Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Bedrijventerrein Alphen
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.1723.BPbedrAlphen-VS01

Artikel 4 Bedrijf

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. ter plaatse van de functieaanduiding (b≤2): industriële en ambachtelijke verzorgende bedrijven/inrichtingen en bedrijfsactiviteiten die genoemd staan in de categorieën 1, 2 van de bij dit artikel behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten, niet zijnde Bevi-inrichtingen;
  2. ter plaatse van de functieaanduiding(b≤3.1): industriële en ambachtelijke verzorgende bedrijven/inrichtingen en bedrijfsactiviteiten die genoemd staan in de categorieën 1, 2 en 3.1 van de bij dit artikel behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten, niet zijnde Bevi-inrichtingen;  
  3. ter plaatse van de functieaanduiding (b≤3.2): industriële en ambachtelijke verzorgende bedrijven/inrichtingen en bedrijfsactiviteiten die genoemd staan in de categorieën 1, 2, 3.1 en 3.2 van de bij dit artikel behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten, niet zijnde Bevi-inrichtingen;
  4. administratieve dienstverlening die ondergeschikt is en ten dienste staat van de doeleinden als bedoeld in sub a, b en c;
  5. horecavoorzieningen (kantine) die ondergeschikt zijn aan en ten dienste staan van de doeleinden als genoemd in sub a, b en c;
  6. productiegebonden detailhandel die ten dienste staat van en ondergeschikt is aan de bedrijven als genoemd in sub a, b en c tot een maximum van 10% van het bedrijfsvloeroppervlak van het bedrijf;
  7. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding (bw): bestaande bedrijfswoningen; 
  8. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding (vm): de verkoop van motorbrandstoffen (zonder LPG);
  9. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding (vm): de verkoop van badkamers en sanitair;
  10. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - betonbouw' een bedrijf voor betonbouw;
  11. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bouwbedrijf' een bouwbedrijf;  
  12. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - houtbewerkingsbedrijf' een houtbewerkingsbedrijf;
  13. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - landbouwmechanisatie' een bedrijf in landbouwmechanisatie;
  14. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - staalconstructiebedrijf' een staalconstructiebedrijf;
  15. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - vervaardiging landbouwmachines' een bedrijf in landbouwmachines;

    met de daarbij behorende:
  16. ontsluitingswegen en -paden;
  17. parkeervoorzieningen, met dien verstande dat het parkeren op het eigen terrein opgelost moet worden;
  18. groenvoorzieningen;
  19. erven, tuinen en terreinen;
  20. waterhuishoudkundige voorzieningen;
  21. openbare nutsvoorzieningen;
  22. bouwwerken en voorzieningen.

4.2 Bouwregels

4.2.1 Algemeen

Voor het bouwen gelden de volgende bepalingen:
  1. op de in lid 1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de genoemde bestemmingsomschrijving worden gebouwd;

4.2.2 Bouwvlak

Binnen het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
  1. toegestaan zijn gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  2. per bouwperceel en per bedrijf mag het bebouwingspercentage maximaal 65% bedragen;
  3. gebouwen moeten voldoen aan de maatvoerings- en situeringeisen, zoals aangegeven in onderstaand schema:

    Gebouwen, niet zijnde een woning Eis
    maximale goothoogte bedrijfsbebouwing zie aanduiding op verbeelding
    maximale bouwhoogte bedrijfsbebouwing zie aanduiding op verbeelding
      
    Bedrijfswoning Eis
    maximale diepte  14 meter
    maximale goothoogte  6 meter
    maximale bouwhoogte 10 meter
    minimale afstand tot zijdelingse perceelsgrens5 meter

     Bijgebouwen bij bedrijfswoning Eis
     maximale goothoogte 3 meter
     maximale bouwhoogte 5 meter
     maximaal gezamenlijk oppervlak 60 m²
      
     Voorzieningen van algemeen nut Eis
     maximale bouwhoogte 3 meter
     maximaal oppervlak  20 m²

