Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Deregulering
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.1711.BP20190992-VG01

Regels

1 Inleidende regels
Artikel 1 Begrippen
 
1.1 plan:
het facetbestemmingsplan 'Deregulering' met identificatienummer NL.IMRO.1711.BP20190992-VG01 van de gemeente Echt-Susteren.
 
1.2 bestemmingsplan:
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
 
1.3 aanduiding:
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
 
1.4 aanduidingsgrens:
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
 
1.5 shortstay-arbeidsmigrantenhuisvesting:
het huisvesten van legale werknemers van bedrijven, die tijdelijk in Nederland verblijven.
 
1.6 bebouwing:
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
 
1.7 bedrijfswoning:
één woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor het huishouden van een persoon, wiens huisvesting ter plaatse noodzakelijk is, gelet op het feitelijk gebruik van het gebouw en/of terrein in overeenstemming met de bestemming.
 
1.8 bestaand:
  1. bij bouwwerken: bestaand ten tijde van het inwerking treden van het bestemmingsplan, voor zover op een legale wijze tot stand gekomen, met dien verstande dat als bestaand bouwwerk ook worden aangemerkt bouwwerken die na dat tijdstip zijn of mogen worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning waarvan de aanvraag voor dat tijdstip is ingediend;
  2. bij gebruik: bestaand ten tijde van het inwerking treden van het bestemmingsplan, voor zover op een legale wijze tot stand gekomen.
1.9 bestemmingsgrens:
de grens van een bestemmingsvlak.
 
1.10 bijbehorend bouwwerk:
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegenaan gebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak.
 
1.11 bouwen:
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
 
1.12 bouwgrens:
de grens van een bouwvlak.
 
1.13 bouwlaag:
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke bouwhoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en kapverdieping.
 
1.14 bouwperceel:
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
 
1.15 bouwperceelgrens:
een grens van een bouwperceel.
 
1.16 bouwvlak:
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
 
1.17 bouwwerk:
elke constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
 
1.18 detailhandel:
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending, anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
 
1.19 gebouw:
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
 
1.20 GKM (Gemeentelijk Kwaliteitsmenu):
een vorm van ontwikkelingsplanologie, vastgelegd in de 'Structuurvisie Echt-Susteren 2012-2025', die erop gericht is om (op beperkte schaal) ontwikkelingen mogelijk te maken in het buitengebied, terwijl tegelijkertijd de ruimtelijke kwaliteit van dat buitengebied wordt verbeterd. In Echt-Susteren is het GKM op onderdelen verbreed naar het stedelijk gebied.
 
1.21 hoofdgebouw:
een gebouw, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
 
1.22 internetwinkel:
Een internetwinkel is een specifieke vorm van detailhandel, waarbij verkoop van goederen plaatsvindt na bestelling op internet. Er zijn vier verschillende categorieën internetwinkels (webwinkels) te onderscheiden, waarvan twee zonder fysieke bezoekmogelijkheid en twee met fysieke bezoekmogelijkheid:
 
Internetwinkels zonder fysieke bezoekmogelijkheid
  • categorie A: Een internetwinkel waar alleen een elektronische transactie tot stand komt en waar alle klantcontacten en transacties digitaal verlopen en er geen fysieke opslag en verzending van goederen plaatsvindt;
  • categorie B:  Een internetwinkel met opslag– en verzendfunctie; een internetwinkel als bedoeld onder A, waar tevens fysieke opslag en verzending van goederen plaatsvindt. Deze verzending geschiedt uitsluitend per post.
Internetwinkels met fysieke bezoekmogelijkheid:
  • categorie C: een afhaalpunt: een locatie waar een klant uitsluitend via internet bestelde goederen kan afhalen of retourneren, waar uitsluitend logistiek en opslag van uitsluitend bestelde goederen plaatsvindt en waarbij geen sprake is van uitstalling ten behoeve van verkoop en/of overige activiteiten; 
  • categorie D:een internetwinkel met afhaalmogelijkheid en de mogelijkheid om goederen uit te stallen, te passen en/of te bekijken met de daarbij behorende opslag en logistiek. Functioneel is deze internetwinkel vergelijkbaar met reguliere detailhandel.
     
1.23 inwoning:
het bewonen van een woonruimte die deel uitmaakt van een woonruimte die door een ander huishouden in gebruik is, met dien verstande dat dit slechts toegestaan is in het hoofdgebouw, dan wel in met het hoofdgebouw verbonden bijbehorende bouwwerken.
 
1.24 kamerverhuur:
het verhuren van (een) kamer(s) in een woning, waarbij de eigenaar het hoofdverblijf heeft in dezelfde woning als waar de kamerverhuur plaatsvindt. Kenmerkend voor kamerverhuur is dat de bewoner/huurder van een wooneenheid de toiletruimte, badruimte en de keuken deelt met de eigenaar/hoofdgebruiker van de woning.
 
