a. loonbedrijven): b.o.<= 500 m2 | 2 |
014 | 016 | 3 | - plantsoenendiensten en hoveniersbedrijven: b.o. > 500 m2 | 3.1 |
014 | 016 | 4 | - plantsoenendiensten en hoveniersbedrijven: b.o. <= 500 m2 | 2 |
0142 | 0162 | KI-stations | 2 | |
05 | 03 | - | Visserij- en visteeltbedrijven | |
0501.1 | 0311 | Zeevisserijbedrijven | 3.2 | |
0501.2 | 0312 | Binnenvisserijbedrijven | 3.1 | |
0502 | 032 | 0 | Vis- en schaaldierkwekerijen: | |
0502 | 032 | 1 | - oester-, mossel- en schelpenteeltbedrijven | 3.2 |
0502 | 032 | 2 | - visteeltbedrijven | 3.1 |
15 | 10, 11 | - | Vervaardiging van voedingsmiddelen en dranken | |
151 | 101, 102 | 0 | Slachterijen en overige vleesverwerking: | |
151 | 101, 102 | 1 | - slachterijen en pluimveeslachterijen | 3.2 |
151 | 101 | 3 | - bewerkingsinrichting van darmen en vleesafval | 4.2 |
151 | 101 | 4 | - vleeswaren- en vleesconservenfabrieken: p.o. > 1000 m2 | 3.2 |
151 | 101 | 5 | - vleeswaren- en vleesconservenfabrieken: p.o. <= 1000 m2 | 3.1 |
151 | 101 | 6 | - vleeswaren- en vleesconservenfabrieken: p.o. <= 200 m2 | 3.1 |
151 | 101, 102 | 7 | - loonslachterijen | 3.1 |
151 | 108 | 8 | - vervaardiging van snacks en vervaardiging van kant-en-klaar-maaltijden met p.o. < 2.000 m2 | 3.1 |
152 | 102 | 0 | Visverwerkingsbedrijven: | |
152 | 102 | 2 | - conserveren | 4.1 |
152 | 102 | 3 | - roken | 4.2 |
152 | 102 | 4 | - verwerken anderszins: p.o.> 1000 m2 | 4.2 |
152 | 102 | 5 | - verwerken anderszins: p.o. <= 1000 m2 | 3.2 |
152 | 102 | 6 | - verwerken anderszins: p.o. <= 300 m2 | 3.1 |
1531 | 1031 | 0 | Aardappelproducten fabrieken: | |
1531 | 1031 | 1 | - vervaardiging van aardappelproducten | 4.2 |
1531 | 1031 | 2 | - vervaardiging van snacks met p.o. < 2.000 m2 | 3.1 |
1532, 1533 | 1032, 1039 | 0 | Groente- en fruitconservenfabrieken: | |
1532, 1533 | 1032, 1039 | 1 | - jam | 3.2 |
1532, 1533 | 1032, 1039 | 2 | - groente algemeen | 3.2 |
1532, 1533 | 1032, 1039 | 3 | - met koolsoorten | 3.2 |
1532, 1533 | 1032, 1039 | 4 | - met drogerijen | 4.2 |
1532, 1533 | 1032, 1039 | 5 | - met uienconservering (zoutinleggerij) | 4.2 |
1541 | 104101 | 0 | Vervaardiging van ruwe plantaardige en dierlijke oliën en vetten: | |
1541 | 104101 | 1 | - p.c. < 250.000 t/j | 4.1 |
1541 | 104101 | 2 | - p.c. >= 250.000 t/j | 4.2 |
1542 | 104102 | 0 | Raffinage van plantaardige en dierlijke oliën en vetten: | |
1542 | 104102 | 1 | - p.c. < 250.000 t/j | 4.1 |
1542 | 104102 | 2 | - p.c. >= 250.000 t/j | 4.2 |
1543 | 1042 | 0 | Margarinefabrieken: | |
1543 | 1042 | 1 | - p.c. < 250.000 t/j | 4.1 |
1543 | 1042 | 2 | - p.c. >= 250.000 t/j | 4.2 |
1551 | 1051 | 0 | Zuivelproducten fabrieken: | |
1551 | 1051 | 3 | - melkproducten fabrieken v.c. < 55.000 t/j | 3.2 |
1551 | 1051 | 4 | - melkproducten fabrieken v.c. >= 55.000 t/j | 4.2 |
1551 | 1051 | 5 | - overige zuivelproducten fabrieken | 4.2 |
1552 | 1052 | 1 | Consumptie-ijsfabrieken: p.o. > 200 m2 | 3.2 |
1552 | 1052 | 2 | Consumptie-ijsfabrieken: p.o. <= 200 m2 | 2 |
1561 | 1061 | 0 | Meelfabrieken: | |
1561 | 1061 | 1 | - p.c. >= 500 t/u | 4.2 |
1561 | 1061 | 2 | - p.c. < 500 t/u | 4.1 |
1561 | 1061 | Grutterswarenfabrieken | 4.1 | |
1562 | 1062 | 0 | Zetmeelfabrieken: | |
1562 | 1062 | 1 | - p.c. < 10 t/u | 4.1 |
1562 | 1062 | 2 | - p.c. >= 10 t/u | 4.2 |
1571 | 1091 | 0 | Veevoerfabrieken: | |
1571 | 1091 | 3 | - drogerijen (gras, pulp, groenvoeder, veevoeder) cap. < 10 t/u water | 4.2 |
1571 | 1091 | 5 | - mengvoeder, p.c. < 100 t/u | 4.1 |
1571 | 1091 | 6 | - mengvoeder, p.c. >= 100 t/u | 4.2 |
1572 | 1092 | Vervaardiging van voer voor huisdieren | 4.1 | |
1581 | 1071 | 0 | Broodfabrieken, brood- en banketbakkerijen: | |