     SitueringeisenEis
     afstand hoofdgebouw tot de zijdelingse perceelsgrens5 meter
     afstand bijgebouw tot de zijdelingse perceelsgrens1 meter
     afstand gebouwen tot de achterste perceelsgrens 1 meter

  4. in aanvulling op het bepaalde in sub c geldt dat een bedrijfswoning uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' gerealiseerd mag worden en georiënteerd dient te zijn op de openbare weg;  
  5. in afwijking van het bepaalde in sub c, geldt de bestaande afstand tot de perceelsgrens als situeringmaat ingeval de afstand van het gebouw tot de perceelsgrens ten tijde van de tervisielegging van het ontwerpplan reeds minder was dan het bepaalde in sub c;
  6. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, moeten voldoen aan de maatvoeringseisen, zoals aangegeven in onderstaand schema:

     Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Maximale bouwhoogte
     terreinafscheidingen 2 meter
     vlaggenmasten en verlichtingsarmaturen 8 meter
     overige bouwwerken  4 meter

4.2.3 Buiten bouwvlak

Buiten het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
  1. uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde zijn toegestaan;
  2. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, moeten voldoen aan de maatvoeringseisen, zoals aangegeven in onderstaand schema:

     Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Maximale bouwhoogte
     terreinafscheidingen  2 meter
     vlaggenmasten en verlichtingsarmaturen 8 meter
     speelvoorzieningen en pergola's 2 meter
     overige bouwwerken 1,5 meter

4.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen stellen aan:
  • de bouwhoogte en/of de goothoogte van gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde;
  • de situering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde; 
  • de aanleg en omvang van parkeer- en groenvoorzieningen;
  • de aanleg en profilering van toegangs- en ontsluitingswegen. 

    indien dit noodzakelijk is ter voorkoming van een onevenredige aantasting van:
  1. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  2. de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de directe omgeving;
  3. de milieukwaliteit;
  4. de verkeersveiligheid;
  5. de sociale veiligheid;
  6. de brandveiligheid en rampenbestrijding;
  7. de gewenste parkeer-, laad- en losruimte van voldoende omvang op eigen terrein;
  8. het woon- en leefklimaat.

4.4 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 4 lid 2.2 sub c ten behoeve van de bouw van bedrijfsgebouwen op een afstand van minder dan 5 meter tot één der zijdelingse perceelsgrenzen, onder de voorwaarden dat:
  1. de breedte van het bouwperceel minder dan 20 meter bedraagt;
  2. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden niet onevenredig worden aangetast;
  3. de verkeersveiligheid, brandveiligheid c.q. brand- en rampenbestrijdingsmogelijkheden zijn gewaarborgd;
  4. op het bouwperceel parkeer-, laad-, en losruimte van voldoende omvang aanwezig is c.q. blijft.  

4.5 Specifieke gebruiksregels

4.5.1 strijdig gebruik van bouwwerken

Tot een strijdig gebruik van bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
  1. de uitoefening/vestiging van een andere tak van handel, bedrijf of dienstverlening (o.a. horecavoorziening) dan volgens het bepaalde in artikel 4 lid 1 is toegestaan;
  2. de uitoefening/vestiging van geluidszoneringplichtige inrichtingen/bedrijven;
  3. detailhandel, met uitzondering van het bepaalde in artikel 4 lid 1 sub g
  4. de opslag en verkoop van motorbrandstoffen (inclusief LPG), met uitzondering van het bepaalde in artikel 4 lid 1 sub k;
  5. de uitoefening/vestiging van een zelfbedieningsgroothandelsbedrijf;
  6. de uitoefening van woondoeleinden, met uitzondering van de bedrijfswoningen als bedoeld in artikel 4 lid 1 sub g;
  7. de uitoefening/vestiging van zelfstandige kantoren;
  8. de uitoefening/vestiging van een seksinrichting.