1.25 landschappelijke waarden:
ruimtelijke objecten, structuren of gebieden in het cultuurlandschap die om esthetische, cultuurhistorische en/of ecologische redenen van waarde worden geacht.
 
1.26 omgevingsvergunning:
omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1 of 2.2 Wabo.
 
1.27 ondergeschikte detailhandel:
detailhandel welke dient ter ondersteuning van de hoofdfunctie en daar onderdeel van uitmaakt, waarbij de detailhandelsfunctie qua oppervlak, aard en ruimtelijke uitstraling ondergeschikt is aan de hoofdfunctie.
 
1.28 ondergeschikte functie:
een functie die qua omvang en uitstraling ondergeschikt is aan een op dezelfde plaats voorkomende (hoofd)functie en daarvan ten dienste staat c.q. daar functioneel mee verbonden is.
 
1.29 pand:
de kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is.
 
1.30 parkeervoorzieningen:
elke al dan niet overdekte stallingsgelegenheid ten behoeve van gemotoriseerd verkeer.
 
1.31 perceelgrens:
een grenslijn tussen bouwpercelen onderling.
 
1.32 prostitutie:
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding.
 
1.33 schuilgelegenheid:
een binnen de gebiedsaanduiding 'buitengebied' gelegen gebouw, waarvan het/de op het perceel aanwezige dier(en) gebruik moet(en) kunnen maken in geval van weidegang, met als doel bescherming tegen extreme weersomstandigheden in zowel zomer als winter, uit het oogpunt van dierenwelzijn.
 
1.34 seksinrichting:
de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf waaronder tevens begrepen een erotische-massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.
 
1.35 seksuele dienstverlening:
een bedrijfsmatige activiteit gericht op het verrichten van seksuele handelingen en/of het verrichten van erotisch/pornografische vertoningen.
 
1.36 sport- en/of speelvoorziening:
Een plek die is ingericht als sportvoorziening of als speelvoorziening. Hieronder worden onder andere verstaan: speeltuinen, tennisclubs, voetbalclubs, jeugdverenigingen en schutterijen,
     
waarbij:
  1. in het geval van speelvoorzieningen:
    1. één of meerdere speelvoorziening(en) aanwezig is/zijn voor de leeftijdscategorie tot en met 12 jaar;
    2. commerciële speelvoorzieningen zijn uitgesloten.
  2. in het geval van sportvoorzieningen:
    1. golfbanen zijn uitgesloten.
1.37 verwantschap in de eerste graad:
verwantschap in de eerste graad, zijnde ouders en kinderen, waaronder tevens adoptie- of pleegouders en/of -kinderen worden verstaan.
 
1.38 voorgevel:
de naar de openbare weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, die gevel die kennelijk als zodanig moet worden aangemerkt.
 
1.39 woning:
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één huishouden.
 
2 Algemene regels
Artikel 2 Van toepassing verklaring
 
Het voorliggende facetbestemmingsplan is van toepassing op alle bestemmingsplannen binnen het grondgebied van de gemeente Echt-Susteren die ten tijde van de inwerkingtreding van dit plan vigeren. Daar waar dit specifiek is aangegeven gelden de regels uitsluitend voor de gronden die gelegen zijn binnen de gebiedsaanduidingen 'zone buitengebied', 'zone stedelijk gebied' of 'zone bedrijventerrein' dan wel zijn specifieke bestemmingen aangegeven waarvoor de regels geldig zijn. Overige regels van de vigerende bestemmingsplannen blijven onverkort van toepassing.
 