1581 | 1071 | 1 | - v.c. < 7500 kg meel/week, bij gebruik van charge-ovens | 2 |
1581 | 1071 | 2 | - v.c. >= 7500 kg meel/week | 3.2 |
1582 | 1072 | Banket, biscuit- en koekfabrieken | 3.2 | |
1584 | 10821 | 0 | Verwerking cacaobonen en vervaardiging chocolade- en suikerwerk: | |
1584 | 10821 | 2 | - cacao- en chocoladefabrieken vervaardigen van chocoladewerken met p.o. < 2.000 m2 | 3.2 |
1584 | 10821 | 3 | - cacao- en chocoladefabrieken vervaardigen van chocoladewerken met p.o. <= 200 m2 | 2 |
1584 | 10821 | 4 | - suikerwerkfabrieken met suiker branden | 4.2 |
1584 | 10821 | 5 | - suikerwerkfabrieken zonder suiker branden: p.o. > 200 m2 | 3.2 |
1584 | 10821 | 6 | - suikerwerkfabrieken zonder suiker branden: p.o. <= 200 m2 | 2 |
1585 | 1073 | Deegwarenfabrieken | 3.1 | |
1586 | 1083 | 0 | Koffiebranderijen en theepakkerijen: | |
1586 | 1083 | 2 | - theepakkerijen | 3.2 |
1587 | 108401 | Vervaardiging van azijn, specerijen en kruiden | 4.1 | |
1589 | 1089 | Vervaardiging van overige voedingsmiddelen | 4.1 | |
1589.1 | 1089 | Bakkerijgrondstoffenfabrieken | 4.1 | |
1589.2 | 1089 | 0 | Soep- en soeparomafabrieken: | |
1589.2 | 1089 | 1 | - zonder poederdrogen | 3.2 |
1589.2 | 1089 | 2 | - met poederdrogen | 4.2 |
1589.2 | 1089 | Bakmeel- en puddingpoederfabrieken | 4.1 | |
1591 | 110101 | Destilleerderijen en likeurstokerijen | 4.2 | |
1592 | 110102 | 0 | Vervaardiging van ethylalcohol door gisting: | |
1592 | 110102 | 1 | - p.c. < 5.000 t/j | 4.1 |
1592 | 110102 | 2 | - p.c. >= 5.000 t/j | 4.2 |
1593 t/m 1595 | 1102 t/m 1104 | Vervaardiging van wijn, cider e.d. | 2 | |
1596 | 1105 | Bierbrouwerijen | 4.2 | |
1597 | 1106 | Mouterijen | 4.2 | |
1598 | 1107 | Mineraalwater- en frisdrankfabrieken | 3.2 | |
16 | 12 | - | Verwerking van tabak | |
160 | 120 | Tabakverwerkende industrie | 4.1 | |
17 | 13 | - | Vervaardiging van textiel | |
171 | 131 | Bewerken en spinnen van textielvezels | 3.2 | |
172 | 132 | 0 | Weven van textiel: | |
172 | 132 | 1 | - aantal weefgetouwen < 50 | 3.2 |
172 | 132 | 2 | - aantal weefgetouwen >= 50 | 4.2 |
173 | 133 | Textielveredelingsbedrijven | 3.1 | |
174, 175 | 139 | Vervaardiging van textielwaren | 3.1 | |
1751 | 1393 | Tapijt-, kokos- en vloermattenfabrieken | 4.1 | |
176, 177 | 139, 143 | Vervaardiging van gebreide en gehaakte stoffen en artikelen | 3.1 | |
18 | 14 | - | Vervaardiging van kleding; bereiden en verven van bont | |
181 | 141 | Vervaardiging kleding van leer | 3.1 | |
182 | 141 | Vervaardiging van kleding en -toebehoren (excl. van leer) | 2 | |
183 | 142, 151 | Bereiden en verven van bont; vervaardiging van artikelen van bont | 3.1 | |
19 | 15 | - | Vervaardiging van leer en lederwaren (excl. kleding) | |
191 | 151,152 | Lederfabrieken | 4.2 | |
192 | 151 | Lederwarenfabrieken (excl. kleding en schoeisel) | 3.1 | |
193 | 152 | Schoenenfabrieken | 3.1 | |
20 | 16 | - | Houtindustrie en vervaardiging artikelen van hout, riet, kurk e.d. | |
2010.1 | 16101 | Houtzagerijen | 3.2 | |
2010.2 | 16102 | 0 | Houtconserveringsbedrijven: | |
2010.2 | 16102 | 1 | - met creosootolie | 4.1 |
2010.2 | 16102 | 2 | - met zoutoplossingen | 3.1 |
202 | 1621 | Fineer- en plaatmaterialenfabrieken | 3.2 | |
203, 204, 205 | 162 | 0 | Timmerwerkfabrieken, vervaardiging overige artikelen van hout | 3.2 |
203, 204, 205 | 162 | 1 | Timmerwerkfabrieken, vervaardiging overige artikelen van hout, p.o. < 200 m2 | 3.1 |
205 | 162902 | Kurkwaren-, riet- en vlechtwerkfabrieken | 2 | |
21 | 17 | - | Vervaardiging van papier, karton en papier- en kartonwaren | |
2111 | 1711 | Vervaardiging van pulp | 4.1 | |
2112 | 1712 | 0 | Papier- en kartonfabrieken: | |
