direct naar inhoud van Artikel 16 Maatschappelijk
Plan: Buitengebied Overbetuwe
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1734.0007BUITbuitengebi-GOH2

Artikel 16 Maatschappelijk

16.1 bestemmingsomschrijving

De voor Maatschappelijk aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. maatschappelijke voorzieningen als bedoeld in bijlage 5 kolom “aard bedrijvigheid” en gevestigd op het adres zoals bedoeld in bijlage 5 kolom “Adres”;
  • b. de bestaande bedrijfswoningen, waarbij inwoning is toegestaan in de bedrijfswoningen;

met bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wegen en paden, parkeervoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding, tuinen en erven.

16.2 bouwregels
16.2.1 bedrijfsgebouwen en bedrijfswoningen

Bedrijfsgebouwen en bedrijfswoningen voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. goothoogte van:
    • 1. gebouwen ten behoeve van de maatschappelijke voorzieningen maximaal 4,5 m;
    • 2. bedrijfswoningen maximaal 6 m;
  • b. bouwhoogte van:
    • 1. bedrijfsgebouwen maximaal 7 m;
    • 2. bedrijfswoningen maximaal 10 m;
  • c. oppervlakte bedrijfsgebouwen maximaal de in bijlage 5 kolom “oppervlakte bebouwing in m2 exclusief bedrijfswoning mogelijk bij recht” per bedrijf aangegeven oppervlakte;
  • d. inhoud van de bedrijfswoning maximaal 600 m3.

16.2.2 bestaande hoogte bij uitbreiding

In geval van uitbreiding van de oppervlakte van een bestaand gebouw met een bestaande goot- en/of bouwhoogte die hoger is dan aangegeven in 16.2.1 onder a sub 1 of 2, respectievelijk 16.2.1 onder b sub 1 of 2, bedraagt de goot- en/of bouwhoogte van het gebouw inclusief uitbreiding maximaal de bestaande goot- en/of bouwhoogte.

16.2.3 bijgebouwen bij de bedrijfswoning

Bijgebouwen bij de bedrijfswoning voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. gezamenlijke oppervlakte per bedrijfswoning maximaal 90 m2;
  • b. goothoogte is maximaal 3 m;
  • c. bouwhoogte is maximaal 5 m.

16.2.4 bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde maximaal:

  • a. erfafscheidingen achter (het verlengde van) de voorgevel van het voorste gebouw maximaal 2 m en voor (het verlengde van) de voorgevel van het voorste gebouw maximaal 1 m;
  • b. overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 6 m.

16.3 afwijken van de bouwregels
16.3.1 bouwhoogte bijgebouwen

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 16.2.3 onder b voor het verhogen van de bouwhoogte van bijgebouwen bij de bedrijfswoning, mits:

  • a. de bouwhoogte maximaal 7 m bedraagt;
  • b. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de stedenbouwkundige en landschappelijke kwaliteiten van de omgeving.

16.3.2 nieuwbouw en uitbreiding bestaande hogere gebouwen

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel  onder b en/of c voor het toestaan van nieuwbouw van een bestaand gebouw waarbij de goot- en/of bouwhoogte hoger is dan aangegeven in 16.2.1 onder a sub 1 of 2, respectievelijk 16.2.1 onder b sub 1 of 2, mits:

  • a. de goot- en/of bouwhoogte van een bedrijfswoning mag niet hoger zijn dan de hoogste goot- en/of bouwhoogte van een bestaande bedrijfswoning binnen het bouwperceel;
  • b. de goot- en/of bouwhoogte van bedrijfsgebouwen mag niet hoger zijn dan de hoogste goot- en/of bouwhoogte van een bestaand bedrijfsgebouw binnen het bouwperceel;
  • c. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de stedenbouwkundige en landschappelijke kwaliteiten van de omgeving.

16.3.3 bouwhoogte bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 16.2.4 onder a voor het verhogen van de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijn voor de voorgevel van het voorste gebouw waarbij de bouwhoogte maximaal 2 m bedraagt.

16.3.4 vergroting oppervlakte

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 16.2.1 onder c voor het vergroten van de oppervlakte tot maximaal de oppervlakte als aangegeven in bijlage 5 kolom “mogelijk na afwijking”, mits:

  • a. noodzakelijk in het kader van een doelmatige uitoefening van de maatschappelijke voorziening;
  • b. in de nabijheid gelegen functies en waarden niet in onevenredige mate in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden geschaad;
  • c. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad.

16.4 afwijken van de gebruiksregels
16.4.1 andere vorm van maatschappelijk

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 16.1 onder a voor het toestaan van een andere vorm van maatschappelijk, mits:

  • a. in de nabijheid gelegen functies en waarden niet in onevenredige mate in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden geschaad;
  • b. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad.

16.4.2 mantelzorg

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 16.1 voor het toestaan dat een bijgebouw bij de bedrijfswoning wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte, mits:

  • a. een dergelijke bewoning noodzakelijk is uit het oogpunt van mantelzorg;
  • b. duidelijk is wie de zorgbehoevende is of zorgbehoevenden zijn;
  • c. de bereikbaarheid voor (aanleg van) algemene voorzieningen en nutsvoorzieningen en voor hulpdiensten gewaarborgd blijft;
  • d. de oppervlakte maximaal 90 m2 bedraagt;
  • e. er geen zelfstandige woning ontstaat;
  • f. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden.