direct naar inhoud van 2.3 Alternatieven en de keuze zoals vastgelegd in het bestemmingsplan
Plan: Golfbaan De Hooge Vorssel Bernheze
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1721.BPHoogeVorssel-oh01

2.3 Alternatieven en de keuze zoals vastgelegd in het bestemmingsplan

2.3.1 Alternatieven

In het MER worden vier alternatieven beschreven:

  • Nul-alternatief;
  • Nulplus-alternatief: de beschrijving van het milieu met het gegeven dat de bestaande golfbaan reeds aanwezig is, maar zonder de uitbreiding van de golfbaan;
  • Voorgenomen activiteit (VA): de uitbreiding van de baan naar 18 holes;
  • Meest milieuvriendelijke alternatief (MMA)

Nul-alternatief/autonome ontwikkeling
Het nul-alternatief is de beschrijving van het milieu wanneer de voorgenomen activiteit (aanleg van de golfbaan) niet zal plaatsvinden. Het is de virtuele autonome ontwikkeling. Bij het nulalternatief wordt ervan uitgegaan dat het landgebruik zich min of meer continueert. Verondersteld wordt dat het gebied zonder de golfbaanaanleg zijn multifunctionele karakter had behouden. Dit betreft een mengsel van recreatie, natuurbeheer en bosbouw. Het uitbreidingsgebied is vooral landbouwkundig in gebruik. Het MOB-complex heeft zijn militaire functie verloren en wordt teruggegeven aan de natuur. Het Vatenopslagterrein blijft als bedrijfsterrein aangemerkt. Het compensatiegebied bestaat uit verspreide landbouwpercelen.

Nulplusalternatief
Het nulplusalternatief is de huidige situatie met de 9-holes golfbaan. Naast de 9 holes baan zijn een clubhuis, driving range en parkeerplaats aanwezig. De bestaande baan heeft een lengte van 3.050 meter. Ten behoeve van de aanleg van de baan is ruim 12 hectare bos gekapt. Binnen het gebied is 0,77 hectare herplant. Daarnaast is ten behoeve van de beregening van de baan een grote vijver gegraven en is met de uitkomende grond de baan gemodelleerd. In 2006 zijn de minder intensieve delen van de baan heringericht ten behoeve van natuurontwikkeling (4,69 hectare). Ten behoeve van de natuur- en boscompensatie wordt elders 19,77 hectare verspreide landbouwgrond omgevormd tot natuurgebied. Buiten de verplichte boscompensatie worden de compensatiegronden vooral ingericht ten behoeve van dassen en struweelvogels.

afbeelding "i_NL.IMRO.1721.BPHoogeVorssel-oh01_0002.png"  
Figuur 2.1 Gebruik 2005  

Voorgenomen activiteit
De bestaande 9-holes golfbaan wordt uitgebreid met 9 holes en er vindt een vergroting van het clubhuis en de parkeerplaats plaats. De uitbreiding wordt gerealiseerd door het aanleggen van 1 hole op de bestaande baan, 1 hole op het Vatenopslagterrein, 2 op het MOB-complex en 5 holes op de landbouwgronden ten westen van de Berghemseweg. De totale baanlengte wordt daarmee circa 5.630 meter. Ten behoeve van de baanuitbreiding wordt het clubhuis vergroot van 385 m2 naar 582 m2. Tevens wordt de bestaande parkeerplaats met een oppervlakte van 90 plaatsen in westelijke richting uitgebreid tot 120 plaatsen. Langs de Slotenseweg zijn 40 overloopparkeerplaatsen (valt buiten het plangebied). Op het Vatenopslagterrein en het akkercomplex (perceel Achter de Vorssel) worden stroken afgezonderd en ingericht als dassenleefgebied (4,27 hectare). Andere doelsoorten zijn struweelvogels en amfibieën/reptielen. De natuurdoeltypen hiervoor zijn bosjes, houtwal, mantel/struweel, ruigte/zoom, bloemrijk grasland, heide/droog schraalgrasland en poel. De robuuste stukken die buiten de baan gehouden zijn worden als EHS aangemerkt, de natuur op de baan zelf is Groenblauwe mantel. Ten behoeve van de natuurcompensatie van zowel de huidige baan als de uitbreiding wordt elders 31,55 hectare verspreide percelen landbouwgronden geoptimaliseseerd leefgebied voor zowel dassen als struweelvogels of omgevormd tot bosgebied.

Meest milieuvriendelijke alternatief
Bij de opzet en uitwerking is het milieubelang al vroegtijdig en volwaardig meegenomen. Hierdoor is in een 'milieugericht' ontwerpproces en inrichtingsontwerp ontstaan dat integraal gezien kan worden als het Meest milieuvriendelijke alternatief.

2.3.2 Afweging, voorkeursalternatief en mitigerende maatregelen

De conclusie van het MER is als volgt:
'De golfbaanaanleg in 1990 heeft meer negatieve dan positieve effecten gehad. Deze negatieve balans is enigszins in positieve richting opgeschoven door de natuurvriendelijke aanpassingen van de 9-holes-baan in 2006. Het resterende verlies wordt gecompenseerd door op de landbouwgronden verspreid over Bernheze 19,77 hectare bos en natuur te realiseren.