2112 | 1712 | 1 | - p.c. < 3 t/u | 3.1 |
2112 | 1712 | 2 | - p.c. 3 - 15 t/u | 4.1 |
2112 | 1712 | 3 | - p.c. >= 15 t/u | 4.2 |
212 | 172 | Papier- en kartonwarenfabrieken | 3.2 | |
2121.2 | 17212 | 0 | Golfkartonfabrieken: | |
2121.2 | 17212 | 1 | - p.c. < 3 t/u | 3.2 |
2121.2 | 17212 | 2 | - p.c. >= 3 t/u | 4.1 |
22 | 58 | - | Uitgeverijen, drukkerijen en reproductie van opgenomen media | |
221 | 581 | Uitgeverijen (kantoren) | 1 | |
2221 | 1811 | Drukkerijen van dagbladen | 3.2 | |
2222 | 1812 | Drukkerijen (vlak- en rotatie-diepdrukkerijen) | 3.2 | |
2222.6 | 18129 | Kleine drukkerijen en kopieerinrichtingen | 2 | |
2223 | 1814 | A | Grafische afwerking | 1 |
2223 | 1814 | B | Binderijen | 2 |
2224 | 1813 | Grafische reproductie en zetten | 2 | |
2225 | 1814 | Overige grafische activiteiten | 2 | |
223 | 182 | Reproductiebedrijven opgenomen media | 1 | |
23 | 19 | - | Aardolie-/steenkoolverwerk. Ind.; bewerking splijt-/kweekstoffen | |
2320.2 | 19202 | A | Smeeroliën- en vettenfabrieken | 3.2 |
2320.2 | 19202 | B | Recyclingbedrijven voor afgewerkte olie | 4.2 |
2320.2 | 19202 | C | Aardolieproductenfabrieken n.e.g. | 4.2 |
24 | 20 | - | Vervaardiging van chemische producten | |
2412 | 2012 | Kleur- en verfstoffenfabrieken | 4.1 | |
2413 | 2012 | 0 | Anorg. chemische grondstoffenfabrieken: | |
2413 | 2012 | 1 | - niet vallend onder "post-Seveso-richtlijn" | 4.2 |
2414.1 | 20141 | A0 | Organ. chemische grondstoffenfabrieken: | |
2414.1 | 20141 | A1 | - niet vallend onder "post-Seveso-richtlijn" | 4.2 |
2414.1 | 20141 | B0 | Methanolfabrieken: | |
2414.1 | 20141 | B1 | - p.c. < 100.000 t/j | 4.1 |
2414.1 | 20141 | B2 | - p.c. >= 100.000 t/j | 4.2 |
2414.2 | 20149 | 0 | Vetzuren en alkanolenfabrieken (niet synth.): | |
2414.2 | 20149 | 1 | - p.c. < 50.000 t/j | 4.2 |
243 | 203 | Verf, lak en vernisfabrieken | 4.2 | |
2441 | 2110 | 0 | Farmaceutische grondstoffenfabrieken: | |
2441 | 2110 | 1 | - p.c. < 1.000 t/j | 4.2 |
2442 | 2120 | 0 | Farmaceutische productenfabrieken: | |
2442 | 2120 | 1 | - formulering en afvullen geneesmiddelen | 3.1 |
2442 | 2120 | 2 | - verbandmiddelenfabrieken | 2 |
2451 | 2041 | Zeep-, was- en reinigingsmiddelenfabrieken | 4.2 | |
2452 | 2042 | Parfumerie- en cosmeticafabrieken | 4.2 | |
2462 | 2052 | 0 | Lijm- en plakmiddelenfabrieken: | |
2462 | 2052 | 1 | - zonder dierlijke grondstoffen | 3.2 |
2464 | 205902 | Fotochemische productenfabrieken | 3.2 | |
2466 | 205903 | A | Chemische kantoorbenodigdhedenfabrieken | 3.1 |
2466 | 205903 | B | Overige chemische productenfabrieken n.e.g. | 4.1 |
247 | 2060 | Kunstmatige synthetische garen- en vezelfabrieken | 4.2 | |
25 | 22 | - | Vervaardiging van producten van rubber en kunststof | |
2511 | 221101 | Rubberbandenfabrieken | 4.2 | |
2512 | 221102 | 0 | Loopvlakvernieuwingsbedrijven: | |
2512 | 221102 | 1 | - vloeropp. < 100 m2 | 3.1 |
2512 | 221102 | 2 | - vloeropp. >= 100 m2 | 4.1 |
2513 | 2219 | Rubber-artikelenfabrieken | 3.2 | |
252 | 222 | 0 | Kunststofverwerkende bedrijven: | |
252 | 222 | 1 | - zonder fenolharsen | 4.1 |
252 | 222 | 2 | - met fenolharsen | 4.2 |
252 | 222 | 3 | - productie van verpakkingsmateriaal en assemblage van kunststofbouwmaterialen | 3.1 |
26 | 23 | - | Vervaardiging van glas, aardewerk, cement-, kalk- en gipsproducten | |
261 | 231 | 0 | Glasfabrieken: | |
261 | 231 | 1 | - glas en glasproducten, p.c. < 5.000 t/j | 3.2 |
261 | 231 | 2 | - glas en glasproducten, p.c. >= 5.000 t/j | 4.2 |
261 | 231 | 3 | - glaswol en glasvezels, p.c.< 5.000 t/j | 4.2 |
2615 | 231 | Glasbewerkingsbedrijven | 3.1 | |
262, 263 | 232, 234 | 0 | Aardewerkfabrieken: | |
