Plan: | Buitengebied - Landinrichting Wetering-West |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1708.BGBWeteringWest-VA01 |
In 1992 heeft Nederland het Europese Verdrag inzake de bescherming van het archeologisch Erfgoed ondertekend (ook wel het Verdrag van Malta, Conventie van Malta, Verdrag van Valletta genoemd). Dit heeft ertoe geleid dat in Nederland vanaf dat moment meer aandacht is gekomen voor de bescherming van het archeologische bodemarchief.
Ter implementatie van de uitgangspunten van het Verdrag van Malta is op 1 september 2007 de Wet op de Archeologische Monumenten Zorg (WAMZ) in werking getreden. Deze wet betreft een aanpassing van de Monumentenwet 1988. Uitgangspunt in de wet is bescherming waar nodig. De wet gaat ervan uit dat de gemeenteraad bij het vaststellen van een bestemmingsplan rekening houdt met de in de grond aanwezige dan wel te verwachten monumenten (artikel 38a Monumentenwet 1988). Verder introduceert de WAMZ het beginsel van 'de verstoorder betaalt'. De redenering hierachter is, dat initiatiefnemers van projecten mogelijk schade toe brengen aan het bodemarchief en daarom de kosten voor het behoud hiervan voor hun rekening moeten nemen. In verband hiermee is een archeologisch onderzoek uitgevoerd.
In het gebied Wetering West is een archeologische bureaustudie en een inventariserend veldonderzoek (IVO) uitgevoerd. Uit het bureauonderzoek blijkt, dat de bodem in het gebied Wetering West overwegend bestaat uit veengronden, met in het centrale deel een strook poldzolgronden. Uit het aanvullende verkennend booronderzoek blijkt dat een deel van de aanwezige poldzolbodem nog intact is. Voor deze gebieden met een (deels) intacte poldzolbodem wordt vervolgonderzoek in de vorm van een karterend/waarderend booronderzoek aanbevolen. Dit vervolgonderzoek geldt alleen voor terreindelen waar bodemingrepen zullen plaatsvinden. In de rest van dit gebied is geen vervolgonderzoek nodig.
Afbeelding 14. Uitsnede Archeologische verwachtingen- en beleidskaart 2008, gemeente Steenwijkerland, met daarop globaal het gebied Wetering West aangegeven.