Artikel 3 Begrippen en wijze van meten
 
3.1 Begrippen
 
De onderstaande begripsbepalingen vervangen de in andere bestemmingsplannen opgenomen gelijkluidende begrippen: 
  1. huishouden: een persoon of een groep personen die een huishouding voert, waarbij sprake is van onderlinge verbondenheid en continuïteit in de samenstelling ervan. Bedrijfsmatige kamerverhuur en verhuur ten behoeve van arbeidsmigranten wordt daaronder niet begrepen.
  2. aan huis verbonden beroep: een dienstverlenend beroep, dat in of bij een woning wordt uitgeoefend door de eigenaar(s)/gebruiker(s) van de woning dan wel een persoon met een verwantschap in de eerste graad met de eigenaar(s)/gebruiker(s), waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitstraling of uitwerking heeft, die met de woonfunctie in overeenstemming is, zoals arts, notaris, adviseur, therapeut, accountant of advocaat, evenwel met uitzondering van prostitutie. 
  3. aan huis verbonden bedrijf: bedrijfsmatige activiteit voorkomend in milieucategorie 1 of 2 van Bijlage 1 'Staat van Bedrijfsactiviteiten' zoals opgenomen bij de regels van een bestemmingsplan, dan wel een naar aard en invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen bedrijvigheid, die door zijn beperkte omvang in of bij een woning, met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend door de eigenaar(s)/gebruiker(s) van de woning dan wel een persoon met een verwantschap in de eerste graad met de eigenaar(s)/gebruiker(s), met uitzondering van een seksinrichting.
  4. bed & breakfast: een kleinschalige overnachtings- en verblijfsaccommodatie, gericht op het bieden van de mogelijkheid van kortdurend toeristisch verblijf inclusief het serveren van een ontbijt, niet zijnde een hotel, pension of ander bedrijf, waarbij het aanbod zich beperkt tot overnachtingsmogelijkheid voor maximaal vier personen. Een bed & breakfast-voorziening is ondergeschikt aan de woonfunctie (binnen een woonbestemming of een agrarische bedrijfsbestemming), is gevestigd in een woonhuis of bijbehorend bouwwerk en wordt gerund door de eigenaar(s) en tevens hoofdbewoner(s) van de betreffende woning. Onder een bed & breakfast-voorziening wordt niet verstaan het overnachten noodzakelijk in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden werkzaamheden en/of arbeid.
  5. mantelzorg: intensieve zorg of ondersteuning, die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende, ten behoeve van zelfredzaamheid of participatie, rechtstreeks voortvloeiend uit een tussen personen bestaande sociale relatie, die de gebruikelijke hulp van huisgenoten voor elkaar overstijgt, en waarvan de behoefte met een verklaring van een huisarts, wijkverpleegkundige of andere door de gemeente aangewezen sociaal-medisch adviseur kan worden aangetoond. H
    uisvesting ten behoeve van mantelzorg vindt in of bij een woning plaats en is toegestaan voor één huishouden van maximaal twee personen, van wie ten minste één persoon mantelzorg verleent aan of ontvangt van een bewoner van de woning.
  6. (planologisch geregelde) woonfunctie: een woning binnen een woonbestemming dan wel een woning die in de regels en/of op de verbeelding als zodanig is aangeduid.  
 
3.2 Wijze van meten
 
De onderstaande begripsbepaling, betrekking hebbend op de 'wijze van meten', vervangt de in andere bestemmingsplannen opgenomen gelijkluidende begripsbepaling: 
  1. ondergeschikte bouwdelen: bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen zoals plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw- c.q. bestemmingsgrenzen niet meer dan 1,50 meter bedraagt. Tevens worden hieronder gevelisolerende of andere duurzaamheidsmaatregelen verstaan, mits de overschrijding niet meer dan 0,50 meter bedraagt.
 
Artikel 4 Aan huis verbonden beroep of bedrijf
 
4.1 Algemeen
 
Daar waar conform de regels van woonbestemmingen en andere planologisch geregelde woonfuncties aan huis gebonden beroep of bedrijf bij afwijking mogelijk is, vervangen de onderstaande regelingen de in deze plannen opgenomen regelingen.
    
4.2 Aan huis verbonden beroep
 
Het uitoefenen van een aan huis verbonden beroep is toegestaan binnen woonbestemmingen en andere planologisch geregelde woonfuncties (inclusief bedrijfswoningen), met dien verstande dat: 
  1. het aan huis verbonden beroep mag worden uitgeoefend in het hoofdgebouw en in bijbehorende bouwwerken;
  2. de woonfunctie in overwegende mate gehandhaafd blijft, met dien verstande dat maximaal 50 m² van het hoofdgebouw en bijbehorende bouwwerken wordt gebruikt voor de uitoefening van het aan huis verbonden beroep; 
  3. er geen zodanig verkeersaantrekkende activiteiten mogen plaatsvinden die de woonomgeving onevenredig belasten en ten gevolge waarvan extra verkeersmaatregelen, waaronder parkeerplaatsen, in openbaar gebied noodzakelijk worden; 
  4. er geen detailhandel plaatsvindt, behoudens detailhandel van ondergeschikte aard die rechtstreeks in verband staat met het uitgeoefende aan huis verbonden beroep.
  