262, 263 | 232, 234 | 1 | - vermogen elektrische ovens totaal < 40 kW | 2 |
262, 263 | 232, 234 | 2 | - vermogen elektrische ovens totaal >= 40 kW | 3.2 |
264 | 233 | A | Baksteen en baksteenelementenfabrieken | 4.1 |
264 | 233 | B | Dakpannenfabrieken | 4.1 |
2652 | 235201 | 0 | Kalkfabrieken: | |
2652 | 235201 | 1 | - p.c. < 100.000 t/j | 4.1 |
2653 | 235202 | 0 | Gipsfabrieken: | |
2653 | 235202 | 1 | - p.c. < 100.000 t/j | 4.1 |
2661.1 | 23611 | 0 | Betonwarenfabrieken: | |
2661.1 | 23611 | 1 | - zonder persen, triltafels en bekistingtrille | 4.1 |
2661.1 | 23611 | 2 | - met persen, triltafels of bekistingtrillers, p.c. < 100 t/d | 4.2 |
2661.2 | 23612 | 0 | Kalkzandsteenfabrieken: | |
2661.2 | 23612 | 1 | - p.c. < 100.000 t/j | 3.2 |
2661.2 | 23612 | 2 | - p.c. >= 100.000 t/j | 4.2 |
2662 | 2362 | Mineraalgebonden bouwplatenfabrieken | 3.2 | |
2663, 2664 | 2363, 2364 | 0 | Betonmortelcentrales: | |
2663, 2664 | 2363, 2364 | 1 | - p.c. < 100 t/u | 3.2 |
2663, 2664 | 2363, 2364 | 2 | - p.c. >= 100 t/u | 4.2 |
2665, 2666 | 2365, 2369 | 0 | Vervaardiging van producten van beton, (vezel)cement en gips: | |
2665, 2666 | 2365, 2369 | 1 | - p.c. < 100 t/d | 3.2 |
2665, 2666 | 2365, 2369 | 2 | - p.c. >= 100 t/d | 4.2 |
267 | 237 | 0 | Natuursteenbewerkingsbedrijven: | |
267 | 237 | 1 | - zonder breken, zeven en drogen: p.o. > 2.000 m2 | 3.2 |
267 | 237 | 2 | - zonder breken, zeven en drogen: p.o. <= 2.000 m2 | 3.1 |
267 | 237 | 3 | - met breken, zeven of drogen, v.c. < 100.000 t/j | 4.2 |
2681 | 2391 | Slijp- en polijstmiddelen fabrieken | 3.1 | |
2682 | 2399 | A0 | Bitumineuze materialenfabrieken: | |
2682 | 2399 | A1 | - p.c. < 100 t/u | 4.2 |
2682 | 2399 | B0 | Isolatiematerialenfabrieken (excl. glaswol): | |
2682 | 2399 | B1 | - steenwol, p.c. >= 5.000 t/j | 4.2 |
2682 | 2399 | B2 | - overige isolatiematerialen | 4.1 |
2682 | 2399 | C | Minerale productenfabrieken n.e.g. | 3.2 |
2682 | 2399 | D0 | Asfaltcentrales: p.c.< 100 ton/uur | 4.1 |
2682 | 2399 | D1 | Asfaltcentrales, p.c. >= 100 ton/uur | 4.2 |
27 | 24 | - | Vervaardiging van metalen | |
273 | 243 | 0 | Draadtrekkerijen, koudbandwalserijen en profielzetterijen: | |
273 | 243 | 1 | - p.o. < 2.000 m2 | 4.2 |
274 | 244 | A0 | Non-ferro-metaalfabrieken: | |
274 | 244 | A1 | - p.c. < 1.000 t/j | 4.2 |
2751, 2752 | 2451, 2452 | 0 | IJzer- en staalgieterijen/ -smelterijen: | |
2751, 2752 | 2451, 2452 | 1 | - p.c. < 4.000 t/j | 4.2 |
2753, 2754 | 2453, 2454 | 0 | Non-ferro-metaalgieterijen/ -smelterijen: | |
2753, 2754 | 2453, 2454 | 1 | - p.c. < 4.000 t/j | 4.2 |
28 | 25, 31 | - | Vervaard. en reparatie van producten van metaal (excl. mach./transportmidd.) | |
281 | 251, 331 | 0 | Constructiewerkplaatsen: | |
281 | 251, 331 | 1 | - gesloten gebouw | 3.2 |
281 | 251, 331 | 1a | - gesloten gebouw, p.o. < 200 m2 | 3.1 |
281 | 251, 331 | 2 | - in open lucht, p.o. < 2.000 m2 | 4.1 |
281 | 251, 331 | 3 | - in open lucht, p.o. >= 2.000 m2 | 4.2 |
2821 | 2529, 3311 | 0 | Tank- en reservoirbouwbedrijven: | |
2821 | 2529, 3311 | 1 | - p.o. < 2.000 m2 | 4.2 |
2822, 2830 | 2521, 2530, 3311 | Vervaardiging van verwarmingsketels, radiatoren en stoomketels | 4.1 | |
284 | 255, 331 | A | Stamp-, pers-, dieptrek- en forceerbedrijven | 4.1 |
284 | 255, 331 | B | Smederijen, lasinrichtingen, bankwerkerijen e.d. | 3.2 |
284 | 255, 331 | B1 | Smederijen, lasinrichtingen, bankwerkerijen e.d., p.o. < 200 m2 | 3.1 |
2851 | 2561, 3311 | 0 | Metaaloppervlaktebehandelingsbedrijven: | |
2851 | 2561, 3311 | 1 | - algemeen | 3.2 |
2851 | 2561, 3311 | 10 | - stralen | 4.1 |
2851 | 2561, 3311 | 11 | - metaalharden | 3.2 |
2851 | 2561, 3311 | 12 | - lakspuiten en moffelen | 3.2 |
