direct naar inhoud van Artikel 13 Algemene afwijkingsregels
Plan: Bedrijventerrein Dieterderweg
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1711.2009120074-VG03

Artikel 13 Algemene afwijkingsregels

13.1 Overschrijden bouwvlak

Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van de regels voor het in geringe mate overschrijden van het bouwvlak, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft.

13.2 Bouw luifel of erker aan voorgevel hoofdgebouw,

Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van de regels voor de bouw van een luifel of erker aan de voorgevel van een hoofdgebouw, mits:

  • a. de diepte gemeten vanuit de voorgevel van het hoofdgebouw niet meer dan 1,50 meter bedraagt;
  • b. de breedte niet meer bedraagt dan 50% van de voorgevel van het hoofdgebouw;
  • c. de hoogte niet meer bedraagt dan de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw;
  • d. er geen bezwaren bestaan vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid;
  • e. de luifel of erker stedenbouwkundig aanvaardbaar is.
13.3 Kleine bouwwerken

Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van de regels voor de bouw van openbare nutsgebouwtjes, wachthuisjes ten behoeve van het openbaar vervoer, telefooncellen, gebouwtjes ten behoeve van de bediening van kunstwerken, toiletgebouwtjes en naar aard daarmee gelijk te stellen gebouwtjes, mits:

  • a. de inhoud per gebouwtje niet meer dan 50 m³ zal bedragen;
  • b. de (nok)hoogte niet meer dan 3,5 meter zal bedragen.
13.4 Bouwhoogte bouwwerken geen gebouw zijnde, kunstwerken, waarschuwings- en/of communicatiemasten en mantelzorg

Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van de regels:

  • a. voor het vergroten van de bouwhoogte van bouwwerken en bouwwerken, geen gebouwen zijnde tot maximaal 10 meter;
  • b. ten behoeve van het oprichten van kunstwerken, geen gebouwen zijnde, tot een hoogte van maximaal 40 meter;
  • c. ten behoeve van het oprichten van waarschuwings- en/of communicatiemasten tot maximaal 40 meter;
  • d. betrekking hebbende op (bedrijfs)woningen voor het uitbreiden van de woning met een afhankelijke woonruimte ten behoeve van mantelzorg met dien verstande dat:
    • 1. de bebouwingsmogelijkheden met niet meer dan 30 m2 in één bouwlaag worden overschreden;
    • 2. de afhankelijke woning met de hoofdwoning is verbonden en er geen zelfstandige woning gerealiseerd wordt;
    • 3. het karakter van de omringende bebouwingsstructuur niet mag worden aangetast;
    • 4. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van in het geding zijnde belangen, waaronder die van omwonenden;
    • 5. de bereikbaarheid voor algemene en nutsvoorzieningen moet zijn gewaarborgd, evenals de bereikbaarheid voor hulpdiensten;
    • 6. er voldoende parkeergelegenheid aanwezig is.