4.3 Aan huis verbonden bedrijf
 
4.3.1 Toegestane aan huis verbonden bedrijfsactiviteiten
Het uitoefenen van een aan huis verbonden bedrijf is toegestaan binnen woonbestemmingen en andere planologisch geregelde woonfuncties (uitgezonderd bedrijfswoningen), met dien verstande dat:  
  1. de aan huis verbonden bedrijvigheid als zodanig is opgenomen in de 'Lijst van aan huis verbonden beroepen en bedrijven', zoals opgenomen in bijlage 1 bij deze regels;
  2. het aan huis verbonden bedrijf mag worden uitgeoefend in het hoofdgebouw en in bijbehorende bouwwerken;
  3. de woonfunctie in overwegende mate gehandhaafd blijft, met dien verstande dat maximaal 50 m² van het hoofdgebouw en bijbehorende bouwwerken wordt gebruikt voor de uitoefening van het aan huis verbonden bedrijf; 
  4. de activiteiten mogen geen onevenredige hinder voor de woonomgeving opleveren en geen afbreuk doen aan het karakter van de omgeving;  
  5. er geen zodanig verkeersaantrekkende activiteiten mogen plaatsvinden die de woonomgeving onevenredig belasten en ten gevolge waarvan extra verkeersmaatregelen, waaronder parkeerplaatsen, noodzakelijk worden; 
  6. er geen detailhandel plaatsvindt, behoudens detailhandel van ondergeschikte aard die rechtstreeks in verband staat met de ter plaatse vervaardigde producten of verleende diensten in het kader van het aan-huis-verbonden bedrijf.  
4.3.2 Afwijkingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in artikel 4 lid 3.1 ten behoeve van het toestaan van aan huis verbonden bedrijfsactiviteiten die niet zijn opgenomen in de 'Lijst van aan huis verbonden bedrijven', zoals opgenomen in bijlage 1 bij deze regels, en/of het toestaan van aan huis verbonden bedrijven in bedrijfswoningen binnen de aanduiding ‘bedrijventerrein’, onder de volgende  voorwaarden: 
  1. de woonfunctie dient in overwegende mate gehandhaafd te blijven, met dien verstande dat maximaal 50 m² van het hoofdgebouw en bijbehorende bouwwerken wordt gebruikt voor de uitoefening van het aan huis verbonden bedrijf; 
  2. uitsluitend bedrijvigheid is toegestaan van milieucategorie 1 en 2 zoals vermeld in de Staat van Bedrijfsactiviteiten, zoals opgenomen in bijlage 2 bij deze regels, of aantoonbaar naar aard en omvang vergelijkbare bedrijfsactiviteiten;  
  3. de activiteiten mogen geen onevenredige hinder voor de woonomgeving opleveren en geen afbreuk doen aan het karakter van de omgeving;  
  4. er geen zodanig verkeersaantrekkende activiteiten mogen plaatsvinden die de woonomgeving onevenredig belasten en ten gevolge waarvan extra verkeersmaatregelen, waaronder parkeerplaatsen, noodzakelijk worden; 
  5. er geen detailhandel plaatsvindt, behoudens detailhandel van ondergeschikte aard die rechtstreeks in verband staat met de ter plaatse vervaardigde producten of verleende diensten in het kader van het aan huis verbonden bedrijf. 
Artikel 5 Bed & breakfast
 
5.1 Algemeen
 
Daar waar conform de regels van woonbestemmingen en andere planologisch geregelde woonfuncties bed & breakfast bij afwijking mogelijk is, vervangen de onderstaande regelingen de in deze plannen opgenomen regelingen.
    
5.2 Bed & breakfast
 
Het uitoefenen van een bed & breakfast is toegestaan binnen woonbestemmingen en andere planologisch geregelde woonfuncties (inclusief bedrijfswoningen, voor zover deze niet zijn gelegen binnen de aanduiding ‘bedrijventerrein’), onder de volgende voorwaarden:   
  1. de bed & breakfast-voorziening dient binnen de woning inclusief bijbehorende bouwwerken te worden gerealiseerd. Er mogen bijbehorende bouwwerken worden opgericht om de bed & breakfast-voorziening te kunnen realiseren, mits deze bijbehorende bouwwerken passen binnen de in het bestemmingsplan aangegeven bouwregels;   
  2. de stedenbouwkundige, landschappelijke, cultuurhistorische en/of architectonische waarden van het pand, perceel of complex dienen behouden te blijven;  
  3. de activiteiten dienen ruimtelijk en bedrijfsmatig ondergeschikt te zijn aan de woonfunctie; deze dienen kleinschalig van omvang te zijn en te passen in de directe omgeving;  
  4. maximaal 50% van de woning, inclusief bijbehorende bouwwerken, tot een maximum van 100 m², mag worden gebruikt voor de bed & breakfast-voorziening;  
  5. de bed & breakfast-voorziening mag door de bouwkundige opzet, indeling en maatvoering niet functioneren als een zelfstandige woning; het hebben van een aparte kookgelegenheid is daarom niet toegestaan;  
  6. permanente bewoning niet is toegestaan; de maximum aaneengesloten verblijfsduur bedraagt 2 weken;  
  7. het maximum aantal gasten dat tegelijkertijd van de bed & breakfast-voorziening gebruik mag maken bedraagt 4;  
  8. de activiteiten geen onevenredige afbreuk mogen veroorzaken aan de volgens het bestemmingsplan gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken;  
  9. de bed & breakfast-activiteiten mogen uitsluitend door de hoofdbewoner(s) worden uitgeoefend; tijdens het nachtverblijf dienen(t) de hoofdbewoner(s) aanwezig te zijn. Bij bed & breakfast-activiteiten in huurwoningen is toestemming nodig van de verhuurder;  
  10. de activiteiten mogen geen onevenredige hinder voor de woonomgeving opleveren en geen afbreuk doen aan het karakter van de omgeving;  
  11. er geen zodanig verkeersaantrekkende activiteiten mogen plaatsvinden die de woonomgeving onevenredig belasten en ten gevolge waarvan extra verkeersmaatregelen, waaronder parkeerplaatsen in openbaar gebied, noodzakelijk worden.
5.3 Afwijkingsbevoegdheid
 
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in artikel 5 lid 2 ten behoeve van het toestaan van bed & breakfast voor maximaal 8 personen, uitsluitend binnen de gebiedsaanduiding 'zone buitengebied' en onder de voorwaarden zoals aangegeven in artikel 5 lid 2.
 
