Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Bucht 43b
Status: onherroepelijk
Plan identificatie: NL.IMRO.1724.BPBbuc1042-ONHE

Artikel 8 Algemene gebruiksregels

8.1
Algemeen
 
Het is verboden de in de artikelen 3 tot en met 5 bedoelde gronden en bouwwerken te gebruik en/of te doen en/of laten gebruiken en/of in gebruik te geven op een wijze of tot een doel strijdig met de aan de grond gegeven bestemming, zoals die nader is aangeduid in de bestemmingsomschrijving.
 
 
8.2
Strijdig gebruik
 
Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan:
a.
het gebruik van gronden, gebouwen, bouwwerken en onderkomens ten behoeve van een seksinrichting en/of escortbedrijf, raamprostitutie en straatprostitutie;
b.
het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken bij een woning als zelfstandige woning en als afhankelijke woonruimte.
c.
het gebruik van gronden voor de voorgevel van een woning ten behoeve van parkeren.
 
 
8.3
Afwijken van de gebruiksregels
8.3.1
Mantelzorg
 
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 8.2 onder b en toestaan dat een vrijstaand bijgebouw bij een woning wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte, met dien verstande dat:
a.
een dergelijke bewoning noodzakelijk is vanuit een oogpunt van mantelzorg;
b.
geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de in geding zijnde belangen, waaronder die van omwonenden en (agrarische bedrijven);
c.
de afhankelijke woonruimte binnen de vigerende regeling inzake bijgebouwen wordt ingepast met een maximale oppervlakte van 75 m2;
d.
het bijgebouw is gelegen op een afstand van niet meer dan 15 meter van het hoofdgebouw.
 
Het bevoegd gezag trekt de in 8.3.1. bedoelde omgevingsvergunning in, indien de bij het verlenen van de omgevingsvergunning bestaande noodzaak vanuit een oogpunt van mantelzorg niet meer aanwezig is.
 
 
8.3.2
Parkeren
 
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 8.2 onder c, met dien verstande dat:
a.
het parkeergedeelte niet meer dan 75% van de voortuin mag bedragen;
b.
het parkeren geen verkeersonveilige situaties oplevert;
c.
het parkeren geen afbreuk doet aan de ruimtelijke uitstraling van de straat.