2851 | 2561, 3311 | 2 | - scoperen (opspuiten van zink) | 3.2 |
2851 | 2561, 3311 | 3 | - thermisch verzinken | 3.2 |
2851 | 2561, 3311 | 4 | - thermisch vertinnen | 3.2 |
2851 | 2561, 3311 | 5 | - mechanische oppervlaktebehandeling (slijpen, polijsten) | 3.2 |
2851 | 2561, 3311 | 6 | - anodiseren, eloxeren | 3.2 |
2851 | 2561, 3311 | 7 | - chemische oppervlaktebehandeling | 3.2 |
2851 | 2561, 3311 | 8 | - emailleren | 3.2 |
2851 | 2561, 3311 | 9 | - galvaniseren (vernikkelen, verchromen, verzinken, verkoperen ed) | 3.2 |
2852 | 2562, 3311 | 1 | Overige metaalbewerkende industrie | 3.2 |
2852 | 2562, 3311 | 2 | Overige metaalbewerkende industrie, inpandig, p.o. <200 m2 | 3.1 |
287 | 259, 331 | A0 | Grofsmederijen, anker- en kettingfabrieken: | |
287 | 259, 331 | A1 | - p.o. < 2.000 m2 | 4.1 |
287 | 259, 331 | B | Overige metaalwarenfabrieken n.e.g. | 3.2 |
287 | 259, 331 | B | Overige metaalwarenfabrieken n.e.g.; inpandig, p.o. <200 m2 | 3.1 |
29 | 27, 28, 33 | - | Vervaardiging van machines en apparaten | |
29 | 27, 28, 33 | 0 | Machine- en apparatenfabrieken incl. reparatie: | |
29 | 27, 28, 33 | 1 | - p.o. < 2.000 m2 | 3.2 |
29 | 27, 28, 33 | 2 | - p.o. >= 2.000 m2 | 4.1 |
29 | 28, 33 | 3 | - met proefdraaien verbrandingsmotoren >= 1 MW | 4.2 |
30 | 26, 28, 33 | - | Vervaardiging van kantoormachines en computers | |
30 | 26, 28, 33 | A | Kantoormachines- en computerfabrieken incl. reparatie | 2 |
31 | 26, 27, 33 | - | Vervaardiging van over. elektr. machines, apparaten en benodigdh. | |
311 | 271, 331 | Elektromotoren- en generatorenfabrieken incl. reparatie | 4.1 | |
312 | 271, 273 | Schakel- en installatiemateriaalfabrieken | 4.1 | |
313 | 273 | Elektrische draad- en kabelfabrieken | 4.1 | |
314 | 272 | Accumulatoren- en batterijenfabrieken | 3.2 | |
315 | 274 | Lampenfabrieken | 4.2 | |
316 | 293 | Elektrotechnische industrie n.e.g. | 2 | |
32 | 26, 33 | - | Vervaardiging van audio-, video-, telecom-apparaten en -benodigdh. | |
321 t/m 323 | 261, 263, 264, 331 | Vervaardiging van audio-, video- en telecom-apparatuur e.d. incl. reparatie | 3.1 | |
3210 | 2612 | Fabrieken voor gedrukte bedrading | 3.1 | |
33 | 26, 32, 33 | - | Vervaardiging van medische en optische apparaten en instrumenten | |
33 | 26, 32, 33 | A | Fabrieken voor medische en optische apparaten en instrumenten e.d. incl. reparatie | 2 |
34 | 29 | Vervaardiging van auto's, aanhangwagens en opleggers | ||
341 | 291 | 0 | Autofabrieken en assemblagebedrijven: | |
341 | 291 | 1 | - p.o. < 10.000 m2 | 4.1 |
341 | 291 | 2 | - p.o. >= 10.000 m2 | 4.2 |
3420.1 | 29201 | Carrosseriefabrieken | 4.1 | |
3420.2 | 29202 | Aanhangwagen- en opleggerfabrieken | 4.1 | |
343 | 293 | Auto-onderdelenfabrieken | 3.2 | |
35 | 30 | - | Vervaardiging van transportmiddelen (excl. auto's, aanhangwagens) | |
351 | 301, 3315 | 0 | Scheepsbouw- en reparatiebedrijven: | |
351 | 301, 3315 | 1 | - houten schepen | 3.1 |
351 | 301, 3315 | 2 | - kunststof schepen | 3.2 |
351 | 301, 3315 | 3 | - metalen schepen < 25 m | 4.1 |
352 | 302, 317 | 0 | Wagonbouw- en spoorwegwerkplaatsen: | |
352 | 302, 317 | 1 | - algemeen | 3.2 |
352 | 302, 317 | 2 | - met proefdraaien van verbrandingsmotoren >= 1 MW | 4.2 |
353 | 303, 3316 | 0 | Vliegtuigbouw en -reparatiebedrijven: | |
353 | 303, 3316 | 1 | - zonder proefdraaien motoren | 4.1 |
354 | 309 | Rijwiel- en motorrijwielfabrieken | 3.2 | |
355 | 3099 | Transportmiddelenindustrie n.e.g. | 3.2 | |
36 | 31 | - | Vervaardiging van meubels en overige goederen n.e.g. | |
361 | 310 | 1 | Meubelfabrieken | 3.2 |
361 | 9524 | 2 | Meubelstoffeerderijen b.o. < 200 m2 | 1 |
362 | 321 | Fabricage van munten, sieraden e.d. | 2 | |
363 | 322 | Muziekinstrumentenfabrieken | 2 | |
364 | 323 | Sportartikelenfabrieken | 3.1 | |
365 | 324 | Speelgoedartikelenfabrieken | 3.1 | |
3663.2 | 32999 | Vervaardiging van overige goederen n.e.g. | 3.1 | |
37 | 38 | - | Voorbereiding tot recycling | |
372 | 383202 | A0 | Puinbrekerijen en -malerijen: | |
372 | 383202 | A1 | - v.c. < 100.000 t/j | 4.2 |
372 | 383202 | B | Rubberregeneratiebedrijven | 4.2 |
372 | 383202 | C | Afvalscheidingsinstallaties | 4.2 |
40 | 35 | - | Productie en distrib. Van stroom, aardgas, stoom en warm water | |
40 | 35 | B0 | Bio-energieinstallaties elektrisch vermogen < 50 MWe: | |
40 | 35 | B1 | - covergisting, verbranding en vergassing van mest, slib, GFT en reststromen voedingsindustrie | 3.2 |
40 | 35 | B2 | - vergisting, verbranding en vergassing van overige biomassa | 3.2 |
40 | 35 | C0 | Elektriciteitsdistributiebedrijven, met transformatorvermogen: | |
40 | 35 | C1 | - < 10 MVA | 2 |
40 | 35 | C2 | - 10 - 100 MVA | 3.1 |
40 | 35 | C3 | - 100 - 200 MVA | 3.2 |
40 | 35 | C4 | - 200 - 1000 MVA | 4.2 |
40 | 35 | D0 | Gasdistributiebedrijven: | |
40 | 35 | D1 | - gascompressorstations vermogen < 100 MW | 4.2 |
40 | 35 | D3 | - gas: reduceer-, compressor-, meet- en regelinst. Cat. A | 1 |
40 | 35 | D4 | - gasdrukregel- en meetruimten (kasten en gebouwen), cat. B en C | 2 |
40 | 35 | D5 | - gasontvang- en -verdeelstations, cat. D | 3.1 |
40 | 35 | E0 | Warmtevoorzieningsinstallaties, gasgestookt: | |
40 | 35 | E1 | - stadsverwarming | 3.2 |
40 | 35 | E2 | - blokverwarming | 2 |
40 | 35 | F0 | Windmolens: | |
40 | 35 | F1 | - wiekdiameter 20 m | 3.2 |
40 | 35 | F2 | - wiekdiameter 30 m | 4.1 |
40 | 35 | F3 | - wiekdiameter 50 m | 4.2 |
41 | 36 | - | Winning en distributie van water | |
41 | 36 | A0 | Waterwinning-/ bereiding- bedrijven: | |
41 | 36 | A2 | - bereiding met chloorbleekloog e.d. en/of straling | 3.1 |
41 | 36 | B0 | Waterdistributiebedrijven met pompvermogen: | |
41 | 36 | B1 | - < 1 MW | 2 |
41 | 36 | B2 | - 1 - 15 MW | 3.2 |
41 | 36 | B3 | - >= 15 MW | 4.2 |
45 | 41, 42, 43 | - | Bouwnijverheid | |
45 | 41, 42, 43 | 0 | Bouwbedrijven algemeen: b.o. > 2.000 m2 | 3.2 |
45 | 41, 42, 43 | 1 | Bouwbedrijven algemeen: b.o. <= 2.000 m2 | 3.1 |
45 | 41, 42, 43 | 2 | Aannemersbedrijven met werkplaats, (kleinschalige) installatiebedrijven en stukadoors: b.o. > 1000 m2 | 3.1 |
45 | 41, 42, 43 | 3 | Aannemersbedrijven met werkplaats, (kleinschalige) installatiebedrijven en stukadoors: b.o.< 1000 m2 | 2 |
50 | 45, 47 | - | Handel/reparatie van auto's, motorfietsen; benzineservicestations | |
501, 502, 504 | 451, 452, 454 | Handel in auto's en motorfietsen, reparatie- en servicebedrijven | 2 | |
501 | 451 | Handel in vrachtauto's (incl. import en reparatie) | 3.2 | |
5020.4 | 45204 | A | Autoplaatwerkerijen | 3.2 |
5020.4 | 45204 | B | Autobeklederijen | 1 |
5020.4 | 45204 | C | Autospuitinrichtingen | 3.1 |
5020.5 | 45205 | Autowasserijen | 2 | |
503, 504 | 453 | Handel in auto- en motorfietsonderdelen en -accessoires | 2 | |
505 | 473 | 0 | Benzineservicestations: | |
505 | 473 | 1 | - met LPG > 1000 m3/jr | 4.1 |
505 | 473 | 2 | - met LPG < 1000 m3/jr | 3.1 |
505 | 473 | 3 | - zonder LPG | 2 |
51 | 46 | - | Groothandel en handelsbemiddeling | |
511 | 461 | Handelsbemiddeling (kantoren) | 1 | |
5121 | 4621 | 0 | Grth in akkerbouwproducten en veevoeders | 3.1 |
5121 | 4621 | 1 | Grth in akkerbouwproducten en veevoeders met een verwerkingscapaciteit van 500 ton/uur of meer | 4.2 |
5122 | 4622 | Grth in bloemen en planten | 2 | |
5123 | 4623 | Grth in levende dieren | 3.2 | |
5124 | 4624 | Grth in huiden, vellen en leder | 3.1 | |
