Plan: | Elst, Bedrijventerrein Merm 2013 |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1734.0150ELSTbpmerm2013-ONHE |
Een doel van de ruimtelijke ordening en het milieubeleid is het handhaven en verbeteren van de kwaliteit van de leefomgeving. In een bestemmingsplan wordt daarom onder andere ingezet op de milieuzonering van bedrijfsfuncties. Dit betreft het verantwoord vastleggen van de milieuhygiënische situatie in het plangebied. Het gaat erom dat er voldoende ruimtelijke scheiding is tussen milieubelastende inrichtingen en bedrijven enerzijds en milieugevoelige functies als wonen anderzijds.
Bij de milieuzonering wordt gebruikt gemaakt van de door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) opgestelde uitgave 'Bedrijven en Milieuzonering'1. Een kwalificatie van de bedrijfsfuncties in het plangebied vindt plaats op basis van de Staat van bedrijfsactiviteiten, zoals opgenomen in voornoemde VNG-uitgave. Per milieuaspect (geur, stof, geluid, gevaar, lucht-, water- en bodemverontreiniging, verkeersaantrekkende werking en visuele hinder) is in deze brochure voor inrichtingen een afstand genoemd, welke tot de dichtstbijzijnde milieugevoelige bebouwing in beginsel in acht moet worden genomen. Zonering op basis van de VNG-methode gebeurt aan de hand van een categorie-indeling. Bedrijven zijn in categorieën ingedeeld, waarbij de categorie is gekoppeld aan een afstand die aangehouden dient te worden tot gevoelige functies. Uit specifiek milieuonderzoek in het kader van het milieuvergunningtraject kan blijken dat de afstand voor het betreffende bedrijf kleiner is dan op basis van de VNG-lijst is aangegeven, bijvoorbeeld door de omvang en/of aard van de activiteiten en/of technische vooruitgang.
Zonering
Aan de hand van een 'Staat van bedrijfsactiviteiten' (ook gebaseerd op de publicatie VNG en opgenomen in bijlage 1 bij de regels van voorliggend bestemmingsplan) wordt per zone een lijst van bedrijven gegeven die toelaatbaar zijn. Het aantal categorieën dat wordt onderscheiden in de VNG-publicatie is zes, waarbij categorie 1 en 2 betrekking hebben op lichte bedrijven en waarbij de hoogste categorie (categorie 6) de meeste hinder veroorzaakt. Per categorie wordt een grootste indicatieve afstand aangegeven. Die grootste afstand geeft de minimaal aan te houden afstand weer. Voor het bedrijventerrein wordt gekozen voor het toestaan van de volgende milieucategorieën met de daarbij behorende afstanden. Er is gekozen voor de volgende zonering:
Milieucategorie | Richtafstand gevoelig object, zoals een woning |
1 | 10 meter |
2 | 30 meter |
3.1 | 50 meter |
3.2 | 100 meter |
4.1 | 200 meter |
Elst heeft geen taakstelling als het gaat om de vestiging van zware industrie. Daarom zijn de milieucategorieën in dit plan beperkt van 1 tot en met 3.2. Dit betekent dat bedrijven en instellingen genoemd in de Staat van bedrijfsactiviteiten in het plangebied zijn toegestaan (categorie 1 t/m 3.2). Deze lijst is aangepast aan de specifieke situatie van het plangebied en in de bijlage van dit bestemmingsplan opgenomen.
Ten behoeve van de flexibiliteit van voorliggend plan is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen om bedrijvigheid op te richten en in werking te hebben, zoals de VNG-publicatie deze kent in de naast hogere categorie dan die bestemd is. Daarnaast kunnen bedrijven middels een afwijking activiteiten uitvoeren die niet genoemd worden in de bedrijvenlijst als zij naar aard en intensiteit vergelijkbaar zijn met de genoemde bedrijven.
Conclusie
Het aspect bedrijven en milieuzonering is in voorliggend bestemmingsplan verwerkt met als uitgangspunt dat de bestaande situatie juridisch-planologisch is vastgelegd. Dit betekent dat de milieuzonering is geactualiseerd naar de huidige maatstaven, zoals opgenomen in de VNG-brochure 'Bedrijven en milieuzonering' en dat is uitgegaan van het daadwerkelijk gebruik van de gronden. In het plangebied wordt geen nieuwe zware bedrijvigheid (> milieucategorie 4.2.) toegestaan. Hiermee wordt voorzien in een consoliderend bestemmingsplan, waarbij de huidige milieusituatie ter plaatse zich verhoudt tot de omgeving. Het aspect bedrijven en milieuzonering vormt derhalve geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van voorliggend plan.