4.5.2 Strijdig gebruik van gronden

Tot een strijdig gebruik van gronden wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
  1. de opslag en verkoop van motorbrandstoffen (inclusief LPG), met uitzondering van het bepaalde in artikel 4 lid 1 sub h;
  2. het opslaan, het opgeslagen houden of (laten) bergen van gebruikte, afgedankte c.q. aan de oorspronkelijke bestemming onttrokken goederen, voorwerpen of materialen, behoudens voor zover noodzakelijk in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de gronden;
  3. het opslaan, het opgeslagen houden, (laten) storten of (laten) lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen, behoudens voor zover dat noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de gronden;
  4. het plaatsen of geplaatst houden van onderkomens.

4.5.3 Geen strijdig gebruik van gronden

Het bepaalde in artikel 4 lid 5.2 sub b en artikel 4 lid 5.2 sub c is niet van toepassing voor zover het betreft:
  1. tijdelijke opslag van materialen en werktuigen, welke nodig zijn voor de realisering en/of handhaving van de in het plan aangewezen bestemming;
  2. opslag in het kader van het normale onderhoud van de gronden en gebouwen.

4.6 Afwijken van de gebruiksregels

4.6.1 afwijken milieucategorie

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in:
  1. artikel 4 lid 1 sub a en artikel 4 lid 1 sub b teneinde bedrijven toe te laten die voorkomen in één categorie hoger dan in artikel 4 lid 1 sub a en artikel 4 lid 1 sub b genoemde categorieën, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving, gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere maatgevende milieuaspecten, geacht kan worden te behoren tot de in artikel 4 lid 1 sub a en artikel 4 lid 1 sub b genoemde categorieën van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
  2. artikel 4 lid 1 sub a en artikel 4 lid 1 sub b teneinde bedrijven toe te laten die niet in de bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving, gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm, geacht kan worden te behoren tot de algemeen toelaatbare categorieën van de Staat van Bedrijfsactiviteiten als genoemd in artikel 4 lid 1 sub a en artikel 4 lid 1 sub b.
voordat met een omgevingsvergunning van de regels wordt afgeweken, wordt aan de milieudeskundige schriftelijk advies gevraagd omtrent de toelaatbaarheid van het bedrijf.

4.7 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen, in die zin dat:
  1. de Lijst van bedrijfsactiviteiten kan worden gewijzigd, indien technologische ontwikkelingen of vernieuwde inzichten hiertoe aanleiding geven;
  2. de aanduidingen als bedoeld in 3.1 sub h t/m p mogen worden verwijderd, indien de activiteit ter plaatse gedurende een half jaar is beëindigd en er geen redenen zijn om aan te nemen dat de activiteit binnen een half jaar wordt voortgezet;
  3. de vestiging van één bouwmarkt wordt toegestaan. De wijzigingsbevoegdheid wordt slechts toegepast indien voldaan wordt aan de volgende voorwaarde: 
    1. door middel van een branche-specifiek onderzoek zal moeten worden aangetoond dat de distributieplanologische ruimte voor de vestiging aanwezig is en er géén onevenredige aantasting van de distributieve voorzieningen binnen het voorzieningniveau in het lokale verzorgingsgebied van de gemeente Alphen-Chaam plaatsvindt. Het branche-specifieke onderzoek dient gericht te zijn op de branche waarbinnen de initiatiefnemer actief is en op de economische en ruimtelijke aspecten, waarbij onder meer de volgende elementen in beschouwing betrokken dienen te worden: 
      • de invloedszone van het bedrijf; 
      • de consequenties van de vestiging voor de overige vestigingen in het marktverzorgingsgebied (distributie-planologische effecten/aspecten) van de gemeente Alphen-Chaam; 
      • de alternatieve vestigingsplaaten/ruimtelijke inpasbaarheid in de bestaande bebouwde (winkel)gebied binnen de gemeente; 
      • de ontwikkelingen in de markt; 
      • de infrastructuur en het parkeerareaal.