direct naar inhoud van Artikel 6 Wonen
Plan: Rijerscheweg 7 / Lommelsedijk 9
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1724.BPLrelo2003-VAST

Artikel 6 Wonen

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen;
  • b. aan-huis-verbonden beroepen of bedrijven;
  • c. tuinen, erven en verhardingen;
  • d. groenvoorzieningen in de vorm van erfbeplanting;
  • e. voorzieningen voor verkeer en verblijf;
  • f. (onverharde) paden, wegen en parkeervoorzieningen;
  • g. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;

6.2 Bouwregels
6.2.1 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende voorwaarden:

  • a. per bouwperceel mag niet meer dan één woning worden gebouwd;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'vrijstaand' mogen uitsluitend vrijstaande woningen worden gerealiseerd;
  • c. hoofdgebouwen mogen uitsluitend binnen het aangegeven bouwvlak worden gebouwd;
  • d. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd, met inachtneming van het bepaalde onder f tot en met j;
  • e. het hoofdgebouw mag een maximale inhoud hebben van 900 m3;
  • f. de diepte van hoofdgebouwen mag niet meer bedragen dan 15 m;
  • g. de voorgevel moet worden gesitueerd in de naar de wegzijde toegekeerde grens van het bouwvlak, dan wel op een afstand van maximaal 3 m daarachter;
  • h. de goot- en bouwhoogte mogen niet meer bedragen dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte';
  • i. de dakhelling mag niet meer minder bedragen dan 30° en niet meer dan 60°;
  • j. de afstand van een hoofdgebouw tot de zijdelingse perceelsgrenzen mag aan beide zijden niet minder dan 3 m bedragen.

6.2.2 Aan- en uitbouwen en bijgebouwen

Voor het bouwen van aan- en uitbouwen en bijgebouwen gelden de volgende voorwaarden:

  • a. vrijstaande bijgebouwen dienen op een afstand van ten minste 2,5 m achter de voorgevelrooilijn van het hoofdgebouw te worden gebouwd;
  • b. de gezamenlijke inhoud mag niet meer bedragen dan 425 m3;
  • c. de gezamenlijke oppervlakte aan aan- en uitbouwen en bijgebouwen mag niet meer bedragen dan 100 m²;
  • d. de goothoogte mag niet meer bedragen dan 3 m;
  • e. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 5,5 m;
  • f. de afstand van vrijstaande bijgebouwen tot het hoofdgebouw mag niet meer dan 20 m bedragen.

6.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende voorwaarden:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen niet meer bedragen dan 2,5 m, met dien verstande dat de hoogte vóór de voorgevelrooilijn niet meer mag bedragen dan 1 m;
  • b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan 3 m;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 3 m;
  • d. voor de bouw van onoverdekte zwembaden geldt dat de oppervlakte niet meer mag bedragen dan 50 m² en de afstand tot de woning niet meer dan 15 m mag bedragen.

6.3 Afwijken van de bouwregels
6.3.1 Algemeen

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • a. lid 6.2.1 onder j voor het bouwen op een kortere afstand tot de zijdelingse perceelsgrens mits de belangen van derden niet onevenredig worden geschaad;
  • b. lid 6.2.2 onder f voor het bouwen van een bijgebouw op een afstand van meer dan 20 m van het hoofdgebouw indien dit noodzakelijk is in verband met een doelmatige inrichting van het perceel.

6.3.2 Paardenbakken

Voor het bouwen van paardenbakken gelden de volgende voorwaarden:

  • a. paardenbakken zijn uitsluitend toegestaan binnen het bestemmingsvlak.
  • b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde bij paardenbakken mag niet meer bedragen dan 2 m.
  • c. de oppervlakte van paardenbakken mag niet meer bedragen dan 800 m2.
  • d. het bouwen van lichtmasten is niet toegestaan.

6.4 Specifieke gebruiksregels
6.4.1 Aan-huis-verbonden beroep of bedrijf

Binnen deze bestemming is de uitoefening van aan-huis-verbonden beroepen of bedrijven toegestaan als ondergeschikte activiteit bij de woning, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. de omvang van de activiteit mag niet meer bedragen dan 40% van de gezamenlijke oppervlakte van de bebouwing van de woning en/of bijgebouwen tot een maximum van 75 m².
  • b. het gebruik mag geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer en mag geen onevenredige toename van de parkeerbehoefte veroorzaken.
  • c. er vindt geen detailhandel plaats, uitgezonderd detailhandel in beperkte, ondergeschikte mate, in direct verband met de uitoefening van aan huis gebonden beroeps- of bedrijfsactiviteiten.
  • d. de activiteit wordt uitgeoefend door de bewoner.

6.5 Afwijken van de gebruiksregels
6.5.1 Kleinschalig logeren (bed&breakfast)

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 6.1 voor het toestaan een kleinschalige logeervoorziening in de vorm van bed&breakfast in de woning of bijbehorend bijgebouw, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. de woonfunctie binnen het bestemmingsvlak als hoofdfunctie aanwezig en herkenbaar blijft;
  • b. het maximum aantal eenheden per bestemmingsvlak mag niet meer bedragen dan 3;
  • c. de oppervlakte van de afzonderlijke eenheden mag niet meer bedragen dan 50 m2 waarbij de totale omvang van de activiteit niet meer mag bedragen dan 50% van de gezamenlijke oppervlakte van de bebouwing van de woning en/of bijgebouwen;
  • d. de kleinschalige logeervoorziening mag geen onevenredige beperking opleveren voor de bedrijfsvoering/bedrijfsontwikkeling van omliggende (agrarische) bedrijven;
  • e. er dient te worden voorzien in een zorgvuldige landschappelijke inpassing op basis van een erfbeplantingsplan.