Artikel 6 Internetwinkels
 
6.1 Algemeen
 
De regels uit dit artikel zijn aanvullend op de vigerende bestemmingsplannen.
 
6.2 Internetwinkels
 
6.2.1 Internetwinkels binnen woonbestemming/woonfunctie
  1. Het uitoefenen van een internetwinkel van categorie A is toegestaan binnen woonbestemmingen en andere planologisch geregelde woonfuncties (inclusief bedrijfswoningen), met dien verstande dat:    
    1. de internetwinkel is toegestaan in de woning en/of de bijbehorende bouwwerken;
    2. de internetwinkel te allen tijde ondergeschikt dient te zijn aan de woonfunctie, met dien verstande dat maximaal 30% van het totale woonoppervlak en de daarbij behorende bouwwerken mag worden gebruikt ten behoeve van de internetwinkel met dien verstande dat het aan te wenden vloeroppervlak nimmer meer dan 50 m² mag bedragen;
    3. de internetwinkel uitsluitend mag worden uitgeoefend door de hoofdbewoner(s) van de woning;
    4. er geen fysieke opslag en verzending van goederen mag plaatsvinden;
    5. inloop- en kijkdagen niet zijn toegestaan;
    6. geen sprake mag zijn van afhalen van producten door klanten of verkoop van goederen aan huis;
    7. reclame-uitingen niet zijn toegestaan, behoudens hetgeen conform de Welstandsnota is toegestaan.
  2. Het uitoefenen van een internetwinkel van categorie B, C of D is niet toegestaan binnen woonbestemmingen en woonfuncties. 
6.2.2 Internetwinkels binnen detailhandelsbestemming/detailhandelsfunctie
Binnen detailhandelsbestemmingen en andere planologisch geregelde detailhandelsfuncties is het uitoefenen van een internetwinkel in alle categorieën toegestaan.
 
6.2.3 Internetwinkels binnen overige bestemmingen/functies
Het uitoefenen van een internetwinkel van categorie A is toegestaan binnen bestemmingen en functies, anders dan genoemd onder artikel 6 lid 2.1 en artikel 6 lid 2.2, met dien verstande dat:    
  1. de internetwinkel te allen tijde ondergeschikt dient te zijn aan de hoofdfunctie, met dien verstande dat maximaal 30% van het totale vloeroppervlak van de bestaande bebouwing mag worden gebruikt ten behoeve van de internetwinkel met dien verstande dat het aan te wenden vloeroppervlak nimmer meer dan 50 m² mag bedragen;
  2. de internetwinkel uitsluitend mag worden uitgeoefend door de hoofdgebruiker van het pand;
  3. er geen fysieke opslag en verzending van goederen mag plaatsvinden;
  4. inloop- en kijkdagen niet zijn toegestaan;
  5. geen sprake mag zijn van afhalen van producten door klanten of verkoop van goederen ter plaatse;
  6. reclame-uitingen niet zijn toegestaan, behoudens hetgeen conform de Welstandsnota is toegestaan.
6.3 Afwijkingsbevoegdheid
 
6.3.1 Afwijken binnen woonbestemming/woonfunctie
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in artikel 6 lid 2.1 sub b ten behoeve van het toestaan van internetwinkels van categorie B binnen woonbestemmingen of andere planologisch geregelde woonfuncties (inclusief bedrijfswoningen), onder de volgende voorwaarden: 
  1. de internetwinkel is toegestaan in de woning en/of de bijbehorende bouwwerken;
  2. de internetwinkel dient te allen tijde ondergeschikt te zijn aan de woonfunctie, met dien verstande dat maximaal 30% van het totale vloeroppervlak van de woning en de daarbij behorende bouwwerken mag worden gebruikt ten behoeve van de internetwinkel, waarbij het aan te wenden vloeroppervlak nimmer meer dan 75 m² mag bedragen;  
  3. de internetwinkel mag uitsluitend worden uitgeoefend door de hoofdgebruiker van de woning; 
  4. er mag geen sprake zijn van het afhalen van producten door klanten of verkoop van goederen aan huis; 
  5. inloop- en kijkdagen niet zijn toegestaan; 
  6. reclame-uitingen niet zijn toegestaan, behoudens hetgeen conform de Welstandsnota is toegestaan; 
  7. er mogen goederen worden bezorgd en afgehaald in de periode tussen 09.00 – 20.00 uur; 
  8. parkeren, laden en lossen van goederen dient op eigen terrein plaats te vinden;
  9. het gebruik mag geen onevenredige hinder voor de woonomgeving opleveren;
  10. het onbebouwde deel van het bouwperceel mag niet worden gebruikt voor de activiteiten;
  11. buitenopslag is niet toegestaan.
 