5125, 5131 | 46217, 4631 | Grth in ruwe tabak, groenten, fruit en consumptie-aardappelen | 3.1 | |
5132, 5133 | 4632, 4633 | Grth in vlees, vleeswaren, zuivelproducten, eieren, spijsoliën | 3.1 | |
5134 | 4634 | Grth in dranken | 2 | |
5135 | 4635 | Grth in tabaksproducten | 2 | |
5136 | 4636 | Grth in suiker, chocolade en suikerwerk | 2 | |
5137 | 4637 | Grth in koffie, thee, cacao en specerijen | 2 | |
5138, 5139 | 4638, 4639 | Grth in overige voedings- en genotmiddelen | 2 | |
514 | 464, 46733 | Grth in overige consumentenartikelen | 2 | |
5148.7 | 46499 | 0 | Grth in vuurwerk en munitie: | |
5148.7 | 46499 | 1 | - consumentenvuurwerk, verpakt, opslag < 10 ton | 2 |
5148.7 | 46499 | 2 | - consumentenvuurwerk, verpakt, opslag 10 tot 50 ton | 3.1 |
5148.7 | 46499 | 5 | - munitie | 2 |
5151.1 | 46711 | 0 | Grth in vaste brandstoffen: | |
5151.1 | 46711 | 1 | - klein, lokaal verzorgingsgebied | 3.1 |
5151.2 | 46712 | 0 | Grth in vloeibare en gasvormige brandstoffen: | |
5151.2 | 46712 | 1 | - vloeistoffen, o.c. < 100.000 m3 | 4.1 |
5151.2 | 46712 | 3 | - tot vloeistof verdichte gassen | 4.2 |
5151.3 | 46713 | Grth minerale olieproducten (excl. brandstoffen) | 3.2 | |
5152.1 | 46721 | 0 | Grth in metaalertsen: | |
5152.1 | 46721 | 1 | - opslag opp. < 2.000 m2 | 4.2 |
5152.2 /.3 | 46722, 46723 | Grth in metalen en -halffabricaten | 3.2 | |
5153 | 4673 | 0 | Grth in hout en bouwmaterialen: | |
5153 | 4673 | 1 | - algemeen: b.o. > 2000 m2 | 3.1 |
5153 | 4673 | 2 | - algemeen: b.o. <= 2000 m2 | 2 |
5153.4 | 46735 | 4 | Zand en grind: | |
5153.4 | 46735 | 5 | - algemeen: b.o. > 200 m2 | 3.2 |
5153.4 | 46735 | 6 | - algemeen: b.o. <= 200 m2 | 2 |
5154 | 4674 | 0 | Grth in ijzer- en metaalwaren en verwarmingsapparatuur: | |
5154 | 4674 | 1 | - algemeen: b.o. > 2.000 m2 | 3.1 |
5154 | 4674 | 2 | - algemeen: b.o. < = 2.000 m2 | 2 |
5155.1 | 46751 | Grth in chemische producten | 3.2 | |
5155.2 | 46752 | Grth in kunstmeststoffen | 2 | |
5156 | 4676 | Grth in overige intermediaire goederen | 2 | |
5157 | 4677 | 0 | Autosloperijen: b.o. > 1000 m2 | 3.2 |
5157 | 4677 | 1 | Autosloperijen: b.o. <= 1000 m2 | 3.1 |
5157.2/3 | 4677 | 0 | Overige groothandel in afval en schroot: b.o. > 1000 m2 | 3.2 |
5157.2/3 | 4677 | 1 | Overige groothandel in afval en schroot: b.o. <= 1000 m2 | 3.1 |
518 | 466 | 0 | Grth in machines en apparaten: | |
518 | 466 | 1 | - machines voor de bouwnijverheid | 3.2 |
518 | 466 | 2 | - overige | 3.1 |
519 | 466, 469 | Overige grth (bedrijfsmeubels, emballage, vakbenodigdheden e.d. | 2 | |
60 | 49 | - | Vervoer over land | |
601 | 491, 492 | 0 | Spoorwegen: | |
601 | 491, 492 | 1 | - stations | 3.2 |
601 | 491, 492 | 2 | - rangeerterreinen, overslagstations (zonder rangeerheuvel) | 4.2 |
6021.1 | 493 | Bus-, tram- en metrostations en -remises | 3.2 | |
6022 | 493 | Taxibedrijven | 2 | |
6023 | 493 | Touringcarbedrijven | 3.2 | |
6024 | 494 | 0 | Goederenwegvervoerbedrijven (zonder schoonmaken tanks): b.o. > 1000 m2 | 3.2 |
6024 | 494 | 1 | Goederenwegvervoerbedrijven (zonder schoonmaken tanks) b.o. <= 1000 m2 | 3.1 |
603 | 495 | Pomp- en compressorstations van pijpleidingen | 2 | |
61, 62 | 50, 51 | - | Vervoer over water / door de lucht | |
61, 62 | 50, 51 | A | Vervoersbedrijven (uitsluitend kantoren) | 1 |
63 | 52 | - | Dienstverlening t.b.v. het vervoer | |
6311.1 | 52241 | 0 | Laad-, los- en overslagbedrijven t.b.v. zeeschepen: | |
6311.1 | 52241 | 2 | - stukgoederen | 4.2 |
6311.1 | 52241 | 7 | - tankercleaning | 4.2 |
6311.2 | 52242 | 0 | Laad-, los- en overslagbedrijven t.b.v. binnenvaart: | |
6311.2 | 52242 | 1 | - containers | 4.2 |
6311.2 | 52242 | 10 | - tankercleaning | 4.2 |