Omdat de uitbreiding van de golfbaan vooral op natuurarme landbouwgrond zal gebeuren, heeft de voorgenomen activiteit meer positieve dan negatieve effecten. Dit is vooral vanwege de grote hoeveelheid natuurcompensatie op en naast de baan. De uitbreiding op het MOB-complex en het Vatenopslagterrein heeft echter vooral negatieve effecten. Beide deelgebieden worden in de twee nulalternatieven terug gegeven aan de natuur. Om dit verlies te compenseren wordt nog tenminste 4,06 hectare nieuwe natuur aangelegd.

Boven de verplichte compensatie van 23, 83 (19,77 + 4,06) hectare wordt op de verspreide compensatiegronden en op de golfbaanuitbreiding zelf nog bijna 16 hectare extra natuur aangelegd. Deze extra natuur wordt vooral gebruikt om de schade aan struweelvogels, Das, Rugstreeppad en Levendbarende hagedis te mitigeren. De precieze invulling van deze nieuwe natuur (ven en natte heide) is uitgewerkt in het Golfbaanbeheerplan (zie hoofdstuk 5 en bijlage 3) en het Natuurcompensatieplan (zie hoofdstuk 5 en bijlage 2). In deze plannen wordt niet alleen de inrichting verder vormgegeven, maar zijn ook maximaal milieu- en natuurvriendelijke beheersmaatregelen opgenomen.

Mitigerende maatregelen
In het MER zijn in paragraaf 5.8 een aantal natuur- en milieuvriendelijke uitgangspunten opgenomen voor het ontwerp van de uitbreiding van de golfbaan en de inrichting van de compensatiegronden.

Ontwerp

  • behoud zekere openheid van akkercomplex de Vorssel door vrij zicht hierop vanaf de randen (Vorsselse steeg, Berghemseweg);
  • behoud Kampsstraat zijnde een recht bospad van een jonge heideontginning als zichtlijn;
  • zoveel mogelijk ruimte voor natuurontwikkeling, belangrijke doelsoorten Das, struweelvoges, Rugstreeppad, Levendbarende hagedis, Kam- en Alpenwatersalamander, dagvlinders en sprinkhanen van struweel, heide en droog schraalgrasland, plantensoorten van nat schraalgrasland (alleen compensatiepercelen), bos en heide;
  • voldoende ecologische infrastructuur met name voor de Das in de vorm van ruige greppels, (vlecht)hagen, houtwallen, dassentunnels en begeleidend raster;
  • voldoende afstand (> 50 meter) van de intensieve delen van de golfbaan tot de (bij)burchten van de das;
  • voor de Das voldoende foerageergelegenheid in de vorm van voedselrijk grasland (faunarijk grasland);
  • voor struweelvogels veel afwisseling van kleine bosjes, (lage) houtwallen en (hoge) hagen, braam- en doornstruwelen, kruidenrijke bermen en perceelsranden, mantel- en zoomvegetaties langs bosranden en houtwallen, extensief beheerd agrarisch gebied.
  • poelen voor amfibieën;
  • hei en droog schraalgrasland voor reptielen, dagvlinders, sprinkhanen.

Grondverzet

  • werkzaamheden in de aanlegfase worden zoveel mogelijk in de periode van 1 oktober tot 1 maart uitgevoerd;
  • beperking van de toe te passen accidentatie;
  • geen bodemingrepen in het als archeologisch monument aangewezen terrein (AMK-terrein 1036);
  • geen bodemingrepen dieper dan de bouw voor in delen van het plangebied met een hoge verwachtingswaarde voor archeologische vindplaatsen van landbouwers (neolithicum t/m nieuwe tijd);
  • aanvulling gesaneerde gronden MOB-complex met schraal zand (leem- en humusarm);
  • aanvulling gesaneerde gronden Vatenopslagterrein met humusrijk zand (zwarte grond) ten behoeve van faunarijk grasland;
  • de voedselrijke landbouwzode (tot 30 cm diep) wordt opzij gezet en gebruikt om de graslanden ten behoeve van de Das (bloemrijk grasland) en de fairways op te bouwen;
  • de bij het grondverzet vrijkomende schrale grond wordt gebruikt ten behoeve van de natuurontwikkeling op de rough met een botanische doelstelling (bloemrijk grasland gemaaid, hei, droog schraalgrasland).

Waterhuishouding

  • nieuwe waterpartijen in de vorm van geïsoleerde poelen / vennen als potentieel biotoop voor met name amfibieën en libellen;
  • ontwatering door middel van drainage en grindkoffers alleen bij tees en greens (circa 2,5 hectare);
  • beregening alleen op greens en tees en incidenteel op (delen van) de fairways.

Nieuwbouw

  • behoud kraamkolonie Gewone dwergvleermuis bij uitbreiding clubhuis;
  • inrichting bunker als winterverblijfplaats voor vleermuizen.

Verlichting

  • zo min mogelijk buitenverlichting.

Onderhoud

  • geen of weinig gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en kunstmest.

De precieze invulling van de nieuwe natuur is uitgewerkt in een Natuurcompensatieplan (bijlage 2) en een Golfbaanbeheerplan2 (bijlage 3). In deze plannen wordt niet alleen de inrichting verder vormgegeven, maar zijn ook de maximaal milieu- en natuurvriendelijke beheersmaatregelen opgenomen. In de regels van dit bestemmingsplan is als voorwaarde opgenomen dat voor of gelijktijdig met de ingebruikname van de golfbaan natuurcompensatie dient plaats te vinden, conform het Natuurcompensatieplan.