6.3.2 Afwijken binnen overige bestemmingen/functies
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in artikel 6 lid 2.3 ten behoeve van het toestaan van internetwinkels van categorie B en/of C binnen bestemmingen en functies, anders dan genoemd onder artikel 6 lid 2.1 en artikel 6 lid 2.2, onder de volgende voorwaarden: 
  1. de internetwinkel is uitsluitend is toegestaan in bestaande bebouwing;
  2. de internetwinkel naar aard en omvang passend dient te zijn binnen de fysieke omgeving;
  3. er mag geen sprake zijn van het uitstallen van goederen ten behoeve van verkoop en/of overige activiteiten;
  4. inloop- en kijkdagen niet zijn toegestaan;
  5. reclame-uitingen niet zijn toegestaan, behoudens hetgeen conform de Welstandsnota is toegestaan;
  6. er mogen gedurende maximaal 8 uren per dag goederen worden bezorgd en afgehaald in de periode tussen 09.00 – 20.00 uur;
  7. parkeren, laden en lossen van goederen dient op eigen terrein plaats te vinden;
  8. het gebruik mag geen onevenredige hinder voor derden opleveren;
  9. het onbebouwde deel van het bouwperceel mag niet worden gebruikt voor de activiteiten;
  10. buitenopslag is niet toegestaan.
  
Artikel 7 Afhankelijke woonruimte (inwoning)
 
7.1 Algemeen
 
De regels uit dit artikel zijn aanvullend op de woonbestemmingen en andere planologisch geregelde woonfuncties (uitgezonderd bedrijfswoningen) binnen de vigerende bestemmingsplannen.
 
7.2 Mantelzorg
 
Mantelzorg is toegestaan in bestaande bebouwing binnen woonbestemmingen en andere planologisch geregelde woonfuncties.
 
7.3 Shortstay-arbeidsmigrantenhuisvesting
 
Arbeidsmigrantenhuisvesting is niet toegestaan, behoudens waar dit expliciet in een bestemmingsplan is toegestaan en/of hiervoor een rechtsgeldige omgevingsvergunning is verleend.
 
7.4 Afwijkingsbevoegdheid kamerverhuur
 
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij omgevingsvergunning af te wijken van het bestemmingsplan ten behoeve van het toestaan van kamerverhuur binnen woonbestemmingen of andere planologisch geregelde woonfuncties (inclusief bedrijfswoningen), onder de volgende voorwaarden: 
  1. de kamerverhuur mag uitsluitend plaatsvinden binnen de woning en niet in bijgebouwen;
  2. de eigenaar dient zelf in de woning woonachtig te zijn;
  3. er mogen maximaal 2 kamers voor kamerverhuur worden gebruikt;  
  4. parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden;
  5. het gebruik mag geen onevenredige hinder voor de woonomgeving opleveren.
 
Artikel 8 Sport- en recreatieve voorzieningen
 
8.1 Algemeen
 
De regeling in dit artikel is van toepassing op:
  1. bestemmingsplan 'Buitengebied' van de gemeente Echt-Susteren, met identificatienummer NL.IMRO.1711.BP20150050-VG01, uitsluitend binnen de onderstaande bestemmingen en aanduidingen:
    1. bestemming 'Sport', met de nadere bestemming 'sportterrein';
    2. bestemming 'Recreatie-Dagrecreatie', met de nadere bestemming 'schutterij'.
  2. bestemmingsplan 'Stedelijk gebied' van de gemeente Echt-Susteren, met identificatienummer NL.IMRO.1711.BP20150950-VG02, uitsluitend binnen de onderstaande bestemmingen en aanduidingen:
    1. bestemming 'Recreatie', met de nadere aanduiding 'speelvoorziening';
    2. bestemming 'Sport';
    3. bestemming 'Cultuur en Ontspanning' met de nadere aanduiding 'kinderboerderij'.     
De regels uit beide bestemmingsplannen blijven onverkort van toepassing, met dien verstande dat:
  • aan artikel 11, lid 1, sub a. van het bestemmingsplan 'Stedelijk gebied' de onderstaande subleden worden toegevoegd:
    1. speelvoorzieningen;
    2. educatieve doeleinden
  • artikel 21, lid 2.1 sub b. onder 3. van het bestemmingsplan 'Stedelijk gebied' komt te vervallen.
  • aan artikel 13, lid 2, sub b. en artikel 15.2, sub b. van het bestemmingsplan 'Buitengebied' het volgende wordt toegevoegd:
    • het maximum bebouwingsoppervlak van bij een schutterij behorende bebouwing bedraagt 100 m²; daar waar het bestaande, legaal vergunde oppervlak ten tijde van de vaststelling van dit bestemmingsplan meer dan 100 m² bedroeg, geldt deze maat als maximum bebouwingsoppervlak
8.2 Afwijkingsbevoegdheden binnen het bestemmingsplan 'Buitengebied'

