direct naar inhoud van Artikel 15 Kantoor
Plan: Bestemmingsplan Kom Alphen
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1723.126x00304-0002

Artikel 15 Kantoor

15.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Kantoor' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. niet-publieksgerichte administratieve dienstverlening;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'wonen', wonen met een maximum van één woning per aanduidingsvlak;

met de daarbij behorende:

  • c. ontsluitingswegen en -paden;
  • d. parkeervoorzieningen;
  • e. erven, tuinen en terreinen;
  • f. bouwwerken en voorzieningen.

15.2 Bouwregels
15.2.1 Algemeen

Voor het bouwen geldt dat op de in 15.1 bedoelde gronden uitsluitend bouwwerken ten dienste van de genoemde bestemmingsomschrijving mogen worden gebouwd.

15.2.2 Bouwvlak

Binnen het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:

  • a. toegestaan zijn gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • b. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd tenzij met een aanduiding een bebouwingspercentage is opgenomen, in dat geval mag het bouwvlak bebouwd worden tot maximaal het aangegeven bebouwingspercentage;
  • c. gebouwen moeten voldoen aan de maatvoering- en situeringeisen, zoals aangegeven in onderstaand schema:

Gebouwen, niet zijnde een woning   Eis  
maximale goothoogte   zie aanduiding  
maximale bouwhoogte   zie aanduiding  
Woning   Eis  
maximale diepte   14 meter  
maximale goothoogte   6 meter  
maximale bouwhoogte   10 meter  
minimale afstand tot zijdelingse perceelsgrens   3 meter  
Situeringeisen   Eis  
afstand hoofdgebouw tot de zijdelingse perceelsgrens   3 meter  
afstand bijgebouw tot de zijdelingse perceelsgrens   1 meter  
afstand gebouwen tot de achterste perceelsgrens   1 meter  

  • d. in aanvulling op het bepaalde in 15.1, sub b geldt dat de woning uitsluitend ter plaatse van de nadere aanduiding gerealiseerd mag worden en georiënteerd dient te zijn op de openbare weg;
  • e. in afwijking van het bepaalde in sub c, mag ter plaatse van de aanduiding 'wonen' over een diepte van 15 meter gemeten vanaf de voorgevel van het hoofdgebouw, de goothoogte maximaal 7 meter en de bouwhoogte maximaal 15 meter bedragen;
  • f. in afwijking van het bepaalde in sub c, geldt de bestaande afstand tot de perceelsgrens als situeringmaat ingeval de afstand van het gebouw tot de perceelsgrens ten tijde van de tervisielegging van het ontwerpplan reeds minder was dan het bepaalde in sub c;
  • g. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, moeten voldoen aan de maatvoeringeisen, zoals aangegeven in onderstaand schema:

Bouwwerken, geen gebouwen zijnde   Maximale bouwhoogte  
terreinafscheidingen bij niet-hoekpercelen   2 meter  
terreinafscheidingen bij hoekpercelen, vóór de voorgevellijn en tot 3 meter achter de voorgevelrooilijn   1 meter  
terreinafscheidingen bij hoekpercelen, vanaf 3 meter achter de voorgevelrooilijn   2 meter  
vlaggenmasten en verlichtingsarmaturen   8 meter  
overige bouwwerken   4 meter  

15.2.3 Buiten het bouwvlak

Buiten het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:

  • a. uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde zijn toegestaan;
  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, moeten voldoen aan de maatvoeringseisen, zoals aangegeven in onderstaand schema:

Bouwwerken, geen gebouwen zijnde   Maximale bouwhoogte  
terreinafscheidingen   1 meter  
vlaggenmasten en verlichtingsarmaturen   8 meter  
speelvoorzieningen en pergola's   2 meter  
overige bouwwerken   1,5 meter  

15.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen stellen aan:

  • de bouwhoogte en/of de goothoogte van gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde;
  • de situering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • de aanleg en omvang van parkeergelegenheid.

indien dit noodzakelijk is ter voorkoming van een onevenredige aantasting van:

  • a. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • b. de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de directe omgeving;
  • c. de milieukwaliteit;
  • d. de verkeersveiligheid;
  • e. de sociale veiligheid;
  • f. de brandveiligheid en rampenbestrijding;
  • g. het woon- en leefklimaat.

15.4 Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in:

ten behoeve van de maximale hoogte van een terreinafscheiding tot een hoogte van maximaal 2 meter, indien dit in het belang van het bedrijf is en er geen bezwaren zijn in het kader van de verkeersveiligheid.

15.5 Specifieke gebruiksregels
15.5.1 Strijdig gebruik van bouwwerken

Tot een strijdig gebruik van bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. de uitoefening van enige tak van handel, bedrijf of dienstverlening anders dan volgens het bepaalde in 15.1 is toegestaan;
  • b. de uitoefening/vestiging van een seksinrichting;
  • c. de opslag en verkoop van motorbrandstoffen (inclusief LPG);
  • d. zelfstandige kantoordoeleinden.

15.5.2 Strijdig gebruik van gronden

Tot een strijdig gebruik van gronden wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. de opslag en verkoop van motorbrandstoffen (inclusief LPG);
  • b. het opslaan, het opgeslagen houden of (laten) bergen van gebruikte, afgedankte c.q. aan de oorspronkelijke bestemming onttrokken goederen, voorwerpen of materialen, behoudens voor zover noodzakelijk in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de gronden;
  • c. het opslaan, het opgeslagen houden, (laten) storten of (laten) lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen, behoudens voor zover dat noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de gronden;
  • d. het plaatsen of geplaatst houden van onderkomens.

15.5.3 Geen strijdig gebruik van gronden

Het bepaalde in 15.5.2, sub b en sub c is niet van toepassing voor zover het betreft:

  • a. tijdelijke opslag van materialen en werktuigen, welke nodig zijn voor de realisering en/of handhaving van de in het plan aangewezen bestemming;
  • b. opslag in het kader van het normale onderhoud van de gronden en gebouwen.

15.6 Wijzigingsbevoegdheid
15.6.1 Wijzigingsbevoegdheid kantoor en maatschappelijk

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen in de bestemmingen 'Dienstverlening' en 'Maatschappelijk', onder de volgende voorwaarden:

  • a. er mogen geen bezwaren vanuit milieukwaliteit tegen de wijziging bestaan;
  • b. voorzien dient te worden in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein;
  • c. bij de wijziging in de bestemming 'Dienstverlening' is het bepaalde in artikel 12 zoveel mogelijk van toepassing.
  • d. bij de wijziging in de bestemming 'Maatschappelijk' is het bepaalde in artikel 16 zoveel mogelijk van toepassing.