6311.2 | 52242 | 2 | - stukgoederen | 3.2 |
6311.2 | 52242 | 3 | - ertsen, mineralen, e.d., opslagopp. < 2.000 m2 | 4.2 |
6311.2 | 52242 | 5 | - granen of meelsoorten , v.c. < 500 t/u | 4.2 |
6311.2 | 52242 | 7 | - steenkool, opslagopp. < 2.000 m2 | 4.2 |
6312 | 52102, 52109 | A | Distributiecentra, pak- en koelhuizen | 3.1 |
6312 | 52109 | B | Opslaggebouwen (verhuur opslagruimte) | 2 |
6321 | 5221 | 1 | Autoparkeerterreinen, parkeergarages | 2 |
6321 | 5221 | 2 | Stalling van vrachtwagens (met koelinstallaties) | 3.2 |
6322, 6323 | 5222 | Overige dienstverlening t.b.v. vervoer (kantoren) | 1 | |
633 | 791 | Reisorganisaties | 1 | |
634 | 5229 | Expediteurs, cargadoors (kantoren) | 1 | |
64 | 53 | - | Post en telecommunicatie | |
641 | 531, 532 | Post- en koeriersdiensten | 2 | |
642 | 61 | A | Telecommunicatiebedrijven | 1 |
642 | 61 | B0 | Zendinstallaties: | |
642 | 61 | B1 | - LG en MG, zendervermogen < 100 kW (bij groter vermogen: onderzoek!) | 3.2 |
642 | 61 | B2 | - FM en TV | 1 |
642 | 61 | B3 | - GSM en UMTS-steunzenders (indien omgevingsvergunning voor het bouwen nodig is) | 1 |
71 | 77 | - | Verhuur van transportmiddelen, machines, andere roerende goederen | |
711 | 7711 | Personenautoverhuurbedrijven | 2 | |
712 | 7712, 7739 | Verhuurbedrijven voor transportmiddelen (excl. personenauto's) | 3.1 | |
713 | 773 | Verhuurbedrijven voor machines en werktuigen | 3.1 | |
714 | 772 | Verhuurbedrijven voor roerende goederen n.e.g. | 2 | |
72 | 62 | - | Computerservice- en informatietechnologie | |
72 | 62 | A | Computerservice- en informatietechnologie-bureau's e.d. | 1 |
72 | 58, 63 | B | Datacentra | 2 |
73 | 72 | - | Speur- en ontwikkelingswerk | |
731 | 721 | Natuurwetenschappelijk speur- en ontwikkelingswerk | 2 | |
732 | 722 | Maatschappij- en geesteswetenschappelijk onderzoek | 1 | |
74 | 63, 69tm71, 73, 74, 77, 78, 80tm82 | - | Overige zakelijke dienstverlening | |
74 | 63, 69tm71, 73, 74, 77, 78, 80tm82 | A | Overige zakelijke dienstverlening: kantoren | 1 |
747 | 812 | Reinigingsbedrijven voor gebouwen | 3.1 | |
7481.3 | 74203 | Foto- en filmontwikkelcentrales | 2 | |
7484.3 | 82991 | Veilingen voor landbouw- en visserijproducten | 4.1 | |
7484.4 | 82992 | Veilingen voor huisraad, kunst e.d. | 1 | |
75 | 84 | - | Openbaar bestuur, overheidsdiensten, sociale verzekeringen | |
75 | 84 | A | Openbaar bestuur (kantoren e.d.) | 1 |
7522 | 8422 | Defensie-inrichtingen | 4.1 | |
7525 | 8425 | Brandweerkazernes | 3.1 | |
90 | 37, 38, 39 | - | Milieudienstverlening | |
9001 | 3700 | A0 | RWZI's en gierverwerkingsinricht., met afdekking voorbezinktanks: | |
9001 | 3700 | A1 | - < 100.000 i.e. | 4.1 |
9001 | 3700 | A2 | - 100.000 - 300.000 i.e. | 4.2 |
9001 | 3700 | B | Rioolgemalen | 2 |
9002.1 | 381 | A | Vuilophaal-, straatreinigingsbedrijven e.d. | 3.1 |
9002.1 | 381 | B | Gemeentewerven (afval-inzameldepots) | 3.1 |
9002.1 | 381 | C | Vuiloverslagstations | 4.2 |
9002.2 | 382 | A0 | Afvalverwerkingsbedrijven: | |
9002.2 | 382 | A2 | - kabelbranderijen | 3.2 |
9002.2 | 382 | A4 | - pathogeen afvalverbranding (voor ziekenhuizen) | 3.1 |
9002.2 | 382 | A5 | - oplosmiddelterugwinning | 3.2 |
9002.2 | 382 | A6 | - afvalverbrandingsinrichtingen, thermisch vermogen > 75 MW | 4.2 |
9002.2 | 382 | A7 | - verwerking fotochemisch en galvano-afval | 2 |
9002.2 | 382 | B | Vuilstortplaatsen | 4.2 |
9002.2 | 382 | C0 | Composteerbedrijven: | |
9002.2 | 382 | C1 | - niet-belucht v.c. < 5.000 ton/jr | 4.2 |
9002.2 | 382 | C3 | - belucht v.c. < 20.000 ton/jr | 3.2 |
9002.2 | 382 | C4 | - belucht v.c. > 20.000 ton/jr | 4.1 |
9002.2 | 382 | C5 | GFT in gesloten gebouw | 4.1 |