 
8.2.1 Afwijkingsregeling
Binnen het bestemmingsplan 'Buitengebied' wordt een afwijkingsbevoegdheid aan de regels toegevoegd conform de onderstaande tabel:
 
Functies
Bestemming / aanduiding
Afwijkingsbevoegdheid
Tennisclubs en voetbalclubs
Sport / sportterrein
Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van de bouwregels en toestaan dat het bestaande bouwvlak met maximaal 10% wordt uitgebreid
Schutterijen
Recreatie - Dagrecreatie / schutterij
 
8.2.2 Voorwaarden
Bij de toepassing van de onder artikel 8 lid 2.1 genoemde afwijkingsbevoegdheid gelden de volgende voorwaarden:
  1. de noodzaak tot het uitbreiden van de bestaande bebouwing dient door de initiatiefnemer te worden aangetoond;
  2. de nieuwe bebouwing wordt aansluitend aan de bestaande bebouwing of het bestaande bouwvlak gebouwd;
  3. de bouwhoogte van de nieuwe bebouwing mag niet hoger zijn dan de bestaande bebouwing;
  4. bij uitbreiding van de bebouwing dient tevens in voldoende parkeergelegenheid te worden voorzien, overeenkomstig de parkeernormen van de gemeente Echt-Susteren, zoals opgenomen als bijlage bij de regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied';
  5. indien het GKM van toepassing is, dient de nieuwe bebouwing landschappelijk ingepast te worden.
     
8.3 Afwijkingsbevoegdheid binnen het bestemmingsplan 'Stedelijk gebied'

 
8.3.1 Afwijkingsregeling
Binnen het bestemmingsplan 'Stedelijk gebied' wordt een afwijkingsbevoegdheid aan de regels toegevoegd conform de onderstaande tabel:
 
Functie
Bestemming / aanduiding
Afwijkingsbevoegdheid
Speeltuinen
Recreatie / speelvoorziening
Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van de bouwregels en het maximale bebouwingspercentage voor gebouwen verhogen naar 2%, met dien verstande dat het totale bebouwingsoppervlak voor gebouwen niet meer mag bedragen dan 80 m². Daarnaast mogen overkappingen gerealiseerd worden tot een maximum van 50 m². Er mag daarbij tot de bestemmingsgrens worden gebouwd.
Tennisclubs en voetbalclubs
Sport
Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van de bouwregels en toestaan dat het bestaande bouwvlak met 10% wordt uitgebreid
Jeugdverenigingen
Sport
Schutterijen
Sport / schietbaan
Kinderboerderijen
Cultuur en ontspanning/ kinderboerderij
Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van de bouwregels en toestaan dat het bebouwingspercentage wordt verhoogd tot 7%
8.3.2 Voorwaarden
Bij de toepassing van de onder artikel 8 lid 3.1 genoemde afwijkingsbevoegdheid gelden de volgende voorwaarden:
  1. de noodzaak tot het uitbreiden van de bestaande bebouwing dient door de initiatiefnemer te worden aangetoond;
  2. de nieuwe bebouwing wordt aansluitend aan de bestaande bebouwing of het bestaande bouwvlak gebouwd;
  3. bij uitbreiding van de bebouwing dient tevens in voldoende parkeergelegenheid te worden voorzien, overeenkomstig de parkeernormen van de gemeente Echt-Susteren, zoals opgenomen als bijlage bij de regels van het bestemmingsplan 'Stedelijk gebied';
  4. de bouwregels zoals opgenomen binnen de betreffende bestemmingen zijn onverkort van toepassing.
  
Artikel 9 Schuilgelegenheden
 
9.1 Algemeen
 
Daar waar binnen bestemmingsplannen gelegen binnen de gebiedsaanduiding 'zone buitengebied' conform de regels van de bestemming het realiseren van schuilgelegenheden bij afwijking mogelijk is, vervangt de onderstaande regeling de in deze plannen opgenomen regeling.
 
