direct naar inhoud van Artikel 4 Wonen
Plan: Julianastraat Hooge Zwaluwe
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1719.6bp10julianastraat-vg01

Artikel 4 Wonen

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het wonen;

met daarbij behorende:

  • b. aan-, uit,- en bijgebouwen;
  • c. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • d. tuinen en erven;
  • e. toegangspaden tot gebouwen en in- en uitritten;
  • f. groenvoorzieningen en water;
  • g. overige functioneel met het wonen verbonden voorzieningen.

4.2 Bouwregels
4.2.1 hoofdgebouwen

Op de in lid 4.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden opgericht, hiervoor gelden de aanduidingen op de verbeelding en de volgende bepalingen:

  • a. binnen het bouwvlak mogen twee-aaneengebouwde woningen en aaneengebouwde woningen gerealiseerd worden;
  • b. hoofdgebouwen zijn uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak, waarbij de diepte van de woningen niet meer mag bedragen dan 14 m;
  • c. het aantal wooneenheden mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' is aangegeven;
  • d. de goot- en bouwhoogte van een gebouw mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' is aangegeven.

4.2.2 aan-, uit- en bijgebouwen

Voor het oprichten van aan-, uit- en bijgebouwen -zowel binnen als buiten het bouwvlak- gelden de volgende bepalingen:

  • a. de gezamenlijke oppervlakte van aan-, uit- en bijgebouwen, mag niet meer dan 50 m² per hoofdgebouw bedragen;
  • b. de goothoogte van vrijstaande bebouwing mag niet meer dan 3,5 m bedragen;
  • c. de goothoogte van aangebouwde bebouwing buiten het bouwvlak dient ten hoogste gelijk zijn aan de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw;
  • d. de bouwhoogte van vrijstaande bebouwing mag niet meer dan 5 m bedragen;
  • e. bebouwing, geen hoofdgebouw zijnde, dient minimaal 1 m achter (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw te worden gebouwd.

4.2.3 bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het oprichten van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van terrein- en erfafscheidingen voor de voorgevel van de hoofdgebouwen mag maximaal 1 meter bedragen;
  • b. de bouwhoogte van terrein- en erfafscheidingen achter de voorgevel van de hoofdgebouwen mag niet meer dan 2 meter bedragen;
  • c. voor de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde geldt dat de bouwhoogte niet meer dan 1 meter mag bedragen op de gronden vóór (het verlengde van) de naar een openbare weg gekeerde gevel van het hoofdgebouw.

4.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bouwwerken, ten behoeve van:

  • a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.

4.4 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.2.2 sub e ten behoeve van de bouw van erkers en/of tochtportalen aansluitend aan een op het perceel gelegen (hoofd)gebouw, waarbij:

  • a. het grondoppervlak niet meer dan 6 m² bedraagt;
  • b. de bouwhoogte niet meer dan 3 m bedraagt;
  • c. de diepte niet meer dan 1,50 m bedraagt.

4.5 Specifieke gebruiksregels
4.5.1 algemene gebruiksregels

Tot een gebruik, in strijd met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c. Wabo, wordt in ieder geval bedoeld:

  • a. het gebruik van (vrijstaande) bijgebouwen als zelfstandige woning of als afhankelijke woonruimte;
  • b. het gebruik van gronden en/of bouwwerken ten behoeve van een seksinrichting, het kweken en/of telen van verdovende middelen voor zover dit het voorzien in de eigen behoefte te boven gaat;
  • c. het gebruik van gronden en/of bouwwerken ten behoeve een van aan-huis-gebonden bedrijf.

4.5.2 aan-huis-gebonden beroep

De uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen als ondergeschikte activiteit bij het hoofdgebouw is uitsluitend toegestaan indien:

  • a. maximaal 35% van het vloeroppervlak van het perceel tot ten hoogste 40 m², wordt gebruikt voor het aan-huis-gebonden beroep;
  • b. de woning blijft voldoen aan de bepalingen ingevolge of krachtens de Woningwet;
  • c. degene die de activiteiten uitvoert, is tevens bewoner van de woning;
  • d. er wordt geen afbreuk gedaan aan het woonkarakter van de buurt er vinden geen verkeersaantrekkende activiteiten plaats of er wordt geen onaanvaardbare parkeerdruk veroorzaakt, zodat extra verkeersmaatregelen, waaronder parkeervoorzieningen, noodzakelijk worden;
  • e. er vindt geen detailhandel plaats, uitgezonderd verkoop als ondergeschikte nevenactiviteit die verband houdt met dat aan huis gebonden beroep alsmede goederen die ter plaatse in het kader van het aan-huis-gebonden beroep zijn vervaardigd;
  • f. er ontstaat geen ernstige of onevenredige hinder voor het woonmilieu en er vinden geen activiteiten plaats waarvoor een milieuvergunning of een melding op grond van milieuwetgeving verplicht is;
  • g. er is geen sprake van buitenopslag.

4.6 Afwijken van de gebruiksregels
4.6.1 afwijking aan-huis-gebonden beroep in bijgebouw

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van de uitoefening van een aan-huis-gebonden beroep in bijgebouwen mits:

  • a. maximaal 35% van het vloeroppervlak van het perceel tot ten hoogste 40 m², wordt gebruikt voor het aan-huis-gebonden beroep;
  • b. de woning blijft voldoen aan de bepalingen ingevolge of krachtens de Woningwet;
  • c. degene die de activiteiten uitvoert, tevens bewoner van de woning is;
  • d. er geen afbreuk wordt gedaan aan het woonkarakter van de buurt;
  • e. er geen verkeersaantrekkende activiteiten plaatsvinden of er geen onaanvaardbare parkeerdruk wordt veroorzaakt, zodat extra verkeersmaatregelen, waaronder parkeervoorzieningen, noodzakelijk worden;
  • f. er geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd verkoop als ondergeschikte nevenactiviteit die verband houdt met dat aan-huis-gebonden beroep alsmede goederen die ter plaatse in het kader van het aan-huis-gebonden beroep zijn vervaardigd;
  • g. er geen ernstige of onevenredige hinder voor het woonmilieu ontstaat en er geen activiteiten plaatsvinden waarvoor een milieuvergunning of een melding op grond van milieuwetgeving verplicht is.

4.6.2 aan-huis-gebonden bedrijf

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van de uitoefening van een aan-huis-gebonden bedrijf als ondergeschikte activiteit bij het hoofdgebouw en/of bijgebouw passende in een woonomgeving mits:

  • a. maximaal 35% van het vloeroppervlak van het perceel tot ten hoogste 40 m², wordt gebruikt voor het aan-huis-gebonden bedrijf;
  • b. de woning blijft voldoen aan de bepalingen ingevolge of krachtens de Woningwet;
  • c. degene die de activiteiten uitvoert, tevens bewoner van de woning is;
  • d. er geen afbreuk wordt gedaan aan het woonkarakter van de buurt;
  • e. er geen verkeersaantrekkende activiteiten plaatsvinden of er wordt geen onaanvaardbare parkeerdruk veroorzaakt, zodat extra verkeersmaatregelen, waaronder parkeervoorzieningen, noodzakelijk worden;
  • f. er geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd verkoop als ondergeschikte nevenactiviteit die verband houdt met dat aan-huis-gebonden bedrijf alsmede goederen die ter plaatse in het kader van het aan-huis-gebonden bedrijf zijn vervaardigd;
  • g. er geen ernstige of onevenredige hinder ontstaat voor het woonmilieu en er geen activiteiten plaatsvinden waarvoor een milieuvergunning of een melding op grond van milieuwetgeving verplicht is.