9.2 Afwijkingsbevoegdheid voor het bouwen van schuilgelegenheden
 
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in de bouwregels van de bestemming ten behoeve van het realiseren van schuilgelegenheden, onder de volgende voorwaarden: 
  1. de schuilhut is noodzakelijk uit het oogpunt van dierenwelzijn; 
  2. per perceel één gebouw is toegestaan als schuilgelegenheid; 
  3. de oppervlakte bij een:    
    1. perceelsgrootte tot 1.000 m² bedraagt maximaal 30 m²;
    2. perceelsgrootte 1.000 - 5.000 m² bedraagt maximaal 40 m²;
    3. perceelsgrootte > 5.000 m² bedraagt maximaal 50 m², 
  4. de maximale bouwhoogte bedraagt 3 meter; 
  5. de aanwezige landschappelijke- en natuurwaarden worden niet onevenredig aangetast; 
  6. er mag geen buitenopslag plaatsvinden; 
  7. de landschappelijke en ruimtelijke inpassing van de schuilgelegenheid dient op een zorgvuldige wijze plaats te vinden, rekening houdend met de kenmerken van het landschapstype waarin het perceel gelegen is,
en met dien verstande dat in de schuilgelegenheid tevens, ondergeschikt aan de schuilfunctie voor dieren, opslag is toegestaan van voer en aan het agrarisch gebruik gerelateerde goederen en apparatuur.
 
Artikel 10 Aanvulling bouwregels
 
10.1 Algemeen
 
De regels in dit artikel dienen ter aanvulling op de bouwregels voor hoofdgebouwen (artikel 10 lid 2) respectievelijk ter vervanging (artikel 10 lid 3) van de bouwregels voor bijbehorende bouwwerken bij woningen en de bouwregels voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde bij woningen binnen woonbestemmingen en andere planologisch geregelde woonfuncties (uitgezonderd bedrijfswoningen) binnen de gebiedsaanduiding 'zone stedelijk gebied'. De regels in  artikel 10 lid 4 dienen ter vervanging van een element van de regeling voor hoofdgebouwen bij woningen in de 'zone buitengebied'.
 
10.2 Afwijkingsbevoegdheid bouwregels hoofdgebouwen 'zone stedelijk gebied'
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in de bouwregels ten aanzien van hoofdgebouwen bij woningen, om bij realisering van voorgevels van hoofdgebouwen op enige afstand van de voorste bouwvlak- of bouwstrookgrens, de achterste grens van het bouwvlak of de bouwstrook met eenzelfde maat naar achteren te verleggen, tot een maximum van 3,00 meter, onder de voorwaarde dat er geen stedenbouwkundige bezwaren zijn.
 
10.3 Bijgebouwenregeling 'zone stedelijk gebied'
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken en bouwwerken geen gebouwen zijnde bij woningen en andere panden die geheel in gebruik zijn als woning gelden de volgende regels: 
  1. deze mogen zowel binnen als buiten het bouwvlak worden gebouwd; 
  2. deze dienen in het achtererfgebied te worden gebouwd, met dien verstande dat wanneer het een garage betreft, de afstand van de garage tot de bestemming 'Verkeer' minimaal 5,00 meter bedraagt; 
  3. de gezamenlijke oppervlakte van de, al dan niet met vergunning gebouwde, bijbehorende bouwwerken en bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt per bouwperceel maximaal 150 m², met dien verstande dat:  
    1. het achter de achtergevelrooilijn aanwezige erf voor maximaal 50% mag worden bebouwd, waarbij de oppervlakte van speeltoestellen, vlaggenmasten en zwembaden buiten beschouwing wordt gelaten; 
    2. de goothoogte maximaal 3,30 meter bedraagt, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'maximum goothoogte' de opgenomen maximale goothoogte geldt; 
    3. de bouwhoogte maximaal 6,00 meter bedraagt, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'maximum bouwhoogte' de opgenomen maximale bouwhoogte geldt; 
    4. de uiterste afstand van de voorgevel van bijbehorende bouwwerken tot de achtergevel van de woning maximaal 40,00 meter bedraagt; 
    5. bijgebouwen mogen niet worden opgericht ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen uitgesloten' of 'ontsluiting'. 
10.4 Bouwregels hoofdgebouwen 'zone buitengebied'
De bouwregels ten aanzien van het bouwen van hoofdgebouwen ten behoeve van woningen in de 'zone buitengebied' blijven van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat de maximale inhoud van een woning 1.000 m³ mag bedragen. Daar waar expliciet een grotere inhoudsmaat is aangegeven geldt deze maat als de maximale inhoudsmaat.
 
Artikel 11 Anti-dubbeltelregel
 
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
 
Artikel 12 Afwijkingsregel gebruik
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'zone buitengebied' bij omgevingsvergunning af te wijken van het bestemmingsplan ten behoeve van het gebruiken van bouwwerken, eventueel in samenhang met bouwactiviteiten die de bebouwde oppervlakte of het bouwvolume niet vergroten, en van bij die bouwwerken aansluitend terrein.
 
3 Overgangs- en slotregels
Artikel 13 Overgangsrecht
 
13.1 Overgangsrecht bouwwerken
  1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  2. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
  3. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
13.2 Overgangsrecht gebruik
  1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  3. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  4. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 14 Slotregel
 
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het facetbestemmingsplan 'Deregulering'.